Tegen 31/? uur arriveerden de rustbe
waarders aldaar, en wat was hare be
vinding Het hoofd der gemeente
even als de weerspannige Nijkerkenaars
lagen allen in diepen rust. Het detache
ment is dan ook in den loop dezer mor
gen alhier teruggekeerd.
313de STAATS-LOTERIJ.
VIJFDE KLASSE. Vierdé week.)
Trekking van 30 October;
Ten kantore van den gekwalificeerden
Collecteur der Staats-loterij te Amers
foort zijn op de navolgende nummers ge
vallen:
Prijzen van flOOO.
No. 20236 en 20775.
Prijzen van f70.
1629, 5750, 5763, 5798, 9117, 9133,
9248, 9326, 9334, 9469, 14197, 20313,
20392, 20395, 20445, 20463, 20477.
Te zamen 19 prijzen.
Zonder prijs zijn uitgetrokken
1607, 5655, 5683, 5687, 5733,5756, 5787,
5788, 5790, 5795, 7013, 7436,7582, 9113,
9173, 9197, 9253, 9291, 9312,9331, 9390,
9428, 9436, 9483, 9484, 9486, 10073,
11794,20219,20264,20267,20287,20289,
20342,20343,20360,20369,2043120440,
20482,20503,20527,2053120535,20542,
20551,20580,20660,20684,20687,20699,
20702,20721,20726,20753,20779,20785,
20795.
De Directeur van het Postkantoor te Amers
foort, maakt bekend, dat van af 1 Nov. de
laatste buslichtingen voor de verzendingen per
Centraal- en Oosterspoorwegen geschieden als
volgt.
Centraal-Spoorweg.
Richting naar Utrecht.
ten 8.3 's morg., 10.30 's morg., 2.16 's av., 2.25
's av., 5.28 's av. en 8.25 's av.
Richting naar Kampen.
ten 8,28 's morg., 11,39 's morg., 4.15 's av.
5.35 's av. en 8,52 's av.
Ooster-Spoorweg.
Richting naar Zutphen.
ten 8.24 's morg., 12,53 's av. 6.6 's av. en
8,50 's av.
Richting'naar Amsterdam.
ten 8.3 's morg. 9,3 's morg., 11,35 's morg.i
5,25 'sav. en 8,14 's av.
De lichting van:,de ijzeren brievenbus'aan
de St. Janstraat geschiedt,: ten 6 's morg., 9,45
's morg., 12.40 's av., 4,45 's av. (alleen op werk
dagen) en 8 's avonds.
De dienstregelingen zullen spoedig verkrijg
baar zijn.
De Directeur voornoemd,
C. SMITT.
Amersfoort, 31 Oct. 1883.
Ter zitting van den Gemeenteraad van
Amersfoort van Donderdagmiddag 25 Oct.
jl., gepresideerd door den heer Burge
meester Jhr. Mr. T. A. J. van Ascli van
Wijck, waren aanwezig alle leden.
Na voorlezing en goedkeuring van de
notulen der vorige vergadering deelt de
voorzitter mede:
dat door den Minister van Binn. Zaken
zijn goedgekeurd de benoemingen van
leeraren aan het Gymnasium;
dat de heer Horstink, in de vorige ver
gadering tot leeraar in geschiedenis en
aardrijkskunde aan de H. B. S. benoemd,
heeft tekennen gegeven die benoeming
niet aantenemen
dat door Ged. Staten is goedgekeurd
het dezerzijds genomen besluit tot het
om niet afstaan van grond tot stichting
en uitbreiding der gasfabriek.
Wordt overgelegd het procesverbaal
van kasopneming bij den Gemeente-ont
vanger, dd. 22 October 1883. Ter Se
cretarie gedeponeerd.
Daarna was aan de orde:
1. Reclame van den heer J. L. van
der Wurfl', tegen den aanslag in den
hoofdelijken omslag, dienst 1883, met
ontwerp-besluit tot afwijzing, dat z. h. o.
wordt aangenomen.
