VoogdenerJ Eemnes DINSDAG 8 JULI 1924 Verschijnt Dinsdags en Vrijdags Ftr\riLIILF?-QOUF?, ADVERTENTIEPRIJZEN van 1—5 regels 11.— elke regel meer 20 cent. Advertenties tusschen den tekst op pagina 2 en 3 dubbel tariefadvertenties op pagina 1 driemaal den regelprijs. Bij contract belangrijke reductie Bureau van Redactie en Administratie ABONNEMENTSPRIJS bij vooruitbetaling per drie maanden 70 cent, met geïllustreerd Zondagsblad f 1 35 per post 85 cent met geïllustreerd Zondagsblad f 1.80. Per weeK 6 cent. met Zondagsblad 11 cent. Losse nummers 5 ct Kamer vaii Koophandel voor Gooiland. In de laatst gehouden vergadering der Kamer werd een bespreking gehou den, naar aanleiding van het ontwerp tot vaststelling van een nieuwe tariefwet. Verschillende personen in het district der Kamer hebben ten bureele der Ka mer inzage van dit ontwerp genomen en hunne opmerkingen aan de Kamer doen toekomen. (Het ontwerp ligt alsnog 10 dagen ter inzage). Een rapport deswege zal aan den Mi nister worden uitgebracht. Naar aanleiding van een mededeeling van het gemeentebestuur van Hilversum, dat B. en W. geen aanleiding vinden, het verzoek der Kamer om een Eierei - en Botermarkt in te stellen, besloot de Kamer een zoodanige markt, krachtens artikel 14 a der wet op de K. van K., welk artikel de Kamers v. K. de be voegdheid geeft inrichtingen, ten dienste van handel en nijverheid te stichten, zelf in te stellen, onder nadere goed keuring van den Minister van Handel. De noodige stappen zullen daartoe derhalve worden gedaan. Gesteund werd een adres der Gro- ningsche Kamer tot verlaging der tele foontarieven. Om verbetering te verkrijgen in de onvoldoende bediening en inrichting der telefoon te Bussum zal een adres ge richt worden tot den Directeur-Generaal der P. en T. De Kamer stelde zich in verbinding met den desbetreffenden autoriteit, in zake een klacht van de beurtschippers over het weigeren van schutten door de Uitermeersluis na 10 uur 's avonds. De bepalingen der Luchtpostdienst worden ten bureele der Kamer ter in zage van belanghebbenden neergelegd. De lijst van telegramadressen in Ne derland zal bij de Kamer verkrijgbaar worden gesteld. Raadsvergadering. Do Raad onzer Gemeente kwam Vrijdagavond j.l. Ie half negen in spoed vergadering bijeen. Alle raadsleden wa ren aanwezig, de tribune van de pers, alsook de -publieke Iriibune, waren bedden stampvol. Voorzi.ler was de burgemees ter, Jhr. van Nispen tot Sevenwer. Na opening stelt de VOORZITTER voor de notulen der vorige vergadering aan «<e honden tot de volgendes hetgeen werd goedgevonden. Hierop leidt de Voorzit Ier de besprekingen in, welke zul len gevoerd' worden naar aanleiding van het voorstel van B. en W„ tot aanleg en stichting van oen gemeentelijk waterlei dingbedrijf, ivoor weljke ibesp rek ingen een ■spoedvergadering noodzakelijk was. Bij monde van den Secretaris werden daarop eenige mededeelingen gedaan, die (Ie historie behelsden van de bemoeiingen van de Provincie en Ged. Staten inzake de Larensche walerleiumgkwestie. Deze mededeel ingen luidden als volgt: Alvorens over te gaan lot de behande ling van het hoofdpunt der agenda, wen- sehen B. en W. een ige mededeel ingen le doen over het verloop der zaken, betref fende de gemeentelijke watervoorziening gedurende de laatste maanden, zulks aan de hand van de gevoerde corresponden tie, welke voor den Raad ter inzage heeft gelegen. Nadat de Gemeenteraad op 2 Augustus 1923 had besloten over te gaan tot het stichten van een gemeentelijk waterlei dingbedrijf op de basis van waterlevering door de Bussumsche Waterleidingmaat schappij, is door B. en W. op 9 Aug. d.a.v. de daartoe volgens de Prov. Water- leidingverordeming noodige vergunning van. Ged. Staten