NIEUWE NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR t, Baarn, Bunschoten, Eemnes, Hamersielfl, HoevelaLen, Hoogland, Lensden, Soest, Zaterdag 15 Juli 1882. No. 56. Elfde Jaargang. Uitgever: Jk. AI. Slothouwer, Het hoofdartikel voor dit nummergetiteld,,H A DE It A Al P", zal a.s. Woensdag worden opgenomen; het uit gebreide Gemeenteraadsver- slag leidde ons tot dezen maat regel. Brieven uit mijn' molen. Hoogland, 13 Juli. Heden nacht zijn alhier drie hooibergen, in eigendom be- hoorende aan D. Kaas, afgebrand, men denkt aan kwaadwilligheid. Zekere L. L. inwoner dezer gemeente, is in hechtenis genomen en naar het huis van arrest over gebracht. Het hooi was Diet verzekerd. Aboneementa prijs voor Amersfoort per 3 maanden 1, Franco door het geheele Fijk1,10. Afzonderlijke nnmmers 3 Cent. Dit Blad verschijnt des Woensdags- en des Zaterdags. te Amersfoort. Advertentiën van 16 regels0,40. Iedere regel meer 0,05. Voor het Buitenland0,075 Reclames per regel0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Amersfoort, 15 Juli 1882. Donderdag j.l. werd aan de kinderen der kostelooze scholen alhier, voor trouw schoolbezoek door de afdeeling Amers foort van Volksonderwijs een genoegelijken dag verschaft. Onder geleide n.l. van het bestuur van „Volksonderwijs" de Heeren Ds. H. W. Kal ff, Jhr. A. D. J. Calkoen, Mr. J. Heyligers, J. C. E. Prikken, de hoofden der scholen en verdere onderwij zers en onderwijzeressen vertrokken de kinderen ten 1.80 uur per Oosterspoor naar Hilversum. Na aldaarbegunstigd door fraai weder, een wandeling dcor de omstreken naar den Trompenberg te heb ben gemaakt, alwaar zij onthaald werden, keerden zij ten 8.30 uur in de vrolijkste stemming naar huis terug. Woensdag namiddag viel een der werk lieden aan de Militaire Kazerne van een zeer hooge steiger naar beneden. Gewond werd hij naar het Ziekenhuis vervoerd. De Heer J. G. van Lockhorst, Inspec teur der Holl. IJz. Spoorwegmaatsch. bij FEUILLETON, naar het PrANSCH van A. DAUDET. Slot. door Lobé, De oude liet mij niet eens uitspreken, en schreeuwende mij heel lomp toe mij met mijne fluit te bemoeien; en dat als ik zoo'n haast had mijn jongen te laten trouwen, ik zeker wel een meisje kon vinden in eene van de nieuwe molenaars familiën U kunt denken hoe het bloed mij naar het hoofd vloog toen ik die on aangename woorden hoorde; maar ik was verstandig genoeg om mij in te houden, en den ouden dwaas rustig in zijnen mo len te laten, ik ging terug om de kinde ren mijne teleurstelling mede te deelen Die arme schapen wilden het niet geloo- ven, als eene gunst vroegen zij mij verlof samen naar den molen te gaan om met den ouden man te spreken Ik had den moed niet het hun te weigeren en zoo gingen zij dan op weg. Baas Cornille was juist uitgegaan toen zij aan den molen kwamen. De deur was zoo als altijd gesloten; maar de goede man had eene ladder buiten laten staan, en dadelijk kwamen zij op de gedachte door het raam binnen te klimmen om eens te den Oosterspoorweg, standplaats Amers foort, is als zoodanig overgeplaatst bij den Spoorweg AmsterdamRotterdam Helder dier Maatsch. ter standplaats Haar lem, ingaande primo November dezes jaars. (HM.) Z. M. heeft o. a. benoemd tot 2e Lt. bij het 2e Reg. Infanterie, J. Burger, cadet der K. M. A. Zitting van den Gemeenteraad van Amersfoort van Donderdag, 13 Juli. Voorzitter de Burgemeester Mr. E. H. van Persijn. Tegenwoordig zijn 11 leden; afwezig de heeren Huet en van Zijst met kennisgeving van verhindering, de laatste door ambtsbezig heden en de heer Gerritsen met kennisgeving van uitlandigheid. (1 vacature.) Na voorlezing en goedkeuring van de notu len der vorige vergadering, was aan de orde: 1. Missieve van den Kapitein, eerstaanwe- zenden