NIEUWE
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
EEIUINES, HAMERSVELD, HOEVELAKEN, HOOGLAND, L
VUURSCHE, SCHERPENZEEL EN WOUDENBERG,
EUSDEN, SOEST,
Feuilleton.
MARIANNE.
No. 86
Zaterdag 27 October 1883.
Twaalfde Jaargang.
Uitgever: A. M. Slothouwer,
Kermis-Nabetrachting.
Scherpenzeel. Uit verschillende stre
ken komen berichten van een ruimen
oogst van appelen, peeren, enz. ook in
deze omstreken is de oogst van deze
vruchten buitengewoon best, op de Hof
stede Oudwillaar is een Peerenboom die
AMEHSFOO
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,
Franco door het geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nummers3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags en des Zaterdags.
te Amersfoort.
Advertentiën van 16 regelsf 0,40.
Iedere regel meer 0,05.
Voor het Buitenland0,07s
Reclames per regel0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Advertentiën kunnen ingezon
den worden tot uiterlijk 's mor
gens 10 uur des Woensdags en
Zaterdags.
Eene viermaal geplaatste ad
vertentie wordt sleckts driemaal
in rekening gebrackt.
Sommige maatschappelijke instellingen
in Nederland hebben een ongemeen taai
leven, en onder deze mag de kermis wel
in de eerste plaats genoemd worden.
Aan schimp en smaad heeft het haar
zeker in de laatste twintig jaar niet ont
broken. Indien het alles waar is wat van
haar gezegd wordt, dan verdient het volk I
dat haar niet met den meesten spoed
over zijn grenzen verbant, met Zoeloe
kaffers, Kroemirs en Tongkineezen ge
lijkgesteld te worden, wat de bescha
ving aangaat. Negentiend'eeuwsche bac-
chanaliën zijn het, waarbij aan alle dier
lijke lusten de vrije teugel wordt gelaten,
en het ware te wenschen dat eenmaal
onze Regeering den moed bezat, er een
eind aan te maken, naar het voorbeeld
door den Raad van de hoofdstad vroeger
gegeven.
Ondanks die zeer ongunstige opinie
blijft de kermis nog maar trouw haar
jaarlijksche bezoeken afleggen, en wordt
zij door zeer velen met ingenomenheid
ontvangen. „Fatsoenshalve" durven som
mige lieden niet erkennen dat zij haar
een welkome afwisseling vinden in de rij
der dagen die elkander opvolgen en als
de boombladeren op elkander gelijken,
maar als zij vrijuit durfden zeggen wat
zij denken
Voor een groot deel onzer land- en
NOVELLE
van
ALMA WEISZMANN.
Menigmaal, wanneer Marianne voor haar ven
ster gezeten, die twee wezens gadesloeg, had
zich een gevoel van afgunst van haar meester
gemaakt, wijl de vrouw iets bezat, dat niemand
haar rooven kon, uitgenomen de Dood alleen, een
kind namelijk, dat niemand op de wereld liefhad,
behalve de moeder.
Op zekeren dag, het was jaren geleder.
dat Marianne aan het open venster stond en met
volle teugen de heerlijke voorjaarslucht inadem
de, had zij het kleine meisje, dat toen nog nau
welijks spreken kon, voor het eerst gezien.
Nieuwsgierig keek het kind haar aan, lachte
vertrouwelijk en riep
„Hoe heet gij?"
„Marianne Gebhart, en gij
„Ik ben moeders Gretchen
Moeders Gretchen 1 Hoe heerlijk klonken die
woorden uit dat rozenmondje en onwillekeurig
maakten zij Mariannes harte week, waarom wist
zij zelve niet. Dacht zij wellicht aan hare eigen
gestorven moeder
Sedert dien heerlijken lentemorgen waren zij
groote vriendinnen geworden, het ouderlooze
meisje en het kleine, aanminnige Gretchen, wier
vroolijk lachend gezichtje het eenige lichtpunt
was in Mariannes somber leven, en waarnaar zij
steeds rijkhalzend uitzag, wanneer zij gedurende
de lange winterdagen eenzaam en treurig in ha
re kamer zat.
stadgenooten ontleent de kermis haar
voornaamste aantrekkelijkheid aan de her
inneringen uit de dagen hunner jeugd.
