Toelichtende beschrijving van het Uitbreidingsplan Nieuws- en Advertentieblad Verschijnt Woensdag en Zaterdag No. 92 (2 bladen) Twintigste Jaargang Woensdag 16 November 1932 BUREAU VOOR ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTRAAT 7 - SOESTDIJK ADVERTENTIËN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT TOT UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 10 u.a. h. BUREAU UITGAVE: H.V. EERSTE SOESTERELECTR. DRUKKERIJ «.h. 6, v. d. BOVENKAMP HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ART. 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 - (STAATSBLAD No. 380) ADVERTENTIËN VAN 1-5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS. GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE, BIJ ABONNEM. KORTING ABONNEMENTSPRIJS I 1— PER DRIE MAANDEN, FRANCO PER POST REDACTIE- EN ADM.-ADRES: VAN WEEDESTR. 7 - TEL. 2062 - SOESTDIJK Uitbreidingsplan voor de Gemeente Soest HOOFDSTUK I. WAARUIT HET PLAN BESTAAT. Ifet uitbreidingsplan voor de Gemeente .viest heeft betrekking op het geheele ge il van de Gemeente, de grens der ge- •ente vormt dus de grens van het gebied, arop het plan betrekking heeft, let plan bestaat uit: l kaart op een schaal fan l 25000, aruit blijkt: de aansluiting van den in het plan 1 .repen grond en de verkeerswegen op hei buiten het plan gelegen gebied en de aldaar aanwezige verkeerswegen, b. de indeeling in afzonderlijke kaarten, larop het plan in onderdeelen is getee- kend. 2e. 18 kaarten op een schaal van t :2o000, waarop het plan in onderdeelen is getee- kend. Deze kaarten zijn oost-west in de lengte en noord-zuid in de breedte. De noordpijl ligt dus evenwijdig met de zij kant van elk blad. Op de kaarten zijn de kadastrale grenzen, secties en nummers van de in het plan be grepen perceelen aangegeven. 3e. en verklaring van de kleuren enz. behoorende bij 2o. 4e. der. toelichtende beschrijving van het plan van uitbreiding. 5e. een verzameling van alle wegpro- ielen voorkomende in het plan van uitbrei ding. Be. bebouw mgsvoorschriften volgens ar- kei 30 van de Woningwet, behoorende bij het plan van uitbreiding. 1 e De verordening, waarbij de Ge meenteraad aan Burgemeester en Wethou ders de bevoegdheid verleent om van het plan van uitbreiding af te wijken, (ingevolge art. 36, 3e lid). HOOFDSTUK II. DOOR WELKE FACTOREN IS DE GE MEENTE SOEST ONTSTAAN EN GE GROEID EN MET WELKE UITBREI- DINGSFACTOREN DIENT MEN REKENING TE HOUDEN. De natuurlijke weilanden langs de Rem. die door de overstroomingen steeds op na tuurlijke wijze bemest werden en de goede bouwlanden deden het landbouwend Soest ontstaan. De rijkswegen, alsmede de in directe spoorwegverbindingen en later de directe verbinding UtrechtBaarn, bevor derden den groei. De verbinding met de groote spoorbaan via Baarn en later de locale verbinding met l trccht bracht de natuurliefhebbers en rust zo ekenden. Nu /.ijn het de auto en de autobus, die van alle kanten vreemdelingen aanbrengen. De gemeente Soest is nu voornamelijk pensionplaats, waar zich geregeld ook ves tigen zij, die de plaats, na er eenigen tijd in pension te zijn geweest, hebben lief ge kregen. In Soesterberg is er bovendien de fac tor. het vliegkamp, waardoor Soesterberg snel in bevolking is toegenomen. I)e Inndbouwfactor wordt kleiner, deze geeft minder verdienste, veel is door be bouwing in beslag genomen. Dit is helaas niet te ontgaan, want voor bebouwings uitbreiding is grond noodig, maar groote voorzichtigheid is geboden bij de bestem ming van dezen grond voor bebouwing, want het bouw- en weiland geeft aan het oude Soest, cn ook nog aan Soestdijk het typische karakter. De grootste schat van de Gemeente is het natuurschoon, dat