Celephane papier
slechts 20 cent
Nieuws- en Advertentieblad
Verschijnt Woensdag en Zaterdag
RITUEEL SLACHTEN.
- 2
WONINGBUREAU P.MAN - SOESTDIJK
o<
No. 42
Van Hemelvaartdag
tot Pinkster.
BMNDSTOIFIFEINIIHIANDEL JOIHI. TM
EERSTE SOESTER BEGRAFENIS-ONDERNEMING
Begrafenissen - Transporten - Crematie's
Binnenland
Een en Twintigste Jaargang
Zaterdag 27 Mei 1933
BUREAU VOOR ADMINISTRATIE] VAN WEEDESTRAAT7 - SOESTDIJK
ADVERTENTIËN EN INGEZONDEN STUKKEN WORDEN INGEWACHT
TOT UITERLIJK DINSDAGS- EN VRIJDAGSMORGENS 10 u.a. h. BUREAU
UITGAVE: N.V. EERSTE SOESTER ELECTR. DRUKKERIJ v.h. 6. v. d. BOVENKAHP
HET AUTEURSRECHT VAN DIT BLAD WORDT UITDRUKKELIJK VOORBEHOUDEN OVEREENKOMSTIG ART. 15 VAN DE AUTEURSWET 1912 - (STAATSBLAD No. 380)
ADVERTENTIËN i VAN 1-5 REGELS 75 CTS., ELKE REGEL MEER 15 CTS.
GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE, BIJ ABONNEM. KORTING
ABONNEMENTSPRIJS f 1— PER DRIE MAANDEN. FRANCO PER POST
REDACTIE- EN ADM.-ADRES: v. WEEDESTR. 7 - TEL. 962 - GIRO 161165
Dit nummer bestaat
uit 2 bladen.
De Hemelvaartsdag, hoewel kerkelijk ge-
eerd en ingesteld, draagt toch niet zoo'n
bindend kerkfeest-karakter als de andere
christelijke herden.kingsdata> hetgeen wel
blijkt uit de omstandigheden dat ook de
kringen die 't strengst aan de kerkelijke in
zettingen vasthouden, er in onzen tijd niets
meer op tegen hebben, dat men den Hemel
vaartdag na de bijwoning van den dienst
als een mooie, prettige vacantiedag be
schouwt. Zeker ligt het ook in de lijn van
den herdenkingsdatum, dat men voorts
dezen dag bij uitstek aan liefdadigheid, col
lecten voor liefdadige doeleinden enz.
dienstbaar maakt.
Nog stammende uit overoude tijden, zijn
er nog tal van min of meer gekerstende
oud-germaansche en andere gebruiken in
zwang geblever^, die dikwijls er sterk aan
herinneren, dat men in vroeger jaren op ta
melijk materialistische wijze de kerkelijke
herdenkingsdagen aangreep om allerlei
soorten van pleziertjes te organiseeren. Zoo
bestaat in Engeland, in New Castle het ge
bruik dat het gemeentebestuur zich met den
Burgemeester aan het hoofd in kwistig met
bloemen versderde booten begeeft, om naar
de grens van de gemeente te varen. Daar
wordt rechtsomkeert gemaakt, waarna de
stadsbestuurderen opgewacht worden door
een luidruchtige menigte op de kade, die
den burgemeester zal huldigen. Onder luid
gejubel begeeft de burgemeester zich aan
wal, waarna hij volgens oud gebruik een
jongedame uitkiest, die hem moet kussen.
De uitverkorene van den burgemeester mag
zich daartegen niet verzetten- Evenwel, de
ze kus in eer en, deugd levert de jongeda
me een goudstuk op, terwijl ze bovendien
van de echtgenoote van den burgemeester
een nuttig cadeautje krijgt.
