Nationale Militie. Bunschoten. De collecte voor den watersnood alhier in de vorige week ge houden heeft de som van f 453 opgebracht met inbegrip eener bjjdrage van de jonge- dochters-vereeniging, groot f 2,50. Woudenberg. De alhier gehouden collecte aan de huizen der ingezetenen, voor de noodlijdenden door den jongsten watersnood heeft opgebragt de som van f254.15. OïTICIËELE PUBLICATIE. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gezien de aanschrijving van den heer Commissaris der Konings in de provincie Utrecht van den 17. Jan 1881, No. 1 N. M. en S. (Provinciaalblad No. 7), Gelet op de artt. 27 en 28 der wet van den 19. Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), benevens artt. 20 en 21 van het ko ninklijk besluit d. d. 8 Mei 1862 (Staats blad No. 46) Doen te weten, dat de loting der in het vorig jaar voor de militie ingeschrevenen, behoorende tot de lichting van 1881, in het gebouw A m i c i t i a, aan het Plant soen, tusschen de Utrechtsche en Slijk- poorten alhier gelegen, zal geschieden op Donderdag, den 10. Februari 1881, aan- tevangen des voormiddags halfelf. En voorts dat op Donderdag, den 17. en Zaterdag den 19. Februari aanstaande, telkens van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags, door of van wege de lote- lingen (gesteund door twee getuigen) bij den Burgemeester ten raadhuize aanvraag kan geschieden voor de getuigschriften, vermeld in de 2. en 3. zinsneden van art. 53 der wet, ter bekoming van vrijstelling wegens broederdienst of op grond van te zijn eenige wettige zoon (zonder een of meer halve broeders te hebben)luidende voormeld art. 53 in zijn geheel als volgt Om vrijstelling wegens eigen militai ren dienst of dien van broeders te ver krijgen, moet men overleggen een pas poort of ander bewijs van ontslag, of een uittreksel uit het stamboek, of een bewijs van werkelijken dienst." Ter bekoming van vrijstelling wegens broederdienst moet men bovendien over leggen een getuigschrift van den Burge meester, waaruit het getal zonen, tot het gezin behoorende, bljjkt." s Vrijstelling als eenige wettige zoon wordt verleend op overlegging van een getuigschrift van den Burgemeester, waaruit blijkt dat men eenige wettige zoon is." En art.. 21 van aangehaald koninklijk besluit Het bewijsstuk, vermeld in de eerste zinsnede van art. 53 der wet, wordt ten minste tien dagen vóór den dag (den tweeden maandag in Maart,) waarop de eerste zitting van den Militieraad wordt geopend, ingeleverd bij den Burgemeester der gemeente, in welke de loteling, die vrijstelling verlangt, wegens|eigen militai ren dienst of dien van eenen broeder of broeders, voor de militie is ingeschreven. Amersfoort den 25. Januari 1881. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, W. L. SCHELTUS. VAN PERSIJN. Amersfoort, 21 Januari 1881. Bij den Burgemeester is nader ingeko men, voor de slachtoffers van den waters- len brengen." En toen Felix haar vroeg, wat tusschen Gustaaf en haar was voorgeval len, dewijl de inhoud van zijn laatste briefje toch wel werkelijk op eene bepaalde betrek king tusschen hen scheen te doelen had zij gezwegen en slechts het hoofd geschud. „De toekomst zal alles wel aan het licht bren gen," zeide zij en verried later door woord noch blik, dat zij in Gustaafs welzijn meer of inniger deel nam, dan in dat van een zeer geachten vriend. Dit een en ander had; Felix met heel wat opmerkingen en toespelingen aan Gustaaf medegedeeld, zonder dezen daardoor tot eene nadere verklaring te kunnen uitlokken. ,/Ella heeft gelijk, de toekomst zal alles wel weer terecht brengen," schreef de laatste terug, //indien eenige menschelijke toespraak het vermogen bezat, om mij de verlorene gemoedsrust terug te geven, dan zijn het Ella's woorden en de zekerheid door dat reine meisjeshart