vuur aan de belendende, door de hitte van de
laatste dagen bijna kurkdrooge woningen
mede, die gedeeltelijk bewoond waren. Twee,
drie, vier, vijf, zes woningen stonden nu
weldra in lichtelaaie en men zag slechts
in een vuurpoel. Zij die de huizen, welke
toen brandden, bewoonden, poogden nog
zooveel mogelijk van hun inboeltje te red
den, maar het vuur nam zoo spoedig toe,
dat menig stuk huisraad verbrandde.
Intusschen was de brandweer spoedig
gealarmeerd en begon deze met krachten
beleid haar werk; later kwjim ook de Jan
v. d. Heyden, om massa's water in het
vuur te werden.
Gebeurt het tegenwoordig in Amster
dam zelden, bij dezen brand hebben wij
weder een menschenleven te betreuren.
Een man van 66 jaren, die als waker in
de verbrandde perceelen dienst deed, is in
de vlammen omgekomen. Door de vlam
men verrast en geen uitweg meer ziende,
vertoonde de ongelukkige zich voor een
raam op een der bovenverdiepingen. Hon
derden personen stonden met uitgestrekte
armen gereed den man op te vangen, hem
toeroepende: Spring er uit! Spring er uit!"
Naar 't scheen hoorde de man, in den
angst waarin hij verkeerde, dit roepen niet
of had hij geen moed genoeg den sprong
te wagen, genoeg, één oogenblik later stortte
het dak in waaronder de ongelukkige stond
en viel hij daarmede in den vuurgloed.
Te ongeveer zes ure kon men zeggen
dat de brandweer den brand goed meester
was en kon zij eenig bluschmaterieel doen
inrukken, terwijl alstoen nog twee spuiten
en de Jan van der Heijden achter bleven
om verder het blusschingswerk te voltooien.
Toen de rook een beetje optrok bleek dat
zes huizen totaal waren uitgebrand, twee
zooveel hadden geleden, dat men ze ook
wel als uitgebrand kan beschouwen en nog
twee anderen zeer zwaar beschadigd waren.
BUITENLAND.
Den 3den Septemberden verjaardag
van het overlijden van Thiers, is te Pa
rijs een lijkdienst voor zijne nagedachte
nis gevierd.
Mevr. Thiers en hare zuster, mile.
Dosne, woonden de plechtigheid bij.
In de omstreken van Charleroi, in Bel
gië, komt de trichinenziekte onder zeer
vele varkens voor. Er moeten dan ook
reeds verscheiden sterfgevallen ten gevolge
van genoemde ziekte zijn waargenomen.
Uit Berlijn wordt gemelddat na de
terugkomst van den Koning van Grieken
land te Athene, de vloot op voet van oor
log zal worden gebracht.
De reis van keizer Frans Jozef naar
Gallicië blijft het hoofdonderwerp van de
dison; uit die oxyden en sulphaten wordt
je toch niet wijs. Verduiveld ja," ver
volgde hij, nadat hij op zijn horloge had
gezien. //Wij komen laat aan het déjeuner.
Kom late wijn gaan?"
z/Het is mij zeer aangenaam geweest
met u kennis gemaakt te hebbenmijn
heer Brooke, en het zal mij een waar
genoegen zijn u weder te ontmoeten," zei-
de mijnheer Grandison, terwijl wij het
laboratorium verlieten.
z/Ik ben hier iederen dag, mijnheer,"
zeide ik; »en als u hier eenige proeven
wil nemen heeft u alle vrijheid. Er zijn
nog eenige afdeelingen van de fabriek, die
u niet gezien heeft, en die u zeer zullen
interesseeren.
//O ja, wij hebben de afdeeling voor
faience nog niet gezien. Dat werk wordt
geheel door meisjes gedaan, en ik kan je
verzekeren dat er heel aardige bij zijn.
Die moet je nog even zien voordat je
weggaat."
Ik had mijne sleutels bij mij. Toen
ik de deur opende, die de beide afdee
lingen van elkander scheidde, merkte
Peyton op
z/Je bent een voorzichtige kerel Brooke,
dat je de meisjes zoo achter slot houdt!"
Ik antwoordde niet op die platte aar
digheid.
