Toelichtende beschrijving van het
Uitbreidingsplan
Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
No. 92 (2 bladen)
Twintigste Jaargang
Woensdag 16 November 1932
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTRAAT 7 - SOESTDIJK
ADVERTENTIËN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT
TOT UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 10 u.a. h. BUREAU
UITGAVE: H.V. EERSTE SOESTERELECTR. DRUKKERIJ «.h. 6, v. d. BOVENKAMP
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ART. 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 - (STAATSBLAD No. 380)
ADVERTENTIËN VAN 1-5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS.
GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE, BIJ ABONNEM. KORTING
ABONNEMENTSPRIJS I 1— PER DRIE MAANDEN, FRANCO PER POST
REDACTIE- EN ADM.-ADRES: VAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK
Uitbreidingsplan voor de Gemeente Soest
HOOFDSTUK I.
WAARUIT HET PLAN BESTAAT.
Ifet uitbreidingsplan voor de Gemeente
.viest heeft betrekking op het geheele ge
il van de Gemeente, de grens der ge-
•ente vormt dus de grens van het gebied,
arop het plan betrekking heeft,
let plan bestaat uit:
l kaart op een schaal fan l 25000,
aruit blijkt:
de aansluiting van den in het plan
1 .repen grond en de verkeerswegen op
hei buiten het plan gelegen gebied en de
aldaar aanwezige verkeerswegen,
b. de indeeling in afzonderlijke kaarten,
larop het plan in onderdeelen is getee-
kend.
2e. 18 kaarten op een schaal van t :2o000,
waarop het plan in onderdeelen is getee-
kend. Deze kaarten zijn oost-west in de
lengte en noord-zuid in de breedte. De
noordpijl ligt dus evenwijdig met de zij
kant van elk blad.
Op de kaarten zijn de kadastrale grenzen,
secties en nummers van de in het plan be
grepen perceelen aangegeven.
3e. en verklaring van de kleuren enz.
behoorende bij 2o.
4e. der. toelichtende beschrijving van
het plan van uitbreiding.
5e. een verzameling van alle wegpro-
ielen voorkomende in het plan van uitbrei
ding.
Be. bebouw mgsvoorschriften volgens ar-
kei 30 van de Woningwet, behoorende
bij het plan van uitbreiding.
1 e De verordening, waarbij de Ge
meenteraad aan Burgemeester en Wethou
ders de bevoegdheid verleent om van het
plan van uitbreiding af te wijken,
(ingevolge art. 36, 3e lid).
HOOFDSTUK II.
DOOR WELKE FACTOREN IS DE GE
MEENTE SOEST ONTSTAAN EN GE
GROEID EN MET WELKE UITBREI-
DINGSFACTOREN DIENT MEN
REKENING TE HOUDEN.
De natuurlijke weilanden langs de Rem.
die door de overstroomingen steeds op na
tuurlijke wijze bemest werden en de goede
bouwlanden deden het landbouwend Soest
ontstaan. De rijkswegen, alsmede de in
directe spoorwegverbindingen en later de
directe verbinding UtrechtBaarn, bevor
derden den groei.
De verbinding met de groote spoorbaan
via Baarn en later de locale verbinding
met l trccht bracht de natuurliefhebbers en
rust zo ekenden. Nu /.ijn het de auto en de
autobus, die van alle kanten vreemdelingen
aanbrengen.
De gemeente Soest is nu voornamelijk
pensionplaats, waar zich geregeld ook ves
tigen zij, die de plaats, na er eenigen tijd
in pension te zijn geweest, hebben lief ge
kregen.
In Soesterberg is er bovendien de fac
tor. het vliegkamp, waardoor Soesterberg
snel in bevolking is toegenomen.
I)e Inndbouwfactor wordt kleiner, deze
geeft minder verdienste, veel is door be
bouwing in beslag genomen. Dit is helaas
niet te ontgaan, want voor bebouwings
uitbreiding is grond noodig, maar groote
voorzichtigheid is geboden bij de bestem
ming van dezen grond voor bebouwing,
want het bouw- en weiland geeft aan het
oude Soest, cn ook nog aan Soestdijk het
typische karakter.
De grootste schat van de Gemeente is
het natuurschoon, dat in allerlei vormen
aanwezig is. Vermoedelijk is er in ons
land geen andere gemeente, die bogen kan
op een dergelijk bezit aan landschaps
schoon in zoo groote verscheidenheid.
