Officiële Publicatie. Staten-Generaal. in de Vlaamschsprekende gewesten het vakonderwijs in de lagere klassen der Middelbare scholen in het Vlaamsch zal worden gegeven. Dat voor België een drankwet geen weel de zou zijnblijkt uit de volgende opgave Het gebruik van alcohol is 40 liter per hoofd van de volwassen mannelijke be volking. Op elk dozijn volwassen mannen is één herberg. Van de 100 sterfgevallen in het hospitaal te Brussel zijn 80 het gevolg van drankmisbruik. In vijf jaar steeg, hoofdzakelijk om dezelfde reden, het aantal zelfmoorden in België van 352 tot 581en sedert 10 jaren verdriedub belde het getal krankzinnigen. DE BURGEMEESTER en WETHOU DERS van AMERSFOORT, Gelet op art. 6 der wet van den 2. Juni 1875 (Staatsblad no. 95), Brengen ter kennis van het publiek dat een door de Amersioortsclie beierscli-bierbrouwerij inge diend verzoek, met bijlagen, om ver gunning tot het plaatsen van een twee den Stoomketel in het perceel alhier ge legen aan den Stationsweg, Wijk C, no. 275, bij het kadaster bekend onder sectie Dno. 1164, op de Secretarie der gemeente ter visie ligt, en dat op Maandag, den 12. Februari aanstaande, des voormiddags te elf uren, gelegen heid ten raadhuize wordt gegeven om ten overstaan van het gemeente-bestuur of van een of meer zijner leden, bezwa ren tegen het oprichten van de inrich ting intebrengen. Amersfoort, 29 Januari 1883. Burgemeester en Wethouders voornoemd De Burgemeester De Secretaris, VAN PERSIJN. W. L. SCHELTUS. Amersfoort, 31 Januari 1883. In het bestuur der Amersfoorsche be- grafenisvereeniging zijn tot leden gekozen in de plaats van den Heer HAKKERT die deze stad metterwoon heeft verlaten en van den Heer J. C. LEINWEBER, die volgens den rooster moest aftreden en niet herkiesbaar was, de HH. G. W. VAN GOOR en Dr. K H. J. KOKER. In de thans bij de gerechtshof te Am sterdam aanhangige procedure betreffende het onderhoud van het stationsplein te Amersfoort, tusschen de Nederl. Centraal- spoorwegmaatschappij oorspronkelijk ei- scheresse, nu geïntimeerde, en de gemeen te Amersfoort oorspronkelijk gedaagde, nu appellante, heeft de advocaat-generaal op 26 Januari 1.1. geconcludeerd tot ver nietiging van het vonnis der arrondisse mentsrechtbank te Utrecht, waarbij de Ned. Centraalspoorwegmaatschappij ont vankelijk was verklaard in haren eisch tegen de gemeente, en voorts tot niet- ontvankelijkverklaring van dien eisch en zulks hoofdzakelijk op de gronden, vanwege de gemeente reeds in eerste instantie aangevoerd. (Il.bl.) Wij woonden Zaterdag j.l. de voor stelling bij der Tooneelvereeniging «Oefe ning baart Kunst," die gehouden werd ten voordeele der Watersnoodlijdenden. Was het doel aanleiding dat velen ge- teekend hadden de uitvoering zelf ver diende een goede opkomst en die ont brak dan ook niet. De zaal was zeer goed bezet en het eerste stuk „de Advocaat dei- Armen of Vader en Zoon" hield de aandacht der aanwezigen in hooge mate gaande. Mogen wij ééne opmerking maken dan komt het ons voor dat sommige redeneeringen en dialogen Wel wat gerekt waren maar hieraan kunnen de diletlan- ten zonder het stuk om te werken niets doen. Het kluchtige ,,T wee oude Gekken in de K1 em" bracht aller lachspieren in beweging, iets waartoe ook het goede spel der 4 spelers zeer toe medewerkte. De voorstelling werd besloten door een baldat zeer geanimeerd was en tot laat in den nacht duurde. Wij wenschen de Vereeniging weder geluk met haar behaald succes en spreken daarbij tevens den wensch uit dat wij haar nog menigmaal met steeds zwaarder rollen voor het voetlicht mogen zien. De tooneelvoorstelling door de veree niging „oefening baart kunst" j.l. gege ven ten voordeele der watersnoodlij denden in Nederland, heeft netto opge bracht f54,62, welk bedrag aan de Com missie is overgemaakt. Naar wij vernemen werd door de po litie alhier proces