Gevonden op de straat te Amersfoort. ADVERTENTIE N. verkeerswegen in onvoldoenden toestand verkeeren, en de gemeentelijke financiën niet toereikend zijn om dit kwaad te her stellen, dan ligt het wederom in de rich ting van het rijksgezag, om met haar meerdere geldelijke capaciteit te hulp te komen. Het algemeen belang gaat boven het bijzondere en het laatste moet wijken zoodra het eerste in gevaar komt. Gemeentelijke autonomie is een kostelijk beginsel, en met hand en tand zal elk die de vrijheid liefheeft het verdedigen. Maar juist daarom zijn de plaatselijke besturen dubbel verplicht, nauwkeurig rekening te houden met de belangen des lands en be lmoren zij, als de noodzakelijkheid zich voor doet, iets van hun zelfstandigheid te laten varen. Is het Rijksgezag te zwak, om zich daarbij te doen gelden, dan kan het niet anders, of de belangen des lands worden verwaarloosd. Er kan rekening gehouden worden met plaatselijke toestan den, met gemeentelijke verordeningen, met de eischen der traditie doch zoodra het punt bereikt wordt waar staat en ge meente met elkander in botsing moeten komen, is het niet twijfelachtig wie van beiden de minste moet zijn. OFFICIEËLE PUBLICATIE. De Burgemeester van Amersfoort, Gelet op het koninklijk besluit van den 17. October 1820 (Staatsblad No. 22); Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer gemeente, dat tot het uitgeven van de patentbladen aan hen die in het jongstverloopen kwartaal van het dienst jaar 1880/81 (van den 1. Februari tot en met den 30. April 1881) aangifte voor pa tentrecht hebben gedaan, ten raadhuize zal worden zitting gehouden op Zaterdag, den 28. Mei aanstaande, van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags, en dat de niet afgehaalde patentbladen door den deur waarder van 's rijks belastingen zullen wor den bezorgd tegen betaling van tien cents. Amersfoort, 19. Mei 1881. De Burgemeester voornoemd, VAN PERSIJN. Amersfoort, 21 Mei 1881. Zondag, 22 Mei, zal er in de Remon- strantsche kerk te Amersfoort geene gods dienstoefening gehouden worden. Door den heer Commissaris der Konings in de provincie Utrecht is bepaald, dat het onderzoek van alle verlofgangers der mi litie te land, die in de provincie geves tigd en vóór den 1 April 1881 in het genot van onbepaald verlof gesteld zijn (met uitzondering van hen die in de maand Juni moeten opkomen in werke lijken dienst) door den Kolonel, Militie- Commissaris zullen worden onderzocht. Dat onderzoek zal plaats hebben: te Amersjoort op Woensdag den 1 Juni, 10 uur, voor de gemeenten Amersfoort, Hoogland, Leusden met Hamersveld en Stoutenburg; te Veenendaal op Woensdag 8 Juni, 10y2 uur, voor de gemeente Woudenberg; te Baam op Zaterdag 18 Juni, 10'/4 uur, voor de gemeenten Baam met Vuursche, Eemnes, Soest en Bun schoten. Soest, 18 Mei. Gisteren avond circa 11 '/2 uur ontstond alhier brand in het huis bewoond door den daggelder E. van Maanen en Alida J. Merkeuich, staande achter den Engh. De brand aangewakkerd door hevigen liet den trein wegrijden. In een nabijzijn de boerenwoning, waarheen een spoorweg arbeider den jongen droeg, want tot gaan was hij niet te bewegen, vonden ze een onderkomen, en met hulp eener vriende lijke boerin was de buikpijn gauw over. Den spoorwegwachter bij de halteplaats had hij opgedragen, twee plaatsen voor hem te verkrijgen van den chef-conduc teur van den volgenden trein. De kaartjes wilde hij dan nemen aan het eerstvolgen de station, want dien onvrijwilligen last nog verder op zijn schoot te houden, had hij om alles ter wereld niet gedaan. Na