in allerlei vormen aanwezig is. Vermoedelijk is er in ons land geen andere gemeente, die bogen kan op een dergelijk bezit aan landschaps schoon in zoo groote verscheidenheid. Dit natuurschoon is de levensbron van de gemeente Soest. Men heeft wel eens be weerd. dat dit in twijfel moest worden getrokken, omdat de heiden, bosschen, -tuifduinen, enz. niet doorloopend worden bezocht door zeer velen, doch zij, die dit betooger*. hebben geen begrip van de mach tigen invloed, die er uitgaat van een prach- I tig landschap op de bevolkingstoename eener plaats, als de verkcersgelegenheden overigens goed zijn. Men denkc slechts aan de afwisselende mooie landschapsbeelden, aan de schoonheid van zoovele plekjes, aan de boschsylhouetten achter verre heiden, aan de uitzichten, aan het intieme, dorpsche landelijke beeld, aan de rust, die er van het hecle landschap uitgaat, aan de reinheid van de lucht; in het kort. men voelt de schoon heid overal waar men zich beweegt, en ge niet er bewust of onbewust van. ook zon der dat men de onderdeelen betreedt. Het landschapsschoon is verweven met de geheele woonplaats en vormt er dus een onmisbaar deel van. Het is de sfeer waar door het geheel bekoort. Zou men die ver nietigen, dan heeft ook de plaats haar be koring verloren. Behalve de bovengenoemde zijn er nog een paar belangrijke factoren, waar meer rekening gehouden dient te worden, n.1. Ie. de gunstige ligging van de gemeente in het centrum van het land en 2e. de rivier de Eem, die door de afdijking van de Zui derzee grootere beteekenis kan krijgen. Bij het ontwerpen van een uitbreidings plan voor de gemeente Soest moeten dus involgende gegevens leidraad zijn: Tc. Het natuurschoon onaangetast la ten. 2e. Bij de bebouwingsuitbreiding zorgen voor landelijke schoonheid. 3e. De landbouwgronden zooveel mo gelijk in stand houden en de landbouw be vorderen. 4e. De verbinding met overig Nederland zoo gunstig mogelijk maken. 5e. Er voor zorgen, dat het verkeer in en door de plaats rustig en veilig is. 6e. Industrie niet bevorderen, deze zoo veel mogelijk buiten de bebouwing en bui ten het natuurschoon houden, HOOFDSTUK III. BEGINSELEN BIJ HET UITBREI DINGSPLAN SOEST. a. Natuur- en Landschapsschoon: Met alle ten dienste staande middelen zal er gestreefd worden naar behoud van natuur schoon. onder meer door: reserveering van De Stuifduinen, de mooie kam ten noorden van Zonnegloren, de stuifgronden ten oos ten van Zonnegloren, de bosschen ten wes ten van de grens bij Amersfoort, verder van enkele uit biologisch oogpunt belang rijke terreinerf, van mooie gedeelten, die als wandelterrein groote algemeene waar de hebben. Aan erukcle belangrijke buitenplaatsen wordt de bestemming gegeven van buiten plaats. Bij de verdere bebouwingsuitbreiding wordt getracht een hooger peil van schoon heid te bereiken: te. door betere vvegprofielen, 2e. door het toepassen van veel rustieke jwegen, 3e. door het aanbrengen van met de omgeving harmonieerende beplantingen. Aan de toekomstige bebouwing zullen hoogere eischen worden gesteld: le. door regelmatige beoordeeling der bouwplannen, 2e. door hooge eischen betreffende de soort van bebouwing, de onderlinge af stand der gebouwen bij open bebouwing, den afstand der gebouwen vanaf den weg- grens enz. b. Landbouw: De daarvoor in aanmer king komende deel en der Gemeente n.1. in het Noorden de weilanden en de gronden ter weerszijden van den Rijksweg tusschen Amersfoort en Soest, met uitzondering van een bcbouvvingsstrook, waarop zeer wijde open bebouwing, en verder de gron den in het Soester Veen, zullen de bestenv ming krijgen van landbouwterrein. Kippen fokkerijen en analoge bedrijven zullen in bepaalde