Offlciëele Publicatien.
Soest, 14 Maart. Uit eene voordracht
door den heer Schoolopziener in het Dis
trict Utrecht ingediend waarop na volg
orde het navolgende vijftal voorkwamen
als
2« H. Blom, onderwijzer te Apeldoorn
3° E. W. Lindeijer, onderwijzer te
jaar zijn slechts voor een gering deel
- verantwoordelijk en moeten de leiding
hunner ouders volgen, doch het scheelt
bij velen niet weinig hoe zij zelf er over
denken ter bepaling van de keus tus-
schen „in dienst gaan" of zich laten rem-
placeeren, niet bloozen van schaamte
over hun Transjyaal-vereering in verge
lijking met hun égoïsme, dan, dan is
het een verregaande aanmatiging dat zij
zich »Jong Nederland" durven noemen.
Zou voor dat geval de naam »Jan
Druiloor" ook van eenigen dienst kun
nen zijn?
De BURGEMEESTER van AMERS
FOORT,
Gelet op het koninklijk besluit van den
17. October 1820 (Staatsblad No- 22);
Brengt ter kennis van de ingezetenen
dezer gemeente, dat tot het uitgeven van
de Patentbladen aan lien die in het
jongsverloopen kwartaal van het dienst
jaar 1883/84 (van den 1. November 1883
tot en met den 31. Januari 1884) aan
gifte voor patentrecht hebben gedaan,
ten raadhuize zal worden zitting gehou
den op Donderdag, den 20. Maart aan
staande, van 's. voormiddags 10 tot 1 uur
des namiddags, en dat de niet afgehaalde
patentbladen door den deurwaarder van
's rijks belastingen zullen worden be
zorgd, tegen betaling van tien cents.
Amersfoort, den 12. Maart 1884.
De Burgemeester voornoemd,
W. A. CROOCKEWIT,
Weth. L. B.
De BURGEMEESTER van AMERS
FOORT,
Gezien artikel 41 der gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen,
dat de Raad dezer gemeente zal verga
deren op Maandag, den 17. Maart aan
staande, des namiddags halftwee.
Axersfoort, den 13. Maart 1884.
De Burgemeester voornoemd,
T. A. J. VAN ASCH VAN VVIJCK.
Amersfoort, 15 Maart 1884.
Door de onderwijzeres der openbare
meisjesschool alhier, Mejuffrouw H. M. Bos,
is eervol ontslag aan den gemeenteraad
aangevraagd.
Onze alom geachte stadgenoot, de Oud
Prof. P. Hal ting, oppert in het Utr. Dbld.
het denkbeeld, oin kapitaal bijeen te
brengen voor studiebeurzen ten behoeve
van Zuid-Afrikaansche studenten aan onze
hoogescholen (onverschillig welke, rijks-,
gemeentelijke of vrije). Hij verklaart zich
bereid als voorloopig penningmeester op
te treden en de gelden in ontvangst te
nemen.
Teneinde het denkbeeld, om Zuid-Afrika
vaster aan het moederland te verbinden,
door hier de gelegenheid te geven tot het
volgen van het hooger onderwijs, te be
vorderen en de mededinging met Engel-
sche universiteiten in dit opzicht mogelijk
te maken, zou het naar zijn oordeel noo-
dig zijn, ten hunnen behoeve eenige bij
zondere maatregelen daarvoor te nemen,
in den geest van verminderde eischen
van toelating en korteren studietijd. De
Heer Ilarting zegt te dien aanzien nog
het volgende:
Het is mij hoogst aangenaam, hierbij
te kunnen voegen, dat de noodzakelijk
heid van zulke maatregelen, in het belang
van in Zuid-Afrika geboren jongelieden,
dat reeds lang door mij en vele andere
erkend was, op dit oogenblik ook door
alle autoriteiten, die geroepen zijn om
deze in te voeren, worden ingezien, zoo
dat er alle hoop bestaat, dat nog tijdens
het verblijf van den Heer Dutoit, den
superintendent van het onderwijs in de
Zuid-Afrikaansche republiek, deze gron
dig zullen worden voorbereid, en daardoor
een der stevigste schakels van den keten,
die voortaan Nederland aan Zuid-Afrika
verbinden moet, hersteld kan worden.