2. Benoeming aan een onderwijzer
aan de openbare jongensschool, uit de voor
dracht door B. en W. in overleg met den
arrondissements-schoolopziener, na het
hoofd der school te hebben gehoord, op
gemaakt, waarop voorkomen E. Linden-
liovius te IJsselmuiden, L. Binsbergen te
de Valk. en C. A. Heunks te Amersfoort.
Met 13 van de 15 geldige stemmen
wordt eerstgenoemde benoemd.
C. A. Heunks verkreeg 2 stemmen.
3. Voorstel van B. en W. tot verhu
ring van het Kantonnaal huis van be
waring.
Volgens B. en W. geeft de commissie
van toezicht op het huis van bewaring,
in antwoord op een schrijven van hun
College, te kennen dat zij genegen is om
de huur van het gebouw Uit. December
a. S. eindigende, op de bestaande voor
waarden weder voor den tijd van zes
jaren te verlengen, doch met het oog
op de eventueele plannen der regeering,
omtrent den bouw eener gevangenis
zich het recht wenscht te zien voorbe
houden om die huur, na opzegging min
stens een jaar te voren, vroeger te doen
eindigen. B. en W. zien daartegen geen
bezwaar, waarom zij voorstellen de huur
met zes jaren, op de door de Commissie
gestelde voorwaarde, te verlengen. Een
daartoe strekkend ontwerp-besluit, dat
bij het onderzoek in de afdeelingen geen
bezwaar ontmoette, wordt z. h. o. aan
genomen.
4. Voorstel van B. en W. tot intrek
king der verordening tot helling van
rechten voor het gebruik der werven.
Tengevolge van het reeds vroeger ken
baar gemaakte verlangen uwer vergade
ring zeggen B. en W. worden
door ons sedert eenige jaren geen ver
gunningen meer gegevea tot het gebruik
maken van de werven tot plaatsing der
goederen behalve in enkele gevallen, wan
neer daartoe bij het bouwen van wonin
gen, tot het tijdelijke plaatsen^van^stee-
nen aanvraag geschied. Als gevolg daar
van was in de laatste jaren de opbrengst
der belasting op het gebruik der ge
meente-werven van geen beteekenis, zoo
dat dan ook herhaaldelijk in Uwe ver
gadering op afschaffing werd aange
drongen.
Een ontwerp-besluit tot intrekking der
daartoe betrekkelijke verordeningen dat
in de afdeelingen tot geen bedenkingen
aanleiding gaf, wordt vervolgens z. h. o.
aangenomen.
5. Rekest van H. van Citter, concier
ge van het Gymnasium om verhooging
zijner jaarwedde.
Volgens de rapporten geeft de le af-
deeling in overweging, alvorens te dezer
zake eene beslissing te nemen, het col
lege van curatoren te hooren, terwijl de
meerderheid der 2e afdeeling geene aan
leiding vindt voor eene verhooging der
jaarwedde, en derhalve voorstelt het ver
zoek te wijzen van de hand.
De Voorzitter zegt dat het college van
curatoren is gehoord, naar aanleiding
waarvan B. en W. voorstellen de wedde
met f50 te verhoogen, waartoe z. h. o.
wordt besloten.
Tengevolge eener opmerking van den
heer van Beek dat de meerderheid van
de 2e afdeeling voorstelt het verzoek af-
tewijzen, wordt op het besluit teruggeko
men, waarna de heer Gerritsen zegt dat
hij tot de meerderheid behoorde die tot
afwijzing adviseerde, doch thans na me-
dedeeling van het advies van curatoren
van meening was veranderd, en vóór het
verleenen der verhooging zou stemmen.
In omvraag gebracht wordt met 13
tegen 2 stemmen overeenkomstig het voor
stel van B. en W. tot verhooging der
wedde met f50 besloten.
Tegen stemden de heeren v. Beek en
Lagerweij.