Dit natuurschoon is de levensbron van
de gemeente Soest. Men heeft wel eens be
weerd. dat dit in twijfel moest worden
getrokken, omdat de heiden, bosschen,
-tuifduinen, enz. niet doorloopend worden
bezocht door zeer velen, doch zij, die dit
betooger*. hebben geen begrip van de mach
tigen invloed, die er uitgaat van een prach- I
tig landschap op de bevolkingstoename
eener plaats, als de verkcersgelegenheden
overigens goed zijn. Men denkc slechts aan
de afwisselende mooie landschapsbeelden,
aan de schoonheid van zoovele plekjes, aan
de boschsylhouetten achter verre heiden,
aan de uitzichten, aan het intieme, dorpsche
landelijke beeld, aan de rust, die er van het
hecle landschap uitgaat, aan de reinheid van
de lucht; in het kort. men voelt de schoon
heid overal waar men zich beweegt, en ge
niet er bewust of onbewust van. ook zon
der dat men de onderdeelen betreedt.
Het landschapsschoon is verweven met
de geheele woonplaats en vormt er dus een
onmisbaar deel van. Het is de sfeer waar
door het geheel bekoort. Zou men die ver
nietigen, dan heeft ook de plaats haar be
koring verloren.
Behalve de bovengenoemde zijn er nog
een paar belangrijke factoren, waar meer
rekening gehouden dient te worden, n.1.
Ie. de gunstige ligging van de gemeente
in het centrum van het land en 2e. de rivier
de Eem, die door de afdijking van de Zui
derzee grootere beteekenis kan krijgen.
Bij het ontwerpen van een uitbreidings
plan voor de gemeente Soest moeten dus
involgende gegevens leidraad zijn:
Tc. Het natuurschoon onaangetast la
ten.
2e. Bij de bebouwingsuitbreiding zorgen
voor landelijke schoonheid.
3e. De landbouwgronden zooveel mo
gelijk in stand houden en de landbouw be
vorderen.
4e. De verbinding met overig Nederland
zoo gunstig mogelijk maken.
5e. Er voor zorgen, dat het verkeer in
en door de plaats rustig en veilig is.
6e. Industrie niet bevorderen, deze zoo
veel mogelijk buiten de bebouwing en bui
ten het natuurschoon houden,
HOOFDSTUK III.
BEGINSELEN BIJ HET UITBREI
DINGSPLAN SOEST.
a. Natuur- en Landschapsschoon: Met
alle ten dienste staande middelen zal er
gestreefd worden naar behoud van natuur
schoon. onder meer door: reserveering van
De Stuifduinen, de mooie kam ten noorden
van Zonnegloren, de stuifgronden ten oos
ten van Zonnegloren, de bosschen ten wes
ten van de grens bij Amersfoort, verder
van enkele uit biologisch oogpunt belang
rijke terreinerf, van mooie gedeelten, die
als wandelterrein groote algemeene waar
de hebben.
Aan erukcle belangrijke buitenplaatsen
wordt de bestemming gegeven van buiten
plaats.
Bij de verdere bebouwingsuitbreiding
wordt getracht een hooger peil van schoon
heid te bereiken:
te. door betere vvegprofielen,
2e. door het toepassen van veel rustieke
jwegen,
3e. door het aanbrengen van met de
omgeving harmonieerende beplantingen.
Aan de toekomstige bebouwing zullen
hoogere eischen worden gesteld:
le. door regelmatige beoordeeling der
bouwplannen,
2e. door hooge eischen betreffende de
soort van bebouwing, de onderlinge af
stand der gebouwen bij open bebouwing,
den afstand der gebouwen vanaf den weg-
grens enz.
b. Landbouw: De daarvoor in aanmer
king komende deel en der Gemeente n.1. in
het Noorden de weilanden en de gronden
ter weerszijden van den Rijksweg tusschen
Amersfoort en Soest, met uitzondering
van een bcbouvvingsstrook, waarop zeer
wijde open bebouwing, en verder de gron
den in het Soester Veen, zullen de bestenv
ming krijgen van landbouwterrein.
Kippen fokkerijen en analoge bedrijven
zullen in bepaalde gebieden worden toege
laten met uitsluiting van de andere deelen
der gemeente, (toepassing van art. 43 Wo
ningwet).
c. Bebouwing: Landelijke, bebouwing,
zooveel mogelijk geconcentreerd, breederc
landelijke wooinvegen, waarvan enkele
voorname als breede lanen.
