Heeft U iets
KDMIMPEIL
Voor de Vrouw
FEUILLETON
WRAAK!
Voor de Huisvrouw
Voor de Kinderen
N.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ i
Voor onze groote meisjes.
Natuurlijk vragen tegen het voorjaar
onze meisjes al even hard om een nieuwe
jurk als de oudere en wijzere moeders
zeil. En om aan deze alleszins bililyke
verlangens te voldoen, geven we deze week
twee eenvoudige jurken voor onze meis
jes, die al aardig op weg zijn om haar
moeder boven het hoofd te groeien. Links
hebben we een jurk van hemelsblauwe
crêpe, met ajours (stokjes) langs de inge
zette panden. De rok heeft van voren,
smalle, platte plooien. Het strikje aan den
hals wordt aan den ceintuur herhaald,
Voor een flinke, uit de kluiten gewas
sen jongedame van 14 jaar heeft men voor
dit model (patr. nr. 3436) aan 1.75 M
stof van 1 M. breed voldoende. Rechts
een flinke ruime jurk voor een meisje van
een jaar of twaalf, waarvoor 1.50 Meter
stof van 1 M. breed noodig is (patr. nr.
3437). Deze jurk is van koniogsblauwe
crêpe marocain met smokwerk op de
schouders, terwijl de klokrok eveneens
van voren links en rechts met smokwerk
is aangezet. De jurk 'heeft kleine pof
mouwtjes, geheel in overeenstemming met
de mode van den dag.
Wat de hoeden aangaat en hier be
doelen wij nu weer de hoeden voor ons
„grooten" wordt er dit seizoen een
hardnekkige aanval gedaan op onze groo
te voorliefde voor vilthoeden en wordt
er gepoogd ons allemaal „in het stroo"
te zetten. Vooral de grove, gevlochten,
glimmende stroohoeden worden sterk naar
voren gebracht. Een van de redenen.
waarom wij, vrouwen, in het algemeen zoo
hardnekkig aan den vilthoed hebben vast
gehouden, niettegenstaande de eveneens
hardnekkige pogingen van de hoedenfa-
brikanten om stroohoeden te verkoopen.
is, dat wij er terdege van doordrongen zijn.
dat het vilt in het dragen veel voorheeft
boven het minder soepele stroo, terwijl
het in vele gevallen zich beter laat aan
passen bij het gezicht en dus „gauwer
staat". Een vilthoed is nu eenmaal zacht
en plooitbaar en kan buitengewoon flat
teus staan, zelfs al is hij een beetje oud.
Daar komt nog bij, dat verschillende van
de nieuwe stroohoeden erg „hard" zijn.
zoowel wat materiaal als wat lijn aangaat.
Zeker, verschillende vrouwen kunnen deze
stroohoeden heel goed dragen, doch ande
ren hebben bepaald iets zachter van lijn
en stof noodig. Natuurlijk zijn er ook zach
tere stroohoeden. Combinaties van dof
en glimmend stroo zijn soepeler dan de
heele glimmende. Men zal echter bij het
kiezen van een stroohoed terdege uit
NAAR HET ENGELSCH.
(Nadruk verboden).
moeten zien, dat men het juiste model,
dat volkomen bjj een „type" past, weet
uit te kiezen.
L O E S
Van deze kinderjurken zijn knippatro
nen verkrijgbaar a 65 cent. Postwissel
zenden aan: De Beurs, Amstellaan 66,
Amsterdam-Z. Op het strookje nauwkeu
rig vermelden: Naam en Adres van af
zender, nummer van het gewenschte pa
troon en leeftijd van het kind. Levering
binnen 1 week.
Hoe willen we wol wasschen?