De Zondag die valt tusschen Hemelvaart
dag en Pinkster wordt wel eens het wees
kind onder de Zondagen" genoemd. Men
verklaart die wel door er op te wijzen, dat
de Meester tot zijn discipelen had gezegd:
„Ik zal U geen weezen laten)", terwijl in de
tien dagen die zouden verloopen tusschen
de Hemelvaart en den Pinksterdag de
uitstorting van den Heiligen Geest de
discipelen zich wellicht „weezen" voelden.
Inderdaad is de oorsprong van het Pink-
sterieest gelegen in de stichting van de Ge
meente des Heeren,, de uitstorting van den
Heiligen Geest. Deze vond plaats op den
Israelitischen feestdag van het feest der
weken;, oorspronkelijk een oogstfeest dat
ou den vijftigsten dag (het Grieksche woord
Pentacoste beteekent vijftigste dag) na het
feest der ongehevelde brooden werd ge
vierd. Dit woord Pentacoste vindt men nog
vrijwel onveranderd terug in het Fransch
en ook Ln het Engelsch.
In de eerste jaren van het Christendom
werden al die vijftig dagen na Paschen als
vierdagen beschouwd, welke zich onder
scheidden van andere dagen door niet te
vasten, staande en niet knielende te bidden,
en dagelijksche samenkomsten voor het ge
bruiken van het avondmaal. Deze gewoon
ten zijn geleidelijk op den achtergrond ge
raakt, terwijl langzamerhand slechts twee
belangrijke data in eere werden gehouden,
namelijk de Hemelvaart en het Pinkster
feest. Dit laatste wordt sedert de vierde
eeuw officieel kerkelijk gevierd. Wat niet
wil zeggeni, dat de officieele kerk het als
zoodanig erkende. Want dat geschiedde niet
eerder dan in 805 op de kerkvergadering
van Elvira in Spanje. Paus Urbanus II
stelde drie dagen voor het feest vast. Pas
in den modernen tijd is men van Pinkster
drie afgestapt en bepaalt het feest zich tot
twee dagen.
Van de oude volksgebruiken rest ons nog
den „Luilak"), den Zaterdag voor Pinkste
ren te noemen. Al zijnde „luilakbollen", die
door dengeen die het laatst opstaat op dien
dag aan de huisgenooten getracteerd moe
ten worden en die warm genuttigd moeten
word',en, vrijwel in onbruik geraakt, we ken
nen allen nog wel de rijmpjes uit onze
jeugd, die men #n o g wel eens hoort!
Luilak!, bedezak,* staat om negen ure op,
negen ure half tien, ken je die luilak nog
niet zien." Een bewijs, dat men in vroeger
dagen geen gelegenheid liet voorbijgaan,
om een feestje te organiseeren, waarbij de
maag steeds profiteerde!
FLORIS C.
Nadruk verboden.
Timmerhuis van JAN IN 't HOUT
Timmerman en Aannemer
Bouwkundige
Baëedigd makelaar Taxateur
Onderhoud, Verbouw en Nieuwbouw
Banningstraat 76 Tel. 14
SOESTERBERG
In het maandblad van Mei 1933 van
„Dierenbescherming" lazen wij een artikel
van den Heer C. M. K. over dit onderwerp,
dat thans door het verbod van deze wijze
van slachten in Duitschland, aller aandacht
trekt. Wij laten het hieronder volgen.
De invloed eener leer die oud en
waardevol genoeg is om belichaamd
te worden in het leven en de instel
lingen van een ras, blijft in den regel,
door louter traagheid, voortbestaan
lang nadat het wezenlijke der leer is
verouderd.
