NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
Amta, Baan, Banlin, Eenes, laiersii, Matei, Hunlui, Laislai, Beest,
NIEUWE
Woensdag 25 Augustus 1880.
Verborgen Goud.
No. 68.
Negende Jaargang.
Uitgever: A. M. Slothouwer,
Advertentiën kunnen inge
zonden worden tot uiterlijk
's morgens 8V2 uur,des Woens
dags en Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts drie
maal in rekening gebracht.
FE UI LLETON.
&MERSF00RTSC1E COURANT
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,
Franco door bet geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nummers 3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags.
'te Amersfoort.
Agent voor Baarn en Omstreken:
W. Z. MULDER te Baarn.
Advertentiën van 16 regels0,40.
Iedere regel meer0,05.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën zende men den dag vóór de uitgave in.
OFFICIEELE PUBLICATIËN.
De Burgemeester van Amersfoort,
Gezien art. 21 der wet van 4 Decem-
cember 1872 (Staatsblad No. 134),
Brengt ter kennis van de ingezetenen,
dat in de laatstverloopen week aangifte is
gedaan van 4 lijders aan ROODVONK en
2 sterfgevallen aan die ziekte alhier zijn
voorgekomen.
Amersfoort, den 23. Augustus 1880.
De Burgemeester voornoemd
VAN PERSLJN.
Amersfoort, 24 Augustus 1880.
De jaarlijksche algemeene vergadering
van de Maatschappij tot Nut der Israëlie
ten in Nederland werd Zondag 22 dezer
hier ter stede in „Amicitia" gehouden, on
der voorzitterschap van Mr. A. W. Jacob-
son van 's Hage.
Uit het in die vergadering uitgebracht
verslag over 1879/80 bleek, dat de toe
stand der Maatschappij geen verandering
onderging en dat de financiën der Maat
schappelijke kas, in afwijking van die van
het schoolfonds onder beheer van genoem-
X.
Een soldaat herinnerd zich weinig, on
middellijk na den slag. Tot aan den eer
sten grooten schok verdringen zich in zijn
geest alle bizonderheden van het buiten
gewone schouwspel, om voor altijd in
levendige trekken herinnerd te worden.
Hij vergeet nooit den aanblik van het
slagveld, de opmerkingen door zijne kame
raden gemaakt, het geluid der stem van
den officier, die bevel geeft carré te vor
men, de spanning, die hij gevoelt, wanneer
hij het geweer velt, om de charge van de
aanstormende cavalerie af te wachten. Daar
na is alles verward en onduidelijk in zijne
herinnering. Aan het einde van den slag
voelt hij hier en daar kleine verwondingen
en bevindt hij zich op eene onbekende
plaats, maar hij kan zich niet herinneren
hoe hij die schrammen kreeg, of bij welke
beweging hij zoo ver van het eerste punt
van aanval afdwaalde.
Zoo is het ook met mij. Alle bizon
derheden van het stelen van de schat uit
Crastock Abbeystaan mij zoo duidelijk
voor den geest, alsof het gisteren geschiedt
was; maar de gebeurtenissen van de elf
de Maatschappij niet ongunstig zijn.
De handelingen in deze vergadering be
paalden zich in hoofdzaak tot het bespre
ken van middelen om den geldelijken toe
stand van het schoolfonds te verbeteren,
verschillende denkbeelden daartoe aange
heven zullen bij het Hoofdbestuur worden
overwogen en zoo mogelijk toegepast.
Herbenoemd werden als leden van het
Hoofdbestuurde Heeren Dr. Texeira de
Mattos en M. L. van Ameringen te Am
sterdam. Voor de vacature onstaan
door het overlijden van Mr. van Lier te
Groningen werd benoemd de Heer E. L.
Visser te Amersfoort, die echter meende
in het bèlang der Maatschappijhetwelk
medebrengt, dat ook in het Noorden van
het land een lid des Hoofdbestuurs ge
vestigd zij, te moeten bedanken, waarna
als zoodanig werd gekozen Mr. H. Schaap
te Groningen. Als plaats voor bijeen
komst van de volgende algemeene verga
dering in 1881 werd Utrecht aangewezen.