Er zijn een aantal kleine wenken op
het gebied van het wasschen van wol,
welke van groot belang zijn, omdat er nog
zoo dikwijls wollen goed bedorven wordt,
juist door het niet in acht nemen van
op zich zelf kleine bijzonderheden. Een
moeilijkheid, die zich al heel dikwijls voor
doet, is het sterk krimpen van het wol
len goed, terwijl het tevens „zoo hard
als een plank" wordt. De vakman zegt:
De wol vervilt. De oorzaak hiervan is
in de meeste gevallen, dat men te warm
water (sop) heeft gebruikt. De zaak is
namelijk, dat het sop slechts zeer lauw
mag zijn. Aan den anderen kant echter
moet men er weer voor waken, geen koud
sop te gebruiken, omdat ook hierdoor de
wol hard kan worden, terwijl ze dan bo
vendien niet goed schoon tgewasschen
wordt. Men komt er soms toe te warm
sop te gebruiken als het wollen goed zeer
vuil is. Dat is dan ook de reden, waarom
aangeraden wordt, om bijvoorbeeld wol
len ondergoed dikwijls te wasschen, en
niet wachten, tot het bepaald vuil is. Een
andere klacht is soms, dat gekleurd wol
len goed in de wasch verkleurt, óf dat
het witte wollen goed een onfrissche gele
tint krijgt. Dit komt doordat men soms
totaal verkeerde zeep gebruikt om een
sop voor wollen goed te maken. Groene
of gele zeep is voor dit doel ten eenenma-
le ongeschikt. Men behoort een goed stuk
huishoudzeep te gebruiken, zooals sun-
lightzeep of iets dergelijks, en daarvan
een goed „vet" sopje te maken, bijvoor
beeld van 1 stuk op een teiltje water. Ver
der moet men er tegen wak>en, dat het
goed uit zijn model getrokken wordt, door
het tamelijk sterk wringen en op de
handen wasschen. Immers, als men er
voor zorgt, dat het goed niet te vuil is,
kan men er mee volstaan het heel schoon
te krijgen door het goed in het sop al
leen maar uit te knijpen. Ook na het was
schen moet men het niet op een hard
handige manier gaan uitwringen, doch
het alleen maar zoo veel mogelijk droog
drukken. Het gebruik van een wringma-
chine is geen bezwaar. Om allerlei te
leurstellingen te voorkomen, moet men
wollen goed van verschillende kleuren ook
apart behandelen. Want zet men ze bij
elkaar te weeken, of wascht men ze te
gelijk in hetzelfde sop, dan loopt men de
kans, dat de kleuren door elkaar loopen,
zelfs het uitgespoelde en uitgeknepen goed,
dat men op een stapeltje legt, kan elkaax
nog kwaad doen. Ook het sc-hoone water,
waarin het wollen goed na het wasschen
uitgespoeld wordt, moet lauw zijn.
De dassen van „mijnheer"!
Dikwijls worden heerendassen doorge
dragen, totdat ze versleten en zeer vuil
zijn. Dit is heelemaal niet noodig en we
kunnen menige, door veelvuldig gebruik
sterk gekreukelde das weer zoo goed
als nieuw maken door deze in een lauw
sopje van houtzeep snel te wasschen.
Daartoe tornt men de met een gewone
steek gehechte uiteinden van de das los,
tot aan den gestikten band. Desnoods
geeft men de vouwen met een rijgdraad
aan. Indien één sopje niet voldoende is,
herhaalt men de bewerking. Daarna een
paar keer in lauw water uitspoelen. Ver
volgens de das zoo droog mogelijk, liefst
HOOFDSTUK I.
Het was een woeste avond. De wind had
dien dag de zee steeds hooger opgezweept,
tot ze nu ten slotte het rotsige strand van
de kleine visschershaven, op de kust van
Cornwallis, geheel met schuim had over
dekt.
Ook had het granietsteenenhuis, halver
wege tegen den heuvel, waarop het dorp
je Morna was gebouwd, het zwaar te ver
antwoorden. Dit eenzame huis was juist
een geschikte woning voor den man, die
daar nu al een jaar woonde, nooit bezoek
ontving en er maar één bediende, Reuben,
op nahield.
Hjjzelve stond in het dorp bekend als
de graaf. Op dezen titel scheen hij recht
te hebben, ofschoon het eenvoudige vis-
schersvolkje, maar weinig van hem wist.
Vanwaar lijj gekomen was en waarom hij
dit afgelegen hoekje van de aarde tot
woonplaats had gekozen, was hun een
onopgelost raadsel. Ook werden ze uit
Reuben niet wijzer: de bediende bewaarde
het strikste stilzwijgen betreffende de za
ken van zjjn heer.
Toch was die eenzame bewoner van
het Rotshuis betrekkelijk nog een jonge
man; zeker niet ouder dan dertig, knap
van uiterlijk en van een athletischen bouw.
Arm was hij ook niet, want er heerschte
een deftige weelde binnen de muren in de
granietsteenen woning en hjj was ook niet
karig.