J. HOWARD MOORE.
In het April-nummer van ons maand
blad vermeldden wij onder „Buitenland"
de Duitsche Rijksslachtwet van 4 April 33,
waardoor het Joodsche-ritueele slachten in
geheel Duitschland verboden wordt, even
als zulks het geval is in Zwitserland en
Noorwegen. Het is, ook in verband met dé
ze beslissing, belangwekkend te lezen wat
„Dierenarts"' over het slachten in een in
gezonden stuk in „de Tel." van 10 April
schrijft. Wij ontleenen daaraan:
Het is een opmerkelijk feit, dat de voor
standers van het ritueele slachten zich al
tijd beroepen op de ujtspraak van een of
andere professor, die heeft gezegd,, „dat het
geen pijn doet" en dat hij het een humane
wijze van slachten vindt. In de twintigste
eeuw moet men echter zooveel medegevoel
voor dieren hebben, dat als er twee metho
den zijn van slachten en een is ook slechts
een weinig minder pijnlijk dan de andere,
men de beste moet kiezen. Hoeveel te meer
treft het ons danj, als er een methode be
staat die geheel pijnloos is en de andere is
een marteling, dat het dan nog mogelijk
is de laatste te kiezen. Ter verduidelijking
beschrijf ik de beide methoden.
Ie. De pijnlooze methode. Het rund
wordt op de daarvoor bestemde plaats ge
leid. Zonder eenig verzet van de zijde van
het dier te ontmoeten, wordt het zoogen.
schietmasker tegen het voorhoofd gezet.
Een lichte druk van de hand van den
„schieter" en het dier stort als door den
bliksem getroffen tegen den grond, zonder
ook slechts eenig begrip te hebben gehad,
dat er iets kwaads ging gebeuren. Daarna
wordt in volkomen gevoelloozen toestand
de halssnede verricht.
2e. De ritueele methode. Voor deze me
thode moet het dier op den grond worden
gelegd. Dit geschiedt met „kluisters". Dit
zijn kettingen voorzien van een grooten
ring, die als zichzelf aansnoerende lussen
om de pooten worden gelegd. Drie van de
ze kluisters zijn kort, de vierde heeft een
lange ketting. Deze vierde wordt om een
van de voorpooten gelegd, het vrije eind
gaat dan door de ringen van de drie andere
kluisters en komt weer terug door een ring
aan het eene voorbeen, gaat dan langs de
schoft van het dier, waarna het bevestigd
wordt aan een zoogen. lier, dat is een ap
paraat, waar de geslachte runderen mee
worden opgeheschen.
Wordt nu de lier naar boven gedraaid!,
dan spant de ketting zich, de vier pooten
worden naar elkaar toegesnoerd en het dier
valt. D.w.z. eerst ontstaat reeds een hevig
verzet. Door slaan met de pooten tracht
het dier zich los te maken. Hooger en hoo-
ger gaat de lier, strakker wordt de ketting,
het dier valt, staat weer op, valt weer, staat
weer op, eindelijk ligt het. De kop is vast
gebonden aan een ring in den grond, maar
heeft nog genoeg speling om met den hevig
worstelenden hals mede te gaan en dan
geeft het dier in zijn grooten angst en
zijn pogingen zich te bevrijden, er slagen
mede, die ieder weldenkend mensch met
medelijden moeten vervullen', zoo hard, dat
de horens dikwijls worden afgeslagen^
maar in zijn doodsangst gaat het dier door
met slaan tot de bloedige hoornpit, die over
was geblevenl, ook nog geheel verbrijzeld
is. Dan komt er wel eens rust door uit
putting, maar de uitpuilende wilde oogen
getuigen nog van den doodsangst, terwijl
een klagelijk geloei ook zelfs den meest
onwillige moet overtuigen, dat hier geleden
wordt„Ja maar, professor X.
heeft gezegd dat het een humane methode
is." „O ja, dat is waar ook". Als nu
de „snijder" niet gauw komt begint de
worsteling opnieuw, weer het trappen,
weer met het hoofd slaan, weer steunen,
kreunenj, met de oogen rollen, dan weer
uitgeput wachten,, wachten, ja waarop, dat
weet het arme dier niet^ maar zjijn angst
doet zien dat het iets vreeselijks verwacht.
