Oamestasschen ij De Spionnage in den grooten Oorlog. S. DE ZOETE Stroomatrassen L. Vervat I 1 P. PANII Drogisterij ,,'T ORANJE KRUIS" De Iepenziekte. Velours Hoeden GELEN f 2.- per mud T MEUBELHUIS" J. DE JONG - Drogist - KONINGINNELAAN 6 b* V :<G Het adres voor: Z n K 10 f* N. V. EERSTE SOESTER tg ELECTR. DRUKKERIJ gj De Spionnage-Centrale Brussel. Advertentiën Engelsche Les R. KLOP DE ZOETE REM- RÈM alweer minder de prima Zuid Hollandsche Blauwe f 2.25 p. mud. P. Roos - Lange Brinkweg Nieuwe voorraad alleen met prima linnen DAMES! Dames Kapsalon J. A. WIERSMA W. V. D. VELDEN EMMALAAN 13 Landhuizen en andere bouwwerken Handel in Binnen- en Buitenlandsch Fruit Burgem Grothestraat 4). Tel. 2140 I Wij verkoopen: I II De Lach j(S Het Amusante Weekblad 2)f Stuiversblad jfr J«S Ideaal 2)1 De Haagsche Post Wij zijn agent van: N.V. Eerste Soester Electr. Drukkerij HORLOGERIE, GOUD, ZILVER - OPTIEK In ons magazijn is als regel alles voorhanden, wat in een 1ste klas zaak in deze branches, verwacht kan worden. De tijd voor levertraan breekt weer aan Medicinale Stoomlevertraan Jecovitol, Emulsie, Draisma etc. daar de veiligheid in gevaar was gebra.ht door den motorrijder, al is deze in zoo'n be- treurenswaardigen toestand gekomen. Uitspraak over 8 dagen. UITSPRAKEN KANTONGERECHT. Venten te Soest zonder vergunning: D. B. Rotterdam f 2 of 1 dag. Wielrijden zonder licht. M>. E., Soest f 5 of 2 dagerr. Wielrijden onder invloed van alcohol: M. G., Soest f 15 of 5 dagen. Geen voldoende verlichting aan auto: A. F., Soest f 5 of 2 dagen. Door den Iepen-spintkever overgebracht. De schors van iepen, die in een verge vorderd stadium van iepenziekt.e veikeeren, laat gemakkelijk los. Boomen, die afgestor ven zijn, vindt men gewoonlijk reeds na eenigen tijd geheel en al van hun schors ont daan. Bij nadere beschouwing ziet men, dat de stammen en de stukken losgelaten schors een vreterij van insecten vertoonen, die zich voordoet als talrijke kronkelende boorgan- gen, welke een waar labyrinth vormen. Bij iepen, die nog niet zoo sterk zijn aange tast, vormen deze boorgangen zeer regelma tige vraatfiguren. Men kan dan steeds een hoofdboorgang of moedergang onderschei den, die ongeveer in de lengterichting van den stam of van de dikkere takken is gele gen en die een lengte van enkele centimeters bereikt. Van deze hoofdgang stralen aan weerszijden aanvankelijk smallere kronke lende boorgangen uit, die allengs iets wij der worden, totdat zij, na een lengte van pl.m. 10 c.M. te hebben bereikt, plotseling ophouden. Die vraatfiguren worden teweeggebracht door de z.g. iepenspintkevers, kleine glim mend zwart-bruine torretjes van een ge drongen lichaamsbouw, die. borende in den bast der zieke iepen, zich ontwikkelen,. De moederkever boort zich van buiten naar binnen, doet dan de reeds genoemde lood rechte moedergang ontstaan, zet daarna haar eitjes af. uit deze eitjes ontwikkelen zich spoedig de larven korte, pootlooze, witte wormpjes en deze larven boren de zijdelingsche gang!, totdat zij volwassen zijn de, zich aan het uiteinde der zijdelingsche larvengangen verpoppen. Hier komen de jonge kevers uit, die zich op deze plaatsen door een boorgat van binnen naar buiten werken en kruipende en vliegende den stam verlaten. Er komen voornamelijk twee soorten van iepenspintkevers in ons land voor, de z.gv groote en de kleine iepenspintkevers, we tenschappelijk geheetenScolytus scolytus en Scolytus multistriatus. Deze kevertjes ko men in een onnoemelijk groot aant&l te voorschijn uit zieke iepenboomen en ook uit dezulke, die reeds geveld zijn en ergens worden opgeslagen, want nog geruimen tijd eigenlijk, totdat de schors in groote stuk ken! er af