NIEUWE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
Amersfoort, Baan, Biscloten, Eomaes, Hamersveló, Hoevelaken, Hoogland, Lensden, Soest,
Schurpenzeel, Stontenttnrg, Vuursclie en ffondentierg.
Woensdag 16 Februari 1881.
No. IS.
Tiende Jaargang.
Uitgever: A. M. Slothouwer,
Advertentiën kunnen inge
zonden worden tot uiterlijk
's morgens SV2 uur des Woens
dags en Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts drie
maal in rekening gebracht.
b van de Visscherij op spiering met het
kruisnet, welke geoorloofd blijft tot den
1. Mei aanstaande, doch slechts zal mo
gen worden uitgeoefend buiten de Waard-
barrière te Utrecht, tusschen de Groote
sluis en de Roodebrug, en te Amersfoort
van de Koppelpoort tot aan het gebouw,
genaamd de Spijker, van des middags 12
tot des avonds 10 ure.
De Toren van Treviso.
Zitting van den
Gemeenteraad van Amersfoort van
Dinsdag den 15 Febr.
AMERSFOORTSGHE COURANT.
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,—.
Franco door het geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nummers 3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags
te Amersfoort.
Advertentiën van 16 regels0,40.
Voor het Buitenland0,07s.
Iedere regel meer 0,05.
Reclames per regel0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
De Burgemeester heeft het genoegen te
berigten dat bij hem nader is ontvangen
voor de lijdenden door den Watersnood
de opbrengst van eene soirée, gegeven door
eenige heeren en dames te Amersfoort
ten bedrage van f415,25; van W. J. in
muntbillet f 10,van Mevr. W. als
gecollecteerd op de Zondagsschool der da
mes en van den Heer Gr. f21,
Hij zegt daarvoor hartelijken dank.
H Feb,. 1881. ™ï5k.
OFFICIËELE PUBLICATIE.
De Commissaris des Konings in de pro
vincie Utrecht,
Gezien het besluit van heeren Gedepu
teerde Staten der provincie Utrecht, dd.
3 February 1881, no. 48
Gelet op art. 11 der wet van 13 Junij
1857 (Staatsblad no. 87),
Brengt bij deze ter kennis van de be
langhebbenden
lo. Dat de Visscherij in de binnenwa
teren, waaronder ook worden verstaan ri
vieren, door sluizen afgesloten, binnen
deze provincie wordt gesloten van 1 Maart
aanstaande tot 1 Junij daaraanvolgende,
FEUILLETON.
met uitzondering:
van de Visscherij door middel van
a.
palingfuiken, aalkorven en aaldobbers, van
die met het schepnet of de gebbeom
kleine viscbjes te vangen tot aas voor de
aaldobbers
2o. Dat de jacht op eenden (Art. 15,
litt. h, der aangehaalde wet) voor dit jaar
zal worden gesloten op 1 Maart e. k.
met zons-ondergangna welken tijd ook
het kooijen niet meer zal mogen worden
uitgeoefend zullende de kooieenden op
gesloten of gehokt moeten zijn tot 1. Mei
aanstaande.
3o. Dat de jagt op ander waterwild
(Art. 15, lett. d en f, dier wet) in de
provincie Utrecht zal worden gesloten 10
April 1881, met zonsondergang.
4o. Dat het Weispel van kwartelen
met steekgaren of vliegnet Art. 15, litt.
e, der wet) zal mogen worden uitgeoefend
van 1 Mei tot 15 Julij e. k.
En, ten einde niemand eenige onwetend
heid hiervan voorwende, zal deze worden
afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te
doen gebruikelijk is.
Utrecht, den 7 Februarij, 1881,
De Commissaris des Konings voornoemd,
DE VOS VAN STEEN WIJK.
IV.
Zij kwamen dus op het slot van den
graaf aan, en vonden daar verscheidene
landedellieden uit den omtrek, die op de
terugkomst van den heer des huizes ge
wacht hadden, ten einde het laatste nieuws
uit de residentie te mogen vernemen, nog
een glas samen te drinken en misschien nog
wel een spelletje te doen. Het gezelschap
was met uitzondering der beide neven bij
zonder geanimeerd, de flesch ging druk
rond, en niemand behalve von Triks merkte
iets van de ontstemming der twee vrienden.