gevraagd. Waar, hoe wel op een spoedige (beslissing werd aan gedrongen. het antwoord van Geel. Staten nog al op zidh liet wachten, werd op 2(1 November aan het verzoek herinnerd. Op 11 Dec. eindelijk kwam het antwoord op het op '9 Aug., dus ruim vier maan den tevoren gedame verzoekde mededee ling. dat voor de oprichting van een ge meen lel ijk waterleidingbedrijf volgens art. 14 der Prov. verordening geen ver gunning van Ged. Staten werd' vereischt, dat evenwel de Bmasumsohe Waterleiding maatschappij vergunning noodig had voor de beoogde uitbreiding van haar be drijf, doch dat. deze vergunning niet door de gemeente, doch de Maatschappij zelve moest worden gevraagd. Tevens werd daarbij medegedeeld, dat l>etwijfe]d werd., of deze vergunning inet het oog op de belangen ce.nor doelmatige watervoorzie ning in de gcheelo provincie wel zou kun nen worden verleend. Op l'O Januari d.a.v. verzochten B. en W. aan God. Staten een spoedige beslis sing op het 'inmiddels ingediende .verzoek der Bussumsche Waterleiding Mij. iNegen dagen la'er werd huil laatstbe doeld verzoek toegezonden ten einde daarop vaar advies te dienen. 28 Januari verzonden B. en W. hun •natuurlijk gunstig luidend advies. Op 27 Febr. eindelijk kwam de af wijzende beschikking van Oed. Staten op het verzoek der Bussumsche Waterleiding Maatschappij. Zooais Uw Raad bekend is, -zijn toen door B. en W. op verzoek Uwer vergade ring onmiddellijk maatregelen genomen inzake de .voorbereiding der stidhting van een gemeentelijk waterleidingbedrijf met een eigen waterwinning, waarvoor, zooals werd medegedeeld, geen vergun ning va.n Ocd. Stalen vereischt werd. Of schoon Ged. Staten en ook de Directeur van he; Prov. Waterleidingbedrijf hier mede, zij het officieus, bekend waren, bereikte B. en W. op l'O Mei j.l. eon schrijven \an laalstgeme'lden hoofd ambtenaar, waarbij 1. werd medegedeeld, dat Ged. Staten •h'om gemachtigd hadden om tot levering van water in de gemeente Laren over te gaan ■2. verzocht werd, hem de in artikel 9, lste lid. der Piov. Waterlcidingvcrorde- ning bedoelde vergunning te verleenen tot (liet leggen, hebben, onderhouden enz. van waterleidingbuizen met ioebehooren in de onder het beheer van de gemeente staande of hieraan toebehoorende gronden en wateren; 3. verzocht werd hem op grond van de Belemmeringen wei en bet Prov. Regle ment op de Wegen vergunning te geven tot het graven, spitten, enz. in de .ge meentewegen; 4. medegedeeld werd, dat doorbom aan Ged. Staten was verzocht om den im art. 3 der Belemmeringen wet iliedoelden ter mijn, binnen welken op bovenstaand ver zoek door B. en W. een beslissing moest zijn genomen, te doen eindigen op 15 Juni 1'924. B. en W. vestigen er de aandacht op, dal Ihier dus getracht werd langs een zeer eenvoudigen weg men vraagt zich af. waarom deze nief eerder is ingeslagen de walerleidingvoorziening van Laren le brengen aan het. Prov. Bedrijf, hetgeen langs anderen weg dien der eigen Prov. Waterleidingverordening .niet kon en langs nóg andereen weg, dien van jaren lange onderhandelingen, evenmin ge lukte. Voor te wijzen B. en W. er op, dat hier getracht werd, van bet College van B. en W.t buiten den Raad om, een oplossing te verkrijgen, dien de Raad tot dusverre steeds had getoond niet te wenschen. B. en W. wenschten intusschen deze principieele kwestie voorloopig niet naar voren te brengen en verzonden daarom op 13 Juni het volgende schrijven: ..Naar aanleiding van Uw schrijven, „dd. l'O Maart 1924 ASP No. 2778, in- ,,za'ko vergunningen tot liet leggen van „buisloidingen in deze gemeente, hebben „wij de eer U mede te deelen, dat door „ons het plan is opgevat lot stichting van „een gemeentelijk waterleidingbedrijf „inet eigen