valt, kunnen de kevers zich in zulke stammen ontwikkelen. De jonge iepenspintkevers, die de stam men verlaten hebben, vljegen bij mooi weer overdag in grooten getale rond en hebben de gewoonte zich naar de kronen der iepen boomen te begeven, onverschillig of deze gezond of reeds aangetast zijn. Daarna gaan zij vreten aan de jonge takken. Met een Du-tschen vakterm noemt men deze vrete rij „Nachfrass". Door middel van deze „Nachfrass" voedt de jonge kever zich met het sappige en voedselrijke weefsel der plant, waardoor de eieren van den vrouwelijken kever tot rijp heid komen. Eerst als deze „Nachfrass" ruim een week geduurd heeft, vliegen de kevers weg en beginnen dan elders weer de stammen of dikkere takken aan te boren, ten einde zich op de reeds beschreven wijze voort te planten. Het is gebleken, dat deze kevertjes bij het overbrengen van de iepenziekte een rol van groote beteekenis spelen. In de zeer zieke iepen met afstervende schors ontwikkelt de zwam der iepenziektc vruchtlichaampjes in de schors. Deze vruchtlichaampjes ontstaan gewoonlijk in de uiteinden der larvengan gen, waar de verpopping plaats heeft. Wanneer de jonge kever nu uit de pop te voorschijn komt, raakt hij besmet met de sporen van de zwam De aldus besmette jon ge kever vliegt uit, begint zijn „Nachfrass" en brengt daarbij de sporen van de schim mel op de verwondingen aan de takken over. Op deze wijze kan hij de takkenstel- sels van eventueel nog gezonde iepen.infec- teeren. Dit doen zoowel de groote als de kleine iepenspintkevers). Verschillende on derzoekers, ook in het buitenland, hebben deze wijze van ziekte-overbrenging thans met zekerheid vastgesteld. Wij hebben hier dus te doen met het zeer merkwaardig geval, dat een ernstige schim melziekte van een boom geregeld door een bepaald insect wordt overgebracht. WIJ ZIJN GOEDKOO- S «g PER DAN OOIT II g» Dt Steeds de nieuwste modellen <0 t>! v. Weedestraat 7 X. Raadpleegt men de schrijvers,, die geput hebben uit het archief van de Spionnage Centrale te Brussel, dan behoort tot de meest vermetele spionnen, die België in den oorlogstijd gekend heeft, Gabrielle Petit, een jong meisje van, toen zij haren arbeid aan ving, nauwelijks 22 jaren/, die uit vader landslievende gevoelens tot de geheime or ganisatie toetrad en daarvan een der voor naamste, zoo niet de allervoornaamste me dewerkster is geworden. De Duitsche con- tra-spionnage kwam, zij het ook eerst twee jaren nadat zij haren arbeid had verricht, op haar spoor, en op 1 April 1917 viel zij aan de kogels van het executie-peleton ten offer. Enkele maanden na den wapenstilst., op 29 Mei '19, werd haar stoffelijk overschot van de executieplaats weggehaald en met groot eerbetoon in de kerk van Schaerbeck nabij Brussel bijgezet!. Het geschiedde met belangstelling uit militaire en burgerlijke kringen, en achter de lijkkoets schreden vertegenwoordigers van de Belgische en Engelsche vorstelijke familiën. De Belgische Minister-President Delacroix we!ès in de grafrede, die hïj hield, deze Gabrielle Petit als een nationale heldin aan, en Koningin Elisabeth hechtte eigenhandig het ridder- teeken der Leopoldsorde op het zwarte doek van de lijkkist- En nu moge het zijn, dat wij, zoovele jaren reeds van den grooten oorlog verwijderd, ons afvragen welk nut het had om na den oorlog op deze wijze hetgeen trouwens aan beide zijden gelijkelijk ge schiedde den vroegeren vijand te hinde ren, aan den anderen kant mag niet uit het oog worden verloren, dat inderdaad een, fi guurtje als dat van Gabrielle Petit voor het vaderland meer heeft gedaan dan menig vooraanstaand en onverschrokken krijgs man. Twee jaren lang heeft zij haar gevaar lijk en moeilijk handwerk