Dan komt de man met het groote mes en
snijdt zijn gruwelijke snede den heelen strot
door tot bijna op de halswervels, bij volle
bewustzijn van het dier!,Maar me
neer nu overdrijft u toch. Zoo iets kan toch
in de 20ste eeuw niet?" „Tot mijn spijt is
alles waar mevrouw, maar troost u, prof.
X. zegt dat het heel humaan is-"
Tot zoover „Dierenarts."
Het blad heeft daarna een onderhoud ge
had met den voorzitter der Vergadering
van Opperrabijnen in Nederl., den heer A.
S. Onderwijzer, die aan de hand van advie
zen van vele honderden physiologen „waar
onder de meest beroemde en gezaghebbende
Nederlandsche en buitenlandsche autoritei
ten, die aan duidelijkheid niets te wenschen
overlaten en waarin met beslistheid ver
klaard wordt dat de Joodsche slachtmetho
de de minst pijnlijke en om verschillende
redenen de meest gewenschte is'\ de jood
sche slachtmethode voortreffelijk en hu
maan vindt.
„Indien er ook maar eenige twijfel hier
omtrent zou bestaan, dan zouden zoovele
coryphaeën op physiologisch gebied hun
naam niet geblameerd hebben door verkla
ringen, die ook maar eenigszins bestreden
konden worden."
Wij verlieten, schrijft het blad, het
spreekvertrek van den geestelijken leider
der Amsterdainsche Jodenheid in de stel
lige overtuiging, dat d,e ritueele slachtme
thode wel verre van nhumaan te zijn, in
elk opzicht de vergelijking met andere kan
doorstaan, ja deze overtreft!
Wij kunnen deze stellige overtuiging van
„de Tel." niet deelen. Van verschillende
ooggetuigen(, die weliswaajr niet tot de
„coryphaeën op physiologisch gebied" be-
hoorenj, maar die daarom niet minder be-
rouwbaar zijn en hun meening aan eigen
waarneming ontleenen!, noteerden wij en
kele uitlatingen.
„Ik heb"u zegt een hunner, „jaren lang
nabij een Joodsche slagerij gewoond.
„Werd er geslacht, dan vluchtte onze gehee-
le familie het huis uit; het bonken van het
slachtoffer deed de muren dreunen."
Een ander was in staat1, iets over het
slachten in een der groote abattoirs te ver
tellen. „Het grootste deel van het ritueel-
geslachte vleesch word't door niet-Joden
verbruikt", zeide onze zegsman, „enkel, om
dat de groothandelaren Joden zijn en daar
om ritueel mogen slachteni, worden zoo
veel dieren op deze wijze gedood. Het is
verschrikkelijk om aan te zien; de dieren
slaan de hoorns van den kop, en verminken
ziich in hun doodsangst nog meer
terwijl de slager een praatje staat te ma
ken met een kennis en pas als dat is afge-
loopen de halssnede toebrengt. Als ik het
weer gezien heb, ben ik dien dag zeker ve
getariër."
Aan een uitvoerig pleidooi tegen ritueel
slachten,, dat ons zoo juist bereiktei, ontlee
nen wij nog:
Dan wendt ge u afen 't troost,
dat aan alles 'n einde komt; zoo ook hier
want zie, daar nadert uw broeder, gewapend
met 'n speciaal lang, scherp mes.
't Proces zal nu 'n einde nemen, haast
schijnt er echter niet te 2ijn want hij, die de
ze handeling zal verrichten bekijkt als naar
gewoonte 't geknevelde rund, beziet en be
strijkt nog eens kalm z'n gereedschap en
wanneer het toeval ".ril, dat 'u „noodzake
lijk" gesprek of ander oponthoud z'n voor
nemen niet doen uitstellen dan wordt 't mes
door de stijf gespannen strot gehaald en
"'t gemartelde dier is uit z'n lijden, en tevens
ritueel geslacht.
Zeg mij: welk motief is houdbaar voor
de dierenmishandeling bij ritueel slachten?
Geen ander dan vast gegroeide leeringen
en overleveringen uit 'n oer-verouderd dog
ma door den tijd vergroeid tot 'n mon
strum van begrip.