waterwinning, welk plan mo- „menleel in het allerlaatste 6tadium vin „voorbereiding verkeert, „Waar de uitvoering van div plan o.i „in gevaar zou koinen door bet aan U „verleenen van de gevraagde verguninin- „gen, moeten wij vooralsnog daartegen „bezwaar maken. „Wij zouden het daarom op hoogen „prijs stellenj, indien wij voorloopig Uw „betrekkelijk verzoek als niet gedaan „zouden kunnen beschouwen en veroor - „loven ons daarom de vrijheid U beleefu ,.,e verzoeken dit vei zoek voor bet oogen- ,,'blik te willen intrekken en het even- „tueel te herbalen, .nadat is komen vast „te staam, dat ons plan tot stichting van j „een gemeentelijk waterleidingbedrijf J „•niet zal worden uitgevoerd. „De betrekkelijke beslissing van den „Raad meenen wij binnen zeer korten „tijd to mogen verwachten, ter wij] onzer zijds de grcolst mogelijke moeite zal „werden gedaan om de eindbeslissing „door de 'bevoegde hoogere autoriteiten „ten spoedigste te doen vallen". B. en W. meenden te mogen verwach ten, dat de billijkheid van bun verzoek zou worden ingezien. Dit bleek echter niet het geval te zijn. Op 30 Juni j.l. werd namelijk van den Hoofd-i,n gen ie ur-fDirecteur vaai den Prov. Waterstaat bericht ontvangen, dat op 1 Juli, dus daags daarna, van wege. zijn dienst een plaatselijke opneming zou ge schieden, ten einde na te gaan, welke voorwaarden door Ged. Staten zouden mceten verlx/nden worden aan een door hu li College eventueel te verleenen ver gunning tot het legggen van waterlei dingbuizen, indien B. en W. deze ver gunning rnodhten weigeren. Indien B. en W. er prijs op stellen, dat hij die op neming iemand vanwege de gemeente te genwoordig zou zijn, teneinde bijzondere wenschen van de. gemeente kenbaar te maken;, werd daarvan gaarne telegra fisch of telefonisch bericht ontvangen. Enkele dagen lateir eindelijk bereikte B. en W. het antwoord van den Directeur van bet Prov. Waterleidingbedrijf op hun sell rij ven van 13 Jur» i Dit antwoord luidde als volgt; „Naar aanleiding van Uwen bovenann- „gehaa'lilen brief moge ik U 'berichten, „dat het mij, aangezien Gedeputeerde „Staten besloten hebben lot levering van „water in Laren over te gaan, niet mo egelijk is aan Uw verzoek om mijn ver gunningsaanvrage in te trekken, le vol- „doen. „Mitsdien zal ik liet on hoogen prijs „stellen, indien Uw College mij s]K>edig „een categorisch aih'fwoord op mijn ver- „gunnimgsaanvrag, zoudt willen doen „toekomen". Burgemeester en Wethouders consta- toeren ten slotte: 1. dat (red. Staten blijkbaar de zanik willen forceer en en buiten den Raad om de watervoorziening der gemeente Laren willen ter hand nemen; •2. dat Ged. Stalen hun l>et rekkelijke besluiten nemen geheel zonder voorken nis van -het. Gemeentebestuur, dat daar van kennis moet krijgen uil brieven vin ambtenaren en uit krantenberichten; 3. dat Ged. Staten hier willen regelen, hetgeen ivclgens de letter en de l>edoe- ling der Gemeentewet door den Raad 'behoort geregeld ;e worden, en zij dus met vol/komen miskenning der gemeente lijke autonomie do bevoegdheid van den gemeenteraad aan zich trekken. 4. dat Ged. Staten zich. hier blijkbaar alleen laten* leiden door het 'belang van hun eigen provinciaal Waterleidingbe drijf. waaraan he' gemeentebelang on- dcii gesch i kt word r gem aak t '5. Jat immers Ged. Staten het niet noodig hebben geacht, kennis te nemen van de nieuwe plannen dor gemeente, zoodat zij de aan de uitvoering daarvan verhonden financieele gevolgen niet heb ben kruinen vergel ijken met die, verhon den aam water voorziening door het. Pro vinciaal Bedrijf. 