De werkkamer was eene lange verlich
te galerij; tusschen de vensters stonden
pleisterkoppen, eenige naar het leven,
andere naar antieke modellen. Hier en
daar stonden potten met bloemen, varens
en maagdenpalmen, en eenige schoone
stukken die in die afdeeling gemaakt
beschouwingen der Oostenrijksch-Hongaar-
sche dagbladen. Het Tagblatt en de Pester-1
Lloyd zien er de gelukkige gevolgen in
van het verbond met Duitschlandwaar- j
door Oostenrijk zijn volle vrijheid van han:
delen herkregen heeft. De Poolsche pers
brengt den keizer een hartelijken welkomst
groet; zij betuigt hare erkentelijkheid voor
de aan Gallicië geschonken vrijheden en
geeft de verzekering van de gehechtheid
en de toewijding der bevolking aan de
dynastie, van welk een en ander de Kei
zer gedurende zijn verblijf in Gallicië schit
terende bewijzen zal ontvangen. Hij zal
zich kunnen overtuigen, zeggen die dag
bladen, dat de toenadering tot Oostenrijk
wortel heeft geschoten onder de Polen en
het gezag van het huis Habsburg in Gal
licië daardoor merkelijk bevestigd is.
In een officieel bericht uit Kandahar van
1 dezer worden bijzonderheden medege
deeld, omtrent de overwinning van Roberts.
Deze heeft het kamp van Ayoub-Khan in
genomen. De cavallerie zette den vijand
achterna. Van de zijde der Engelschen zijn
gesneuveld 3 officieren en IS soldaten;
gewond 6 officieren en 57 soldaten. Hier
onder zijn niet begrepen de nog niet be
kende verliezen der inlandsche troepen.
Men gelooft dat Ayoub Khan de vlucht
heeft genomen in de richting van Herst.
De Daily Telegraph publiceert de voor
naamste artikelen van het te Lima onder-
teekende vredesverdrag. Peru staat aan
Chili af twee monitors en de artillerie van
Callao, slecht de vestingwerken van Callao,
verbindt zich in 20 jaren de vloot niet te
vergrooten en de vestingwerken van Callao
niet weder op te bouwen en vergoedt Chili
de krijgskosten. Chili betaalt de helft van
de buitenlandsche schuld van Peru, die
voor de oorlogsverklaring in vreemde han
den wastegen den koers van dien tijd
op de Londensche beurs.
Eene Irade des Sultans heeft het be
sluit van den ministerraad tot afstand van
het district van Dulcigno aan Montenegro
bekrachtigd, maar daarentegen handhaving
gevraagd van het status quo Westelijk van
Scutari, wat de posities betreft door Alba-
neezen en Montenegrijnen bezet. De am
bassadeurs zouden deze beslissing aan het
oordeel hunner regeringen onderwerpen.
GEMENGDE BERICHTEN.
Donderdagavond hebben de Duitsche
badgasten te Zandvoort het Sedanfeest
gevierd, door een vreugdevuur op het
strand aan te leggen. Zevenhonderd tak-
kebossen en vele teertonnen werden aan
gestoken, doch de zeewind sloeg de vlam
men tegen den grond en verhinderde ze
hoog op stijgen. De Duitschers, groot en
waren. Langs de kanten stonden ezels en
draaibanken, waaraan jonge vrouwen bezig
waren de modellen te vormenlangs den
anderen kant stond eene lange bank
waarop verscheidene jonge meisjes zaten,
met vazen en kannen in hun schoot,
waaraan zij de noodige ornamenten aan
brachten.
Dicht bij de deur zat mijne Iris in
mijne oogen het schoonste voorwerp in de
kamer. Zij was een grootslank meisje
met een langen hals en een klein hoofd,
waarover haar zacht, glimmend, kastanje
bruin haar van haar voorhoofd naar ach-
rer viel. Haar neus was nog al lang,
maar zeer fijn besnedenhaar bovenlip
was kort, en ver genoeg van de onderlip
verwijderd om hare kleine, witte tandjes
te laten zien; kin en wangen waren ge
vuld en op dit oogenblik verspreidde het
genoegen, dat den arbeid haar gaf, eene
roode tint over haar gelaat. Hare klee
deren sloten nauw om haar fijn figuur
en hare langewelgemaakte armen.
Grootma zelf kon niet netter zijn op het
witte linnen, dat zij om hals en polsen
droeg. Over hare zwarte japon droeg zij
een wit voorschoot; zij zat gebogen over
eene Etruskische vaas, die in haar schoot
lag, en daar wij haar bij het binnentreden
juist en provil zagen, kwamen de schoo
ne lijnen van haar gezicht bizonder goed
uit. Wanneer zij geen nieuwerwetsch
pak aangehad had, zou zij voor Tademan
hebben kunnen poseeren als model van
een Grieksche beeldhouwer.