Op dezen stormachtigen avond trad de
graaf uit zijn woning en bleef eenigen tijd
op het stuk grond aan den voorkant staan
uitkijken. Hij stoorde zich in het geheel
niet aan de woede van den orkaan om
zich heen, want er woei een nog heftiger
storm van herinneringen in zijn gemoed.
Juist vandaag is het tien jaar gele
den, mompelde hij, dat ik mijn zwerftocht
over het aardrijk begon als een uitgewor-
pene van de maatschappij! Ik, met een
lange rij voorvaderen achter mij, de af
stammeling van een adelijk geslacht, da
terend uit de elfde eeuw; ik, met het
bloed van de Achyms in de aderen, dat
ik nu hier zoo staan moet! O, wreede be
spotting van het Lot.... 't Is een geschik
te avond voor zoo'n jubileum, dat moet
ik zeggen! sprak hij bitter. Me dunkt, ik
zie het alles weer vóór mijdoorleef
het nog ééns, dien avond, nu tien jaar
geleden, toen mijn erfdeel mjj ontzegd
werd en ik uit huis trok, gebrandmerkt
als een dief, ofschoon ik onschuldig was
aan alles, wat mij ten laste werd gelegd.
Hoe zou ik, Dduglas Achym, er nu toe ge
komen zjjn, om mijn geslacht te onteeren!
Maar men sloeg geen geloof aan mijn
woorden en bewijzen kon ik ze niet tegen
over dat lage complot, en zoo werd ik,
als jonge man van twintig, uit het voor
vaderlijk huis verdreven! En van dien
avond, nu tien jaar geleden, ben ik een
banneling.... Maar op dienzelfden avond
legde ik de gelofte af tegenover mjjzelr
ven, dat ik het net van leugens zou ver
breken, waarin men mij verwikkeld had.
En mocht my dit nog eens gelukken, al-
was het dan ook vele jaren later, dan
zou ik mijn rechtmatig erfdeel opeischen
en zou ik weer de plaats innemen, die my
in een handdoek, uitknijpen en dan aan
den verkeerden kant droog strijken. Als
de das droog is, strijkt men er pas aan
den binnenkant de vouwen in, langs de
lijn, aangegeven door den rijgdraad. Deed
men dit, terwijl de das nog nat was, dan
zou de vouw er veel te scherp ingeperst
zijn. Tenslotte naait men de das weer
dicht (overhands naadje).
Beste meisjes en jongens,
Ik wed, dat jelui de antwoorden op
de raadsels van verleden week niet zoo
gemakkelijk hebt kunnen vinden. Nu, da
moet ook niet, anders gaat de aardigheid
er af. De oplossingen waren:
1. Salamander.
2. Mand en a en Rijn is Mandarijn.
3. Houweel..
Nieuwe raadsels:
1. Dit is een heel moeilijk ladderraad
sel.
x x Laat nu eens zien, wat iulli
x x kunnenOp de kruisjeslijn link.
x x x x moet van boven naar beneden
x x gelezen de naam van een ge-
x x x x bouw komen te staan, waar
x x zeldzame dingen bewaard wor
den. Op de rechtsche kruisjeslijn moe
een jongensnaam komen, op de bovenste
dwarse ljjn moet een hemellichaam ko
men, op de onderste.... de naam van een
klein plaatsje in het Oosten van Noord-
Brabant. Om jelui wat te helpen, zeg ik
erbij, dat dit plaatsje ligt aan de spoorliji
tusschen Bokstel en Gennep.. Ra, Ra, wat
is dat
2. Neem iets, wat bijna altijd van pa
pier gemaakt is. Neem er 1 letter uit.
dan wordt het een dier!
OOM KAREL
ONS KINDERVERHAAL
Het geheim van de verlaten mijn.
naar een echte Amerikaansche geschiede
nis, vrij bewerkt door Elly van Zon.
(Nadruk verboden alle rechten voorbeh.