twee uren kwam de lang verwachte. Zij klommen er in, en daar hij Juliusje eerst een glaasje madeira had laten drinken, dien hij gelukkig bij zich had, sliep het schaap zeer spoedig in en eindelijk kwamen ze gelukkig behouden in den Haag aan. Wordt vervolgd.) wind, verbreidde, zicli snel, zoodat binnen een half uur het geheele gebouw een prooi •Ier vlammen was en alvorens de brand weer ter hulpe kon snellen. De bewoners hebben bijna niets kunnen redden. Het huis en de inboedel van A. J. Merkenich is tegen brandschade verzekerd, terwijl de inboedel van den daggelder onverzekerd is. SPAARBANK. Het Bestuur van de Spaarbank te Amersfoort zal zijne gewone zitting hou den op Maandag 23 Mei e. k. op het Raadhuis, des namiddags van 12 tot 1 uren. A. J. BOS, Secretaris. MARKTBERICHT. Tarwe f 9,50 f 11,Rogge f8.75 h f9,25; Boekweit f7,50 f8,50; Ap pelen f 0,it f0,Aardappelen f2,35 f2,60 per HL.Hoendereieren f 3, f 3,50 de 100 stuks; Boter f 1,20 k 1,35 per Kilo. BUITENLAND. In de Transvaal duurt de agitatie tegen afstand van grondgebied onafgebroken voort; de aanvoerders der Boeren wijken in hunne meening omtrent de eischen tot schadevergoeding der loyaal gebleven in woners volkomen af van die der Konink lijke Commissie. De executeurs-testamentair van lord Beaconsfield hebben aan de Kouingin van Engeland de twee lievelingspauwen van den overleden staatsman ten geschenke aangeboden. De fraaie dieren zijn reeds van Hughenden naar "Windsor overge bracht. In Ierland is het getal der arrestatiën onder de dwangwet thans reeds tot over de honderd gestegen. Er is sprake van, dat te Leipzig even als te Berlijn en Hamburg, de zoogenaam de //kleine staat van beleg" zal worden ingevoerd. De Nihiliste Jesse Helfmann is in de gevangenis te Petersburg bevallen van een doodgeboren zoon. Onmiddellijk na haar herstel wordt zij naar Siberië getranspor teerd. "Volgens berichten uit New-York te Londen ontvangen, heerscht aldaar groote sensatie wegens de onthullingen van de z/New York Herald" tegen president Gar field. De //Herald" zegt dat hij kan be wijzen dat voor de presidentskeuze Garfield den nieuwbenoemden gezant te Parijs, Morton, de keuze aanbood tusschen een viertal betrekkingen, waaronder het secre tariaat der schatkist, mits Morton de noodige gelden bijeenbracht voor de pre sidentskeuze en de kosten der politieke campagne. Genoemd blad beschuldigd Garfield bovendien van woordbreuk, aan gezien Morton den gezantschapspost te Parijs kreeg waarvoor hij geen aanzoek deed. BINNENLAND. Men heeft al wat dwaasheden hooren uitkramen, ter verdediging van het alge meen stemrecht; maar het schijnt nog crescendo te moeten gaan. Zoo hooren wij nu te Rotterdam verkondigen, dat zelfs aan de bedeelden dit //natuurrecht" niet behoeft te worden onthouden, omdat de redenaar bij hen //genoeg nijd" tegen de bedeelen den heeft opgemerkt, om zeker te kunnen zijndat eerstbedoelden bij de verkie zingen hun zelfstandigheid wel zullen we ten te bewaren. Veel zullen wij over die stelling thans niet in het midden brengen: maar wij wijzen er alleen op, dat //nijd" bij de bedeelden tegen hun beweldadigers hier niet alleen als iets zeer natuurlijks wordt voorgesteld, maar zelfs als een zoo lofwaardig gevoel dat daaraan aanspraak wordt ontleend op de uitoefening van staatkundige burger rechten! Dit werd verkondigd in een kring van werklieden. En nu vragen wij, of iemand niet geacht moet worden de vrije beschikking over zijn gezond verstand te hebben ver loren, als hij niet inziet, dat men door zul ke leerstellingen aan het volk te prediken/ bezig is de maatschappij geheel en al uit haar voegen te wringen en het volk, naar welks heilstaat men zegt te streven, ten verderve te voeren. (Dagblad.) INGEZONDEN, buiten verantwoordelijkheid der redactie. Mijnheer de Redacteur! Toen ik in uw courant van 27 April een artikel plaatste tot opschrift voerende: kan men het knevelarij noemen of niet?" toen gaven sommigen hunne afkeuring te kennen over het gebruik van het woord knevelarij. In van Dale's woordenboek der nederl. taal vind ik daarvoor de vol gende beteekenis: Knevelarij^onwettige heffing van belastingenen kan nu ieder die van het onderstaande kennis neemt, be- oordeelen of het woord //Knevelarij" te veel uitdrukte. Zooals bekend is gaat de gemeente een proces voeren met de firma Houtzaager van Veen over de heffing van het Vuur-, Haven- en tongeld. Zoodra dat proces afgeloopen is zal men weten of die be lasting wettig of onwettig is. Wat nu de wettigheid of onwettigheid van de wijze van heffen betreft, men had mogen ver wachten dat na het besluit van den Ge meenteraad door de gemeente-ambtenaren geen pressie zou worden uitgeoefend op de schippers om te blijven betalen, tenzij die pressie geschiedt volgens de voorschriften van de ordonnantie, waaraan de gemeente haar recht tot heffing meent te kunnen ontleenen en dat is volgens art. 10 door //achterhaling en terugvoering van het schip, en het zoolang aan de ketting te leggen tot het vuur-, haven- en tongeld zal voldaan zijn." Heeft nu de gemeenteambtenaar den moed niet om art. 6 van zijn Instructie op te volgen, dan zal toch ieder ander mid del, dat gebezigd wordt om het vuur-, haven en tongeld //binnen" te krijgen, door den weldenkende veroordeeld moeten worden. Heden morgen bevond zich op mijn kantoor do beurtschipper van der Slacht die mij op mijn vraag of bij het vuur-, haven- en tongeld betaalde antwoordde //welzekerwant de havenmeester heeft mij verzekerd dat ik het geld van de gemeente terug krijg indien zij het proces verliest. Ik moet mijn kwitanties maar goed bewaren, en niet zooals het voorschrift luidt aan de Eembrug afgeven, want op die kwitanties krijg ik later mijn geld terug." Ter goeder trouw had hij reeds 3 maal betaald na de eerste weigering der andere schippers, vast overtuigd dat hij op vertoon van de kwitanties het geld van de gemeente terug krijgt, indien later de heffing onwettig mocht blijken te zijn. Een en ander kwam mij tamelijk verdacht voor, en ried ik den schipper sterk aan, om eens naar den Burgemeester te gaan, eu te vragen af dat wel in den haak was. Teleurgesteld kwam de man terug, want de Burgemeester had hem verklaard, dat, al verloor de gemeente ook haar proces, die drie laatste door hem gedane betalingen evenmin terug zouden worden gegeven als alle vroegere, tenzij de gemeente daartoe in rechten door hem genoodzaakt zou worden. De Burgemeester is inmiddels door het bezoek van den schipper op de hoogte gebracht van de wijze waarop het Vuur Haven- en Tongeld binnenkomt. Zal deze kennisneming nu aanleiding geven om tusschenbeide te komen, of zal deze offici- euse mededeeling evenals die van 27 April geïgnoreerd worden, en de schippers over geleverd blijven aan de willekeurige machts uitoefening van den Havenmeester, //tevens belast met het innen van het Vuur-, Haven en Tongeld?" Art. 2 van de ordonnantie beveelt de betaling door den schipper „aan het kantoor binnen de stad Amersfoort Art. 5 luidt: Het Vuur-, Haven- en tongeld zal door den schipper voldaan wordendadelijk na deszelfs aankomst en vóór dat eenige lossing der goederen zal