De deftigste en onberispelijkst-uitgedoste
Nederlander vindt, als hij opklimt tot de
dagen toen een jongenskiel hem nog om
de schoudren gleed, een tijd toen het
hemjheilige ernst was met|den wensch.
dat de kermis minstens drie maanden
mocht duren, en hij geen gelukkiger we
zens wist te bedenken dan die kleine
paljassen van Blanus' paardenspel, die
immers overal waar zij kwamen de ker-
mis-vroolijkheid medebrachten! Ja hoe-
velen zijn er niet, wier namen thans op
in het oog vallende wijze prijken onder
de adressen ter bepleiting van kermis-
afschaffing, die destijds geen grooter pret
kenden dan hun belangelooze diensten te
verleenen bij den opbouw van den ouder-
wetschen mallemolen met die prachtige
paarden die op alles geleken behalve op
dat wat zij heetten voor te stellen,
of medeliepen in de stevige boomen waar
mede de toestel in werking werd ge
bracht in een tijd toen nog geen inge
wikkeld „mekaniek" voor dat doel was
aangewend, en de vrijwilligers om beur
ten gratis mochten meedraaien? Daar zijn
er die thans steen en been klagen om
dat de geur van het poffertjesbakken hun
niet behaagtmaar vergeten zij niet, dat
zij in die dagen weieens gewenscht heb
ben koning te zijn, alleen omdat zij dan
alle dagen zooveel wafels en poffertjes
zouden eten als zij verkozen
't Is waar, op de kermis komt men
weieens een paar lieden tegen die te
druk kennis maakten met de uitoefening
van het vergunningsrecht. Maar gebeurt
dat dan anders nooit Ziet bijvoorbeeld
eens te Amsterdam; heeft daar de af
schaffing van de kermis zulk een belang
rijke verbetering gebracht in de open
bare zeden
Aardig is het, dat wanneer men eens
in besloten kring recht prettig wil feest
vieren, en dan een „Hollandsche kermis"
of neen, dat klinkt niet voornaam
genoeg. een „kermesse d'été" wordt
georganiseerd. En hoe meer dan de ver-
tooners de manieren, de stembuiging,
het kostuum van de echte kermislui weten
na te volgen, des te grooter is het suc-
cès. Bewijst dit niet, dat de kermis een
element van vroolijkheid in zich bevat,
dat nergens elders wordt aangetroffen
Ja maar ziet u, dan is alles „netjes"
het ruwe en onbeschaafde, het terugstoo-
tende is zorgvuldig verwijderdhet is
een „veredelde" kermis! Best denkt
er dan eens over na of gij geen kans
zoudt zien de echte, de heuschelijke ker
mis te veredelenniet, door zorgvuldig
achter uw gordijntjes weg te kruipen wan
neer zij haar intocht gedaan heeft in de
stad uwer inwoning, maar door eenige
belangstelling te toonen voor hetgeen zij
te genieten geeft. We vragen niet van u,
geachte Heer, dat uw dochters en ama
zone op een leeuw gaan zitten, noch dat
zij zich ten aanschouwe van een talrijk
publiek laten wegen „in besloten kring"
gaat dat beter: maar ook zonder deel
neming aan alles wat de kermis aan
biedt kan men haar wel in de achting
doen rijzen en daardoor tot vermijding
van hare eigen buitensporigheden op
wekken. Als men iemand altijd in een
kwaad blaadje zet, laat hij eindelijk den
moed zinken.
En bovendien in het volksleven,
het woord volk hier genomen in zijn
uitgebreidste beteekenis, zijn dagen van
ontspanning, van algemeene feestvreugde
noodig. De kermis moge niet in alle op-
Hoe gaarne had zij dan Gretchen bij zich ge
had, maar zij wist, dat hare tante geen kinderen
kon uitstaan. Hoe gaarne had zij menigmaal het
kleine ding de eene of andere vreugde willen be
reiden, maar ach! zij, die zelve in alles afhanke-
lijk was, had niets te geven.