gebieden worden toege laten met uitsluiting van de andere deelen der gemeente, (toepassing van art. 43 Wo ningwet). c. Bebouwing: Landelijke, bebouwing, zooveel mogelijk geconcentreerd, breederc landelijke wooinvegen, waarvan enkele voorname als breede lanen. Dc bebouwing van de Eng kan niet meer worden vermeden. Gestreefd worde naar een goede oplossing, waarbij de uitzichten worden behouden. d. Lintbebouwing: Dc Lintbebouwing langs de rijkswegen kan niet meer worden vermeden. Deze wegen zijn reeds sterk bebouwd en voor het overige deel door de bebouwingsbacil besmet. De nog onbe bouwde terreinen hebben reeds groote waarde. Er zal gestreefd worden naar zeer wijde bebouwing, op grooten afstand van dc weggrens, terwijl vele openingen naar het achterliggende terrein zullen worden be houden. Dc Soesterhergschewcg tusschen spoor baan Soestduinen en Soesterberg moet on bebouwd blijven. c. Industrie: Industrie wordt niet be vorderd. Er zal worden gevolg gegeven aan art. 4 van de Hinderwet. De daardoor te bestemmen terreinen zullen liggen in het Noord-Oosten aan dc kom en bij het spoor wegnet. In enkele deelen der Gemeente, zoogen. Gemengde wijken, kunnen niet hinderlijke industrieën worden toegelaten. f. Spoorwegverkeer: Aansluiting op de lijn AmersfoortAmsterdam. Verlegging van de Halte Nieuweweg. Veiliger en ongestoorder verkeer over de spoorbaan BaarnUtrecht. Verminde ring van het aantal overwegen a niveau. g. Verkeerswegen: Verbetering van den rijksstraatweg AmersfoortBaarn. Ver binding van dezen rijksstraatweg met den prov. weg onder de spoorbaan door via den verbreeden Nieuwe weg en daaraan parallel loopende wegen ten Z. van de Eng met den Provincialen weg bij Soestdijk in N.W. richting. Verbinding Amersfoort-Dolderscheweg- Mjaartensdijk via den Rijksweg, onder de spoorbaan door, de Bosstraat en een nieuw weggedeelte. Verbreeding van de Soesterb.straatweg waar dit mogelijk is, vooral op de onbeb. plaatsen, toevoeging van een boschstrook met wandelpad. Omlegging van het Zuidelijk gedeelte buiten de bebouwing van Soesterberg met ongevaarlijke aansluiting aan den Rijks weg AmersfoortUtrecht. Zooveel mogelijk opheffing van haak- schc kruisingen van den Rijksweg Amers- foort-l'trecht in Soesterberg. Verbinding Soesterberg-Zeist en S'berg- Den Dolden h. Vliegveld en Militaire terreinen: De ze terreinen behouden natuurlijk hunne be stemming. De militaire oefenterreinen wor den beschouwd als open natuurruimten. HOOFDSTUK IV. UITBREIDINGSP L A N VOOR DE GEMEENTE SOEST INHOUD: 1. Dc kernen Soestdijk. Soest, Soestdui nen en Soesterberg. 2. Landschaps- en natuurschoon. 3. Het verkeer en de verkeerswegen. 4. De Eng, 5. De beboulving. 6. Kerken, Scholen en andere belnngrij- rijke gebouwen. 7. Het Woonwegenplan. 8. Rustieke wegen. 0. Parkeerplaatsen, markten, open ruim ten, speelterreinen. feestterreinen, sportvelden, parken, ijsbanen, badge- legenheden, begraafplaatsen. 10. Rioleering en gemeentereiniging. 11. Het boschplan. 12. De industrie. 1. DE KERNEN SOESTDIJK, SOEST EN SOESTERBERG. Ieder, die de Gemeente Soest goed heeft leeren kennen en waardeeren, zal zeker niet ontkomen zijn aan den indruk, dat de ver schillende kernen, waaruit de gemeente be staat een eigen karakter dragen. Het as moeilijk te beschrijven waarin het verschil bestaait, doch mfen zal moeten toegeven dat Soestdijk, Soest en Soester berg in wezen veel verschillen. Zoo draagt Soestdijk nog het karakter van het cenigs- zins deftige, toch genoeglijke villadorp. Soest draagt het stempel van den landbouw en Soesterberg ligt daar als een eigen dorp tegen het vliegkamp, aan welks invloed het z/ijn groei grootendeels te dankjen heeft. Het karakter