De kinderen waschten zich en kleedder.
zich snel aan en toen zij beneden kwa
men, kwam tante Emma juist uit de keu
ken met een groote koekepan, waarin zj
eieren gebakken had, en legde op elk
bordje, dat op de frisch gedekte tafel
stond een geurig bruingebakken spiegel
ei. Nadat ze stevig ontbeten hadden en
oom Bill hadden nagewuifd, die met d.
groote vrachtauto den kronkelenden weg
naar beneden afreed naar de stad toe
gingen Tom en Margaret vergezeld van
Stumps, die vroolijk blaffend voor hen
uit sprong langs een kronkelpaadje, da
langs kleine beekjes en heerlijk geurendt
dennenboschjes en woeste struiken voer
de, op weg om het geheimzinnige hol te
onderzoeken, dat ze den vorigen avond
van uit de verte hadden gezien. Tante Em
ma had ze rustig alleen op pad laten gaan
omdat de kinderen in de eerste plaats
beloofd hadden, geen waagstukjes uit tt
halen. Terwijl ze bovendien moeilijk kon
den verdwalen, daar alle bergpaadjes, die
naar beneden voerden, tenslotte op den
weg, die langs het huis van Oom Bill voer
de, moesten uitkomen. Bovendien was
Stumps, hoe klein en uitgelaten hij ook
was, een goede gids. Stumps wist altijo
zijn huis terug te vinden, al was hij ook
op een dag gaans van huis.
„Misschien is dat wel die verlaten goud
mijn!" sprak Tom, die af en toe op een
heuveltje ging staan om maar goed hei
geheimzinnige hol in het oog te kunnen
houden. Het was heerlijk zonnig weer en
de lucht was vervuld van allerlei bloe
mengeuren. Stumps liep nu een paar
schreden voor hen uit en snuffelde me;
zijn neus langs den grond, terwijl hij ge
durig omkeek of de kinderen wel volgden
Ze kwamen hoe langer hoe dichter bjj
het geheime hol. Tom en Margaret had
den nu de zekerheid, dat het werkelijk
toekomt. En die tien jaren hebben mij
een heel eind dichter bij de vervulljng
van mijn gelofte gebracht; ik was voor
spoedig in al mijn ondernemingen, zoodal
ik zelfs rijker ben, dan mijn rechtmatig
erfdeel 'mij zou hebben gemaakt.... Nog
één schakel in de keten van bewijzen
ontbreekt; maar die zal ook nog wel volV
gen; daar twijfel ik geen oogeüblik aan.
Hierop trad de kluizenaar het huis weer
binnen en ging in een antieken eikenhou
ten stoel bij den haard zitten, steeds
nog in herinneringen verdiept aan dien,
avond, nu tien jaar geleden.
Intusschen scheen de storm van uur
tot uur in heftigheid toe te nemen, tol
ineens een noodsignaal weerklonk, na
tuurlijk van één van de schepen nabij
de kust van Morna.
De graaf trad aan het venster, tuurdf
uit en zag het volgend oogenblik een pij
opschieten, uit de richting van den Dra-
kentand, een blinde klip, waarop reeds
menig schip zich te pletter had gestoo-
ten. Het zou onmogelijk zjjn, dan hulp te
bieden; toch kon de graaf daar niet zoo
werkeloos bjj het vuur bljjven zitten. Hij
belde dus zjjn bediende en sprak:
Reuben. heb jo dat schot daar zoc
even gehoord? Haal mij mijn overjas er
zuidwester. Ik ga naar de baai en wil
toch zien, of wij niet iets kunnen doen
voor die ongelukkigen. Want het is een
verschrikkeljjk lot, om te moeten schip
breuk lijden, zoo vlak bij de kust. Het 1»
ven is ons allen dierbaar. Wjj allen heb
ben wel een doel voor oogen. Ik zelve leel
voor dc vervulling van mijn gelofte1
Reuben sfc>eg misschien niet zooveel
acht op de woorden van zijn heer; de man
kende immers de geschiedenis van den
graaf en had een innige genegenheid op
gevat voor de wyze, waarop hjj door hem
een hol was en geen bosehje, zooals u
gisteren nog geineend hadden. Je kon ni
heel duidelijk den ingang zien, die be
stond uit een overhangenden rots.
„Laten we gauw voortmaken!", riej
Tom, die hoe langer hoe ongeduldige,
werd, „dan kunnen we gemakkelijk vóó.
koffiedrinken weer terug zjjn!"
De kinderen stapten stevig door, doel
toen ze nog maar enkele honderden me
ters van het hol verwijderd waren, ge
beurde er iets vreemds. Stumps bleef
eensklaps staan, spitste zjjn ooren ei.
hief zijn schrandere kop luisterend om
hoog; even daarna sloeg hjj een klein
zijpaadje in.