begrepen te worden. //Op die wijze was wederom een jaar ver streken, en toen de lente het bosch weer met frisch groen en de tuinen met bloemen tooide, kon onze zwerver het niet langer in den vreemde uithouden. //Keer naar het va derland terug" zoo sprak voortdurend eene stem in zijn binnenste. „Laat alles wat ach ter U ligt nu voor altijd voorbij zijn; begin nu een nieuw leven, waarin de vruchten tot rijpheid komen, die onder smart en lij den gezaaid werden, een nieuw leven, dat aan de dooden geeft wat den dooden toe komt een liefdevolle donkere herinnering, nood, van Mr. H. C. f 25, van A. A. f 20, van N. N. f 10, van N. N. f 76,7?*/, en van W. L. S. f 10. De Burgemeester zegt ook daarvoor dank en beveelt de watersnoodlijdenden verder bij de ingezetenen aan. Amersfoort, 27 Jan. 1881. VAN PERSIJN. Burgemeester. Al staat het proza van Potgieter hooger dan dat van Cremer, daarom kan iemand toch nog wel met groot genoegen de Over- betuwsche Novellen lezen. Op die wijze is het ook met de muziek slechts ware artisten brengen in verrukking, maar daarom is het voor dilettanten met eenig talent niet onmogelijk een aangenamen muzikalen avond te verschaffen. Dit bleek weder 11. Woensdag, toen de Heer Schweins- berg met vier zijner leerlingen een concert gaf ten voordeele van de lijders door wa tersnood. Een aan afwisseling rijk pro gramma, aan welke uitvoering de Heer Schweinsberg als bespeler der altviool en als accompagnateur medewerkte, werd keurig netjes afgespeeld. Het klavierkwar tet Mozart en het adagio cantabile uit Beethoven's eerste klaviertrio werden naar den eisch voorgedragen en zoo was het ook met de solo's voor viool, piano, vio loncel en klarinet en het slotnummer, waaraan de vijf executanten medewerkten. Het talrijk opgekomen publiek gaf dan ook on verholen zijne tevredenheid te ken nen. De opbrengt van het concert bedraagt f 146,40 welke som door den Heer Schweinsberg aan het Hoofdcomité te Am sterdam is ter hand gesteld. Ten slotte nog dit. Door het concert van 11. Woensdag heeft de Heer Schweins berg opnieuw bewezen, dat zijn onderwijs in de muziek uitstekende vruchten draagt, en dat hij het diploma van degelijk mu ziekonderwijzer, hem, na afgelegd examen, namens de Vereeniging van Toonkunste naars door de bekende musici Richard Hol, Nicolai, Muller en v. d. Wurff, in het vorige jaar op zoo eervolle wijze uitge reikt, ten volle verdient. De alhier gevestigde Afdeeling van de Maatschappij tot Bevordering der Toon kunst, gaf op laatstleden Dinsdagavond in het lokaal Amicitia een huishoudelijke uit voering. Door eenige Heeren en Dames dilettan ten werden solonummers ten gehoore ge bracht, afgewisseld door eenige chosen, door de leden der Zangvereeniging gezongen. Moeten wij ons al, uit vrees van ons aan indiscretie schuldig te maken, ont houden van détals over de uitvoering toch mogen wij wel verklaren dat het talrijk aantal toehoorders een aange namen en genotvollen avond doorbragt. Het zeer verdienstelijk vioolspel van den Heer Groenheim, uit Zutphen, de eenige niet dilettant, die zich dien avond deed hooren, mogen wij niet met stilzwij- maar ook aan de levenden, hetgeen zij recht hebben van ons te vragen. Ik zal nu al den moed en den lust tot arbeiden, welke den man eigen moet zijn, voor het tegen woordige oogenblik gebruiken, want slechts hij is waardig te leven, die met ijver werkt, en die naar de mate der krachten en talen ten die hem gegeven zijn alles ten nutte der menschheid aanwendt, en op die wijze iets goeds tot stand weet te brengen. En voor hem die het aldus in al deszelfs ver antwoordelijk heid en diepte opvat, kan het ook nooit onvruchtbaar zijn. De lente brengt hem bloesems, de zomer vruchten, de herfst een' rijken oogst en de winter geeft hem eene gelukkige herinnering