'B. en W. meenden goed Ie doen, dit alles ter kennis van Uwen Rand te'bren gen, alvorens zij liet categorisch antwoord geven, dat de Directeur van het Provin ciaal Waterleidingbedrijf verlangt op zijne vergunningsaanvrage. Voorts meenen zij, dat uit een en an der moge blijken, hoezeer bet gewenscht s, u<ti tie liaaJ itjii SptKuigaUr t*iie ik slissing neemt inzake de stichting van een eigen bedrijf, waarmede tevens het spoed- eiscliende dezer vergadering is gemo i- veerd, B. en W. willen hieraan toevoegen, dat, indien do Raad overeenkomstig hun voostel besluit, zij aan den Directeur van bet Provinciaal Waterleidingbedrijf zul len mededeelen; 1. dat de door hen ingevoLge de Be- lemmeringeiiwet en het Provinciaal Re glement op de Wegen te geven vergun ningen door hun College worden gewei gerd; 2. dat naar hunne meening de inge volge artikel 9 der Provinciale Waterlei dingverordening te geven vergunning to het leggen, hebben, onderhouden, enz. van waterleidingbuizen in de gemeente gronden niet aan hun College, doch aan den Raad behoort ie weiden gevraagd, aangezien het hier betreft een zoodanige beschikking over gemeente-eigendommen als art. 138 der Gemeentewei, aan den Raad toekent. De heer VAN GESTEL vraagt' daarna het woord en spreekt de volgende rede uit: M. d. V.! Toen ik vóór deze vergade ring inzage nam van de stukken, in he: waterleidingdossier aanwezig, en welke thans door B. en W. aan den Raad zijn m. xlegedeeld, heb ik waarlijk niet gewe ten wat ik va.n de missive's van liet Prov. Water leid ingbed r ij f moest, denken Naarmate ik verder las, groeide mijn ergernis over den aanmatigenden toon en de houding, die een provinciaal ambte naar tegenover een gemeentebestuur zich permitteert. Nog nimmer is mij zoo duidelijk voor den geest, gekomen wal ons wacht, hoe- vee1! waarde men aan de wenschen van den Raad zal hechten, en met. wien we in werkelijkheid te doen zullen hebben, wanneer de heer Van Oldenboigh, zon der vrees voor concurrentie, als Directeur van het Prov. Bedrijf aan onze ingezete nen de wetten gaat voorschrijven. Nog meer heb ik mij verbaasd en. geër gerd over de houding van Ged. Staten, die tegenove onze gemeente een waar oomediespel spelen. Mij dunkt, die hee ren moeten zich voor elkander wel scha men, als zij mceten erkennen met aller lei omwegjes en door misbruik te maken van hun macht, een doel na le streven, dat zij naar den Oud-Hollandsohen trant „Recht dcor Zee" nooit zouden kunnen bereiken. Uit a»lles echter blijkt, dat zij zich niet schamen, maar dat zij gejubeld hebben over hun vondsr, dal zij voortaan met de Belemmer ingen wet en liet Provinciaal Wegenrc.glement im de ha.nd, waar zij dat wens hen, gemeenteraadje kunnen spelen en dat zij), voordat ze he: zelf wisten, plotseling de deur voor zich hebben ge opend om overal waar zij zulks wenschen de gemeentebedrijven, als water-, gas- en elect ricitoitsbed rijven, misschien later neg wel tram en meer andere bedrijven, naar zich toe te halen en inet de winsten daarvan de Provinciale kas te spekken. Het is nog 'nooit vertoond, ook .niet door Ged. Staten i\an Noordlholland', dat een gemeente een provinciaal bedrijf werd opgedrongen, zonder zelfs een Raad suil spraak 1e vragen of af te wach ten. Hier wordt, met een absolute veron achtzaming van de autonomie der Ge- meen te-besturen gepoogd, buiten den Raad om, ons een Provinciaal Bedrijf op te dringen), en dat wel niet. den giootsi. mogclijken spoed om toch maar vooral vóór te zijn. Een minder faire poging tol macht- misbruik, die ieder weldenkend mensoh tot ergernis moet stemmen, is nog nim mer vertoond. Ik heb zoo even gezegd, dat Hoeren Gedeputeerde Staten tegenover ons een oomediespel spelen. Ik wil het ook raotiveeren. Mijnheer de Voorzitter. God. Staten wil'en van het Gemeente bestuur een vergunning, van welke zij (en met reden) «voorzien, dat dez© hun geweigerd zal