Ondertrouw en Verlovingskaarten HET WOLHUIS" ,Oude Kokkie4 LIJDT U rqTkken Predikbeurten. Sport. Voor de Vrouw Advertentiën Voordea.s.Weefcursus INSTITUUT „AETHERSTROOM" BLOUSES - PULLOVERS JU IKIIIIMITOEILILr4 N.V. Eerste Soester Electrische Drukkerij Zit- en Slaapkamer J. T. Zwiers en Zoon Mevrouw Van Weedestraat 49 - Soestdijk Bartilottilaan 23 ZELFBEHANDELING DESGEWENSCHT OOK AAN HUIS GROOTE KEUZE DAMES-MODEMAGAZIJN W. K. VAN ROSSUM 18 LANGESTRAAT - AMERSFOORT c c c c c c c c c c c c c c c c c c c c NED. HERV. GEM. TE SOEST. Zondag 12 Juni 1932 kerk 10 uur: Ds. van Schaick. Kerk 0 uur: geen dienst. Emmakerk 10 uur: Ds. Groeneveld. Emmakerk uur Ds. van Schaick. HERV. (GER.) EVANG. Spoorstraat Zondag 12 Juni 1932 's morgens 10 uur: Prof. Ds. J. Severijn. van Utrecht, 's Avonds 6 uur: Ds. J. C. v. d. Graaf, van Nijkerk. VEREENIGING VAN VRIJZINNIG- GODSDIENSTIGENi Zondag 12 Juni 1932 's morgens 10.30 uur: Ds. VV. Banning, van Haarlem. LAW-TENNIS. Nu de competitie geëindigd is, en er een overzicht is te geven van de behaalde resultaten, kunnen wij 't verheugende feit mededeelen, dat in ons mooie, doch klei ne Soest, nog ,met succes een der Plaat selijke Clubs, kampioen is geworden in haar afdeeling. n.1. 17e afd. 3e klas N. L.T.B. Asta is de gelukkige. Geboren uit verschillende kleine ge zelschappen, werd October 1931 de Al- gemeene Soester Tennis Afdeeling opge richt. Het doel der Asta is, n.m., het be oefenen der mooie Tennissport in 't alge meen, en het opvoeren van het spelpeil in 't bijzonder. Beschikkende over ruim 60 leden, en een onmisbare jeugd afd. en over een 14 tal speeltijden, op de prachtig gelegen Banen in het Burg. Dekethpark, kan de Asta op een goeden gang van za ken bogen. Door een 3 tal Dames en evenzooveel Heeren werd deelgénomén aan de Competitie. Van de 6 wedstrijden wist de Asta er vijf te winnen met 24 gewon nen en 13 verloren partijen, en het kam pioenschap als belooning. Elke speler of speelster onder de lou- pe nemen, zou te veel plaatsruimte vorde ren. Ieder heeft zijn best gedaan en ge speeld, voor wat zij waard waren. Een persoon echter heeft een niet gering déél bijgedragen aan deze overwinningen. Evenals Ma Braun haar dochter verge zeld op de zwemwedstrijden, en de Ne- derlandsche zwemster naar menige over winning leidde, evenzoo neemt Mevr. Hub- ner deze plaats in, in het Asta Team,, waarvoor een extra woord van hulde niet mag ontbreken, Mevr. Hubner was de ver zorgster van het dappere zestal, en in spireerde zonder twijfel deze wedstrijd- spelende Asta leden. Nu de Promotie. Wat zal het worden? Wie durft een voorspelling te maken? Zeg echter niets, en ontneem hun niet de hoop Sterkte Kiek, Jo, Mimi, Bob, Jan en Pip en Ma! EEN FEESTELIJK JAPONNETJE. Vooral voor de avondjaponnetjes, die voor het zomerseizoen eerst recht bekoorlijk zijn, blijft men heel dikwijls het kant toepassen, omdat dit van zich zelf reeds zoo iets be koorlijks wordt. Het feestelijke japonnetje van onze teekening is daarom ontworpen van koraalroode, fijne kant, en crêpe geor- gette. Het heeft verder een Berthekraag van ge- rgette. De rok is nauwsluitend over de heupen, tot aan de volants van crêpe geor- gette, die van onderen sterk klokken en daardoor de noodige ruimte verschaffen. Er is voor dit model (patroon No. 3590) 1.60 Meter kant van 90 c.M. breed noodig en 2 M. crêpe georgette. Ook blijft zwart met wit, zooals steeds, een geliefde combinatie voor het avondjaponnetje. Zoo zagen wij onlangs