geschieden. Voorzien van dit voorschrift zou men mogen onderstellendat de nalatigheid gepleegd is, wanneer de schipper zich niet begeeft naar het kantoor van den ontvan ger van het Vuur-, Haven- en Tongeld, maar de lossing der goederen toch plaats heeft. Waarvoor dan die bangmakerij op den publieken weg van 2 getuigen met den Havenmeester, om den schipper dadelijk na zijn aankomst te vragen of hij voor nemens is het Vuur-, Haven- en Tongeld te komen betalen, of dat hij soms wet- gert Aan welke ordonnantie ontleent men dat recht? Is het niet voldoende den schipper vóór hij wegvaart naam en domicilie aftevragen, opdat men hem later, indien zulks noodig mocht zijn, voor het verschuldigde kan aanspreken; of schoon reeds dit eene machtsvertooning is waardoor men de persoonlijke vrijheid verkort, en door geen enkele overtreding gerechtvaardigd wordt. Men geve bevel om art. 10 van de ordonnantie op nalati ge betalers toe te passen dat zal nie mand laken maar heeft men daar den moed niet toe dan neme men ook niet elk middel te baat, om van den schipper die arm is en beangst wordt voor alles wat ambtenaar" heet, de betaling onder welk voorwendsel en hoe ook te innen. Hadden de leden van den gemeenteraad niet meer aan hunne roeping beantwoord, wanneer ze de belangen der ingezetenen behartigd hadden door hen te vrijwaren voor willekeurige handelingen van gemeen te-ambtenaren, dan //op den tast af" tot een proces te besluiten, waarvan de vele gevolgen niet te overzien zijn? Indien ze niet geheel verblind zijn door den grooten dunk, die ze koesteren van de wijze waarop zij hunne plichten als raadsleden vervullen, dan geeft deze laatste vraag hen althans iets ter overdenking, Of van die overdenking eenige uitkomst te wachten is. Dat zal de tijd leeren. Mijnheer de Redacteur, ik dank U voor de plaatsing, en heb de eer te verblijven C. V. GERRITSEN. Amersfoort, 19 Mei 1881. BURGERLIJKE STANDEN. Amersfoort. Geboren: 13 Mei, WilleminaGeertrui- da, d. van Gerardus Boersen en Geer- truida van der Logt. 16 Mei, Christi na Francisca, d. van Hendrikus Antonius van Bekkum en Cornelia Bartha Emilia van der Maath. 17. Carel Victor, z. van David Gerritsen en Johanna Voort- huijsen. Elisabeth Alijda, d. van Rijk de Waal en Alijda Smorenburg. Ma- rinus, z. van Gilles van Leuverden en Mijntje Fontijn. 18. Catharina Johanna, d. van Jan Willem Wentzel en Catharina Abrahamsen. Maria, d. van Gerrit Hulst en Johanna Cornelia Meerveld. Ondertrouwd19 Mei. Bartolomeus Veldhuizen en Margaretha Ramselaar. Hendrikus Hoksbergen en Geertruida Tol boom. Gehuwd: 18 Mei, Daniel Kraaijkamp en Elisabeth Bouw. Gerrit Jan van Eeden en Johanna Petronella de Waal, Ger rit de Ruiter en Geertruida Hermans. 19. Lambartus Kortbeek en Catharina Theodora Hesemans. Overleden: 13 Mei, Maria Theresia Zurstrassen, 54 j. ongeh. Elisabeth Maria Putman, 71 j. wed. van Wilhelmus Everardus van Zevenhuijsen. 14. Wou- terus Gijsbertse, 12 m. Hendrik van Nimwegen, 61 j. ongeh. 1 gouden medaillon waarin gevlochten haar, een zilveren horlogeketting en een linnen handdoek. Rechthebbenden vervoegen zich aan het bureau van politie alhier. 6 2 «-7 Voorspoedig bevallen van een' ZOON, Vrouwe C. M. DE BEAUFORT, geb. van Asch van Wijck. Woudenberg, 18 Mei 1881. Bevallen van een DOCHTER C. WENTZEL— Abrahamsen. 18 Mei 1881. Zaandam, 16 Mei 1881. 7 7 Heden overleed na eene langdu rige ziekte onze geliefde Moeder en Be- huwdmoeder SUZANNA HOOY, wed. den Heer L. TOBBE. Uit allei' naam, L. H. TOBBE.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1881 | | pagina 2