Dc bebouwing van de Eng kan niet meer
worden vermeden. Gestreefd worde naar
een goede oplossing, waarbij de uitzichten
worden behouden.
d. Lintbebouwing: Dc Lintbebouwing
langs de rijkswegen kan niet meer worden
vermeden. Deze wegen zijn reeds sterk
bebouwd en voor het overige deel door de
bebouwingsbacil besmet. De nog onbe
bouwde terreinen hebben reeds groote
waarde.
Er zal gestreefd worden naar zeer wijde
bebouwing, op grooten afstand van dc
weggrens, terwijl vele openingen naar het
achterliggende terrein zullen worden be
houden.
Dc Soesterhergschewcg tusschen spoor
baan Soestduinen en Soesterberg moet on
bebouwd blijven.
c. Industrie: Industrie wordt niet be
vorderd. Er zal worden gevolg gegeven aan
art. 4 van de Hinderwet. De daardoor te
bestemmen terreinen zullen liggen in het
Noord-Oosten aan dc kom en bij het spoor
wegnet.
In enkele deelen der Gemeente, zoogen.
Gemengde wijken, kunnen niet hinderlijke
industrieën worden toegelaten.
f. Spoorwegverkeer: Aansluiting op de
lijn AmersfoortAmsterdam.
Verlegging van de Halte Nieuweweg.
Veiliger en ongestoorder verkeer over
de spoorbaan BaarnUtrecht. Verminde
ring van het aantal overwegen a niveau.
g. Verkeerswegen: Verbetering van den
rijksstraatweg AmersfoortBaarn. Ver
binding van dezen rijksstraatweg met den
prov. weg onder de spoorbaan door via
den verbreeden Nieuwe weg en daaraan
parallel loopende wegen ten Z. van de Eng
met den Provincialen weg bij Soestdijk in
N.W. richting.
Verbinding Amersfoort-Dolderscheweg-
Mjaartensdijk via den Rijksweg, onder de
spoorbaan door, de Bosstraat en een nieuw
weggedeelte.
Verbreeding van de Soesterb.straatweg
waar dit mogelijk is, vooral op de onbeb.
plaatsen, toevoeging van een boschstrook
met wandelpad.
Omlegging van het Zuidelijk gedeelte
buiten de bebouwing van Soesterberg met
ongevaarlijke aansluiting aan den Rijks
weg AmersfoortUtrecht.
Zooveel mogelijk opheffing van haak-
schc kruisingen van den Rijksweg Amers-
foort-l'trecht in Soesterberg.
Verbinding Soesterberg-Zeist en S'berg-
Den Dolden
h. Vliegveld en Militaire terreinen: De
ze terreinen behouden natuurlijk hunne be
stemming. De militaire oefenterreinen wor
den beschouwd als open natuurruimten.
HOOFDSTUK IV.
UITBREIDINGSP L A N
VOOR
DE GEMEENTE SOEST
INHOUD:
1. Dc kernen Soestdijk. Soest, Soestdui
nen en Soesterberg.
2. Landschaps- en natuurschoon.
3. Het verkeer en de verkeerswegen.
4. De Eng,
5. De beboulving.
6. Kerken, Scholen en andere belnngrij-
rijke gebouwen.
7. Het Woonwegenplan.
8. Rustieke wegen.
0. Parkeerplaatsen, markten, open ruim
ten, speelterreinen. feestterreinen,
sportvelden, parken, ijsbanen, badge-
legenheden, begraafplaatsen.
10. Rioleering en gemeentereiniging.
11. Het boschplan.
12. De industrie.
1. DE KERNEN SOESTDIJK, SOEST
EN SOESTERBERG.
Ieder, die de Gemeente Soest goed heeft
leeren kennen en waardeeren, zal zeker niet
ontkomen zijn aan den indruk, dat de ver
schillende kernen, waaruit de gemeente be
staat een eigen karakter dragen.
Het as moeilijk te beschrijven waarin het
verschil bestaait, doch mfen zal moeten
toegeven dat Soestdijk, Soest en Soester
berg in wezen veel verschillen. Zoo draagt
Soestdijk nog het karakter van het cenigs-
zins deftige, toch genoeglijke villadorp.