een prachtig model, een creatie van Cécile Welly te Parijs, waarvan het lijfje met een ingezette punt van witte kant was. De witte kant strekte zich verder uit langs den hals en tot op de schouders van de kor te cape-mouwtjes. Het was dus als het ware een witte kanten kraag, terwijl de rand van de Berthemouwtjes weer van zwarte kant was. Verder was de zwarte japon van on deren met een zeer breede, onregelmatige rand zwarte kant gegarneerd. Het japonne tje zelf was van zwarte mousseline. Zooals men ziet blijft de lengte van het avondjaponnetje vrijwel gelijk aan die van het vorig seizoen, namelijk tot op de en kels. Voor het gekleede namiddagtoilet is de lengte van den rok ongeveer 21 c.M. van den grond, terwijl de gewone japonne tjes voor wandeltoitet, zoowel als sport, on geveer 35 c.M. van den grond zijn. L O E S. Van deze japon is een knippatroon verkrijgbaar k 75 cent per stuk. Post wissel zenden aan: De Beurs, Amstellaan "1, A'dam, Z. of Giro. Postrekening 71512. Op het strookje nauwkeurig vermelden, naam en adres van afzender, nummer van het gewenschte patroon en maat. Levering binnen 1 week. (De maten van 40 tot 52 kunnen geleverd worden). Twee nieuwe tailleurtjes. Wrj zijn dit voorjaar niet buitengewoon verwend met warme dagen en daarom is het begrijpelijk, dat er veel belangstelling bestaat voor die aardige, vlotte tailleur tjes, die toch in ieder geval wat meer ge kleed zjjn en wat warmer zitten dan de enkele voorjaars- en zomerjaponnetjes. De voornaamste kenmerken zijn, dat de man teltjes dikwijls heel kort zijn, en vrij nauw van onderen, nauwsluitend op de heupen en met breede revers. De sluiting ziet men op verschillende wijzen uitge- yoerd; een leuk idee is bijvoorbeeld om het jasje met een rijtje van vier of zes metalen knoopen (een rij dus) te sluiten. Het plaatje geeft een tweetal aardige mo dellen weer. Links is een tailleur van ottoman zijde. Het korte manteltje sluit glad over de heupen en wordt met vier knoopen gesloten. De mouwen zijn met een nauwe manchet. De rok is met twee groepen plooien van voren en van achteren, die van boven vastgestikt zijn. Voor dit model (patroon nr. 3548) is 3 meter stof van 1.40 M. breed toereikend. Rechts hebben wij een tailleurtje van lavendelblauwe, lichte stof, voor het man teltje en kastanjebruine stof voor den rok. Het manteltje sluit slechts heel wei nig over elkaar en is van voren met rond weggesneden panden. Er wordt ter hoogte van de taille een tamelijke nauwe ceintuur van de zelfde stof op gedragen. De rok is met kleine waaierplooitjes. Voor dit mantelpakje (patroon nr. 3549) heeft men 1.40 Meter blauwe stof en 1..50 Me ter bruine stof van 1.40 M. breed noodig. LOES. Van deze tailleurtjes zjjn knippatronen verkrijgbaar a 75 cent. Postwissel zenden aan: De Beurs, Amstellaan 66, Amster- dam-Z. of Giro: Postrekening 71512. Op het strookje nauwkeurig vernielden: naam en adres van afzender, numlmer van het gewenschte patroon en maat. Levering binnen 1 week. (De maten van 40 tot 52 kunnen geleverd worden). KOUSEN WASSCHEN Of de kousen nu van katoen, zijde, of wol zijn, wij moeten er steeds om denken, dat wij niet alle kousen bij elkaar wasschen. De lichte en de donkere kousen moeten apart, gewasschen worden. Voor we gaan was schen, kloppen we ze eerst allemaal goed uit. Vervolgens moeten ze te weeken wor den gezet in lauw water. Het wasschen ge beurt in een sopje van huishoudzeep. Wij moeten er daarbij vooral op letten, dat het sop niet