6. Begrootingen van de Schutterij, het
burgerlijk armbestuur en burger-wees
huis, dienst 1884, eerstgenoemde in ont
vang en uitgaaf bedragende f2125,75,
wordt met algemeene stemmen voorloopig
goedgekeurd, de daarop volgende tot een
bedrag van t 6560 aan ontvang, waaron
der f6201,83 subsidie uit de gemeente
kas, en gelijk bedrag van "f 6560 aan uit
gaven, evenals de laatstgenoemde, bedra
gende in ontvang f 11945, waaronder
2132,64'/i subsidie uit de gemeentekas
en gelijk bedrag van f11945 aan uitga
ven vastgesteld.
7. Gemeente-begrooting voor 1884.
Nadat door den Voorzitter de algemeene
beraadslagingen zijn geopend, zegt de heer
Gerritsen, dat, hoewel de leden daartoe
bij de verschillende artikelen de gelegen
heid hebben, er op te willen wijzen hoe
schraal de toelichting der begrooting dit
jaar is; bij verschillende posten nage
noeg 40 in getal vindt men als toelichting:
«evenals vorig jaar geraamd" enz., en hier
bij heeft spreker niet het oog op posten
aan geene verandering onderhevig, maar
uitsluitend op die welke evenals 't vorige
jaar zijn geraamd en evenwel voor ver
meerdering of vermindering vatbaar zijn
naar zijne meening is zulks in strijd met
de regelen der comptabiliteit.
Hij wil hierbij voegen dat hij erkennen
moet de Voorzitter door het nog kort
stondig bekleeden der betrekking van
Burgemeester, daartoe niet bij machte is,
doch de Wethouders hadden den Raad
beter van toelichting moeten dienen.
Spreker wil geen voorstel tot renvooi
van de begrooting doenin de afdeeling
heeft hij inlichtingen gevraagd en daarop
antwoord van den Voorzitter der afdeeling
ontvangen, doch de opinie van het dag.
bestuur heeft hij niet vernomenhet komt
hem verder voor dat die toelichtingen in
de memorie dienen te worden gegeven,
en niet op het laatste oogenblik.
De heer Croockewit, vermeent in ant
woord op het verwijt den Wethouders door
den vorigen spreker gemaakt te kunnen
antwoorden, dat het hem voorkomt dat de
onderscheidene artikelen voldoende zijn
toegelicht en het hem verwondering baart
dat hierover in de afdeelingen niet is ge
sproken.
De Voorzitter acht eene andere inrich
ting van de memorie van toelichting wen-
schelijk, maar wanneer men de rapporten
der afdeelingen nagaat, dan ziet men dat
de leden wel op posten, evenals het vo
rig jaar uitgetrokken, attendeeren, zooals
o. a. bij die voor «belooningen en eere
blijken voor getrouw schoolbezoek" en «'t
begraven van lijken van armen" het ge
val is volgens hem is toelichting over
bodig bij posten evenals 't vorig jaar uit
getrokken, dat door B. en VV. in ver
band met de uitgaven van het vorig jaar
is geschied, zoodat de uitdrukkingen «even
als ten vorigen jare geraamd" enz. ach
terwege hadden kunnen blijven, waardoor
de memorie van toelichting \an minder
omvang zou zijn geweest.
De Voorzitter sluit daarna de algemeene
beraadslagingen.
De onderscheidene artikelen worden
vervolgens in omvraag gebracht in voege
als volgt
UITGAVEN.
Artt. 46, 46his, 47 tot en,met 65 wor
den voorloopig aangenomen.
Art. 66. Tractementen en! perceptie
kosten wegens de ontvangst van het vuur-,
haven- en tongeld.
De heer Gerritsen wil den hiervoor
uitgetrokken post aanhouden totdat om
trent de heffing der percentage van het
vuur-, haven- en tongeld zal zijn beslist.