Men scheide niet, voordat de morgen reeds
lang was aangebroken. De gasten reden weg,
en slechts de beide bloedverwanten en von
Triks bleven bij eene juist opengetrokkene
flesch champagne samen over.
Wat hier verhandeld werd wist niemand.
De oude Johan meende eenige vreemde uit
drukkingen gehoord te hebben als „het
moet tot eene beslissing komen," en „indien
het niet anders kan dan maar met geweld."
Toen was Eckhofen met den graaf naar de
slaapkamers gegaan, en hier was tusschen
de beide vrienden van eertijds zulk een
hevige twist ontstaan, dat al de bedienden,
die in het groote gebouw aanwezig waren,
Voorzitter de Burgemeester Mr. F. H.
van Persijn. Tegenwoordig 13 leden; af
wezig waren met kennisgeving de heeren
van Rosenthal en Scheltus, om gezondheids
redenen.
De notulen der vorige vergadering wor
den na lezing goedgekeurd.
Aan de orde van behandeling is het
derde aanvullingskohier van den hoofde-
lijken omslag over 1880, dot met alge-
meene stemmen wordt vastgesteld tot een
bedrag van f 69.59ys.
Verzoek van het bestuur der afdeeling
Amersfoort van het Utrechtsch genootschap
voor landbouw en kruidkundeom eene
geldelijke tegemoetkoming in de onvermij
delijke kosten, verbonden aan de uitvoering
van 't plan om het 25jarig bestaan der
afdeeling feestelijk te herdenken door het
houden van a. eene bloemententoonstelling
op 3 Aug. b. eene keuring van tuigpaar-
den en eene ringrijderij op 4 Aug. en c.
eene groote veetentoonstelling op 5 Aug.
In hun daaromtrent uitgebracht advies
geven Burg. en Weth. te kennen dat de
afdeeling steeds hare boste pogingen heeft
aangewend tot bevordering van landbouw
en veeteelt ook te Amersfoort, en dat ten
toonstellingen indirecte voordeelen opleve
ren voor de gemeente, weshalve zij vermee-
nen dat er wel termen bestaan, door het
verleenen van een oelage ad f300 aan
het gedaan verzoek te oldoen.
De heer Zandijk (Secr. der afd.) betuigt
de woordenwisseling hadden kunnen hooren.
Nog langen tijd moest Triks wachten op
de uitbarsting van den hartstocht, welks vlam
hij zoo ijverig had aangewakkerd, en toen hij
dacht dat het tot het uiterste gekomen was,
stond hij op en begaf zich naar het tooneel
van den strijd. Als hij op het oogenblik
waarin hij in de leeszaal voor de deur van
de slaapkamer stond te luisteren, door een
tooneelspeler had kunnen bespied worden,
zoo zou deze nooit een beter model voor
een Jago-masker hebben kunnen vinden,
Maar wat deed het gelaat van den huichelaar
zoo eensklaps als van schrik verstijven Hij
lag het oor tegen het sleutelgat aan, maar
vernam niets anders dan een onverstaanbaar
gefluister.
Hij bleef nog eenige oogenblikken staan,
maar toen werd zijne nieuwsgierigheid hem
toch te sterk, en hij trad binnen. Aan de
ons reeds bekende tafel in de donkere ka
mer met de sombere roode gordijnen en de
kandelabers van eikenhout waren de beide
neven rustig naast elkander gezeten. Op
beider gelaat was een weemoedige glimlach
op te merken, slechts de bleeke gelaatskleur
deed bij beiden zien dat er een zware storm
had plaats gehad. Op hetzelfde oogenblik
toen von Triks binnen trad, drukten zij
elkander over de tafel heen de hand.
Beteekende dit eene verzoening? Jago
werd er boos om, hij begon te twijfelen,
zijne ingenomenheid met het voorstel
van B. en W.herinnert er aan dat hier
sedert 1874 geene tentoonstelling van
wege de afd. is gehoudenwel eene in
1875 te Baarn alwaar het gemeente
bestuur een subsidie gaf van f 200.
De spreker is van oordeel dat tentoon
stellingen gunstig werken op den land
bouw en houdt zich overtuigd dat men
ook in de nu aangewezen gemeente Amers
foort meerderen bloei daardoor verwachten
mag, zoodat eene tegemoetkoming in de
vele onkosten z. i, aanbeveling verdient.