verbaal opgemaakt tegen zekere G. B. h./v. A. en W. beiden alhier woonachtig als verdacht aan zekere R., nadat deze in beschonken toestand met eerstgenoemde in twist was gekomen, eenige Rijksdaalders te hebben afhandig gemaakt. LI. Donderdag avond kregen eenige polderwerkers in een tapperij «het halve Maantje,» onder deze Gemeente twist, welke al spoedig zoo hoog liep dat de messen werden getrokken en het voor zeker voor sommige hunner niet te best zoude zijn afgeloopenindien niet een hunner had weten te bewerken dat zij zich buiten de tapperij begaven om aldaar de zaak verder uit te maken. Dit hielp althans in zooverre dat van vechten wei nig meer kwam doch daar de driften toch gekoeld schenen te moeten worden, werden bij zekere aldaar woonachtige De V. zonder de minste aanleiding, moed willig de glasruiten stukgeslagen en de huisdeur beschadigd. Gelukkig kwamen 4 der belhamels in handen tegen wien ter zake voormeld proces-verbaal werd opgemaakt. Verslag der commissie van de Kamer van Koophandel en fabrieken (de Heeren II. Gerritsen en Jacques Visser), afgevaardigd naar de com missie uit den Gemeenteraadter bespreking van de Eem-kwestie, c.a., uitgebracht in de vergadering van den 27en Januari j.l. Aan de deputatie uit de K. v. K. en F. werd medegedeeld dat het voornaam ste, door de gemeente Amersfoort buiten haar grondgebied aangelegde werk, is het trekpad. Daarmede moest hoofdzakelijk rekening worden gehouden. De commissie uit den Raad deelde der deputatie verder mede dat het trekpad moest worden beschouwd als te bestaan 1°. voor een deel als eigendom der ge meente 2°. voor een deel als rechthebbende op overgang met de verplichting aan de gemeente om den dijk, waarover het trekpad is aangelegd, te onderhouden 3°. voor een deel als rechthebbende op overgang tegen betaling eener jaar- lijksche retributie. De jaarlijksclie retributie, sub 3 bedoeld, bedraagt f 42,50. Gevraagd -werd op welke gronden de IC. v. IC. thans het abandonneeren der gemeente-werken voorstaat, terwijl zij in 1879 daartegen bezwaar maakte. Na eene opsomming van hetgeen sedert eenige. jaren is voorafgegaan, wijst de deputatie op den veranderden toestand. De gemeen te heeft een proces gevoerd waarvan de uitslag is dat het recht om te heffen thans vast staat; de verzandingen in de rivier de Eem zijn toegenomen; de schipperij is door de zware lasten en de sterke concurentie der spoorwegmaatschappijen verarmd, en ten overvloede wijst de de putatie op de herhaalde uitspraken van het Dagelijksch Bestuur, waarbij de toe stand te recht onhoudbaar wordt genoemd. De deputatie erkende de moeilijkheden aan het abandonneeren verbonden, om dat daardoor rechten op overgang van het trekpad zouden verloren gaan, en som mige verplichtingen van onderhoud van den dijk zouden blijven bestaan, maar zag toch in 't abandon het eenige middel voor eene spoedige oplossing. De finantieele voordeelen, welke de ge meente Amersfoort sedert tal van jaren genoot, zijn zoo groot dat de kosten van aanleg en onderhoud ruimschoots vergoed zijn, en er om die reden geen bezwaar moest gemaakt worden om de werken kosteloos af te staan. Met betrekking tot het onderhoud der haven, kaaien enz. binnen de gemeente gelegen, daarvoor zou het gemeentebe stuur zoo noodig een havengeld kunnen vorderen. Het ging niet aan, zoo meende de deputatie uit de IC. v. IC., om, nu men volop van de ruime opbrengst genoten heeft nog bovendien vergoeding te vragen voor werken die meer dan betaald zijn uit de opbrengst. Door dit te doen, en zich op het recht tot heffing te laten voorstaan werkte men de verbetering van den onhoudbaren toestand tegen. Der deputatie werd mededeeling gedaan eener beschikking van den Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid op een adres van het Gemeentebestuur van Amers foort waarbij verzocht werd om de wer