Wordt vervolgd.)
klein, zongen nationale liederen, en liepen
rond met Duitsche vlaggen, waarop de
Zandvoortsche visschers, begeleid door een
j paar harmonica's, het Wien Neerlands bloed
aanhieven, dat het daverde en dreunde.
De kunst was aan de zijde der Duitschers,
doch de meerderheid, de kracht van lon
gen, aan de zijde der vissschers.
In den avond van 1 September vervoegde
zich bij den landbouwer A. Johe te Al-
fen een man, die om wat drinken vroeg;
de baas was uit. De meid wilde hem
wat melk geven en ging naar den kelder
waar de vreemdeling haar volgde. Door
de duisternis viel hij van de trappen en
bleef bewusteloos liggen. De meid viel
daarop flauw van den schrik en op het
geroep der vrouw kwamen de buren toe-
loopen, die in de meening een moorde
naar te snappen, den man duchtig af
rosten. Gelukkig kwam de politie te hulp.
De man wordt thans in het weeshuis
verpleegd.
Iets nieuws. In de Soer. Ct. leest
men het volgende bericht: //Al wie aan
de redactie der Soer. Courant een ver
trouwbaar bericht van publiek belang toe
zendt, dat door de redactie de opname
waardig wordt gekeurd, heeft recht op de
kostelooze plaatsing eener advertentie van
hoogstens 25 woorden, die hij naar ver
kiezing bij het bericht kan insluiten of
een bon er voor ontvangen van den hoofd
redacteur."
In de gemeente Wijmbritseradeel is
tegen niet minder dan 66 personen pro
ces-verbaal opgemaakt, wegens het vertoe
ven in een herberg na gezetten tijd.
Te Harderwijk is, evenals onlangs te
Utrecht, een pontje omgeslagen, waarmede
een aantal menschen en kinderen werden
overgezet. Men is er in geslaagd allen te
redden.
Bij het feest in het Valkenburg, bij Breda,
ter viering der bevalling van H. M. de
Koningin, is een korporaal van het 6e
regiment infanterie in het water gevallen
en verdronken.
De Fransche bladen openen het voor
uitzicht op een sensatie-proces van den
eersten rang. De gezant van een kleine
vreemde mogendheid welke wordt
voorloopig niet gemeld die bekend was
als een getrouw boulevardwandelaar, is,
ondanks zijne reeds grijze haren, met een
jonge, schoone dame op den loop gegaan.
Zijne echtgenoote heeft een eisch tot
echtscheiding tegen hem ingesteld.
Van een wetenschappelijk standpunt
wordt thans bewezen, dat het geloof aan
dr. Tanner's eerlijkheidofschoon de
hongerproef zeer zwaar en hoogst gewaagd
was, toch niet ongerijmd mag genoemd
worden. De mensch heeft in gunstige
omstandigheden bijna 15 KG. aan vet
ter verteering; onder normale omstandig
heden verliest hij echter dagelijks 300
gram, zoodat eerst na vijftien dagen on
geveer de geheele voorraad verbruikt zou
zijn en de machine zou stilstaan. De cij
fers zijn wel wat gunstig genomen, maar
voor iemand, wiens constitutie zich daar
toe bijzonder leent, is 40 dagen vasten
toch geen stellige onmogelijkheid.
Zaterdag 11 Aug., den 15en dag van
de Mahomedaansche vastenmaand Rama-
zan, werden te Constantinopel in het
oude serail de daar bewaarde reliquiën
van den profeet Mohamed, diens mantel,
bruine baard, een der voortanden en de
indruk van zijn voet in een stuk kalk
steen tot openbare vereering tentoonge
steld. De Sultan was de eerste om aan
deze heilige voorwerpen eer te bewijzen
hij verscheen tot de plechtigheid, in ge
zelschap zijner hoogwaardigheidsbekleeders
en verscheidene ulema's. Abdul Hamid
knielde voor de reliquiën neder en kuste
ze herhaaldelijk, hetzelfde deed ook zijn
gevolg. De vrouwen van den Sultan had
den door haar dienaren hare sluiers ge
zonden, om ze in aanraking te brengen
met den mantel van den profeet.
Te Petersburg heeft op 23 Aug. een
vreeselijk tooneel plaats gehad bij een
brand in eene sigarenfabriek. Er was
maar één trap, die van de vijf verdiepin
gen naar beneden leidde, en slechts één
uitgang, welke bovendien versperd werd
door de politie-agenten, die last hadden
gekregen om niemand door te laten, vóór
dat onderzocht was, of hij ook tabak
onder zijne kleederen had verstopt, en
daarom de deur gesloten hielden. Vele
werklieden wierpen zich door de vensters
naar buiten. Een meisje klauterde langs
een waterpijp van de vijfde verdieping
naar beneden, en ofschoon onderweg door
een dakpan aan het hoofd getroffen, be
hield zij hare tegenwoordigheid van geest,
en bereikte veilig den beganen grond.