Helaas! Heden kon zij van wege de bevroren
glazen niets van hare kleine vriendin zien, en
juist was zij bezig met bij zichzelve te overleggen,
of zij straks nog eens niet even kon overloopen,
ten einde zich te overtuigd hoe de kleine het
maakte, toen hare tante plotseling weer den
draad van het voorgaand gesprek opnam en zei-
de
„Zooals ik daar straks reeds aanmerkte, Ma
rianne, moet dokter Sturm zich zeer eenzaam
gevoelen na den dood zijner onvergetelijke zuster;
dit heeft hij mij ten minste nog pas eenige da
gen geleden gezegd."
„Dat kan ik mij best voorstellen, hernam het
meisje, „het is ook nog zoo kort sedert zij ge
storven is. Indien broeders en zusters, die bijna
hun geheele leven lang lief en leed met elkan
der gedragen hebben, elkander zóó snel konden
vergeten, dan zoude hunne liefde waarlijk niet
veel te beteekenen gehad hebben. De tijd, die
heeler aller wonden, zal ook hem wel troosten,
tante, en als ik in uwe plaats was, dan zoude
ik hem aanraden, om voortaan zijne huishouding
te laten besturen door eene flinke, beschaafde
vrouw, die dan de plaats kon vervullen van zijne
oude, knorrige zuster, want al mag die dame nu
ook nog zoo voortreffelijk geweest zijn, ik weet
toch heel goed, dat zij hem door hare dwaze
grillen dikwijls het leven zeer bitter heeft ge
maakt."
Op iederen anderen tijd zoude mejuffrouw
Therese Möhriog eene dusdanige oneerbiedige
uitdrukking over hare gestorven vriendin niet
ongestraft hebben laten voorbijgaan, op dit oo_
genblik echter scheen zij te zeer met hare eige
ne gedachten bezig, orn er verder op te letten.
„Dokter Sturm zou echter ook kunnen trou
wen," vervolgde zij en keek Marianne daarbij
schuin aan, om te zien welken indruk dit ge
zegde op het jonge meisje maakte. Doch het ge
laat harer nicht drukte niet de minste verwon
dering uit, en met evenveel onverschilligheid
zoude zij geluisterd hebben, indien er sprake
ware geweest van een huwelijk van den keizer van
China. Het eenige wat zij dus antwoordde, was:
Och ja, zeer zeker zou hij dat kunnen, maar ik
denk wel niet, dat zoo iets nu reeds bij hem op
gekomen is." „En waarom niet was het ant
woord. „Dat zou ik juist heel natuurlijk vinden,
en ik geloof zeker, dat hij er sterk over denkt.
Ik zelf heb hem op die gedachte gebracht Ma
rianne. Eerst dacht hij, dat hij er te oud voor
was, maar dat heb ik hem uit het hoofd gepraat.
Hij is pas vijf en veertig jaar oud en welk eene
mooie positie bekleedt hij r.iet in de maatschap
pij Bovendien gij zijt altijd zoo ernstig geweest,
Marianne, eigenlijk wat al te ernstig voor uwen
leeftijd, doch nu zal u dit nog ten goede ko
men."
„Mij, tante vroeg het meisje langzaam en
liet hare donkere oogen bestralfend op de on
voorzichtige spreekster rusten, „mij Ik bid u,
wat heb ik met die zaak uit te staan?"
„Nu, kind bedaar en zie mij niet zoo verwoed
aan, want ik zou van schrik waarlijk in een
zoutpilaar kunnen veranderen Zij lachte, toen
zij deze woor'den sprak, doch het ging niet van
harte. „Luister," ging zij voort, „de zaak is deze.