Zaturdag-middag zijn voor de Holland-
sche IJzeren Spoorwegmaatschappij al
hier aangekomen 2 Spoorwegwaggons 3de
klasse Amerikaansch model, vervaardigd
door de Maschinenbau Actien-Gesellschaft
te Neurenberg. Deze wagens zien er zeer
sierlijk uit, zijn zeer hoog, doch zonder
portieren ter zijde. De portieren bevin
den zich voor en achter de wagens, die
in het midden den doorloop hebben voor
de conductuers en de reizigers, terwijl
onder het rijden de conducteurs van den
eenen in den anderen wagen kunnen treden.
Iedere wagen heeft aan de twee zijden
van den doorloop banken, waarop 60 reizi
gers zeer gemakkelijk plaats vinden, doch
er zijn ook wagens die aan de twee eind
punten van afzonderlijke zitplaatsen voor
20 alleen reizende vrouwen zijn voorzien.
De wagens worden door gas verlichtzij
zullen weldra in dienst gesteld worden.
Het Staatsblad, No. '160, bevat een
kon. besluit van den 11. Augustus 1880,
tot vernietiging van het besluit van den
gemeenteraad van Soest, van 15 Julij 1880,
No. 1 b/7 houdende verklaringdat de
verordening dier gemeente, waarbij burge
meester en wethouders worden gemagtigd
vergunning te geven tot het kosteloos ge
bruik maken van de openbare heide- en
zandgronden aldaar, niet aan de goedkeu
ring van Gedep. Staten zal worden onder
worpen.
BINNENLAND.
Bet Weekbl. voor Isr. bevat de volgende
circulaire van den Minister van justitie.
's Gravenhage, 29 Juli 1880.
Door den procureur generaal bij het
voormalig hooggerechtshof is, onder dag-
teekening van 31 Augustus 1827 tot de
procureurs-crimineel, de officieren bij de
rechtbanken van eersten aanleg, en de
directeuren en commissarissen van politie
in de noordelijke provinciën een circulaire
gericht van den volgenden inhoud:
z/De hoofdcommissie tot de zaken der
Israëlieten heeft zich opnieuw bij Z. Exc.
den Minister van justitie beklaagd, dat in
zeker alomme verzonden en openlijk aan
geplakt signalement van een ver
oordeelden misdadiger, behalve de gewone
aanwijzigingen van den voortvluchtigen
persoon, was bijgevoegd geworden deze
periode„en het uitzicht heb
bende van een Jood. Hebbende de
genoemde hoofdcommissie daarbij tevens
de noodige voorziening verzocht tegen het
bezigen van een benaming, die eigen is
aan den godsdienst, welken iemand be
lijdt, in signalementen, arresten, vonnis
sen en andere rechterlijke akten en docu
menten.
z/ZExc. oordeelende ook aan dat aan
zoek gehoor te moeten geven, heeft mij
gelieven te verzoeken, om de procureurs
crimineel en de verdere rechterlijke amb
tenaren te vermanen, om tot vermijding
van alle ergernis, soortgelijke aanduidingen
voor het vervolg achterwege te laten.
z/Ten gevolge van deze aanschrijving heb
ik de eer het vorenstaande, ten fine van
informatie en naricht, te brengen ter ken
nis van de heeren procureurs crimineel en
van de heeren officieren bij de rechtban
ken van eersten aanleg in de noordelijke
provinciën, met verzoek tevens aan laatst
genoemden, om een exemplaar dezer cir
culaire te doen toekomen aan de heeren
rechters ter instructie in hun respectieve
arrondissementen, alsmede aan de grif
fiers hunner rechtbanken en aan de grif
fiers der rechtbanken van Koophandel,
mitsgaders aan de grffiers der respectie
ve vredegerechten en rechtbanken van
enkele politie, voorzooverre daarbij afzon
derlijke griffiers fungeeren, mede tot der-
zelver informatie en naricht.
of twaalf volgende jaren herinner ik mij
slechts flauw. Zij schijnen mij te onbedui
dend toe in vergelijking van de daad van
mijn leven. Ik zal slechts die dingen be
schrijvendie noodig zijn, om de twee
tijdvakken met elkaar te verbinden, want
ik heb slechts de geschiedenis van het ver
borgen goud te verhalen, niet de andere
avonturen, die ik in mijn leven gehad heb.