aan al datgene wat hij door getrouwe plichtsbetrachting verkregen heeft, alsmede de heerlijke hoop op eeuwige bloemen en voortdurende zonne schijn." Het was juist op Hedwigs sterfdag dat Gustaaf de hoofdstad weer binnen reed. Doch de gedachte aan de overledene was hem nu niet meer pijnlijk. Hij beval aan den koetsier om hem niet naar zijn woning, maar naar het Dorothea of stedelijke kerkhof te rijden, want zijne eerste begroeting moest aan het graf van haar worden gewijd, die haar le ven voor hem had ten offer gebracht. Spoe dig hield de wagen voor den rustigen gods akker stil, en Gustaaf steeg uit. Een wee moedige ernstige schaduw lag op zijn hoog voorhoofd, toen hij het ijzeren hek binnen trad, en tusschen de lange rijen graven heenschreed, hij hield het hoofd eenigszins gen voorbijgaan. Hoewel blijkbaar nog jong en dus misschien niet zoo ingewijd in al de geheimen der kunst als oudere kunst broeders gaf de Heer G. blijken van veel talent. Zijne voordracht is eenvou dig en warm, en verraadt den echten kun stenaar, en wij gelooven den Heer G. indien hij op den ingeslagen weg voort gaat, eene schoone loopbaan te kunnen voorspellen. Naar wij vernemen bestaat het voorne men om dezen winter noch eene uitvoering te geven waarop grootere zangwerken zul len worden ten gehoore gebracht. Wij twijfelen niet of onder de leiding van den bekwamen Directeur, den Heer Aug. Win ter, zal ook die uitvoering evenals de afge- loopene, tot de welgeslaagde behooren. Verleden Donderderdag zijn door Hee ren Burgemeester en Wethouders van Amersfoort in het gebouw Amicitia voor den tijd van zes jaren publiek verhuurd, 19 perceelen bouw- wei- en hooiland, ge legen onder de gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Hoogland en Du ist. Terwijl de gezamenlijke huurprijs laatste lijk in 1875 bedroeg f 4601, is deze thans slechts f 3908 per jaar. Bevolking der gemeente Hoogland op 31 December 1879. M. V. Totaal. 1162 1070 2232 M. V. Totaal. Geboren in 1880 38 32 70 Ingekomen 69 68 137 107 100 207 Overleden 25 14 39 Vertrokken. 67 77 144 92 91 188 M. V. Totaal 1162 1070 2232 Vermeerderd 15 9 24 1177 1079 2256 Barneveld. De zuivere opbrengst van het Concert, ten voordeele van de wa tersnoodlijdenden, deze week alhier ge geven door de Harmonie en het Kap'sche strijkorchest, bedraagt f 67.50, welke som aan den Heer Burgemeester is ter hand gesteld en door dezen is opgezonden aan de hoofd-commissie te Amsterdam. voorovergebogen om den eenvoudige gedenk steen te zoeken, dien hij gelast had, dat op Hedwigs graf zou geplaatst worden. Toen hij in de nabijheid daarvan gekomen was, hield hij op, weinige schreden van hem af stond eene slanke vrouwelijke gestalte, zij was met den rug naar hem toegekeerd, en bevond zich bij een graf dat wat hooger dan de andere graven gelegen, rijkelijk met bloemen versierd was. Zij wendde zich om toen zij zijne naderende voetstappen hoorde, en Ella en Gustaaf stonden tegenover elkander. Beiden zagen elkander eenige oogenblikken sprakeloos aan, toen breidde Gustaaf de ar men uit en riep//Ella, gij hier?"//Gus taaf," klonk hare stem hem als eene onder drukten juichtoon in de ooren en zij lag aan zijne borst, zwijgend hielden zij elkander omvat. Toen hief hij zacht haar hoofdje op, en beschouwde vragend de zoo kinderlijke reine trekken. //En gij bemint mij dan nog Ella gij hebt den ongelukkige dan nog lief, die, dewijl hij zelf niet wist hoe hij han delen moest, U zoo veel verdriet heeft aan gedaan //O, meer dan ooit te voren, mijn dier bare vriendfluisterde zij//heb ik dan niet juist door deze beproeving U in Uw volle waarde leeren kennen?" Hij drukte haar hoofdje aan zijn borst en op het met bloemen versierde graf wij zende vroeg hij //hebt gij dat gedaan, Ella?" Zij knikte toestemmend. //De edele die daar rust is voor mij eene dierbare zuster, zij heeft het grootste offer BINNENLAND. beel Op den Hollandschen IJzeren Spo( weg is de gewone dienstregeling wei hervat. C had Naar men verneemt is er bij den R 8^ra van State een wetsontwerp tot regeli ^en van het toezicht op het opperwater en ®ve correspondentie bij ijsgang aanhangig. 