te warm is, omdat daardoor de kousen bedorven kunnen worden. Een lauw sop is voldoende. De kousen moet.en aan beide kanten gewasschen worden, door ze over de hand te trekken. Vooral in warme dagen zal het noodig zijn, ze nog eens na te wasschen in het schoone tweede sop. Dan uitwringen of door de wringmachine halen en een keer of drie in schoon, lauw water naspoelen. Vervolgens weer wringen en op een schoone tafel uitplakken. Na uurlijk moet de goede kant dan naar buiten gekeerd zijn en de naden moeten op zij vallen. Wan neer ze op die manier in model zijn ge bracht, worden ze te drogen gehangen, liefst in den wind, doch uit de zon. Ook moeten we voorkomen, dat de kousen te snel kunstmatig drogen bij het vuur. Als men wil voorkomen, dat zijden kousen te sterk galan glimmen, moet men ze niet strijken. Om de kleur van gekleurde kousen goed te Houden, gooit men wel een snuifje zout in het sop. Zijden kousen wascht men bij voorkeur zoo koud mogelijk. En men droogt ze op de beste wijze door ze plat op een fijne badhanddoek te leggen en die stevig op te rollen en de kousen er in te laten, tot ze droog zijn. STROOIEN HOEDJES wijls tot de ondekking als we het lint er af halen, dat zoo'n hoedje van naturel stroo knapjes vuil of verbrand is geworden. Daarom gaan we zoo'n wit strooien hoedje opknappen. Kapje en lint moeten er natuur lijk afgehaald worden en apart gewasschen. Het strooien dopje wordt vervolgens goed schoon geborsteld en veivolgens met een schuiertje met lauw sop afgeborsteld. We moeten den hoed niet te nat maken, anders gaat die uit zijn model. Naborstelen met gewoon water. Dit helpt in de eerste plaats om een vuil geworden hoed goed schoon te maken. Is hij echter geel geworden, dan moeten we hem afnemen met een papje van citroensap en het z.g. cremortart. Wij gaan daarbij als volgt te werk: We beginnen met den rand van den hoed aan den onderkant schoon te maken. Dan nemen we eerst den bol, werken daarbij van uit het middelpunt in steeds wijder kringen naar beneden tot aan den rand en nemen vervolgens den bo venkant van den rand onder handen. Als de hoed op die manier heelemaal met het papje is ingesmeerd, moet hij in de zon te drogen hangen. Is hij goed droog, dan af borstelen, eerst droog, daarna met een eenigszins vochtigen borstel. LINT WASSCHEN Lintgarneering wordt schoongemaakt na dat men eerst het lint heelemaal los heeft getornd, zoodat het plat neergelegd kan worden en met een borstel met sop (voor wit lint) of licht bier (1/3 bier, 2/3 water, voor gekleurd lint) schoon geborsteld. In dien noodig de bewerking met een schoon sopje (nieuw biermengsel) herhalen. Het in bier gewasschen lint wordt niet in water uitgespoeld. Omdat we het bier juist noo dig hebben om het lint te stijven. Het natte lint wordt tpgerold in een doek en aan den verkeerden kant droog gestreken. Het met sop gewasschen witte lint wordt wel in wa ter uitgespoeld en gesteven in een weinig lauw water, waarin een theelepeltje suiker is opgelost. RECEPT. PREI ALS GROENTE: Men neemt 4 bos prei, wat zout, peper, 1 theelepeltje sui ker, 2 lepels azijn, 2 lepels boter, 2 lepels bloem, 2 kopjes kooknat van de prei. De prei maakt men schoon en snijdt ze in vrij lange stukjes, zoover als er nog stevigheid aan de prei is, ook al is ze groen, dat hin dert niet. Daarna wascht men ze, kookt ze ongeveer uur met water en zout. Van het kooknat maakt men een sausje met boter erf bloem, daarbij voegt men wat peper, sui. ker en