„Kom hier Stumps", riep Tom, „wt
moeten recht uit. Anders komen we nooi
bij het hol en wordt het veel te laat. Kom
gauw hier!"
Stumps bleef staan en keek uit de ver
te zijn jongen baas vragend aan.
„Toe nu Stumps, kom nou mee", riep
ook Margaret, „we willen de verborgen
goudschat zoeken en hebben nu geen tijn
om met jou allerlei zijpaadjes in te gaan!"
De kinderen waren al reeds een tien
tal schreden doorgeloopen, toen ze, om-
Kijkend, Stumps nog steeds stokstijf op
net zijpaadje zagen staan. De kinderen
aielden halt. „Wat zou Stumps hebben?"
/roeg Tom. Als eenig antwoord hief
Stumps een zacht klagend gejank aan.
„Hij heeft zeker iets ontdekt!" zei Mar
garet", en wil ons nu mee tronen!"
„Nu", zei Tom, „het is erg vervelend,
hoor! Maar laten we dan toch maar even
'niet bem mee gaan". En schoorvoetend
gingen de kinderen terug om die „ver
delende" Stumps op dat dwaze paadje te
.'olgen. Stumps kwispelde tevreden met
zjjn korte staartje, snuffelend langs den
grond, en liep haastig voor de kinderen
iit. Het pad werd tameljjk woest. Er la
gen soms heele groote rotsblokken ver
spreid en het paadje liep door zeer dicht
struikgewas. Toen ze een oogenblik ble
zen stilstaan, fluisterde Tom: „Hoorde
je dat, Margaret? Het was net of ik iets
nachtjes hoorde janken en het was
Stumps niet, want die luisterde er zelf ook
oaar!"
„Ja", zei Margaret, „ik hoorde het ook
an het moet hier niet ver vandaan zjjn.
Laten we Stumps maar gauw volgen!"
Het kronkelpaadje voerde hen al heel
gauw naar een klein bosehje, dat voor den
ingang van een rotshol stond.
(W«rdt vervolgd).
te verkoopen, iets aan te
bieden, te verhuren, op
te ru men, enz. enz. enz.,
plaatst dan een KLEINK
annonce in „De Soester"
en U bent VERZEKERD
DAT U SLAAGT.
4
4
4
4
4
4
4
4
4 IP)
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
van Weedestraat 7 - Telefoon 2062 - Soestdijk J
4
C
4
C
C
4
4'
4
4
4
4
4
4
C
9
9
9
9
9
9
9
y
y
y
y
y
y
y
y
y
9
9
y
y
y
y
9
y
y
9
y
y
9
GEBOORTE-, ONDERTROUW-, VISITE- EN
ROUWKAARTEN, BRIEFPAPIER, MEMO-
RANDUMS, ENVELOPPEN, REKENINGEN, 9
KWITANTIES, WISSELS, RECLAMEKAAR- y
TEN, STROOIBILJETTEN, CATALOGUS-
SEN, BESTEKKEN, BROCHURES ENZ. ENZ.
4
VRAAGT PRIJSOPGAVE! NETTE UITVOERING 1 4
4
KANTOORBOEKEN, SCHRIJFBLOKKEN
VERSCHILLENDE SOORTEN PENNEN,
PENHOUDERS, NOTITIEBOEKJES, KWi-
TANTIEBOEKJES, BRIEFCRDNERS, BRIEF-
BAKJES, POSTZEGELDOOSJES, BRIEF-
STANDAARDS, POSTZEGELBEVOCHTI-
GERS, PERFORATORS, VULPENNEN,
INKTSTELLEN, PENNENBAKJES, STEM-
PELKUSSENS, BRIEFWEGERS, VLOEIBLA-
DEN, INKTLAPPEN, KANTOORPOTLOO-
DEN, VLOEIDRUKKERS, STEMPELHOU-
DERS, DIVERSE SOORTEN INKTEN, BU
REAUKALENDERS, KANTOORNAALDEN,
LETTERCLIPS, GELDBAKJES, VOUW-
BEENEN, COUPONRINGEN, ETIKETTEN,
VULPOTLOODEN, POTLOODSTIFTEN,
BRIEFOPENERS, LINIALEN, ALLE SOOR
TEN GUMMI, LUXE DOOZEN POST, COR-
RESPONDENTIEKAARTEN, DOORSLAG
PAPIER, SCHRIJFMACHINEPAPIER, TEE
KENPAPIER, TEEKENCAHIERS, SCHETS
BOEKEN, KLEURKRIJT, OLIE- EN WA
TERVERF, SCHOOLBORDPASSERS, TREK
PENNEN, TEEKENDOOZEN, DOEZELAARS
DRIEHOEKEN, TEEKENHAKEN, VER
GROOTGLAZEN, PASSERDOOZEN, HOUTS
KOOL, KINDERVERFDOOZEN, DRUKKE
RIJEN, DAM- EN SCHAAKSPELEN, VER
SCHILLENDE KINDERSPELEN, KLEUR-
BOEKJES, ENZ. ENZ ENZ.