Soest draagt het stempel van den landbouw
en Soesterberg ligt daar als een eigen dorp
tegen het vliegkamp, aan welks invloed het
z/ijn groei grootendeels te dankjen heeft.
Het karakter van een plaats wordt niet
bij toeval gevormd. Bepaalde groeifactoren
vormen een bepaald lichaam. Deze wet be
hoort bij het ontwerpen van een uitbrei
dingsplan ook grondwet te zijn.
Waar er geen aanwijzingen zijn, dat die
groeifactoren zullen veranderen, moet wor
den aangenomen, dat de ontwikkeling van
de onderdeelen der gemeente in den zelf
den geest als tot nu toe zich zal voortzet
ten.
In de toekomst zal ook voor de kernen
hetzelfde karakter worden behouden.
In Soestdijk dient gerekend te worden
op een toename van villa's met voortuinen
en van ruime landhuizen; verder zal bevor
derd behooren te worden dc totstan Iko-
rning van rustige mooi beplante, ruime
parken.* waarin waterpartijen en waarin
gelegenheid kan worden geboden tot eenig
amusement ten behoeve van inwoners en
vreemdelingen.
In Soest zal stellig de landbouwfactor
aijn invloed doen gelden. Hier zal zich meer
dan in Soestdijk de handel ontwikkelen.
Er is bovendien een goederenstation, een
laad- en losplaats aan dc Eem.
In het uitbreidingsplan is met deze ge
gevens rekening gehouden. De los- en laad
plaats aan de Eem is vergroot, er zijn ge
mengde wijken in het plan opgenomen, er
zijn een verbinding met het industrieter
rein en hetere wegen voor den landbouw
ontworpen.
Soestdijk cn Soest zullen echter op den
duur aaneengroeien.
Feitelijk zijn zij reeds aaneengegroeid
langs den straatweg.
Waar echter de Nieuweweg reeds bijna
geheel bebouwd is en deze ook ten Z.w.
van dc Eng reeds dc verbinding vormt
tusschen Soestdijk cn Soest, is het duidelijk,
dat de Eng, of wat er nog onbebouwd van
is, indien de gemeente blijft groeien zoo
als dit tot nu toe het geval is, geheel be
bouwd zal worden. (Hierop wordt verderop
uitvoerig teruggekomen)
ln het plan werd er dus rekening mee
gehouden dat Soestdijk en Soest één geheel
zullen wordien en dat zij gezamenlijk een
centraal punt zullen hebben. De zetel van
het gemeentebestuur dient dan maar dat
Gentrum te worden verplaatst.
In het plan is daarom in dit centrale
punt een nieuw raadhuis ontworpen. Het
tegenwoordige gebouw is zeer ongunstig,
nml. zeer excentrisch en aan een .te druk
ken verkeersweg gelegen.
Voor Soesterberg zal in een niet te ver
re toekomst een hulpsecretarie, een politie
post, een brandweergebouw niet kunnen
worden gemist. In het plan werd met deze
behoefte rekening gehouden door daar
voor een terrein te bestemmen. Bij de uit
breiding van Soesterberg dient ernstig re
kening te worden gehouden met het Vlieg
kamp en de militaire terreinen, vooral in
verhand met de hoogte en dichtheid der
bebouwing dicht bij het eerste.
Soesterberg zal zich als een afzonder
lijke kern blijven ontwikkelen. Daarbij is
te onderscheiden: het dichtere en bedrijvige
dorpsgedeelte bij de Rijksweg, langs de
Bamningstraat plus het daarachter gelegen
gebied en het overige gedeelte, dat vrijwel
uitsluitend door villa's en buitenplaatsen
wordt ingenomen.
Bij het uitbreidingsplan is uitgegaan van
dc gedachte, dat de gronden tusschen den
Rijksweg, de Banningstraat en het Vlieg
kamp een vrij intensieve, doch lage be
bouwing zullen krijgen, echter met dien
verstande, dat in de omgeving van het
Vliegkamp 'deze bebouwing ruim behoort
te zijn, in verband met de belangen van
den vliegdiienist.
Zeker ware het gewenscht de lintbebou
wing langs den Rijksweg te beperken, doch
in de gegeven omstandigheden is in dit op
zicht niets meer te bereiken, dlaar reeds
over de geheele lengte van den weg. voor
zoover hij door de gemeente loopt, is ge
bouwd. In het uitbreidingsplan is gepoogd
door ruime bebouwiing, door het open hour
den van vele toegangen naar de achterlig
gende natuur, en door het ontwerpen van
parallelwegen de nadeelen van deze streek-
bebouwing zooveel mogelijk te verminde
ren.