Nadat door den Voorzitter de wensche-
lijkheid is betoogd de uitgetrokken som
te behouden, omdat B. en W. voor het
einde des jaars voorstellen behooren te
doen, en bij eventueele wijziging in de
heffing, ter dezer zake voorstellen kun
nen worden gedaan, en de heer Gerrit
sen heeft gezegd dat hij ei alléén de aan
dacht op heeft willen vestigen, wordt
het artikel voorloopig aangenomen, zoo
mede de artt. 67 tot en met 71.
Art. 72. Bezoldiging van den genees
kundige belast met het toezicht op de hui
zen van ontucht en de publieke vrouwen.
Volgens het rapport der le afdeeling
meent een lid op de gronden reeds bij
de behandeling van vorige begrootingen
aangegeven, zich tegen de alhier uitge
trokken bezoldiging te moeten verklaren.
De Voorzitter deelt hieromtrent mede
dat B. en W, er op moeten wijzen zoo
lang de verordening op de huizen van
outucht en publieke vrouwen bestaat deze
post zal moeten behouden blijvenwordt
dit artikel echter afgestemd dan zullen
zoo spoedig mogelijk voorstellen te dezer
zake moeten worden gedaan.
De heer Gerritsen zegt het van belang
te hebben geacht deze zaak nog eens
ter sprake te brengen, ten eerste om de
zaak zelve en ten anderen omdat de ver
ordening sedert haren datum 1856
niet is herzien.
Naar zijne meening mag de gemeente
geene belastingen heffen voor het be
schikbaar stellen van gegarandeerd ge
zonde vrouwen, en is van oordeel hier
over niet verder te behoeven uittewijden
na het in dezen zomer te 'sHage gehou
den congres, waarvan de leden op de
hoogte zullen zijn.
De Voorzitter antwoordt dat hij óók
is tegen verplichte keuring, doch de com
missie van wetgeving in deze actief is,
en hij gaarne mededeeling zal ontvangen
van het verhandelde op het door den
vorigen spreker bedoeld congres, alwaar
hij niet tegenwoordig was.
Waarna het artikel, alsmede de vol
genden tot en met art. 75 voorloopig wor
den aangenomen.
Art. 76. Ameublement voor het Zieken
huis, voor memorie" uitgetrokken.
Volgens het rapport der le afdeeling
is naar het oordeel van enkele leden het
tegenwoordige gebouw voor verpleging
van lijders aan besmettelijke ziekten niet
voldoende van het noodige voorzien, om
bij het ontstaan van zoodanige ziekte in
deze gemeente onmiddellijk in gebruik
te kunnen worden genomen.
Volgens de bewering van een lid zou
ook de tegenwoordige bewoner niet ge
negen zijn de verpleging van lijders op
zich te nemen.
Zij doen derhalve het voorstel om op
dit artikel f300 uittetrekken ter bestrij
ding van de kosten tot aanschaffing van
de noodige zaken, terwijl zij aan B. en
W. in overweging geven met een daartoe
geschikt persoon in overleg te treden,
om zoonoodig als zieken-oppasser dienst
te kunnen te doen.
De heer Croockewit meent dat alhier
geene som behoeft te worden uitgetrok
ken het gebouw etc, is door den Ge
neeskundigen inspecteur bezichtigd en
goedgekeurdgedurende het bestaan der
inrichting is er geen patiënt in opgeno
men behoeven te worden, en bij de nood
zakelijkheid daarvan is er voldoende ameu
blement aanwezig om in behoorlijke ver
pleging van 2 a 3 patiënten te voorzien
de aanschaffing van verder ameublement
zou er toe kunnen leiden dat een voor
raad beddegoed etc. ongebruikt aanwezig
was en verwaarloozing daarvan mogelijk
ongerekend den last van toezicht en
onderhoud.
Volgens spreker is de tegenwoordige
bewoner zich van zijne instructie ten
volle bewust, en genegen de bepalingen
daarvan na te komen.
De heer Groeneboom zegt dank voor
de gedane mededeeling, doch dringt niet
temin op betere voorziening aan. 't Was
hem niet bekend dat van deze inrichting
voor lijders aan andere besmettelijke ziek
ten dan aan cholera gebruik kon worden
gemaakt, anders was zulks door hem reeds
dikwerf geschied.