van een plaats wordt niet bij toeval gevormd. Bepaalde groeifactoren vormen een bepaald lichaam. Deze wet be hoort bij het ontwerpen van een uitbrei dingsplan ook grondwet te zijn. Waar er geen aanwijzingen zijn, dat die groeifactoren zullen veranderen, moet wor den aangenomen, dat de ontwikkeling van de onderdeelen der gemeente in den zelf den geest als tot nu toe zich zal voortzet ten. In de toekomst zal ook voor de kernen hetzelfde karakter worden behouden. In Soestdijk dient gerekend te worden op een toename van villa's met voortuinen en van ruime landhuizen; verder zal bevor derd behooren te worden dc totstan Iko- rning van rustige mooi beplante, ruime parken.* waarin waterpartijen en waarin gelegenheid kan worden geboden tot eenig amusement ten behoeve van inwoners en vreemdelingen. In Soest zal stellig de landbouwfactor aijn invloed doen gelden. Hier zal zich meer dan in Soestdijk de handel ontwikkelen. Er is bovendien een goederenstation, een laad- en losplaats aan dc Eem. In het uitbreidingsplan is met deze ge gevens rekening gehouden. De los- en laad plaats aan de Eem is vergroot, er zijn ge mengde wijken in het plan opgenomen, er zijn een verbinding met het industrieter rein en hetere wegen voor den landbouw ontworpen. Soestdijk cn Soest zullen echter op den duur aaneengroeien. Feitelijk zijn zij reeds aaneengegroeid langs den straatweg. Waar echter de Nieuweweg reeds bijna geheel bebouwd is en deze ook ten Z.w. van dc Eng reeds dc verbinding vormt tusschen Soestdijk cn Soest, is het duidelijk, dat de Eng, of wat er nog onbebouwd van is, indien de gemeente blijft groeien zoo als dit tot nu toe het geval is, geheel be bouwd zal worden. (Hierop wordt verderop uitvoerig teruggekomen) ln het plan werd er dus rekening mee gehouden dat Soestdijk en Soest één geheel zullen wordien en dat zij gezamenlijk een centraal punt zullen hebben. De zetel van het gemeentebestuur dient dan maar dat Gentrum te worden verplaatst. In het plan is daarom in dit centrale punt een nieuw raadhuis ontworpen. Het tegenwoordige gebouw is zeer ongunstig, nml. zeer excentrisch en aan een .te druk ken verkeersweg gelegen. Voor Soesterberg zal in een niet te ver re toekomst een hulpsecretarie, een politie post, een brandweergebouw niet kunnen worden gemist. In het plan werd met deze behoefte rekening gehouden door daar voor een terrein te bestemmen. Bij de uit breiding van Soesterberg dient ernstig re kening te worden gehouden met het Vlieg kamp en de militaire terreinen, vooral in verhand met de hoogte en dichtheid der bebouwing dicht bij het eerste. Soesterberg zal zich als een afzonder lijke kern blijven ontwikkelen. Daarbij is te onderscheiden: het dichtere en bedrijvige dorpsgedeelte bij de Rijksweg, langs de Bamningstraat plus het daarachter gelegen gebied en het overige gedeelte, dat vrijwel uitsluitend door villa's en buitenplaatsen wordt ingenomen. Bij het uitbreidingsplan is uitgegaan van dc gedachte, dat de gronden tusschen den Rijksweg, de Banningstraat en het Vlieg kamp een vrij intensieve, doch lage be bouwing zullen krijgen, echter met dien verstande, dat in de omgeving van het Vliegkamp 'deze bebouwing ruim behoort te zijn, in verband met de belangen van den vliegdiienist. Zeker ware het gewenscht de lintbebou wing langs den Rijksweg te beperken, doch in de gegeven omstandigheden is in dit op zicht niets meer te bereiken, dlaar reeds over de geheele lengte van den weg. voor zoover hij door de gemeente loopt, is ge bouwd. In het uitbreidingsplan is gepoogd door ruime bebouwiing, door het open hour den van vele toegangen naar de achterlig gende natuur, en door het ontwerpen van parallelwegen de nadeelen