Ik herinner mij het gevoel van smart,
vermengd met berouw, waarmede ik het
huis verliet waarin ik geboren was, en de
gelukkigste dagen van mijn leven gesleten
had. Het scheen mij bijna toe, alsof ik
daarmede van mijne Margareta scheidde,
en terwijl ik de kamer met vochtige oogen
rondkeek, dacht ik: //Wat kan mij dit
verlies vergoeden?"
Mijne kleine Iris hield mijne vingers
in haar handje, en legde juist op dat
oogenblik haar hoofdje tegen mijn arm.
Zij was bizonder gevoelig en verstandig,
en zag mij nooit treurig, zonder te beproe
ven, mij op deze eenvoudige manier van
hare liefde te overtuigen. Ik geloof zelfs
dat zij iedere gelegenheid te baat nam, om
mij op die wijze te troosten. Zij glimlachte
toen ik haar aankeek, en de geest van hare
moeder scheen mij, door het gezicht van
mijn kindmijne wanhoop te verwijten.
Door haar kind wilde zij mij troosten, en
als dat bij mij was, zou zij er ook zijn.
Ik verkocht eenige muntstukken te
Londen om genoeg geld te hebben voor
de noodzakelijkste behoeften; ik verkocht
er slechts weinig te gelijk; ten einde geene
achterdocht op te wekken, want zij deden
de koopers verbaasd staan, en dezen deden
mij verscheidene vragen, voordat zij ze
wilden koopen. Ik geloof dat ik het uiter
lijk van een schuldige had; dat voelde ik.
Ik durfde nauwelijks mijne oogen op
te slaan, en het was mij onmogelijk de
oudheidkundigen in de oogen te zien. Een
of twee weigerden zelfs ze te koopen
omdat zij niet konden gelooven, dat ik ze
op eene eerlijke wijze gekregen had. Ik
kon mij niet verontschuldigen tegenover
hen, daar ik maar al te wel wist, hoe
oneerlijk de manier was, waarop ik ze ge
kregen had.
Mijn vermoeden, dat de muntstukken
in het klooster verborgen waren, voordat
de familie Grandison het kreeg, werd ver
sterkt, doordat alle muntstukken van voor
de Hervorming dateerden. Maar ofschoon
ik op deze gronden trachtte te gelooven
dat ik op eene even rechtvaardige wijze
de eigenaar ervan was geworden, als een
van de Grandisons wanneer hij ze gevonden
haden de onrechtvaardigheid van de
diefstal zocht te verzachten door de moeie
lijke omstandigheden waarin ik geweest
was, gelukte het mij nooit het gevoel van
oneerlijkheid te onderdrukkendat mij
overviel als ik van het geld gebruik maakte.
Het grootste gedeelte van het geld nam
ik mee naar Hollandin den dubbelen
bodem van eene kist die ik daarvoor ge
maakt had. Het bovenste gedeelte was met
spijkers gevuld, en op die wijze kwam het
goud door de visitatie-bureau's.
De Amsterdamsche wisselaars waren min
der nauwgezet dan de Londensche oudheid
kenners, en ik verkocht de oude munten
voor ongeveer tienduizend pond in Engel-
sche wissels en banknoten. Met deze som
ging ik naar Londen terug, vol verlangen
om dadelijk aan het werk te gaan, en het
geld te kunnen teruggeven.
Mijn eerste werk was te Brixton kamers
te huren, voor mij en de kleine Iris, bij
eene oude adellijke dame, Miss Simpson,
wier aangename manieren en teedere, doch
niet overdrevene, vriendelijkheid jegens
mijn klein dochtertje, mij dadelijk voor
haar innamen. Iris werd dadelijk zeer aan
haar gehecht, want kinderen weten, als
het ware instinktmatig, wie veel van hen
houden en wie niet; en nog voor dat ik
de kamers gehuurd had, was zij bevriend
met de huiskat.
Miss Simpson was eene oude juffrouw,
een slank, mager persoontje, buitengewoon
netjes in hare kleeding; zij was een beetje
gebogen door de ouderdom, maar sierlijk