Ingenieur, betrekkelijk den aankoop van het Kinderhuis, met advies van Burge meester en Wethouders, waaruit blijkt dat de Minister van Oorlog genoegen neemt met den aankoop van dat gebouw met de kelders, en tekennen geeft, wegens de beperktheid van daarvoor beschikbare gelden, de koopsom van f1500 op de volgende Staatsbegrooting te zien wat er in den bewusten molen te vinden was Eene vreemde geschiedenis, de kamer was ledig Geen enkelen zak, geen en kel graankorreltje; niet 't minste meel op de muren of in de spinraggen. Men rook niet eens den lekkeren war men geur van gemalen koren waarvan de molens zoo doortrokken zijn - De bal ken waren met stof bedekt, en de groote oude magere kat lag er rustig op te sla pen De kamer beneden zag er even armoedig en verlaten uit; een oud bed, wat vodden, een stuk brood op eene tre de van den trap en verder in een hoek drie of vier gescheurde zakken waar puin en wit zand uitviel. Dat was het geheim van baas Cornille. Daar lag de kalk die hij 's avonds op zijnen ezel laadde en waarmede hij naar het dorp ging om de eer van zijnen mo len te redden en de de menschen te doen gelooven dat hij nog steeds koren kreeg om te malen. Arme molen I Arme Cornil- lel Sinds lang hadden de stoommolens hun de h.atste klanten ontroofd. De wieken draaiden steeds, maar 't was alleen voor den schijD. De kinderen kwamen mij al weenende vertellen wat zij gezien hadden. Mijn hart brak toen ik alles hoorde Zonder eeD oogenblik te verliezen, ging ik naar mijne zullen voordragen, bijaldien vóór 15 Juli bericht ontvangen wordt van goedkeuring door het. gemeentebestuur. Alhoewel hun eene af doening binnen korteren tijd wenschelijk voor komt, vinden B. en W. in de door den Mi nister voorgestelde regeling geene aanleiding op 's raads besluit tot verkoop terugteko- men, en stelleu daarom voor genoegen te ne men met die regeling. De heer v. Beek verklaart zich na al het te dezer zake voorgevallene tegen de nadere re geling, ook omdat het gebouw wellicht in andere handen zal komen, wanneer het voor militair gebruik onnoodig wordt. De heeren v. d. Wall Bake en Croockewit dringen erop aan het verlangen van den Minister te be vredigen. Het voorstel van B. en W. wordt daarop aangenomen niet 9 tegen 2 st. (de heeren v. Beek en Lagerweij.) 2. Advies van Burgemeester en Wethouders op het verzoek van de heeren Beuker van der Valk tot verbetering van den weg buiten de kleine Koppel. B. en W. zijn van oordeel dat bij het toe nemend gebruik van dien weg tot vervoer van zware vrachtgoederen, het belang der gemeente een goeden toestand vordert, en stellen der halve voor, het gedeelte weg, loopende van den oliemolen tot de lucifersfabriek, ter breedte van 4 meters nog in den loop van dit jaar met veldkeien te bestraten (in aansluiting met de bestaande keibestrating), waarvan de kosten worden begroot op flOOO, na aftrek eener bijdrage van f300 door de firma Beuker van der Valk toegezegd. De heer van Beek vestigt de aandacht van B. en W. op een gedeelte van den weg dat slechts eene breedte heeft van 3.40 meter, en misschien door aankoop of anderszins vatbaar is voor verbreeding. De heer Croockewit, daar mede bekend, releveert dat eene doorloopende breedte van ongeveer 4 meters zal verkregen buren, vertelde hun in een paar woorden de geheele zaak, en wij kwamen overeen dat wij dadelijk al het koren dat wij in huis hadden naar den molen van Cornille zouden laten brengenZoo gezegd, zoo gedaan. Het geheele dorp ging op weg, en wij kwamen boven met eene op tocht ezels met koren beladen, met wer kelijk koren! De molen stond wijd open Voor de deur op eenen zak gips zat baas Cor nille met het hoofd in de handen te wee- nen. Te huis gekomen zijnde, had hij ont dekt dat men gedurende