NIEUWS" EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
t,
ten,
t
NIEUWE
Woensdag 6 December 1882.
De Oudjes.
/A
No. 97.
Elfde Jaargang.
Uitgever: A. Af. Slothouwer,
Advertentiën kunnen inge
zonden worden tot uiterlijk
's morgens §l/2 uur des Woens
dags en Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt slechts drie
maal in rekening gebracht.
Nationale Militie.
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden 1,
Franco door het geheele P'jk1,10.
Afzonderlijke nummen 3 Cent.
Dit Blad verschijnt dea Woentdagt- en dea Zaterdagt.
tb Amersfoort.
Advertentiën ran 16 regel»J 0,40.
Iedere regel meer 0,06.
Voor het Buitenland0,07'
Beclamei per regel0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
OFFICIEELE PUBLICATIËN.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort
Gezien de wetten van den 19. Augustus
1861 (Staatsblad No. 72) en van den 1.
Mei 1863 (Staatsblad No. 44)betrek
kelijk de nationa'e militie, benevens het
koninklijk besluit van den 17. December
1861 (Staatsblad NöT 127);
Doen te weten, dat op Donderdag den
llden en Zaterdag den 13den Januari
1883, telkens van 's voormiddags 10 tot
1 uur des namiddags, ten raadhuize der
gemeente de inschrijving voor de nationale
militie zal plaats hebben van jongelingen,
die in den loop van het jaar 1864 gebo
ren en alzoo in 1884 aan de loting on
derworpen zijn.
En brengen hierbij de navolgende wets
artikelen in herinnering:
Art. 15. Jaarlijks worden voor de mi-
z/litie ingeschreven alle mannelijke ingeze
tenen die op den 1. Januari van het jaar
„hun negentiende jaar waren ingetreden.
/./Voor ingezeten wordt gehouden1. hij,
//wiens vader, of, is deze overleden, wiens
//moeder, of, zijn beiden overleden, wiens
FEUILLETON.
I.
z/Een brief, vader Azan 1
Ja, mijnheer hij komt uit Parijs."
Die goede vader Azan was er heel
trotsch op te kunnen zeggen dat die brief
uit Parijs kwam. Ik was er minder te
vreden over. Er was iets dat mij zeide
dat juist die Parijsche brief uit de Rue
Jean Jacbues, ,die daar zoo onverwachts
's morgens vroeg op mijne tafel lag mijn'
geheelen dag zou innemen. En ik ver
gistte mij niet, luister maar
//Waarde vriend, gij moet mij een'
dienst bewijzen. Voor een' enkelen dag
moet gij uw molen sluiten en' dadelijk
vaar Eyguières gaan.
Eyguières in een groot dorp op drie a
vier mijlen afstands van uw' molen ge
legen, een wandelingetje dus.
Daar aangekomen zult ge naar het
klooster der weeskinderen vragen. Het
eerste huis naast dat klooster in een laag
huisje met grijze blinden en een" tuintje
er achter. Gij kunt binnenstappen: zonder
kloppen, de deur staat altijd open; en
als ge binnenkomt, moet ge he el hard
roepen/Goede morgen, beste mi mschen.
z/voogd ingezeten is volgens de wet van
z/den 28. Juli 1850 (Staatsblad No. 44);
z/2. hij, die geen ouders of voogd heb-
z/bende, gedurende de laatste, aan het in
z/de eerste zinsnede van dit artikel vermeld
//tijdstip voorafgaande, achttien maanden
z/in Nederland verblijf hield; 3. hij, van
„wiens ouders de langstlevende ingezeten
z/was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits
z/hij binnen het Rijk verblijf houde."
z/Voor ingezeten wordt niet gehouden
z/de vreemdeling, behoorende tot eenen
//Staat, waar de Nederlander niet aan den
//verplichten krijgsdienst is onderworpen,
z/of waar ten aanzien van de dienstplich-
z/tigheid het beginsel van wederkeerigheid
z/is aangenomen."
Art. 16. //De inschrijving geschiedt: 1.