Hadden de militairen het niet belet, dan
zou de woedende menigte de lynchwet
hebben toegepast op de beambten, die aan
de deur de wacht hadden gehouden.
Negen personen kwamen om, terwijl 41
werklieden gekwetst werden. Twee vrou
wen en een meisje werden dicht bij de
deur doodgedrukt.
Een Russisch blad meldt, dat er ver
moedens zijn gerezen tegen den eigenaar
der fabriek, die voor een half millioen
roebels geassureerd was.
In een particuliere kunstverzameling te
Berlijn bevindt zich een Christusbeeld,
waarvan men den naam des schilders niet
wist. Voor eenigen tijd bood een Engelsch-
man 60.000 gulden daarvoor, doch hij
drong zoo zeer op een spoedig antwoord
aandat de eigenaar wantrouwend werd
en begreep dat het stuk een ongewoon
hooge kunstwaarde moest hebben. Dit
noopte hem er kunstkenners bij te halen,
die eenstemmig verklaardendat het
een werk van Van Dijck moet zijnwaar
van de onderdeelen door diens leerlingen
zijn voltooid.
Hoe een Turk historie schrijft. Een
Turksch blad geeft een merkwaardige
levensbeschrijving van Gladstone. »De
Premier was een Bulgaar. Zijn vader
was een varkenskooper in het dal van
Kustendje, en de jonge Gladstone liep
weg toen hij zestien jaar oud was, en ging
naar Servië, van waar hij met een anderen
varkenshandelaar, naar Londen werd ge
zonden om varkens te verkoopen. Hij
stal de opbrengst, veranderde zijn naam
Trogadier in dien van Gladstone en werd
een Britsch onderdaan. De fortuin be
gunstigde hem totdat hij Eerste Minister
werd. Deugden heeft Gladstone niet."
Het hier volgende verhaal is een uit
treksel uit een pas verschenen verslag van
den heer James Ford, ingenieur, belast
met het doen van peilingen in de Tay,
voor het ligten van den trein, die verle
den jaar aan den mond dier rivier in de
diepte stortte.
s Mijne eerste nederdaling," zoo ver
haalt de heer F., bragt mij aan het voor
ste gedeelte van den trein. Het lijk van
den machinist stond regt overeind boven
de locomotief, waartegen zijn eene been
vastgeklemd zat. De vloed deed hem een
weinig neigen en somtijds wiegelde hij
van links naar regts als een onderzeesche
plant. Zijn oogen stonden wijd open. Het
was gemakkelijk te zien dat de ongeluk
kige onmiddellijk naar de oppervlakte
zou geschoten zijn, zoo zijn voet niet toe
vallig was vastgeraakt. De stoker had zijn
hoofd verbrijzeld en lag gedeeltelijk be
graven onder de steenkolen, die over hem
heen gestort waren. In den postwagen
stonden de drie beambten tegen de schuif
deur gedrukt, welke hun gelukt was ter
breedte van eenige strepen te openen.
Een wanhopige strijd scheen in de laatste
oogenblikken nog tusschen hen plaats
gehad te hebben een van de drie hield
zijn hand om den nekvgeklemd van den
geen die den deurknop vasthield. In
een compartiment van de eerste waggon
zaten zes personenwaarschijnlijk eene
familie. Door een grillig toeval waren zij
na de noodlottige gebeurtenis op hnnne
zitplaatsen teruggevallen. En zoo zaten
zij daar nu, kalm en onbeweeglijk in hun
waggon-doodkist.
Buiten de tweede coupé schommelde
een lijk, dat met het hoofd tusschen het
verbrjjzelde portier beklemd zat: het was
dat van een officier. Zijne uniform was
verscheurd en zijne beenen waren reeds
geheel door de schelpdieren van de Tay
afgeknaagd. Uit zijn borst stak halver
wege het lange, gladde ligchaam van een
aal, die met den staart het water roerde.
De tweede afdeeling van de tweede
waggon bood het afgrijselijkste schouw
spel aan. Door het dof gekleurde, zee-
groehe water zag de heer F. daar, met
behulp van electrische verlichting, een
mengelklomp van verbrijzelde, tegen el-