NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR AirsH, Ban, Hushtn, Eemus, Bamraffl, HmMeu, Boojlail, Lensden, tet, NIEUWE Woensdag 8 Februari 1882. ZONDER MASKER. No. II. Elfde Jaargang. Uitgever: A. UI. Slothouwer, Advertentiën kunnen inge zonden worden tot uiterlijk 's morgens S'/2 uur des Woens dags en Zaterdags. Eene viermaal geplaatste ad vertentie wordt slechts drie maal in rekening gebracht. AMERSFOORTSCHE COURINT Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden 1, Franco door het geheele Rijk1,10. Afzonderlijke nummers 3.Cent. Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags. te Amersfoort. Advertentiën van 16 regels0,40. Iedere regel meer 0,05. Voor het Buitenland0,07s Reclames per regel0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. OFFICIËELE PUBLICATIE. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gezien art. 8 der wet van den 2 Juni 1875 (Staatsblad no. 95), Brengen ter kennis van het publiek, dat door hen aan Hartog Mozes van Beek en zijne rechtverkrijgenden vergunning is verleend om eene slachterij op te rich ten in het perceel, alhier gelegen aan de Kampstraat, wijk C. no 38, bij het kadas ter bekend onder sectie E, nos. 3478 en 3479. Amersfoort, den 6. Februari 1882. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, De Secretaris, VAN PEKSIJN. W. L. SCBELTUS. Amersfoort, 8 Februari 1882. De hevige strijd over het gebruik der geschiedkundige leerboeken van den heer Kollewijn indertijd met volharding ge voerd door de heeren prof. Alberdingh Thijn, prof. Dr. A. Pierson, en den heer N. W. Posthumus, terwijl ook de heer Kollewijn zelf niet achterbleef, deed op nieuw de aandacht vestigen op het be ruchte artikel, waarbij bepaald wordt, dat de docent zich te onthouden heeft, van FEUILLETON. De eerste ontmoeting. XLIII. „Doch wat beweegt hem toch Johauua te trouweu?" „Haar geld. Zoolang zij zijne aanstaande bruid is, zullen de beercn wel niet komen brommen, andera ware hij reddeloos verloren." „Nu, wij allen moeten ons nog nader bedeaken hoe te handelen," brak Rudolph af, „wat mij betreft ik wenschte wel, dat ik Johanna de oogen openen kon, doch hoe? Wanneer niemand bepaalde bewijzen heeft zullen wij er niets tegen vermogen." „En gij begeleidt mij morgen huiswaarts, Adèle?" „Liever niet; ik zou Egbert niet gaarne ontmoeten." „Daarvoor bestaat weinig nood, want ik heb n noo- dig bij de inrichting van mijn nieuw tehuis, en wij bei den kunnen ons daar deze vier weken zooveel wij wen- schen afzonderen." „Dan ben ik bereid." „Mag ik ook mede, tant; Adèle?" vroeg de kleine Ru dolph. „Wilt ge dan uwe mama verlaten?" antwoordde deze. O, mama heeft papa, en ik heb geen zusje om te spelen." „W'at is tante Fanny dan voor u?" „Mijn tante," beweerde bet kind ernstig. «Die graag met n speelt," lachte Vanessa, en zij liefkoosde den knaap, die zijn verzoek reeds weder ver geten was. „Weet gij reeds," begon Willem, „dat er een nieuw licht aan den muzikalen hemel verrezen is? Ik had eer gisteren den inval een concert bij te wonen waar hij zingen zou, en in waarheid zoo iets hoort men zelden. De jonge man is eerst kortelings uit het buitenland iets te leeren, te doen of toetelaten, wat strijdig is met den eerbiedverschuldigd aan de godsdienstige begrippen van anders denkenden. Het artikel zelf zal bij geen verstan dig mensch bestrijding vinden, maar de ware beteekenis, zoowel als de wijze van opvatting en uitlegging is bet, die de onaangenaamheden te weeg bracht, waar van onze tweede kamer en onze pers ge durende veertig jaar het tooneel is ge weest. Het vraagstuk zelf niet