uitgeoefend; zij is onder den doodelijken draad gekropen om België te verlaten en het weer binnen te komen; zij was dan een couranten verkoo pend meisje in de Brusselsche café's, dan een jong Pruisisch luitenant. Tengevolge van eerx langdurig verblijf in Duitschland sprak zij het Duitsch als een DuitsJie, en dit vooral heeft het haar mogelijk gemaakt om zoo langen tijd aan de nasporingen van den Duitschen geheimen dienst te ontko men. Nog slechts korten tijd oefende zij haar handwerk uit, en hield verblijf in een voor officieren gereserveerd hotel te Rijsscl, of midden in den! nacht werd, gelijk somtijds geschiedde, controle gehouden. Tot haar ge luk vernam zij het, terwijl de controle nog enkele kamers van haar verwijderd was. Opstaan en den militairen mantel om haar heenslaan, was het werk van een oogenblik, want in haar nachtgewaad had men haar natuurlijk onmiddellijk herkend. Maar toch, dc vermomming was weinig afdoende, en vol spanning wachtte zij den loop der ge beurtenissen af. De schreden op den gang naderden haar kamerdeur, maar gingen de ze. met een korte, nauwelijks gehoorde op merking, voorbij; tengevolge van een mis verstand was deze kamer als ledig in de hotellijst opgenomen en controle werd er dus niet uitgeoefend! En een anderen keer geschiedde het, dat zij, in uniform in den trein gezeten tusschen Gent en Brussel, de aandacht van een ietwat bejaard Haupt- mann op zich gevestigd voelde. Zij raakte met den Hauptmann in gesprek, maar be merkte, dat ondanks de antwoorden, die zij gaf, het wantrouwen bleef bestaan. Zij voel de zich in Brussel gevolgd, en ging daarom in een der café's binnen, waarin zij regel matig couranten verkocht. Schijnbaar nam zij aan een tafeltje plaats, stond echter on middellijk daarna weer op, hing de mili taire jas aan den kapstok en verwijderde zich door een zij-ingang, slechts aan weini gen bekend. Zij begaf zkh met spoed naar haar kwartier, verkleedde zich1, nam den voorzorg alle militaire kleeren te verbran den, en was niet veel meer dan een uur la ter opnieuw in hetzelfde café, maar thans als courantenverkoopster. Een harer eerste klanten was dezelfde Hauptmann, die haar onverschillig aanzag, en dus blijkbaar niet de minste gelijkenis bespeurde. De mantel hing niet meer ter plaatse, maar den gang doorgaande, hoorde zij informeeren of de officier, die dezen mantel had laten han gen, reeds teruggekomen was. Het was een afdoend bewijs1, dat zij in haar uniform wan trouwen had opgewekt, en geruimen tij< heeft zij er over laten verloopen voordat zij weer van deze verkleeding gebruik maakte. De taak, die al spoedig op Gabrielle Pe tit, nadat zij tot de geheime organisatie was toegetreden, rustte, was haar dienstplichti gen verloofde buiten België te brengen. Ivf et hen beiden gingen een aantal andere dienst plichtigen en vluchtelingen mee, terwijf de leiding berustte bij een goed gekleeden heer, die de typische zwarte snor van den Fran- schen officier droeg. Het was den eersten keer, dat Gabriel een tocht over de grens medemaakte; de electrische draad was er nog niet, maar de bewaking maakte zulke grensovergangen reeds toen zeer gevaar lijk. De leider gaf aanwijzingen; leidde hen tot het uiterste punt, dat hij mo^ht Dereiken; zeidc dan precies wat zij te doen nadden en welke gevaren hen konden bedreigen. Ze kerheid van veilige overkomst kon hij hen niet geven, maar, zij het ook met moeite, zij bereikten het voor hen veilige Hollandschc grondgebied, waarop het aantal inwoners niet gering was, dat met de Belgische huur lieden sympathiseerde. Eenmaal in Holland aangekomen, waren zij veilig, tenzij hunne papieren zouden blijken niet in orde te zijn, maar daarvoor was afdoende