Soestduinen kan ook eenigszins als een
kern worden beschouwd, omdat er een halte
is en een kleine bebouwing. Deze kern had
er beter niet kunnen komen, daar zij nu de
oorzaak is geworden van infectie van het
natuurgebied met allerlei bebouwing, waar
van uitbreiding altijd zeer moeilijk is te
gen te gaan.
De halte biedt voordeelen voor het Sa
natorium Zonnegloren, voor het ontwor
pen boschplan, en voor het ontworpen
natuurbad bij 'de waterleiding. Fabrieken
hooren in deze omgeving in geen geval.
Uitbreiding van deze kern moet ernstig
worden vermeden. Aanvragen om daar een
tweede Hilversum te stichten op de prach
tige heide langs het spoor zooals zijn voor
gekomen, dienen energiek van de hand te
worden gewezen.
2. LANDSCHAPS- EN NATUUR
SCHOON.
Een rivier, beekjess moerassen, omzoom
de en uitgestrekte weiden, hoog en laag
bouwland, boomgaarden, lanen en laantjes,
uitzichten/, vlakke en heuvelige heidevel
den, waarvan sommige open, andere bezet
met grillige dennen en jeneverbessen, sier
lijke boschjes met berken en ander loof
hout!. strenge donkere pijnbosschen naast
heloplichtende zandverstuivingen, ziedaar
een zeer onvolledige opsomming van de
verscheidenheid als haardschapsschoon in
de Gemeente Soest, welk natuurschoon in
derdaad als haar kapitaal moet worden
beschouwd. Dit kapitaal behoort te zijn
een onaantastbaar fonds, dat voor de Ge
meente rente opbrengt. Men kan die rente
opvoeren door reclame; veel menschen zul
len om het landschapsschoon naar Soest
komen.
Behoud van natuurschoon moet dus uit
gangspunt zijn van het uitbreidingsplan.
Maar Soest dient tc zorgen dat ook het
algemeene landschapsbeeld niet wordt be
dorven door dc bebouwingsuitbreiding.
Een bij het landschap passende en daar
mee in goede verhouding blijvende bebou
wing zal de schoonheid niet schaden. Slecht
geordende en leclijke bebouwing kan voor
die schoonihejd fataal zijn.
Bcbouwingstoename kan slechts geschic-
den ten koste van voorheen onbebouwde
gronden. Bij het grooter worden van een
plaats d'icnt er dus streng gelet tc worden
op dc hehouwingsontwikkeling cn daarbij
zal gezorgd moeten worden dat leelijkc,
niet bij dc omgeving passende bebouwing
geweerd wordt.
In het uitbreidingsplan is er gestreefd
naar een hij den bestaanden toestand aan
sluitende en met de hehoefte der gemeen
te rekening houdende, logische en goed
bij ook dc soort van bebouwing en bij open
bebouwing dc onderlinge afstand der ge
bouwen is geregeld.
Hen goede plattegrond, goede wegpro-
fielen en goede voorschriften voor bebou
wing kunnen nog geen schoon geheel ver
wekken. Daarbij is noodig dat, wat er ge
bouwd wordt en wat er geplant wordt, goed
is van vonn en van soort en dat het met
elkaar in harmonie is.
Bij de beplanting van wegen,, rustieke
wegen, openbare parken enz. zal rruen zeer
voorzichtig moeten zijn met de keuze van
de aan te planten gewassen.
Het karakter van een landschap wordt
sterk door zijn beplanting beheerscht. Het
gebruik van niet bij het landschap passen
de gewassen, kan oorzaak zijn van een
volkomien verstoren van dit karakter.
Men zal er op bedacht moeten zijn alleen
planten te gebruikeni, die harmonisch zijn
met het landschap, dus die bij de omge
ving. waarin ze woren geplant, passen.
Vooral in de omgeving van het natuur-
schoongebied en van de vlakke lage landen,
is het gevaar voor verstoring het grootst.