Dat dogma schrijft niet voor het dier te
mishandelen, doch de verouderde manier
van slachten heeft tot noodzakelijk gevolg,
dat 't rundvee wordt gekneveld, gepijnigd
en gemarteld op menschonteerende, bar-
baarsche wijze.
Welnu deze dierenmishandeling is
thans in Duitschland verboden; het is 'n
daad die ieder mensch zal toejuichen en
daarom hopelijk in ons land spoedig zal
worden gevolgd."
Ook het slachten volgens den Mohame-
daanschen godsdienst, dat in hoofdzaken
met het Joodsch-ritueel slachten overeen
komt, heeft de aandacht van moderne, hu
maan voelende menschen getrokken. Im
mers, de Burgerlijke Veeartsenijkundige
Dienst te Buitenzorg onderzoekt, volgens
„de Locomotief" de mogelijkheid tot invoe
ring van eleotrische bedwelming vóór het
eigenlijke slachten.
Het komt ons redelijk voor, om, hoezeer
ook het denkbeeld, een aanhanger van een
godsdienst volkomen zijn vrijheid te laten:,
in ons land gedurende de laatste eeuwen
gehuldigd is, niet de oogen te sluiten voor
inderdaad bestaande wreedheid jegens die
ren. En, de onbevooroordeelde lezer zal
wel degelijk tot de slotsom komen dat
het slachten volgens Joodsche (en Mohame-
daansche) godsdienst wreedheden met zich
meebrengt, welke bij het moderne niet-
ritueele slachten vermeden worden. Waar
landen als Zwitserland en, Noorwegen dit
binnen hun grenzen niet toelaten, om van
Duitschland nu niet te spreken is het
zeer zeker onjuist om „op gezag" de ritu
eele slachtmethode als humaan te aan
vaarden.
C. M. K.
ft
EERSTE SOESTER DRUKKERIJ
4 f»
4 ra Ri 4
4 ra ra 4
4 ra HET S 4
4 ra BETERE ra 4
4 DRUKWERK ra 4
4 ra IS EEN ZAAK ra 4
4 VAN VERTROUWEN ra 4
4 «i KOM DAAROM BIJ ONS ra 4
4 5=1 WIJ LEVEREN HET ra 4
4 BESTE TEGEN DE ra 4
4 Si LAAGSTE ra 4
4 ra PRIJZEN S 4
4 ra ra ra 4
ft SS ft
4 ra ra 4
W ra W
4 4
4 VAN WEEDESTR. 7, SOESTDIJK 4
4 4
ftftftftftftftftftftftftftftftftftftftftft
v.h. Kleman en Berghuis
ZOMERPRIJZEN tot 1 AUGUSTUS
KANTOOR. KERKPAD IA - SOEST - TELEF. 676, HUIS 636
Fa. M. HAKS en WED. D. HAKS. Opgericht 1890
TELEFOON 731, 692, 982
D. HOOLWEKF, Dlr., Heuvelweg 18
S'l EENHOFSTRAAT 5 TELEFOON 300
Aan- en verkoop van Villa's, Landhuizen, bouwterreinen, onroe
rende goederen, etc. Gratis advies en inschrijving
Assurantiën en Hypotheken. Sluit verzekeringen op leven, brand,
inbraak, storm, glas, etc. etc. tegen billijke tarieven
LEDENWERVING A.N.W.B.
Met goedkeuring van den jter van
Justitie is door den A.N.W.B., Toeristen
bond voor Nederland, een verloting van
prijzen georganiseerd, onder zijne leden
die een nieuw lid voordragen. Ieder lid, die
een nieuw lid aanbrengt, krijgt gratis een
lot, of zooveel meer loten, als hij nieuwe
leden geworven heeft. De verloting om
vat een aantal belangrijke prijzen, op
toeristisch gebied. Het denkbeeld om zoo
te trachten in snel tempo het begeerde cij
fer van 100.000 ANWB-leden te bereiken
trekt belangstelling en sympathie, die zich
o.a. geuit heeft in een royaal aanbod van
verschillende groote maatschappijen en fir
ma's om prijzen beschikbaar te stellen.