van deze streek- bebouwing zooveel mogelijk te verminde ren. Soestduinen kan ook eenigszins als een kern worden beschouwd, omdat er een halte is en een kleine bebouwing. Deze kern had er beter niet kunnen komen, daar zij nu de oorzaak is geworden van infectie van het natuurgebied met allerlei bebouwing, waar van uitbreiding altijd zeer moeilijk is te gen te gaan. De halte biedt voordeelen voor het Sa natorium Zonnegloren, voor het ontwor pen boschplan, en voor het ontworpen natuurbad bij 'de waterleiding. Fabrieken hooren in deze omgeving in geen geval. Uitbreiding van deze kern moet ernstig worden vermeden. Aanvragen om daar een tweede Hilversum te stichten op de prach tige heide langs het spoor zooals zijn voor gekomen, dienen energiek van de hand te worden gewezen. 2. LANDSCHAPS- EN NATUUR SCHOON. Een rivier, beekjess moerassen, omzoom de en uitgestrekte weiden, hoog en laag bouwland, boomgaarden, lanen en laantjes, uitzichten/, vlakke en heuvelige heidevel den, waarvan sommige open, andere bezet met grillige dennen en jeneverbessen, sier lijke boschjes met berken en ander loof hout!. strenge donkere pijnbosschen naast heloplichtende zandverstuivingen, ziedaar een zeer onvolledige opsomming van de verscheidenheid als haardschapsschoon in de Gemeente Soest, welk natuurschoon in derdaad als haar kapitaal moet worden beschouwd. Dit kapitaal behoort te zijn een onaantastbaar fonds, dat voor de Ge meente rente opbrengt. Men kan die rente opvoeren door reclame; veel menschen zul len om het landschapsschoon naar Soest komen. Behoud van natuurschoon moet dus uit gangspunt zijn van het uitbreidingsplan. Maar Soest dient tc zorgen dat ook het algemeene landschapsbeeld niet wordt be dorven door dc bebouwingsuitbreiding. Een bij het landschap passende en daar mee in goede verhouding blijvende bebou wing zal de schoonheid niet schaden. Slecht geordende en leclijke bebouwing kan voor die schoonihejd fataal zijn. Bcbouwingstoename kan slechts geschic- den ten koste van voorheen onbebouwde gronden. Bij het grooter worden van een plaats d'icnt er dus streng gelet tc worden op dc hehouwingsontwikkeling cn daarbij zal gezorgd moeten worden dat leelijkc, niet bij dc omgeving passende bebouwing geweerd wordt. In het uitbreidingsplan is er gestreefd naar een hij den bestaanden toestand aan sluitende en met de hehoefte der gemeen te rekening houdende, logische en goed bij ook dc soort van bebouwing en bij open bebouwing dc onderlinge afstand der ge bouwen is geregeld. Hen goede plattegrond, goede wegpro- fielen en goede voorschriften voor bebou wing kunnen nog geen schoon geheel ver wekken. Daarbij is noodig dat, wat er ge bouwd wordt en wat er geplant wordt, goed is van vonn en van soort en dat het met elkaar in harmonie is. Bij de beplanting van wegen,, rustieke wegen, openbare parken enz. zal rruen zeer voorzichtig moeten zijn met de keuze van de aan te planten gewassen. Het karakter van een landschap wordt sterk door zijn beplanting beheerscht. Het gebruik van niet bij het landschap passen de gewassen, kan oorzaak zijn van een volkomien verstoren van dit karakter. Men zal er op bedacht moeten zijn alleen planten te gebruikeni, die harmonisch zijn met het landschap, dus die bij de omge ving. waarin ze woren geplant, passen. Vooral in de omgeving van het natuur- schoongebied en van de vlakke lage landen, is het gevaar voor verstoring het grootst. Hier is soberheid wel het allermeest gebo den. Het verdient sterke aanbeveling, lijs ten van planten samen te stellen ten be hoeve van de beplanting van wegen, van rustieke wegen en van grootere terreinen, met de aanduiding voor welke gronden in •de gemeente de opgenomen planten ge schikt zijn. Zulke lijsten zullen met groote zorg behooren te worden samengesteld en na de vaststelling geen andere, dan de in de lijsten opgenomen gewassen te worden toegepast. 