„van een ongehuwde in de gemeente waar
„de vader, of,-is deze overleden, de moe-
z/der, of, zijn beiden overleden, de voogd
woont; 2. van een gehuwde en van een
//weduwnaar in de gemeente waar hjj
„woont; 3. van hem die geen vader,
„moeder of voogd heeft of door dezen is
„achtergelaten, of wiens voogd buiten 's
„lands gevestigd is, in de gemeente waar
„hij woont; 4. van den buiten 's lands
„wonenden zoon van een Nederlander, die
„ter zake van 's lands dienst in een vreemd
„land woont, in de gemeente waar zijn
„vader of voogd het laatst in Nederland
„gewoond heeft."
Art. 17. „Voor de militie wordt niet
„ingeschreven 1. de in een vreemd Rijk
„achtergebleven zoon van een ingezeten,
„die geen Nederlander is; 2. de in een vreemd
„Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon
Ik ben de vriend van Maurits.„Dan,
zult gij twee oudjes, maar och zoo oud,
onbegrijpelijk' oud, uit hunne groote arm
stoelen de armen voor u zien uitstrekken,
en dan zult gij ze hartelijk voor mij om
helzen, zoo hartelijk of het uwe oudjes
waren. Daarna zult gij aan het praten
gaan; zij zullen over mij spreken, en
over niets anders dan over mij, zij zullen
u driDgend dwaze dingen vragen en ver
tellen die ge zult aanhooren zonder hen
uit te lachen.Ge zult niet lachen, niet
waar?... 't Zijn mijne grootouders, twee
oudjes aan wie ik alles in mijn leven te
danken heb en die mij sedert tien jaar
niet gezien hebben.Tien jaar, dat is
lang! maar wat zal ik u zeggen? van
mijn' is 't Parijs dat mij tegen houdt
en van hun' kant is het de ouderdom
Zij zijn zóó oud, als zij mij wilden ko
men opzoeken, zouden zij stellig onder
weg breken. Gelukkig, zijt gij nu in
hunne buurt, mijn beste molenaar, en als
zij u omhelzen zullen zij denken dat zij
mij omhelzendie goede lieve oudjes
Ik heb hun zoo dikwijls over ons beiden
gesproken en over ongetrouwe vriendschap
die
De duivel hale die trouwe vriendschap
't Was juist dien morgen prachtig weer,
maar niet geschikt voor groote wandelin-
„van een vreemdeling, al is zijn voogd
„ingezeten3. de zoon van den Neder
lander, die ter zake van 's lands dienst
„in 's rijks overzeesche bezittingen of ko
loniën woont."
Art. 18. „Elk die volgens art. 15 be-
„hoort te worden ingeschreven, is ver-
„plicht zich daartoe bij Burgemeester en
Wethouders aantegeventusschen den lsten
„en 31sten Januari.
„Bij ongesteldheid, afwezigheid of ont-
„stentenis is zijn vader, of, is deze over-
leden, zijne moeder, of zijn beiden over
deden, zijn voogd tot het doen van die
„aangifte verplicht."
Art. 20. „Hij, die eerst na het intre-
„den van zijn 19de jaar, doch vóór het
„volbrengen van zijn 20ste, ingezeten
„wordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats
„heeft, ter inschrijving aantegeven bij
„Burgemeester en Wethouders der ge-
„meente waar de inschrijving volgens art.
„16 moet geschieden."
Verzuim van aangifte ter inschrijving
wordt gestraft met eene boete van f 25
tot f 100 en subsidiaire gevangenisstraf
van ten hoogste tien maanden.
Bij de aangifte van hen, die elders ge
boren zijn, wordt de overlegging van eene
geboorte-acte gevorderd, tot wier koste-
looze verkrijging men zich ter Secretarie
dezer gemeente kan vervoegen eenige da
gen vóór de aangifte.
Amersfoort, den 4 Dec. 1882.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
De Secretaris, VAN PERSIJN.
W. L. SCHELTUS.
gen te doente veel wind en te veel zon,
zooals men er te Provence zoo vele heeft.