De voorloopige lijst daarvan vermeldt,
als hoofdprijs, een Graham-auto en verder
zijn o!m. ter beschikking gesteld een vol
ledig uitgeruste motorboot, twee vacantie-
reizen per mailboot van de Holland-Ameri
ka Lijn', zes Simplex-rijwielen met hulpmo
tor, acht Fongers-rijwielen, een kampeer
uitrusting en nog tal van andere voor den
toerist begeerlijke zaken. Zoo heeft o.a.
nog een hotelhouder in de Ardennen als
prijs aangeboden gratis logies in zijn hotel
gedurende acht dagen. Het plan van deze
in het officieel orgaan van den bond aange
kondigde verloting heeft blijkbaar instem
ming gevonden want de aangifte van nieu
we leden gaat thans in snel tempo en in de
laatste week bedroeg het aantal nieuwe
leden ruim zes honderd. De trekking ge
schiedt zoodra de uit te geven loten ge
plaatst zijn, doch uiterlijk op 28 Februari
1934.
VIJFTIG JAAR A.N.W.B.
Op 1 Juli van dit jaar zal het vijftig jaar
geleden zijn, dat de A'NWB Toeristenbond
voor Nederland werd opgericht.
Vijftig lange jaren!, waarin zoo duide
lijk is aangetoond, dat arbeid jong en frisch
houdt, krachtig en doelbewust. Want, on
danks de vijftig jaren is de ANWB in zijn
arbeid, in al zijn Uitingen naar buiten een
organisatie gebleven, waarin het jeugdig
vuur en de geestdrift voor haar idealen
onverminderd zijn gehandhaafd.
De jongensi, die den ANWB oprichtten,
hadden een ideaal, hetwelk voor hen het
kompas was, dat den te volgen weg aan
gaf. Zij ondervonden en aanvaardden ook
de waarheid, dat de weg tot slagen door
moeilijkheden gaat en men door onverpoos-
deni, eervollen strijd groot wordt.
Deze jonge menschen, van wie velen niet
ouder dan 16 k 17 jaar slechts enkelen
boven de 20 waren, beseften de groote be-
teekenis van het zich eendrachtig geven aan
een taak, welke, zoowel individueel als voor
hen gezamenlijk, van practischen en ideëe-
leu aard was.
Zij waren de pioniers, die rusteloos voort
arbeidden en met hun werk, dat steeds
grooter en omvangrijker werd, meer en
meer de aandacht trokken en waardeering
genoten!.
Zoo groeide het werk van den ANWB,
door het onverpoosde werk der pioniers,
waarvan velen thans vergrijsd zijn en an
deren zijn heengegaan. Die ouden, van wie
de voorzitter, de heer Edo J. Bergsma,
bijna 49 jaar aan het hoofd der vereeniging
staat, de heer G. A. Pos 40 jaar deel heeft
uitgemaakt van het Dagelijksch Bestuur,
het pas afgetreden lid van dit college, thans
eerelid, de heer J. C. Redelé, 36 jaar om
ons tot dit drietal te bepalen hebben
nimmer den arbeid als een last, doch al
tijd als een lust beschouwd. Zij hebben met
zooveel anderen van den beginne af hun
levenswerk in den Bond gevonden.