Het door B. en W. gedaan voorstel wordt
daarop met algemeene stemmen aangeno
men.
Tot lid van het college van curatoren
over het progymnasium wordt bij eerste
stemmiug benoemd Ds. D. P. M. Gras-
winckel met 8 st. "Verder erlangden de
heeren J. P. G. Kok 2. Mr. J. van der
Leeuw, Dr. N. Meursinge en Dr. P. Smits
elk 1 st.
Stembureau voor de verkiezingen in
1881 worden volgender wijs samengesteld:
Tweede kamer der Staten generaalde
heeren Neder meij er van Rosenthal en Met
horst, leden, Herschel en van Beek, plaats
vervangers, tevens leden voor de verkiezing
van gemeenteraadsleden, en de heeren
Scheltus en Lagerwey, plaatsvervangers
voor de raadsverkiezingen. De overige le
den van den raad worden aangewezen om
bij verhindering van de benoemden op te
treden in het stembureau.
Ingekomen zijn eene kennisgeving van
Gedep. Staten, dat het rijksvoorschot van
30 pet. krachtens art. 45 der wet op het
niet alleen aan de twee bloedverwanten,
maar ook aan zijn eigen vernufthij wilde
eenige bedarende woorden tot hen spreken,
maar de moed ontzonk hem, toen de graaf
hem te gemoet trad, hem de hand gaf en
met overgroote beleefdheid naar de deur
wees.
„Niet waar, mijn lieve von Triks, gij zult
het mij immers wel vergeven als ik u doe
opmerken, dat uwe slede reeds uren lang
voor de deur wacht. Gij zult, even als ik,
wel van het bal en al de daaraan verbondene
genietingen zeer vermoeid zijn. Ik wil u
daarom ook zeer gaarne laten gaan, mis
schien wilt gij mij weer eens spoedig met
een bezoek vereeren." Daarna was de graaf
met zijn gast naar de veranda, die voor het
huis lag, heen gegaan, had zelf bet portier
der slede geopend en eer von Triks van
zijne verbazing bekomen was, reed hij reeds
door het park hetwelk de grafelijke bezitting
van den grooten weg afscheidde.
Niettegenstaande al de vermoeienissen
welke dien dag gekenmerkt hadden, kon de
heer von Triks den slaap maar niet vatten.
Onrustig woelde hij rond op zijn leger, de
gedachte aan zijne klaarblijkelijke nederlaag
belette hem om in te slapen. Zijns inziens
was het duidelijk bewezen, dat de neven,
nadat hun toorn uitgewoed had, zich weder
verzoend hadden, en elkander volkomen vrij-
I heid van handelen hadden gelaten; de oude,
zoo langdurige vriendschap had dan toch
eindelijk de overwinning over de booze.door
jaloerschheid opgewekte driften behaald.
De wijzer der pendule wees reeds het
tiende uur van den voormiddag aan, eer de
vermoeide de oogen kon sluiten, en toch zou
het hem zelfs nu niet vergund worden om
rustig te mogen uitslapen. Tegen zijn uit
drukkelijk verbod trad een bediende zijne
slaapkamer binnen, en nog wel zeer driftig,
zonder zich ook maar in het minste om de
toorn van zijnen heer te bekommeren. Woe
dend vloog von Triks op.
„Zijt gij nu heel en al gek geworden,
knaap Wie heeft u gelast om mij te komen
storen? Gij weet heel best, dat gij niets an
ders te doen hebt dan mijne bevelen op te
volgen
Vergeef mij, genadige heer, maar er is een
ongeluk gebeurd, een verschrikkelijk groot
ongeluk De rijknecht van graaf Ahlden
reed daar net naar de stad zoo hard als het
paard maar kon loopen," hier hield de man
stil, de schrik scheen zijne tong als verlamd
te hebben.
»Nu, komaan, wat verder?" riep von Triks
die rechtop in zijn bed zat en wiens oogen
zoo wijd mogelijk geopend waren.
Mijnheer de graaf is met den heer von
Eckhofen uitgereden om te gaan jagen, toen
is het geweer von den heer von Eckhofen
aan een tak blijven hangen, afgegaan en