111 1 In 1880 zijn 400 Friezen naar Noo; Amerika geëmigreerd, tegen 23 en 12 eeri 1879 en 1878. om gen In Noord-Brabant en Limburg a door de kloosters tal van noodlijdend door den watersnood opgenomen, die'.v daar tijdelijk zullen geherbèrgd worden, der Het aantal bedeelden te Heusden der Werkendam, bedraagt te zamen tusschi bel de 7 en 8000. Bijna duizend huisjes vro vernield. ho< „Z( Men schrijft uit Woudrichem aan li wo Vaderland, dat de oorzaken van de doo tei braak NieuwkuykVlijmen door we justitie onderzocht zullen worden en dat i eei offic. van just, te 's Bosch reeds een oi nie derzoek in loco heeft ingesteld. na en BUITENLAND. ?1: ko Eenige dagen geleden had de renteniiSuv Simon CoppelIsraëlitisch ingezetene „e Hannoveraan de stad 100,000 man K: geschonken, met opdracht de rente va bij dat kapitaal jaarlijks op een bepaalden di „j tuin uit de deelen aan behoeftigen, zondt ha onderscheid van godsdienstige geloofsbeli na denis. Thans heeft een zijner geloofsgenoi Ja ten, Daniel Heinemann, aan de stad 90,00 ki mark gegeven ten voordeele van een wees zo huis voor meisjes. Het adres ten gunste van de onafhai a\ kelijkheid van de Transvaal, uitgegaan va' w de Antwerpsche afdeeling van het „Wi vi lemsfonds", wordt in geheel Belgie doe velen onderteekend. Zoo hebben dezer d gen, naar de Flandre libérale meldt, eei p; twintigtal hoogleeraren der Luiksche uni d versiteit, met professor Emile de Laveleji w aan het hoofd, hunne handteekening daai ii onder geplaatst. d ei Een aanhoudende strenge vorst heerschl h op de Britsche eilanden. De Theems ii si dichtgevroren bij TwickenhamWindsoi o en ook het bovengedeelte der rivier, het- s geen sedert 1855 geen enkelen winter het ii geval is geweest. Een adres aan Bismarck tegen de Joden, e dat te Berlijn ter teekening ligt, is reeds r van 60.000 handteekeningen voorzien; de r gelegenheid tot teekenen blijft open tot het begin van Maart. v Op den Isel, in Tyrol, zal een stand- I voor U gebracht, zij heeft U tot een' kun stenaar gemaakt en is gewillig voor U ge- v storven. Ik wil haar navolgen, terwijl ik l mijn best doe, om U zoo gelukkig moge- 1 lijk te maken, dat is echter alles wat voor mij overgebleven is om te doen. Ik ben i de erfgenaam harer rechten, daarom wil ik ook hare plichten op mij nemenzij 1 heeft er haar leven voor opgeofferd om die 1 naar waarde te kunnen volbrengen. En 1 niet waar, de overledene zal er niet boos i om zijn, als gij mij liefhebt gelijk gij haar j hebt liefgehad Hij schudde het hoofd. ,/Integendeel, hare laatste woorden bevat- ten eene zegenbede voor haar die mij be- langeloos en trouw zou liefhebben." 1 z/Dan maak ik voor mij zelve aanspraak op den zegen der overledene", zeide Ella diep ontroerd, //en ik neem haar tot ge tuige van onze verbintenis." De zegenwenschen der stervenden wor den in engelen veranderd, die beschermend het hoofd van diegenen omschaduwen over wie zij werden uitgesproken, dit leeren ons de poëtische sprookjes van ons volk, waar in menigwerf zulk eene diepe beteekenis is op te merken. Er zijn nu reeds heel wat jaren voor bijgegaan sedert dat Gustaaf Helm met de volle goedkeuring harer ouders Ella als zijne echtgenoote naar zijne eigene woning heeft overgebracht, maar nog steeds blijven in zijn huis de goede geesten van liefde, tevredenheid en geluk vertoeven. Hij zelf is nu professor aan de akademie

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1881 | | pagina 2