azijn, en stooft daarin de prei nog eenige minuten. Van de prei kan men zeer smakelijk een stamppot maken met aardap pelen, desverkiezend ook wat rijst en azijn en peper en stoven met boter of vet. HUISVROUW. Er worden van den zomer natuurlijk al lerlei strooien hoedjes gedragen in verschil lende kleuren. Wanneer we dan een strooien hoed van vorig jaar een beetje willen ver maken of moderniseeren, komen we dik- Ik schrijf niet officieel, ik spreek tot de harten der menschen. Ik zoek medegevoel voor al wat lijdt, ongezien en ongeweten. Van veraf, of dicht bij, het is overal het zelfde, het leven geeft zich altijd op dezelfde wijze, al is 't dan ook onder een anderen vorm en in andere uiterlijke levensver schijnselen. De innerlijke roerselen des har ten spelen zich altijd op dezelfde wijzen af. Men vraagt mij wei eens of Indië een mooi land is. Dan zeg ik altijd: „Indië is een prachtland, een zeldzaam mooi land; de natuur is er onzeglijk m< oi. En de be volking is goedl, beter dan in Europa, waar de strijd om 't bestaan tegen verheffing des geestes werkt." Doch het is een natuurvolk; ze weten niet zooveel als in Europa, ze zijn niet zoo ontwikkeld, en ze zijn niet zoo knap, ze hebben niet zooveel geleerd op scholen, en hoogescholen, en ze hebben niet zooveel godsdienstonderwijs gehad als de menschen in Europa en tochzijn ze betere men schen; hun geest is hooger, hun geestelijk leven staat op hooger en religieuzer ni veau. Van de grootsten tot de kleinsten, al len zijn doordrongen van hetzelfde geestelijk element, dat hun ras stempelt. De Ooster- sche aristocratie is hun aller eigendom, van af den hoogsten adel in den larde, tot den minsten, laagsten ko-lie in maatschappelij- ken rang; allen hebben een aangeboren gra tie en welgemanierdheid, die niet is aange leerd doch die voortspruit uit den aange boren adeldom des harten, welke overgaat van geslacht op geslacht, ook in hunne v --.-.pnring met Europeesche volken. Géén native, géén afstammeling van menging van Oostersch en Westersch is minder dan 't Europeesche. Veelzijdiger ontwikkeling, temperamentvoller aard is meestal 't resul taat. Doch 't begrijpen ontbreekt; hoe kan een geestelijk hooger gestemde begrepen worden door een minder ontwikkelde geest? Hoe wordt adeldom des harten begrepen door iemand met materialistlschen inborst. Immers zal er altijd een langs elkaar leven zijn, inplaats van geestelijk contact. En zóó zal 't altijd blijven, een wederkeerig vaak nietbegrijpen, en minachting alleen al daar om, omdat 't inlandsche ras getint is soms weinig, soms veel. Getint, omdat God het zóó wilde, omdat God hen zóó schiep! omdat het aanpassingsvermogen met het heete tropische klimaat er moest zijn! Maar wie vroeg den Westerling oorspron kelijk daar te komen? Wie vroeg hen, daar schijnbeschaving te brengen en zelve allen het beste deel van alles te nemen? en den inboorling te halen uit ziin tevreden en rus tig leven, en te gebruiken, helaas te mis bruiken zoo vaak, voor hunne materialis tische doeleinden? En 2e daarna te vertrap pen vaak, helaas. ,,Och, 't is maareen nativeoch, 't is maar'n getinte, dat komt er immers niet op aan! Als het niet meer bevalt, dan kan men het wegdoen, zooals men een hond wegdoet, wanneer men er geen genoegen meer van heeft, ter wijl het arme dier hetzelfde nog steeds is als vroeger, misschien nog iets aanhanke lijker, doch slechts afhankelijk is van de luimen en grillen van zijn meester, van wien zijn leven afhankelijk