ken der gemeente buiten haar grondge bied met alle rechten, lusten en lasten aan het Rijk te doen overgaan alwaar tevens de zorg voor de bevaarbaarhou ding der rivier berustte. De Minister is van oordeel dat hier allereerst sprake is van provinciale be langen en verwijst op dien grond het gemeentebestuur van Amersfoort naar Heeren Gedeputeerde Staten van Utrecht. Naar aanleiding dezer beschikking heeft het Dag. Best. bij den Raad een ontwerp- adres aan Ged. St. ingezonden, waarvan de strekking is om aan Ged. Staten de werken enz. af te staan op nader te be palen voorwaarden. Op de reeds hierboven aangehaalde gronden verzet de deputatie uit de IC. v. K. zich tegen het vragen van vergoeding. De gemeente, die niet in staat is de vereischte kostbare werken aan te leggen om de scheepvaart te releveeren, behoorde alles te vermijden wat den spoedigen overgang der werken aan een ander college kan verhinderen. De commissie uit den Raad opperde het denkbeeld om aan Heeren Ged. St. van Utrecht voor te stellen den zorg voor de bevaarbaarheid der rivier aan zich (Ged. St.) te nemen, en dat de gemeente Amersfoort zich bereid verklare hare wer ken langs en aan den mond der rivier de Eem te abandonneeren, indien zulks door Ged. Staten gewenscht wordt. Met dit denkbeeld kon de deputatie uit de K. v. IC. zich zeer goed vereeni gen, en gaf zij der commissie nog in over weging om voor te stellen, de gemeente besturen die bij de bevaarbaarhouding der rivier de Eem belang hebben, in ken nis te stellen met het eventueel aan Ged. Staten te richten verzoek. Daardoor zouden die gemeentebesturen in de gelegenheid gesteld zijn, zich bij het verzoek van Amersfoort aan te sluiten. Eindelijk nog werd de deputatie ge vraagd wat hare meening is omtrent het tarief der helling en of zij het gewenscht oordeelde om voor beurtschepen en stoom- booten minder te heffen dan voor vracht schepen. De deputatie heeft daarop te kennen gegeven dat, indien de bestaande heffing onder den naam van vuur-, haven- en tongeld werd voortgezet, dan de vracht schepen niet hooger moesten worden belast dan met 30, 40 of 50 van het bestaand tarief, terwijl beurtschepen en stoombooten niet meer dan de helft dezer percentage behoorden te betalen. Tot opwekking der scheepvaart achtte 'de deputatie het zeer nuttig om bij wijze van premie, eene vermindering van het vuur-, haven- en tongeld toe te staan voor ieder schip dat een bepaald aantal malen in 'tjaar de rivier de Eem opvaart. De deputatie eindigde deze samenspraak met er aan te herinneren hoe weinig de belangen der scheepvaart in den gemeen teraad worden voorgestaan en deed een beroep ter barer gunste op de leden der commissie uit den Raad. Twee dagen na dit onderhoud heeft de deputatie een schrijven gericht aan de commissie uit den Raad. Naar aanleiding der gedane vraag, waarom de IC. v. K. van meening is ver anderd ten opzichte van het abandonnee ren der werken aan de Eem, heeft de deputatie nog bij de reeds door haar op gegeven redenen schriftelijk deze gevoegd, dat sedert het in de vaart komen van een stoomsleepdienst op de rivier de Eem, van het trekpad nagenoeg geen gebruik meer wordt gemaakt. De schippers geven de voorkeur aan sleepen boven jagen. BINNENLAND. Donderdag is op nieuw een gedeelte van den Westervoortschen dijk gescheurd, ter lengte van circa 10 meter. De bewoners van de Rijnstreek, bang geworden door de ramp die Muiden ge teisterd heeft, zullen gaan protesteeren tegen de ontzaglijke opeenhooping van buskruit in de nabij Bodegraven gelegen Wierickerschans. Voor de slachtoffers te Muiden is door pastoor J. G. Henkens aldaar, onder meer kleinere, de aanzienlijke gift van f 1000 van X. en zijn vrienden ontvangen. Het aantal invaliden te Bronbeek be draagt 192. Hiervan zijn 107 Nederlan ders, 34 Belgen, 22 Duitschers, 12 Zwitsers, 5 Fn.nschen1 