gezorgd. Niet altijd konden zij weten, dat vanuit schijn baar onschuldige kleine huisjes in die kleine Zeeuwsch-Vlaanderensche plaatsjes agenten van den Duitschen contra-spionnagedienst op hen loerden. Dat zouden zij gemerkt heb ben. wanneer zij weer voet in België hadden gezet., Gabrielle Petit en haar verloofde gingen van Vlissingen met de ..Prinses Juliana, een der booten waarop eenmaal de Zeelandlijn terecht zoo trots was, naar Engeland. Zij kwamen daar in gesprek met een heer met een kleinen zwaren ringbaard, en dezen leg den zij, toen hij zich als medewerker van de Intelligence Service had kenbaar gemaakt hun plannen voor. De verloofde wildé in het Engelsche leger treden, Gabrielle Petit wil de aan de Tntelligence Scrvkc diensten be wijzen. De jongeling ging naar het recruten- gebouw, hem door dezen heer aangewezen; sprak met Gabrielle af dat hij haar den vol genden dag aan het strand te Folkestonc zou weerzien. Maar hoe zij wachtte, hij kwam niet. Wel echter kwam een heer, die duidelijk officier in hurgerkleeding was. Met hem nam Gabrielle plaats in een auto, en door smalle straten en steegjes ging het naar het plaatselijk bureau van de Intelli gence Service. Daar heeft Gabrielle Petit haar eerste belofte afgelegd; daar ontving zij haar eerste orders; daar begon voor haar 'n geheel nieuw leven. Slechts zelden neemt de Intelligence Service knappe jonge meis jes in zijn dienst, want terecht staat de dienst op het standpunt, dat meer dan eens blijkt, dat deze een zwakke zijde hebben' Maar met Gabrielle Petit werd, ook al ter wille van de noodzakelijkheid om regelma tig inlichtingen uit België te krijgen, een uitzondering gemaakt. Zij zag haar verloof de in uniform terug; slechts weinig tijd was er om afscheid te nemen/. Reeds den volgen den ochtend weer ging Gabrielle met het stoomschip „Oranje Nassau" naar Vlissin gen terug en vandaar over de grenzen terug naar België. Zij had reeds dezen eersten keer niet on belangrijke papieren bij zich. Daaronder waren berichten! voor Edith Cavell, met wie zei toen voor het eerst in aanraking kwam. Maar er waren er ook van particulieren aard. Zij begaf zich naar Charleroi en zocht in hut nabijgelegen dorp Binche een vrien din op, welke zij hoopte eveneens in dienst van de organisatie te kunnen brengen. Maar zij had ook vernomen, dat in de omgeving nog enkele honderden geallieerde soldaten war' n, die België wenschten te verlaten. Zij vond de vriendin, en deze heeft als bood schapster tal van diensten bewezen, want Gabr.elle had juist gezien, zij kon opletten. Maar zij had ook de opdracht om een Bel gischen spion, die eigen landslieden aan de Duitschers verried, te doen dooden. De broer van de vriendin wist twee Fransche soldaten, in e enhut in het woud verborgen en met deze sorak Gabrielle. Zij gaf hen al le noodige aanwijzingen, en zoodoende kon den zjj den Belgischen spion, Ledoi gehee- ten, niet missen. Inderdaad kwamen zij hem in het woud!, dat zij doorzochten, tegen; hij werd overrompeld, en aan een verhoor on derworpen, waarin hij moest bekennen, welk werk hij gedaan had. Het allerergste voor hem was wel, dat men in zijn zakken 400 Mark, een revolver en een lijst met 28 Bel gische namen vond. Al zijn jammeren was vergeefsch; de oorlog maakt hard en ruw, en Ledoi moest medehelpen tot het graven van den kuil, waarin enkele minuten later zijn lijk werd geborgen. Telkenmale, dat Gabrielle Petit naar En geland moest gaan teneinde berichten, maar voc ral documenten en teekeningen over te brengen, liep zij hel grootst denkbare ge vaar. De Duitsche contra-spionnagedienst zat niet stil, en zelfs zond deze een keer etn Duitsch onderofficier met een vrouw v*n lichte