Zonder de gezonde eigenschappen van
deze gave jonge menschen zou de ANWB
nooit geworden zijn de krachtige, stuwen
de vereeniging, welke een zegen is geworf
den voor ons land en ons volk, want men
mag zeggenk dat de Bond sbelangen in
den waren zin V o 1 k sbelangen zijn ge
worden-
De oprichting op 1 Juli 1883 had tot doel
het vélocipède-rijden in Nederland op alle
mogelijke wijzen te bevorderen door ten
minste eenmaal per jaar een wedstrijd in
het rijden op vélocipèdes voor amateurs, te
houden; het toeren in Nederland te on
dersteunen en uit te breiden door benoe
ming van vertegenwoordigers van den
Bond in groote steden, het drukken van
terreinkaarten voor vélocipèdisten, 't ver
keer tusschen verschillende clubs onder
ling te vergemakkelijken en de rechten van
vélocipèdisten te verdedigen en vélocipede-
clubs in steden„ op te richten.
Voorzitter der Vereeniging („De Neder
landsche Vélocipèdisten, Bond") werd de
heer C. H. Bingham, captain der Haagsche
vélocipèdeclub „De Ooievaar". Het leden
tal bedroeg op 20 Januari 1884 te Rotter
dam in de eerste bestuursvergadering ge
houden, 93 werken-de leden en 103 niet-wer-
kende leden. In deze verga-dering werd be
sloten den heer E. J. Bergsma1, te Leeuwar
den;, als hoofdafgevaardigde voor district
VI (Groningen en Friesland) voor te stel
len.
Er werd een reglement ontworpen en be
sloten een handboek uit te geven.
Afgevaardigden werden dringend verzocht
in alle steden van hun district een consul
te benoemen', en ook in alle steden en
grootere dorpen, hotels, koffiehuizen en
reparateurs, en de meest nauwkeurige in
lichtingen over de wegen in hun district,
op te geven.
Op 21 Sept. 1884 werd de heer Edo J.
Bergsma als voorzitter gekozen.
In de „Staatscourant" van 5 en 6 Juli
1885, No. 156, werden de Grondregelen van
ter bescherming van Uw
LAMPEKAPPEN tegen
VLIEGEN, kost thans
PER VIERK. METER!
N.V. Eerste Soester Electr.Drukkerij
Van Weedestraat 7 - Telefoon 962
den Bond opgenomen, en hiermede was de
Algem. Nederlandsche Wielrijders Bond,
gelijk de naam toen reeds luidde, getreden
in de rij der groote vereenigingen; men
wilde op grooteren voet voortgaan op het
ingeslagen pad.
De propaganda voor het vélocipède-rijden
werd krachtig gevoerd.
Wanneer één tak van sport populair kan
genoemd worden, is dit zeker het geval met
de wielersport. In ons land is die popu-
lairiteit voor het grootste deel te danken
aan den ANWB. Hij heeft zooveel moge
lijk de vooroordeelen bestreden, onwilligetl
heeft hij bekeerd.
M'et welk een breeden, vervooruitziett-
den blik de geestdriftige, steeds bedacht
zame voorzitter!, de heer Edo J. Bergsma,
de zaken bekeek en den Bond bestuurde,
moge blijken uit hetgeen hij in Januari
1890 in het Bondsorgaan schreef over de
taak van den Bond in de naaste toekomst:
a. een reiswijzer onderhouden en verbe
teren. het opnemen van de wegen in een
tamelijk uitgestrekt gebied over de Neder
landsche grenzen, zoodat de Nederlandsche
grensbewoner naar alle zijden toeren en
reizen kan met den Bondsreiswijzer als
vraagbaak in den zak;
b. het plaatsen van waarschuwingsbord
den op gevaarlijke plaatsen;
c. betere regeling van de verhouding
tusschen den Bond en de Bondshotels;
d. het aanbrengen van hotelschilden;
e. bevordering van het plaatsen van
wegwijzers;
f. bestrijding van gemeentelijke politie
verordeningen, die het wielrijden reglemen-
•Jeereni, doch bevordering van een voor het
geheele land geldende wetgeving op dit
punt in den geest van de desbetreffende
Engelsche wet;
g. bevordering van de kennis der wijze,
waarop wegen kunnen worden aangelegd,
die beter zijn dan vele bestaande en tevens
op den duur goedkooper voor de onder=
houdsplichtigen;