Oostenrijker en 1 Zweed. Door de directie der Holl. IJz. Spoor wegmaatschappij is aan een ingezetene van Alkmaar een bedrag van f 710 toe vertrouwd om aan de weduwe en kin deren van den omgekomen portier Brons veld eenig middel van bestaan te ver schaffen Reeds nu zijn in de veenkoloniën van Groningen en Drenthe, ten behoeve der fabrieken, vrij groote hoeveelheden aard appelen van den volgenden oogst opge kocht. Men besteedt gemiddeld een gul den per hectoliter. Het adres door de eerste onderwijzers van de openbare scholen te Amsterdam aan den Raad gericht, ten einde opslag van tractement te bekomen, is door de eerste onderwijzers te 's Hage gevolgd. BUITENLAND. Naar men beweert, is de instructie in zake Prins Pion Pion nog niet afgeloopen. Anderen, die het bepaald meenen te we ten, zeggen, dat de rechter var. instructie geen termen heeft gevonden de vervolging door te zetten. Den Duitschen Kroonprins zijn bij zijn zilveren huwelijksfeest 1 Vi millioen Mark ter hand gesteld, ten einde liefdadige in stellingen op te richten. Uit Odessa komt bericht, dat aldaar hongersnood heerscht. De boeren hebben niets te zaaien, de paarden geen voed sel en zij werden voor 2 roebels verkocht terwijl voor een koe slechts 3 roebels kon bedongen worden. Het effectief van het Fransche leger in Tunis zal tot 20,000 man verminderd worden. Negen bataljons zijn reeds naar Frankrijk teruggekeerd. Een brief door den Keizer van Duitsch- land, den 22 Dec., aan den Paus geschre- van, is thans openbaar gemaakt. De Kei zer geeft den Paus te verstaan, dat er ook van zijnen kant bewijzen van goeden wil noodig zijn, voor dat de kulturkampf- wetten buiten werking kunnen worden gesteld. Prins ICarl, de grootvader van H. IC. H. Prinses Hendrik der Nederlanden, heeft 17 millioen Mark nagelaten. Een debat van drie dagen werd door de Eerste Kamer aan de Staatsbegroo- ting gewijd. De algemeene beraadsla gingen liepen voornamelijk over de finan- ciëele politiek der Regeering, de munt- quaestie en de houding van dit Minis terie in de zaak van het Lager Onder wijs. Aan het laatste punt wijdde de heer Piché een belangrijke redevoering, op welk wij in ons aanstaand hoofdar tikel nader zullen terugkomen. De rap porteurs der verschillende afdeelingende heeren Van Roijen, Van Swinderen en De Sitter betoogden mede dat handhaving van art. 194 bij de Kamer vaststond. De Minister van Binnenlandsche zaken verklaarde uitdrukkelijk namens de Re geering dat zij dien wensch deelt. Zijn rede in de Tweede kamerdie tot twij fel aangaande zijn gezindheid aanleiding gaf, had alleen ten doel de lichting dei- jonge liberalen, die dwang vóór het vrijheidsbeginsel kiezente bestrijden. Do Minister van Buitenlandsche zaken deelde mede dat het bij voortduring zijn streven isde Duitsche kustvaartquaestie tot een oplossing te brengen. De Min. van Binnenlandsche zaken gaf de toe zegging dat binnen zeer korten tijd een herziening van de wet op het Middel baar onderwijs zal worden ingediend, waarbij dan tevens het zeevaartkundig onderwijs zal worden geregeld. Al de hoofdstukken der begrooting werden aangenomenhet budget voor Oorlog vond de meeste oppositie, (10 stemmen tegen) wegens het hooge eind cijfer. De Kamer ging Zaterdag op recès uiteen. De Tweede Kamer is tot hervatting harer werkzaamheden opgeroepen tegen Maandag 12 Februari. GEMENGDE BERICHTEN. Het getal der omgekomenen bij de ramp te Muiden is nog met een slachtoffer ver meerderd. Jan Ruijzendaal die zwaar ge kwetst werd, is in het binnengasthuis te Amsterdam overleden. Hij laat een vrouw en vier kinderen na. Drie huisgezinnen uit Zevenwolde, die voor een paar jaar geleden naar Amerika vertrokkenzullen eerstdaags naar Ne derland terugkeeren. Een hunnèr had een aardig sommetje bij zich, maar is, in

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1883 | | pagina 2