Hier is soberheid wel het allermeest gebo
den. Het verdient sterke aanbeveling, lijs
ten van planten samen te stellen ten be
hoeve van de beplanting van wegen, van
rustieke wegen en van grootere terreinen,
met de aanduiding voor welke gronden in
•de gemeente de opgenomen planten ge
schikt zijn. Zulke lijsten zullen met groote
zorg behooren te worden samengesteld en
na de vaststelling geen andere, dan de in
de lijsten opgenomen gewassen te worden
toegepast.
3. HET VERKEER EN DE VER
KEERSWEGEN.
Het verkeer in de Gemeente Soest is
door de intrede van de motor in het ge
drang gekomen. Soest wordt over de lang
ste lengte doorsneden door zeer belangrijke
verkeerswegen: de Rijksweg Amersfoort
Baarn, de Rijksweg AmersfoortUtrecht
en de gemeenteweg SoestSoesterberg
De eerste weg is in alle opzichten onvol
doende voor het verkeer, dat nog steeds
toeneemt. De verbinding met Amersfoort
is zeer slecht, bij Birkhoven is een hoogst
gevaarlijke aansluiting met de Barchman
Wuytierslaan, welke weg zeer bochtig is
en veel te smalle verharding heeft.
Alle verkeer over den rijksweg moet op
genomen worden binnen de boomenrijen.
Voor wielrijders en voetgangers zijn geen
afzonderlijke banen daarbuiten. Het gedeel
te Torenstraat is zeer nauw bebouwd en
hier is voldoende verbreeding niet meer te
bereiken.
In het rijkswegenplan is gelukkig een
nieuwe weg opgenomen van Baarn naar
'Nijtkerk met een aftakking naar Voorthui-
zer», die den ouden Rijksweg zal ontlasten
van het verkeer, dat Soest niet behoeft te
passeeren.
Daardoor krijgt de rijksweg door deze
gemeente een andere functie, nml. die van
secundaire verkeersweg, welke, behalve het
locale verkeer, slechts heeft op te ne ien
het verkeer met en tusschen de naburige
gemeenjten.
Voor deze functie is de Rijksweg volko
men geschikt te maken, indien
le de weg binnen het sterk bebouwde
gedeelte voorzien wordt van rijwiel- en
voetpaden of wel van een parallel weg,
2e. het te nauwe gedeelte kan worden
uitgeschakeld en
3e. het gedeelte buiten de bebouwing
op een toekomstig breed profiel wordt ge
bracht.
Deze maatregelen zijn jn het plan toege
past en bovendien is getracht het verkeer
af te leiden door een verbindingsweg met
spoorwegonderdoorgang via den Nieuwen
weg naar den Provincialen weg, waarloor
het verkeer van Amersfoort richting Den
Dolder en Bilthoven vice versa uit het
dichtbebouwde gedeelte van den straatweg
wordt gehouden.
Het behoud van den straatweg als ver
keersweg is zeer in het belang van de vele
zaken1, die zich in den loop der tijden langs
deaen weg hebben gevestigd. Medewerking
van de burgerij tot spoedige en voldoende
verbreeding zal noodig zijn, om te voor
komen dat het Rijk, meenende, dat pogin
gen om tot een behoorlijke verbreeding
over te gaan op onoverkomelijke bezwaren
zullen stuiten, over zal gaan tot het zoeken
naar een andere oplossing, waarbij de be
bouwde kom zal worden gemeden.
Ten einde een goede verbinding met
Amersfoort tc verkrijgen, zou er feitelijk
verbinding van dc Birktstraat met den over
weg bij dc Vlasakkers moeten komen. Deze
was oorspronkelijk in het plan ontworpen,
doch de Gemeente Amersfoort maakte
daartegen bezwaar. Er is nu als rustieke
weg opgenomen het gedeelte dat op Soes
ter gebied ligt, zoodat de mogelijkheid van
aanleg, voor zoover het deze gemeente be
treft, is open gehouden. Zouden dus latere
besturen van Amersfoort het belang van
zulk een weg erkennen, dan kan deze als
nog worden aangelegd.
Ten einde het nauwe cn drukke gedeelte
van den rijksweg in de Soester kern te ont
gaan, werd in het plan buiten de bebou
wing om over een lengte van ongeveer
1650 Meter een nieuwe weg ontworpen van
de Birktstraat even vóór tegenover de
Bnrtolottilaan naar dc Middclwijkstraat
schuin tegenover het café de Gouden Ploeg
Het gedeelte van den Rijksweg vanaf dc
grens van Amersfoort tot aan dezen nieu
wen omleg is ontworpen op een breedte van