de be kende boekenkwestie zal heden Woens dagavond te 8 uur in het gebouw van het vNut" te Amsterdam in eene verga dering van „de Unie" aan de orde ge steld en door den heer Taco H. de Beer ingeleid worden als antwoord op de vraag: Waarheid of halve waarheid op de open bare school? Een groot aantal belangstellenden waaronder mannen van giooten naam hebben hun voornemen te kennen gege ven, de vergadering bijtewonen. Verder zijn aan het locaal op den avond zeil in troductie-biljetten te bekomen even als bij den president der „Unie" den heer Stiircke, Reestraat 11. Mogen vooral vele personen van de meest uiteenloopende meening ter vergadering verschijnen en hunne stem doen hooren, opdat deze vergadering, die, geen demon stratie bedoelt, maar een ernstig onder zoek naar ivaarheid en recht, de meest gewenschte vruchten drage. Zitting van den gemeenteraad van Amersfoort van Dinsdag, 7 Februari. Voorzitter de burgem. Mr. F. H. van Persiju. weergekeerd, en heeft veel klassieke studie." „Ik heb er niet alleen van gehoord, maar hem zelve gehoord," antwoordde Catharina, en verhaalde met weinige woorden hoe zij met den jongen kunstenaar kennis gemaakt had. Hij zal in de wereld vooruitkomen, hernam Willem, niet alleen is zijn uiterlijk innemend en boeiend, maar zijn stem is zóó zuiver en klankrijk, zijn voordracht zóó wegslepend, en dit alles het gevolg van een zoo dege lijke studie, en een heilig streven, dat het niet anders mogelijk is of zijn opgang zal buitengewoon groot zijn. Het is maar te hopen dat hij weinige benijders vind, want deze worden niet zelden zoo heftige tegenstanders, dat zij er in slagen kunnen een jong talent te knakken. Neen, dat is onmogelijk^, sprak Vanessa. Wanneer hij waarlijk talent bezit, zal hij zich nimmer laten ontmoe digen. Voelt niet de ware kunstenaar in zijn eigen borst het vuur ontgloeien, dat immervoort hem tot nieuwe fantasiën bezielt? Is het ook mogelijk, dat hij zulk eene strijd van buiten ontmoet, innerlijk kweekt en koestert hij de vlam, die steeds hooger en hooger stijgt, en waar in hij zijn kracht hervindt om in den strijd hoe fel dan ook, overwinnaar te blijven. Een genie sterft niet dan met den lichamelijken dood, en sterft het ook dan wel geheel? Blijft niet de kunstenaar leven in zijne geestes kinderen, waarin hij zijn adem, zijn ziel nederstortte, en is niet vaak zijn stei vensuur de geboortedag van zijn roem? Terwijl het jonge meisje aldus sprak had een hooger blosje hare waDgen getint, en hare oogen glinsterden in dweepachtigen gloed. Willem van Son sloeg haar op merkzaam gade, en bespeurde voor de eeTste maal, dat zij schoon was. Die prachtige kijkers, en die frissche mond, het ernstig voorhoofd en het zware hoofdhaar, trokken nu eerst zijne aandacht, die voorheen uitslui tend bij zijne zusters bepaald was geweest. Wel had bij jonkvrouw van Rhenen meer dan eens ontmoet, doch nimmer had hij veel opmerkzaamheid aan haar stille, eenvoudige persoonlijkheid geschonken; thans echter trof hem iets in haar, hij wist zelf nauwelijks wat, dat Tegenwoordig al de leden (1 vac.) De notulen der vorige vergadering wor den gelezen en goedgekeurd. De voorzitter geeft te kennen dat Jlir. Calkoen, nieuw benoemd lid van den ge meenteraad, aan Burgem. en Weth. heeft bericht dat hij de benoeming aanneemt. Zijn geloofsbrief c. s. is tot dusver niet ingeko men zoodat het onderzoek daarvan nog niet kan plaats hebben. Voor informatie. Missieve van Burg. en Weth. ter zake van de procedure met de Ned. Centraal-Spoor- wegmaatschappij, waarbij zij, onder opmer king dat op de kadastrale kaarten geen deel van het terrein der Spoorwegmaatschappij als „publieke weg" is aangeduid, en dat ook op de leggrrs der gemeente geen deel van dat terrein als „weg" voorkomt, den ge meenteraad voorstellen zich te vereenigen met het door hem ingewonnen advies van Mr. E. N. de Brauw en Mr. J. van dei- Leeuw, daartoe strekkende dat de Raad be sluit: le van het interlocutoir en het eind vonnis der arr.