zeden, die zich aangeboden had behulpzaam te zijn, op haar spoor. Toen zij aan de grens de estaminel binnentrad,, waar van de waard tot de geheime organisatie be hoorde, waarschuwde deze haar direct voor het tweetal, dat zuh voor man en vrouw uitgaf. Zoolang deze aanwezig waren, ver toonde Gabrielle zich niet, maar nauwelijks waren zij weg, of zoowei zij als degenen, die zij over de grenzen moest helpen, kwa men te voorschijn. En weer nam de gevaar lijke, moeilijke tocht door de duisternis een aanvang; weer werd gehóórd, dat de Duit sche veiligheidsmaatregelen waren ver scherpt; dat de electrische draad op zichzelf niet voldeed, maar streng werd bewaakt. Vooral dat gedeelte, waarin men het licht der overal opgestelde schijnwerpers te vree zen had,, was gevaarlijk. De vluchtelingen kenden het wachtwoord, maar dat alleen was niet voldoende) want zij zouden onge twijfeld worden aangemaand om te blijven staan. Nauw dan ook waren zij aangeroepen en hadden zij het wachtwoord gegeven of het dolle loopen om lijf en leven begon voor de zooveelste maal en weer slaagde Gabrigl- le Petit er in om veilig aan de andere zijde van de grens te komen, waar zij vrienden in groot aantal vond. Zij kwam in Vlissin gen toen de Duitsche onderofficier en zijn voorgewende e^htgenoote er reeds waren, maar het viel haar niet moeilijk dezen uit den weg te blijven. Wel waarschuwde zij voor alle zekerheid Engelsche spionnen, die zich te Vlissingen ophielden, en die dan ook, gehoor gevende aan de uitnoodigingen van de zoogenaamde echtgenoote van den Duit schen onderofficier, met haar uitgingen, maar wel verre van haar eenig geheim te verraden, haar ontroofden van het weinigje, dat zij wist. Wel zelden is een opdracht, door den Duitschen contra-spionnagedienst gegeven, zoo slecht geslaagd als deze, en de bedoelde onderofficier is niet meer in dezen dienst gesteld. Na korten tijd ging Gabrielle Petit weer terug, en als altijd bracht zij berichten mede voor hen, die in België waren achtergeble ven. Een dezer berichten betrof een oud vrouwtje in een der kleine achterstraten van Antwerpen. Gabrielle ging er heen, verkleed als koopvrouw. Huis aan huis bood zij haar waren aan; ook bij het moedertje dat zij zocht en dat haar reeds de deur voor den neus wilde dichtklappen toem zij gelegen heid had haar een paar geheimzinnige woor den toe te fluisteren. Een brief van haar zoon, in België dienend, werd haar over handigd en in dien brief stond dat zij zich in allerijl naar den zolder moest begeven en den inhoud van een bepaald aangewezen kleinen koffer direct moest verbranden. Ga brielle hielp haar bij dit werk, en nauwelijks was het afgeloopen of er werd geklopt en de Duitsche politie stond voor de d^ur. Zij kwam huiszoeking houden, maar vond uiter aard niets. Eerst later viel het den politica- beambte in, dat de koopvrouw, die juist in de kamer aanwezig was, toen zij binnentraden, verdwenen was. Hun chef gevoelde de be teekenis van dit verzuim. Weer zette men er alles op om Gabrielle Petit te vinden, maar nog vier maal stak zij naar Engeland over en kwam terug; eens ging zij zelfs naar Champagne en bracht vandaar berichten over naar het bezette gebied in België. Tee keningen van nieuw geschut, plattegronden van vliegterreinen en wat al niet meer, het kwam door haar bemiddeling veilig bij de Intelligence Service aan. Maar ook deze kruik ging zoolang te wa ter totdat zij zonk. De belooning, op haar ontdekking gezet, werd steeds grooter, want haar vangst werd voor de Duitschers steeds gewichtiger. En in oorlog gelijk in vrede zijn er altijd lie lerv die bereid zijn tot laag hartige diensten, mits zij goed worden be taald. Zoo kwam men Gabrielle Petit