Toen deze verwenschte brief kwam had ik
reeds een heerlijk plekje tusschen twee
rotsen uitgezocht, en was ik van plan daar
den geheelen dag te blijven, mij als een
hagedis in de zon te koesteren en naar het
gesuis in de denneboomen te luisteren
Enfin, wat moest ik doen?
Ik sloot al mopperende mijn' molen en
borg de sleutel op hare gewone plaats. Mijn
stok en mijne pijp, en zoo toog ik op weg.
Tegen twee uur kwam ik te Eyguières
aan. 't Dorp was verlatenalles was naar
't veld. In de olmen rond de kerkdie
wit van de stof waren, zongen de krekels
naar hartelust. Voor het huis van den bur
gemeester stond wel een ezel in de zon
en een aantal duiven vlogen rond den kerk
toren maar er was niemand om mij het
gesticht van de weesjes te wijzen. Geluk
kig verscheen eensklaps eene goede feé,
in den vorm van een oud vrouwtje, dat
voor hare geopende deur zat te spinnen;
ik vertelde haar wat ik zocht en daar deze
feé ook zeer machtig was, behoefde zij
slechts even haren spinstok uit te strek
ken en het klooster verrees als door een'
tooverslag voor mijne oogen
't Was een groot, somber huis, dat
trotsch was op zijn' ingang met kruisbogen,
waarboven een zandsteenen kruis met eenige
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gezien art. 5 der wet van 28 Juni
1881 (Staatsblad no. 97),
Brengen ter openbare kennis, dat ver
zoekschriften om vergunning tot verkoop
van sterken drank in het klein bij hen
zijn ingekomen van de navolgende personen
J. A. de Geest, Wijk F, no. 249,
G. Morison, F, 71,
J. van den Akker, C, 163,
Amersfoort, 2 December 1882.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
De Secretaris, VAN PERSIJN.
W. L. SCHELTUS.
Amersfoort, 6 December 1882.
Onderstaand adres van 125 handteeke-
ningen voorzien is heden aan den Gemeen
teraad van Amersfoort verzonden.
Geven eerbiedig te kennen, de onder-
geteekenden, allen handelaren en nering
doende ingezetenen der gemeente Amers
foort;
dat zij met genoegen vernomen hebben,
het eindigen der procedure door het ge
meentebestuur gevoerd tegen de firma
Houtzager en van Veen, omdat daardoor
de gelegenheid is geopend om de heffing
van het Vuur-, haven en tongeld, waaronder
de schipperij gebukt gaat, voor goed te
kunnen regelen, zoomede maatregelen te
kunnen nemen die leiden tot het bevaar
baar maken van de rivier de Eem.
Zij nemen de vrijheid de aandacht Uwer
vergadering te vestigen op het rechtstreeksch
verroestte ijzeren letters prijkte. Naast dat
gebouw zag ik een klein huisje. De grijze
blinden, het tuintje er achter, ik herkende
dadelijk alles en stapte binnen zonder te
kloppen.
Mijn leven lang zal ik die lange frissche
gang voor mij zien, waarvan de muren rose
geverwd waren en waardoor men aan het
einde door eene glazen deur met gekleurde
ruiten het tuintje zag. 't Was of ik bij
den een of anderen baljuw uit den tijd
van Sedaine gekomen wasAan het
einde van de smalle gang, aan den linker
kant, hoorde men door de geopende deur
het getiktak van eene ouderwetsche klok
en eene kinderstem, doch van een school
kind, dat hardop las, maar bij iedere let
tergreep ophield„Toenriep
de heili ge Iré
né us uitik ben
hetko ren van den
heer ik moetdus door
de tan den van zijne
schep se len ver ma
len wor den." Ik naderde zachtjes
en keek door de deur naar binnen. In
een kalm schemerlicht zat in het kleine
kamertje een oud mannetje, gerimpeld tot
aan de toppen zijner vingers; hij sliep
rustig in zijnen grooten armstoel, met de
handen op de knieën. Aan zijne voeten
zat een meisje, gekleed in een blauw jurkje