3. HET VERKEER EN DE VER KEERSWEGEN. Het verkeer in de Gemeente Soest is door de intrede van de motor in het ge drang gekomen. Soest wordt over de lang ste lengte doorsneden door zeer belangrijke verkeerswegen: de Rijksweg Amersfoort Baarn, de Rijksweg AmersfoortUtrecht en de gemeenteweg SoestSoesterberg De eerste weg is in alle opzichten onvol doende voor het verkeer, dat nog steeds toeneemt. De verbinding met Amersfoort is zeer slecht, bij Birkhoven is een hoogst gevaarlijke aansluiting met de Barchman Wuytierslaan, welke weg zeer bochtig is en veel te smalle verharding heeft. Alle verkeer over den rijksweg moet op genomen worden binnen de boomenrijen. Voor wielrijders en voetgangers zijn geen afzonderlijke banen daarbuiten. Het gedeel te Torenstraat is zeer nauw bebouwd en hier is voldoende verbreeding niet meer te bereiken. In het rijkswegenplan is gelukkig een nieuwe weg opgenomen van Baarn naar 'Nijtkerk met een aftakking naar Voorthui- zer», die den ouden Rijksweg zal ontlasten van het verkeer, dat Soest niet behoeft te passeeren. Daardoor krijgt de rijksweg door deze gemeente een andere functie, nml. die van secundaire verkeersweg, welke, behalve het locale verkeer, slechts heeft op te ne ien het verkeer met en tusschen de naburige gemeenjten. Voor deze functie is de Rijksweg volko men geschikt te maken, indien le de weg binnen het sterk bebouwde gedeelte voorzien wordt van rijwiel- en voetpaden of wel van een parallel weg, 2e. het te nauwe gedeelte kan worden uitgeschakeld en 3e. het gedeelte buiten de bebouwing op een toekomstig breed profiel wordt ge bracht. Deze maatregelen zijn jn het plan toege past en bovendien is getracht het verkeer af te leiden door een verbindingsweg met spoorwegonderdoorgang via den Nieuwen weg naar den Provincialen weg, waarloor het verkeer van Amersfoort richting Den Dolder en Bilthoven vice versa uit het dichtbebouwde gedeelte van den straatweg wordt gehouden. Het behoud van den straatweg als ver keersweg is zeer in het belang van de vele zaken1, die zich in den loop der tijden langs deaen weg hebben gevestigd. Medewerking van de burgerij tot spoedige en voldoende verbreeding zal noodig zijn, om te voor komen dat het Rijk, meenende, dat pogin gen om tot een behoorlijke verbreeding over te gaan op onoverkomelijke bezwaren zullen stuiten, over zal gaan tot het zoeken naar een andere oplossing, waarbij de be bouwde kom zal worden gemeden. Ten einde een goede verbinding met Amersfoort tc verkrijgen, zou er feitelijk verbinding van dc Birktstraat met den over weg bij dc Vlasakkers moeten komen. Deze was oorspronkelijk in het plan ontworpen, doch de Gemeente Amersfoort maakte daartegen bezwaar. Er is nu als rustieke weg opgenomen het gedeelte dat op Soes ter gebied ligt, zoodat de mogelijkheid van aanleg, voor zoover het deze gemeente be treft, is open gehouden. Zouden dus latere besturen van Amersfoort het belang van zulk een weg erkennen, dan kan deze als nog worden aangelegd. Ten einde het nauwe cn drukke gedeelte van den rijksweg in de Soester kern te ont gaan, werd in het plan buiten de bebou wing om over een lengte van ongeveer 1650 Meter een nieuwe weg ontworpen van de Birktstraat even vóór tegenover de Bnrtolottilaan naar dc Middclwijkstraat schuin tegenover het café de Gouden Ploeg Het gedeelte van den Rijksweg vanaf dc grens van Amersfoort tot aan dezen nieu wen omleg is ontworpen op een breedte van

Historische kranten - Archief Eemland

De Soester | 1932 | | pagina 1