De heer Croockewit blijft bij zijn ge
voelen dat meerdere uitbreiding voorals
nog niet noodzakelijk is, en dat bij het
eventueel opnemen van lijders het be-
noodigde in beperkten tijd zou zijn aan-
teschaffen, terwijl bij weigering van den
concierge tot verpleging ook daarin als
dan zou kunnen worden voorzien. Eeni
ge belooning voor de verpleging komt
hem wenschelijk voor.
De heer Groeneboom stelt voor eene
som van f 300 alhier uittetrekken, en
blijft, na voorlezing van het in de in
richting aanwezige, bij zijn gevoelen vol
harden.
Op eene deswege door den heer vZijst
gedane vraag geeft de heer Groeneboom
te kennen dat binnen weinig tijds, bij
het ontstaan van epedemie, niet in het
benoodigde kan worden voorzien, en met
den tegenwoordigen voorraad geene zie
kenverpleging mogelijk is.
De heer Gerritsen meent dat het na
het aangevoerde voor de leden moeilijk
wordt in deze eene beslissing te nemen
en stelt derhalve voor dezen post, zooals
hij is uitgetrokken te behouden, en het
voorstel van den heer Groeneboom aan
B. en W. te x-envooieeren, om ter dezer
zake de Gezondheidscommissie te hooren.
Hetwelk, nadat de heer Groeneboom
verklaarde zich daarmede te kunnen ver
eenigen, z. h. o. wordt aangenomen.
Art. 77. Jaarwedde van den Commis
saris en agenten van politie, etc.
Volgens het rapport der le afdeeling
geeft de omstandigheid dat de hoofdagent
van politie tengevolge van ongesteldheid
bij afwisseling gedurende langen tijd ver
hinderd is zijne werkzaamheden te ver
richten, enkele leden aanleiding tot de
vraag of, met het oog op den politie
dienst, die onhoudbare toestand kan be
stendigd worden.
De Voorzitter deelt mede dat de hoofd
agent, ongeacht zijnen ziekelijken toe
stand, toch werkzaamheden verricht die
hem in zijne betrekking zijn opgedragen,
doch voornemens is den te benoemen
Commissaris van politie over deze aan
gelegenheid te spreken, en dienaangaande,
zoonoodig, voorstellen te doen.
Waarna het artikel wordt aangenomen,
alsmede de artt. 78, 79 en 80.
Art. 81. Kosten der brandweer.
Zooals de ondervinding heeft geleerd
zegt het rapport der le afdeelingvol
doet de inrichting van de brandweer niet
aan de behoefte.
De afdeeling spreekt mitsdien dewen-
schelijkheid uit van eene reorganisatie
der brandweer en de vernieuwing van
het materieel, met uitnoodiging aan Burg.
en Weth. deswege voorstellen te doen.
De heer Croockewit deelt mede dat
het materiëel in het brandcollege is ter
sprake gebracht en dat college ook van
meening is dat nog eene spuit van nieu
were constructie moet worden aangeschaft
ter vervanging van de spuiten nos. 2 en 4.
De heer v. d. Wall Bake zegt met ge
noegen deze mededeeling te hebben ge
hoord, en geeft het dag. best. eene reor
ganisatie in overweging.
De Voorzitter antwoordt dat de orga
nisatie op goede grondslagen is geschoeid,
en de noodzakelijkheid tot aanschaffing
van een vast personeel niet is gebleken.
De heer v. d. Wall Bake is ook het
idee van aanschaffing van een personeel,
met het oog op de vele kosten niet toe
gedaan, doch meent dat er een midden
weg bestaat, n.l. meerdere oefening.
Nadat de heer Croockewit nog heeft
medegedeeld dat een nieuw reglement
van dienst, waarin gelegenheid gegeven
wordt tot oefening, wanneer brandmees
ters in overleg met het brandcollege zulks