zijne afwezigheid in zijn huis geweest was en zijn treurig geheim ontdekt had. „Ik ongelukkige! zeide hij. Nu blijft mij niets over dan te stervenDe molen is onteerd!" Hij snikte als een kind en gaf zijnen molen allerlei namen en sprak hem aan als of het een mensch was. Op dat oogenblik kwamen de ezels op de hoogte en wij riepen heel hard zooals in den goeden ouden tijd van de wind molens „Ohé de molen! Ohé baas'Coroil- le! En de zakken werden voor de deur opgestapeld en het geele koren verspreid de zich aan alle kanten over den grond. Baas Cornille zette groote oogen op. Hij nam wat koren in zijne oude verma gerde handen en zeide tegelijk lachende en weenende: ,/t is korenGoede Godl Goed koren Laat ik het worden. Het voorstel van B. eu W. wordtdaarop met alg. st. aangenomen. 3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders ter voorziening in de heelkundige praktijk bij de armen, met rekest van den heer II. H. E. Morren. Na tekennengeviug dat zich op de gedane oproeping van sollicitanten niemand voor die betrekking heeft aangemeld, deelen B. en W. mede dat de Heer H. H. E. Morren zich bereid heeft verklaard de heelkundige armenpraktijk in de geheele gemeente waarteuemen, mits de voor een tweeden heelmeester vastgestelde jaar wedde tevens ontvangende, en stellen den ge meenteraad voor te besluiten tot zoodanige opdracht aan den heer Morren, onder voor waarde dat deze bij afwezigheid of verhindering in den dienst voorzie naar goedvinden van het dagelijksch bestuur, eene opdracht waartegen h. i. geeu bezwaar bestaat, dewijl meer definitief in de zaak kan voorzien worden tegen het tijd stip (April 1882) waarop de titularis aan de beurt van aftreding is. Het voorstel van B. en W. wordt zonder discussie aangenomen met algemeene stemmen. 4. Advies van Burgemeester en Wethouders op het rekest van den heer W. H. Kam qq. tot aankoop van grond langs de Heerenstraat, met het doel daarop een kerkgebouw te stichten voor de Remonstrautsche gemeente, wier kerk bestuur één vaii de twee aangegeven deelen van het terrein wenscht te koopen voor f 2 per M2, of het geheele terrein voor fl per Ms. Burg. en Weth. vermeenen, wanneer van het terrein (1620 M2 groot) 476 M2 worden af genomen, de overblijvende 1144 M2 aanmer kelijk in waarde vermindereu, indien voor een kerkgebouw het aan 't plantsoen gelegen ge deelte wordt afgestaan, en dat alzoo h. i. alleen sprake kan zijn óf van het gedeelte langs den scheidingsmuur van den heer Schultze of van het geheel. Zij kunnen zich echter met de aau- toch goed bekijken." Zich daarna tot ons wendende zeide hij „O! ik wist wel dat ge bij mij zoudt terugkomenal die stoommolenaars zijn dieven. Wij wilden hem in triumf naar het dorp brengen: „Neen, neen, beste kinderen, zeide hij, ik moet eerst mijnen molen te eten ge ven. Denk eens, 't is zoo lang geleden dat hij iets tusschen de tanden gehad heeft." En wij hadden allen de tranen in de oogen, toen wij de arme oude zich links en rechts zagen bewegen, de zakken ledi gende, en op den molen lettende, terwijl het graan gemalen werd en het fijne stof van het meel tegen de zoldering vloog. Om ons recht te doen wedervaren moet ik u zeggen dat wij het sinds dien dag den ouden molenaar nooit aan werk lieten ontbreken. Toen op eenen ochtend baas Cornille stierf hielden de wieken van onzen laat- sten molen ditmaal voor goed op te draaien. Na den dood van Carnille zette niemand de zaak voort. Wat zal ik U zeggen, mijnheer? Aan alles komt een einde in deze wereld, en ik geloof dat de tijd der wind molens voorbij was even als die van de marktschuiten op de Rhone, van de par lementen en van de jakjes met groote bloemen.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1882 | | pagina 1