-rechtbank te Utrecht in hoo ger beroep te gaan (voor 1 Maart), 2e op dat raadsbesluit de goedkeuring van Gedep. Staten te vragen3e voor het geval aan de gemeente of in eigendom of voor den pu- blieken dienst wordt overgedragen het tus- schen den ouden Soesterweg en den overweg (liet smalle pad) gelegen terrein, dat nu open ligt en waarvan een deel „stationsplein" wordt genoemd, als dan aan den inhoud van het eindvonnis te voldoen, met berusting in de gedane uitspraak. Aangezien van de directie der Spoorweg maatschappij nog geen bericht omtrent het tijdstip van eene deswege door haar te be leggen vergadering, doet de heer Gerritsen, ondersteund door den heer Croockewit, het voorstel de behandeling dezer aangelegenheid uit te stellen, waartoe met algemeene stem men wordt besloten, met verdere bepaling overeenkomstig een door den heer Visser aangegeven denkbeeld, dat B. en W. de hem haar bezielde woorden deed beantwoorden meteen: „Gij hebt recht, freule Fanny. Neen, een echt talent kan niet ondergaan; een waar kunstenaar verheft zich boven iederen aanval, en doet eindelijk den tegenstan der voor zich knielen. Het moet heerlijk zijn zoo zelf bezield anderen te kunnen verheffen tot het rijk van idealen en droomen, antwoordde zij, maar niet minder heerlijk is te gevoe len, hoe men wordt medegeslecpt in den maalstroom der gedachten eens Meesters, hoe men als losgemaakt van de aarde en het aardsche bestaan medezweeft op de too- nen der harmonie, om wanneer het laatste accoord wegsterft zich te moeten afvragen: Waar ben ik? Waak of droom? Zoo zich geheel te kunnen verliezen, en zich terug te vinden, bezield tot edeler, heiliger gevoelens, zoo alles le vergeten om in een wereld van liefde en vrede te zweven, dat is een macht die we alléén onder worpen zijn, wanneer de muziek zijn invloed op ons werken laat, wanneer we den toondichter vermogen te volgen op zijn hemelbooge vlucht, om straks met hem tot bet werkelijke leven terug te gaan, beter gestemd om in iederen strijd te volharden, in iedere roeping getrouw te zijn. Terwijl Vanessa aldus sprak had de jonge dokter haar opmerkzaam gadegeslagen; ieder harer woorden welde, dit gevoelde hij, uit een groot, verstandig, edel hart, en toen zij zweeg antwoordde hij warm: Geluk gewenscht zij de kunstenaars, die menige toehoorderes als gij onder zijn publiek kan tellen. Voor baar is de muziek niet louter een beuzeling, een amusement, doch een spraak van hart tot hart, die soms heter sticht dan de beste leerrede. Foei Willem, riep Adèle, welke ketterijen spreekt ge daar uit; goed dat vader u niet hoortl Zoo keuvelden zij voort tot de lampen ontstoken wer den, toen Willem opstond, en het klavier opende. Freule Fanny, sprak hij, wilt gij niet eens beproeven ons nwe gedachten van straks in melodiën weer te geven. Dat, mijnheer, is mij onmogelijk, doch wenscht gij muziek te hooren, dan wil ik wel deze Aria voor u zin spoorweg-direetie zullen uitnoodigeu binnen 14 dagen nader antwoord op de tot baar gerichte vraag te willen geven. Reclame van den militairen zadelmaker S. van Heulen tegen zijnen aanslag in de plaat selijke directe belasting over 1881, met des- betrekkelijk ontwerp-besluit, waarbij