verpleegd was, toen hjj in Australië aan
een gevaarlijken aanval van koorts had
ziek gelegen.
Zult u lang uitblijven, sir? vroeg
hjj bezorgd.
Dat kan ik moeilijk van te voren be
palen. Het hangt er van af. of er eenigo
hulp kan worden geboden of niet. Zorg in
ieder geval, dat je warme lakens hebt en
dat er een goed vuur brandt op de lo
geerkamer.
Daar kunt u ou rekenen sir.
Op het strand vond de graaf verscheide
ne groepjes visschers met hun vrouwer.
staan, die allen uittuurden naar de plek.
waar een paar lichtpuntjes aanduidden, dat
het schip vast zat op de blinde klip.
Hulp verleenen was onmogelijk.
Plotseling kwam er opschudding onder
de menigte en een paar van de koenste
visschers waren bezig, een wegrollende
golf iets te betwisten; en, toen zij hun
last op het glibberige strand legden, ont
snapte velen de kreet:
Het is een vrouw!
Maar of zjj leefde of niet. dit viel niet
uit te maken. Zjj zag doodsbleek en aan
alle kanten droop het water haar uit de
kleeren.
De graaf trad naderbjj en sprak:
Er moet iets voor die arme vrouw
gedaan worden. Wacht, ik zal haar zelf
naar het Rotshuis dragen mijn bediende
zal alles in gereedheid hebben voor een
drenkeling. Mrs. Trebarth, gaat u mee.
dan kunt u haar de eerste hulp bieden.
Toen bet licht van een van de lantaarns
op het dqodsbleeke gelaat viel, voer dt
graaf een huivering door do leden.
Gerechte hemel! sprak hjj in zich-
zelven, de laatste schakel in den keten
Mijn gebed is tenslotte verhoord.... ten
minste. als zjj leeft!
Behendig droeg hij haar heuvelopwaarts,
terwijl de visschersvrouw op korten af
stand volgde.
HOOFDSTUK II.
Tegen den ochtend was de storm in
heftigheid afgenomen.
Op een bank in een van de voorkamers
op het Rotshuis lag de vrouw, die dien
vorigen avond op het strand geworpen
was. Het had uren geduurd, eer men er
in had mogen slagen, om haar levensgees
ten op te wekken. Maar zij was behouden
en nu lag zij nog zeer bleek op de bank
en wist niet veel anders, dan dat zij ge
red was, maar hoe en door wien, dit was
haar totaal onbekend en zij scheen er
ook nog niet genoegzaam belang in te stel
len. Mrs. Trebarth had haar uitstekend
verpleegd en verzorgd en was nu op den
ochtend naar huis gegaan.
Haar gastheer had zjj nog niet gezien,
maar die zou natuurlijk wel gauw naar
haar komen vragen.
Ze was een knappe vrouw van een
Spaansch type, niet meer in haar eerste
jeugd, maar toch met een innemend ui-
terljjk en zeker met een levendigen, vuri-
gen aard.
Als haar redder nu straks bjj haar
kwam, dan zou zij hem harteljjk dank zeg
gen. en daarmee was dit avontuur dan
weer afgeloopen.
Nadat zij eenigen tijd zoo gelegen had,
ging de deur open en trad de graaf bin
nen.
Zjj richtte zich op van de bank en stak
hem de handen toe. terwijl zjj met een
eenigszins vreemd accent riep:
Mag ik u van ganse her harte dank
zeggen voor de weldaad, die gij mjj be
wezen hebt? Zonder u zou ik op dit oogen
blik niet meer in leven zijn.
(Wordt vervolgd).