op het spoor, en pakte men haar aan toen zij zich in het begin van 1917 bij haar tante te Brus sel bevond, die slechts ten deele van hare gevaarlijke handelingen op de hoogte was. Er werd gebeld, en de heer, die binnentrad, noemde Gabrielle Mejuffrouw Legrand ge lijk zij zich meer dan eens had doen inschrij ven. Zij mocht dezen naam ontkennen zoo veel zij wilde, de man deed alsof hij in het .vertrouwen was en noemde het wachtwoord. Hij bracht teekeningen en documenten me de, die zij bij haar eerstvolgende reis naar Engeland zou overbrengen. En al viel het Gabrielle op. dat dc man met Duitsch ac cent sprak, zij kon de mogelijkheid niet voorbijzien, dat dit alles ernst en de papie ren waardevol waren. Met deze in haar zak verliet zij het huis van haar tante, maar nauwelijks was zij op straat of drie politie agenten in burger hielden haar aan. De Hauptmann, die het eerst wantrouwen je gens haar had gevoeld, was bij hen. Hij zag hoe zij haastig iets naar binnen slikte; een bonbon gelijk zij het noemde, maar inder daad aluminium capsule, waarin in het ge bruikelijk miniatuurschrift een lang bericht stond geschreven; capsule, welke de Duit- schers langs natuurlijken weg weer in hun bezit kregen. Lang en nauwkeurig.was het verhoor, dat men Gabrielle afnam, want het ging er niet alleen om dat haar schuld zou N^prden vastgesteld, het ging veel meer om de wetenschap, die zij bij zich droeg. Men bood haar behoud van leven aan, indien zij iets van die wetenschap wilde inededeelen namen noemde van degene, die tot de ge heime organisatie behoorden of deze ten naaste bij aanwees. Maar Gabrielle wankel de niet; zij zeide niet meer dan noodig was te zeggen, en zij verried niets en niemand Hoogere officieren kwamen met haar spre ken. zelfs de veldgeestelijke, die tot haar gezonden werd om haar in 't laatste oogen blik bij te staan, poogde het te harer wille, maar zij bleef zwijgen. Merkwaardig, dat de Duitsche schrijver, die put uit het archief van de Spionnage-Centrale te Brussel, zich er over verwonderd, dat zij bij den Duit schen geestelijke niet wilde biechten en een Belgischen vroeg, dien zij niet kreeg. In den vroegen ochtend, een druilerigen ochtend gelijk April er zoovele kent, voer de men haar naar de schietbanen buiten J Brussel. Daar werd het doodvonnis, over haar uitgesproken, aan haai voltrokken i Terwijl zij het „leve het vaderland" op de lippen bracht, vielen de schoten en stortte zij ter neer. Spionnenwerk had zij gedaan, zeker, dat wellicht moeilijk op andere wijze kan worden bestraft, maar werk, dat zij deed met vaderlandslievende gevoelens en met een onverschrokkenheid, die onwille keurig bewondering afdwingt. GEVRAAGD donr j d lielst clubje Brieven onder lelter J aan het Bnr van dit blad. LEERABES FNGELBCn 1VT. O. PRAN8CH L. O. PARKLAAN 5 - SOEST tegenover het Slachthuis. DIJKWEG 1—3 BAARN Telefoon 368 1 persoons, per stel f4.10 2 persoons, per stel f 5.20 HEDEN GEOPEND een aparte AANBEVELEND DAMES- EN HEEREJfKAPPER TORENSTRAAT 8 - TEL.SO80 Timmerman Aannemer BELAST ZICH MET HET ONTWERPEN, BOUWEN EN ONDERHOUDEN van Heeren Mode-Artikelen Ontvangen de nieuwste Burg Grothestraat 78a - Soestdijk Telefoon 2212 V-vy <1- f V.- V'-f'ó:' V.' f VSJ Ift"" --jjj 1(5 31 1(6 31 jjjj Het Handelsblad Jfe De Gooi- en Eemlander 2)1 't Maandagochtendblad De Telegraaf J(2 De Radiobode 2)f De Gracieuse J(c Het Nieuwe Modeblad 2)f jfc u, 2)1 rif W eldon pij i(5 ¥17»2)1 Het Handelsblad 1® De Gooi- en Eemlander Dl 1(5 Dl 1(5 3! 1(5 Aanbevelend, 31 1(6 31 J (6 31 ICc 2)f J(S v. Weedestr. 7, Soestdijk 2)J j| Telefoon 2062 1(6 3! BAARN, Laanstr. 99, Tel. 495

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1932 | | pagina 6