de aan slag van den reclamant, bewoner van liet benedenhuis, naar de helft der huurwaarde van het geheele perceel is geregeld. Aan genomen met algemeene stemmen. Verzoek van vier eigenaren van perceelen aan de Watersteeg gelegen, met een naar aanleiding van dat adres uitgebracht advies, waarbij B. en W. den gemeenteraad voor stellen 1. den naam „Watersteeg" te veran deren in „Bergstraat," 2. den rekwestranten tot vooruitzicht op eene verbetering van den weg te openenbij aldien zij den voor eene behoorlijke verbreeding noodige gronden af staan 3. met ééne gaslantaarn (in de Berg straat) en 20 petroieum-lantaarns en de ver lichting der meest bewoonde gedeelten bui ten de kom der gemeente te. doen voorzien. Het eerste gedeelte van dat voorstel wordt z. h. o. en het tweede met 12 tegen 2 st. (de heeren Huët en Lagerwey) aangenomen, terwijl de beslissing omtrent het derde ge deelte, overeenkomstig het door de heeren Herschel en Groeneboom ondersteund voor stel van den heer van Beek, ook met het oog op de voorgestelde benoeming eener commis sie voor gasverlichting, tot de maand Aug. wordt aangehouden. Verzoek van het bestuur der vereeniging tot verzameling van oudheden om subsidie, met advies van B. en W.inhoudende het voorstel eene jaarlijksche toelaag van f 100 aan de vereeniging te verleeuen, onder voor waarde dat zij in overleg met het dagelijksch bestuur der gemeente een reglement vast- stelle, overeenkomstig art. 6 der wet van 22 April 1855, door haar aan 's Konings goed keuring te onderwerpen. Aangenomen met 11 tegen 3 st. (de heeren v. Zijst, Huët gen, die zeker in uw smaak zal vallen, want melodie en tekst zijn vol gevoel en wegsleepend schoon, en op zijn toestemmend antwoord begon zij reeds een kort prelu dium. Zoo ging de avond voor allen vroolijk eu opgeruimd voorbij, en was vau Rhenen ook een weinig minder le vendig dan gewoonlijk toch waren de wolken van des middags verdwenen van zijn voorhoofd, en Catharina slaagde er volkomen in hem met zijn belangstelling deel te doen nemen aan zang en gekout, terwijl zij met vreug de bemerkte, dat hij steeds meer zich verhief boven ieder gevoel van weemoed en kleinhartigheid, dat in de ze dagen zoo zeer in staat was hem tot wanhoop te kwellen. Vanessa was dien avond de dienende geest, zij had voor ieder vriendelijk woord of kleine scherst, zij wilde behagen en deed het werkelijk. Het kostte haar nimmer moeite de harten harer omgeving voor zich in te nemen, doch heden zagen allen haar vol belangstel ling aun, want zoo luidruchtig vroolijk was zij toch zelden, en onw illekeurig sprak Rudolph tot zijne vrouw, terwijl hij zich tot haar nederboog, en met den vinger naar zijne znster wees, die aan de piano nu eens zong, straks schertste: Zou Willem in staat zijn haar aldus om te tooveren. Wie had dat verwacht. Catharina glimlachte: Ik wenschte het voor heiden, zeiden zij, hebt gij ooit twee menschen te zamen gezie». die heter bij elkander passen. En wij dan, Cateau. O, wij rekenen niet meer mede. Wij behooren onder de onde lui, die aan elkander gewoon zijn geworden. Plaaggeest. Is het niet zoo. Als men eens een jongen heeft, als die daar, en ze wees op haar kind, dat, het krulkopje in de sofakussens, zacht was ingeslapen, dan mag men w el niet langer op jengd en schoonheid aanspraak ma ken. Dwaasheid, vrouwtje; gij zijt nog de schoonste onder vele vrouwen, in mijne oogen onder allen, en ik dank den hemel, dat gij mijne vrouw zijt. Welk een heerlijk woord toch, en hoc vol beteekenis, mijne vrouw.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1882 | | pagina 1