is, Och, het is immers maareen native, zonder hulp, arm en sjofel vaak, zonder recht, want voor een arme bestaat er geen recht! Zoo'n el lendige native, die is immers zóó geheel anders als een blanke, zoo'n native, die heeft immers geen gevoel- Ik zal U een klein verhaaltje vertellen: „De tamarindeboonien stonden in vol len bloei van pas ontloken, licht, i,ong groen. Dan is 't als bij ons in de lente, als de boomen en struiken alle in mal- schen, lichtgroenen dos staan. Heel hoog, als een lichtgroen gewelf, waren de ta- marindeboomen boven den weg, waar veel drukte was van marktgangers en gang sters, en van schoolkinderen en andere Europeesche bewoners. Ons huis lag hoog boven den weg. De zijgalerij was vol met bloemen en planten want een heele rij bloempotten stond langt de zijgalerij; er boven hingen veel orchi deeën, met zeer fijne lila en witte bloem kelken. Aan den wand waren hangers met klimop en hier en daar was een gemak kelijk zi je, een Indische luierstoel, waai je, als je wat moe was van 't huishoude lijk, even op kon uitrusten, en dan, turend in de uitgestrekte verten, je gedachten kon laten wegzweven, ver, ver weg, de vlucht van witte duiven achterna, die hoog boven de lichtgroenende tamarindeboomen, zich in hun verre vlucht oplosten, in 't diepe blauw van den hemel. Waar je hoorde, het kristalheldere zan.- gerige gekabbel en geklikklak van 't bron water tegen bergkeitjes; het bronwater, dat in een klein stroompje, vlak langs de zijgalerij liep, en van ver, van heel ver weg kwam, van den top van een hoogen berg, en meebracht 't frissche van verre, koele oorden. Ik was alleen, wederom al leen, als zoo vaak in Indië. Doch om mij waren bloemen en vogels, en speelsche vlinders, en gekabbel van een beekje, met glashelder, koelend water. Mijn dochtertje was plotseling ziek ge worden, ze lag in een kamer, uitkomend in de zijgalerij; mijn luierstoel was dicht bij haar slaapkamerdeur. Ze had niet naar school kunnen gaan dien ochtend. Andere dagen kwam ze thuis uit school, met een lief, frisch kleurtje, en groote blauwe oogen, als een aangekleed levend poppe tje, de blonde haren in krul en een lie ve lach op 't gezichtje. Blij, dat ze mrj zag, en thuis was. Nu was ze ziek. Haar jongere broertje moest alleen naar school. Anders gingen ze aLijd samen, in speelsche dartelheid en lach, en ik zag ze na, zoolang ik kon. 't Was stil om mij heen; overal waar ik was, was 't al tijd rustig. Oude kokkie was in de bijge bouwen in de keuken. Ze kookte er. werkte gestadig door, ze had haar bezig heid en lette schijnbaar op niets om haai heen. 't Was een oude, oude kokkie, z had nog bij mijne ouders gediend, toen mijn vader nog Officier van Gezondhei was te Batavia, en ze had mijn oudste broer nog in den slendang gedragen, dus ze was oud, heel oud en mager. De sa rong en 't baadje hingen haar wijd om 't dunne, schrale lichaam. Omdat mijn dochtertje ziek was, hadden wij haar jonger broertje uit logeeren ge zonden, bang zijnde voor besmetting mis schien? Véél vroeger dan andere dagen hoorde ik klein kindergetrippel op den cementen vloer. Daar kwam Janneman aan, (hg had op z'n eentje, een kindje van vier jaar, een karretje gehuurd, en was naar buis ge reden) zijne oogen vragend wijd open zijn schooltasch ging op een stoel,' en re- gelrg&ht wilde hij naar de slaapkamer van zijn zusje loopen. Bejaarde dame vraagt ongem. met volledig pension, zoo noodig met eeni ge verpleging; omgeving Soestdijk. Brieven onder No. 130 aan het bur. van dit blad. Moderne tuinmeubels diverse modellen ongeschilderd, per stel vanaf f 20. Fauteuils f 4.banken f 7. tafels f 5.