Dokter Sturm heeft plan u morgen te komen
vragen, of gij zijne vrouw wilt worden. Wat zegt
gij daarvan, kind
„En gij hebt hem tot die keus aangezet, zegt
gij vroeg het meisje met eene van ontroering
bevende stem. „Welnu, tante, dan zeg ik u, gij
moogt het goed gemeend hebben met mij, maar
zoo waar ik leef, zeg ik er u geen dank voor."
zichten in die behoefte voorzien, tot
op dit oogenblik is zij het beste, we
durven zeggen het eenige dat we van dien;
aard hebben. Alles wat beproefd wordt
om haar te vervangen, mislukthet laat
het groote publiek koud of brengt slechts
een kunstmatige opwinding te weeg. Met
onze historische gedenkdagen pakken we
gewoonlijk heel droevig uit, omdat de
geschiedkundige herinnering óf niet aan
wezig zijn, óf voor ieder een verschil
lende waarde hebbenwe krijgen dan
wel reeksen van gloeiende toosten en be
tuigingen van sympathie gewisseld tus-
schen hen die bij de voorbereiding tot
het feest een rol vervulden, maar
daar blijft het bij. Het geheim, om bui
ten de kermis om, een stemming te wek
ken die feestelijk mag genoemd worden,
is nog niet gevonden. Het zou daarom
overweging verdienen, het eens wat meer
met haar te beproeven, dat wil zeg
gen, in plaats van haar de plaats te be
twisten die zij in ons nationaal leven in
neemt, middelen beramen om haar in
vloed te versterken, door haar te ontdoen
van 't geen haar ontsiert en haar wezen
lijk goede eigenschappen te verhoogen.
Amersfoort, 27 October 1883.
Zondag e. k., 28 Oct. 's morgens te
half elf uren zal de godsdienstoefening
in de Remonstrantsche kerk te Amers
foort geleid worden door Dr. B. TIDE-
MAN, Jzn. predikant te Haarlem.
Tante Therese zette groote oogen op, als had
zij haar nichtje niet goed begrepen.
Wat bedoelt gij daarmede, Marianne vroeg zij.
„Dat ik nimmer de vrouw wil worden van eenen
man, die mij niet uit eigen, vrije keuze tot de
zijne verkoren heeft Indien ik zulks deed, zou
de ik mij altijd tegenover mij zelve en hem diep
moeten schamen
Ik geloof, dat gij krankzinnig zijt geworden
Wat is me dat nu voor dwaze taal, die gij daar
uitslaatHet is nimmer mijne bedoeling geweest,
u aan dien man op te dringen, zooals gij denkt,
dat ik gedaan heb. Dat was waarlijk volstrekt
niet noodig. Hij kent u immers reeds sedertuwe
vroégste jeugd, weet, dat gij een beschaafd en
verstandig meisje zijt, in één woord, dat gij alle
eigenschappen bezit, die eenen man gelukkig
kunnen maken. Gij kunt hem dus gerust het ja
woord geven, als hij u vraagt. Denk toch eens
na, wat een onverwacht geluk dit voor u zoude
zijn, Marianne." Marianne evenwel scheen hiervan
niet zoo volkomen overtuigd en antwoordde kort
maar krachtig „En toch wil ik liever nog wat
wachten, tante."
„Wachten riep deze met kwalijk verborgen
woede uit, „wachten? Nu dat is ook wat moois!
En waarop wil mijne geëerde nicht met hare
vijf en twintig jaren dan wel wachten, als ik
vragen mag? Tot de een of anderregeerend vorst
haar tot zijne vrouw verlangt Of misschien tot
zij grijze haren heeft liet spijt mij zeer, dat
dokter Sturm niet de eer heeft aan uw ideaal
te beantwoorden, doch wanneer een vijf en twintig
jarige schoone nog niet het geluk heeft gehad
dien aan te treffen, den vrees ik zeer, dat haar
zulks nooit gelukkenjzal hier beneden althans
niet. Daarom, beste Marianne, raad ik u aan,
maar niet al te kieskeurig te zijn."
(Wordt vervolgd