worden. Nu wordt er een soort van admini- .'ix.Jöp a.u ioi n noogcte instantie) in elkaar geflans'. Niet zijzelf, maar een hunner ambcena- ren, richt het verzoek tot het gemeente bestuur en hij weigering gaan de Heeren bij zich zelf in beroep. Heeft men ooit grooter oomedie, oort grooter opzettelijke rechtsverkrachting gezien? Mijnheer de Voorzitter, ik weet waar lijk -geen woorden te vinden om mijn verent waardig mg le kennen te geven over de liouuing van een College, waar wij in vioegor jaren met respect naar opzagen en dat. zicnzelt thans in mijn iK/gen omlaaghaalt. IK vraag mij af, M. de V., of het niet van een kinderlij-üo naïeveteit, van een administratief dilettantisme getuigt, wanneer die heeren in H-aarlem nu waai- iijk meenen, dat de Gemeentewet, die zegt, dat de beschikking over gemeente- eigendommen en he;, in gebruik geven daarvan aan den Raad behoort, in strijd zou zijn gekomen met de Belemmerin gen wet, nog fraaier, dat het Reglement op de Wegen in Noordholland de ïcchten, welke de Gemeentewet aan den Raad waarborgt, kan teniet doen. Ik weet waarlijk niet wat. ik ervan moet denken. Ik heb gezegd, M. de V., dat de Hee ren omwegjes en maehtinisbruik moesten te baat. nemen oni oen doel na to streven, dat zij volgens den Oud-Hollandschen trant „Recht door Zee!" nimmer konden bereiken. Ik wil ook dit nader motiveoren. De Provinciale Watorleidingverordening, 'n verordening. die do Heeren Gedeputeer den zelf hebben ontworpen en 'verdedigd', zegt, dat een gemeente voor do oprich ting vau een eigen waterleidingbedrijf geen vergunning noodig heeft. Welnu, als rechtschapen mannen mogen zij dam cck niet pogen,, ook al hebben zij mis schien spijt ervan, dat thans deze veror dening van kracht is, do gerneento in do uitoefening van haar recht zooveel mo gelijk te belem meren Eu wanneer de heeren dan trachten door een nog nooit gehoorde, nieuwe wetsinterpretatie, zichzelf een bevoegd heid te geven, welke zij tot lieden nim mer gehad hebben, dan noem ik dat. ge bruik maken van omwegjes en misbruik maken va.n macht. M. de V., ik zou neg best. nog wat kimmen doorgaan om aan te toonen, op welk een naar mijn rechtsgevoel afschu welijke wijze wij hier behandeld worden, en diU door een College, dat is ingesteld om ervoor te waken, dat door lagere college's steeds de wetten en het recht worden in acht genomen. Ik wil hier echter mede eindigen, om dat ik meen thans wel onomwonden en voldoende openbaar gemaakt le hebben, ook namens de gehoele Katholieke Raads- fra.tie. met welke gevoelens van veront waardiging wij bezield zijn over het on recht, dat men den Raad en den burgers van Laren wil aandoen. Ik hoop en vertrouw, M. do V., dat wanneer we ons, met alle kracht die in ons is, umamiem tegen een behamdeling van Ged. Staten als deze, verzetten, wij in Den Haag nog mannen zullen vinden, die onder geen enkele voorwaar de willen meedoen aan hei pogen van Ged. Staten om te tornen aan de rechten, welke in de Gemeentewet aan de Gemoontebesui- ren zijn toegekend. De heei DIAMANT, daarna liet woord verkrijgende, zet zijn bezwaren tegen de houding van (lol. Staten uiteen en vat deze samen in de navolgende motie: De raad der gemeente Laren, in open bare vergader ing bijeen op 4 Juli 1*924; Gezien de tusschen het College van B. en W., den Directeur van het Provinciaal Waterleidingbedrijf en den Hoofd-Inge- niewr-Directeur van den Prov. Waterstaat gevoerde correspondentie inzake de wa ter voorzien img der gemeente Laren. alsmede de volgens berichten in de bladen door Ged. Staten* aan de Provin ciale Staten terzake .gedane mededeelin- Gehoord de daarover gevoerde bespre kingen,

Historische kranten - Archief Eemland

Eemnesser Courant | 1924 | | pagina 1