—. VaN OEST, VELDWEG 1. Soest. LET OP HET JUISTE ADRES POELIERS zijn ruim voorzien van alle soorten jonge Hondjes, tegen de scherpst concurreerende prijzen. KOLONIEWEG 9 SOEST. Beleefd aanbevelend. „Maar Janneman, je mag niet komen, zusseke. is ziek, erg ziek"! „Mamana, ik wil Lette zien". Beslist ging 't er uit. Kokkie was bplettend geworden, en hoorde zijn stem. Daar kwam ze aangevlo gen uit den keuken, 't eten vergetende, Jaar kwam ze aan, naar Janneman toe, die naar zijn zusj? kwam kijken, omdat ze ziek was en niet bij haar mocht zgn. Anders speelden ze altyd samen, eiken dag. Hij miste zijn zusje. Eén vraag in 't maleisch aan kokkie, één kinderlijke, liefdevolle, al le gevaar vergetende vraag: „hoe 't zgn zusje ging", en kokkie knielde hg hem neer. haar kleinen meester; ze knielde en spontaan rolden de tranen naar ove* de wangen, en ze omhelsde het k. in. menschje vol mededoogen. 't Was de ee nige, die naar zgn zusje kwam kijken. T Was, alsof-'t haar kleinkindje was; oude kokkie knielde, omdat 't eene kind liefio- vol dacht aan 't andere, en niet <ette op gevaar, zelf hevig ziek te worden. Was 't niet de onzichtbare nabijheid en inwerking van Jezus? die de harten beinvloedde, en gevoelde ook oude kokkie dat onbewust, al dacht ze er niet verder over na, want zjj had nooit van Jezus gehoord en.... toch was Hij diep in haar oude hart verborgen, en was zij zich dat niet bewust.... Zóó „begreep" oude kokkie dat inede- doogende kinderhart, en ze drukte mijn zoontje tegen zich aan, en Janneman was heelemaal niet vies, van kokkie's oude, bruine gezicht, nat van tranen. Toen liet ze hem naar zijn zusje gaan. Zij zelf ging, mij toelachende, weer naar de keuken terug, waar ze plichtmatig haar werk deed, alsof er li 's icloois was-ge beurd. Maar ik.... ik had een blik gesla gen, in dat oude gevoelvolle liefdehart, onder armzalig uiterlijk, 't Was immers maar een native vrouw, die geen gevoel iiad.... en oie zoo anders was en immers veel minder dan vele Europeesche vrou wen, ja, anders, zoo geheel anders ge lukkig, dan velen. Janneman's zusje werd beter, wat die :wee elkaar gezegd, hebben in kinderlijke aanhankelijkheid en liefde, kan ik mede gevoelen; en Janneman zelf werd niet dek. Naschrift. 't Europeesche ras, dat zich opwierp ils „meester" van 't Oostersche, zichzelf opwierp met brute kracht, driehonderd jaren geleden; boven iets, wat geestelijk en zedelijker hooger was dan 't zelf was, doch dat nooit de Oud-Javaansche geestescul tuur ten onder braent, en dat eeuwen lang verdragen werd uit lankmoedigheid en goedheid" des harten, van de door hun fou tief lager geschatte rassen. De oogen zjjn opengegaan, sinds jaren, van beide kanten; en veel, onzeggelijk veel is er goed te ma ken tegenover de inlandsche ras3en. 't Is een enorme waarheid, die tot vervulling zal gaan. F. L. Pension aangeboden voor Uwe huisdieren. Mej. E. ZWIERS BEVERWIJK. Kolonieweg No. 9. Soest '.ijn wij weer ruim voorzien in frotlé, irt-silk fitl, weeframen enz. Verder ïebben we eene ruime sorteering in prima CORSETTEN. Vraagt U eens rene zichtzending. Probeert U eens ons zijden ONDERGOED van Jansen Tilanus. Onderjurken met kanten frasse. in alle maten vanaf f 3 60. aan Aderverkalking, Rhenmatiek enz. wendt U dan eens tot

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1932 | | pagina 6