In overleg met de Zuid-Afrikaansche
deputatie zal door de zoogenaamde Emi-
gratie-comissie, gevestigd te Amsterdam,
binnen acht dagen worden bekend ge
maakt, welke vooruitzichten er zijn, in
zonderheid in de Zuid-Afrikaansche repu
bliek en welke personen zouden kunnen
vertrekken.
In geen geval kunnen op dit oogenblik
landverhuizers worden aangemoedigd, die
geen middelen hebben om den overtocht
te betalen.
Aan anderen zal in bovenbedoeld stuk
een adres worden opgegeven, waar zij
ich zullen kunnen aanmelden.
Be personen, die naar Zuid-Afiika
wenschen te verhuizen, zullen zeker met
hunne aanbiedingen en verzoeken geduld
oefenen, totdat de gewenschte bizonder
heden zijn openbaar gemaakt.
De Transraalsclie Vrijheids
helden.
Toen de mare der overwinning van de
Transvaalsche Boeren op de Engelschen
alom bekend werd, bezong de Vlaamsche
dichter de heer Julius de Geijter, deze
zegepraal met 't volgend gedicht, datjop
muziek werd gebracht door den toonkun
stenaar Peter Benoit te Antwerpen. De
wijl dit gedicht hier te lande minder be
kend zal zijn en van de geestdrift van
onze Vlaamsche broeders voor hunne
stamgenooten, de Transvalers, doet blij
ken, wenschen wij het hier aan onze
lezers mede te deelen.
Dc Zegetocht der Boeren.
»Bij Engelands macht, voor Englands eer,
Ruk op naar die Boeren en trapt ze maar
neer."
Maar de Boer heeft een hart en een buks
en een paard. -
En hij vliegt naar den grens, voor geen
vijand vervaard.
Op bergen en rotsen slaat hij zijn kamp,
Daar wacht hij, wie komen, met schande
en ramp
»Vrij zijn Vrij zijn
Dreunt het weer uit aller mond
«Dat op Afrikaanschen grond,
Dat geen volk op 't wereldrond
Vrijer zij dan wij zijn!"
0. troepje van boeren, wat waagt gij te
doen
De Britten zijn talloos, des noods een
miljoen
Hoog is de Spitskop, de Langnek hol
Zij strekken met lijken den bergpas vol.
Engelschen wijkt! of de doodenhoop zal
Een Spitskop worden in 't Langneksche
dal.
«Vrij zijn! Vrij zijn!"
Dreunt het weèr uit aller mond
»Dat op Afrikaanschen grond,
Dat geen volk op 't wereldrond
Vrijer zij dan wij zijn!"
Wat zijn dan de Boeren? De aloudheid
alleen
Had helden als zij zijn, maar koeuer
niet, neenl
Daar steeg uit alle oorden de jubelende
kreet
«In ketens geen volk, dat om vrijheid zoo
streed
En de Boeren, geadeld door eenvoud en
moed,
Togen weèrom als een Ridderenstoet.
«Vrij zijn! Vrij zijn!
«Klinke 'tluid uit onzen mond
»Daar op Afrikaanschen grond,
«Daar geen volk op 't wereldrond,
«Vrijer is dan wij zijn!"
VERGADERING van den RAAD der
gemeente AMERSFOORT op Maandag,
den 17. Maart 1884, des namiddags half
twee.
Punten van behandeling:
1. Kohier van den hoofdelijken omslag
over 1884.
2. Voorstel van Burg. en Weth. ter
zake van de Politie.
3. Missieve van Gedeputeerde Staten
aangaande de verordening tot regeling
van het aantal scholen en de jaarwedden
van het onderwijzend personeel.
4. Benoeming van een Directeur der
gemeente-reiniging.
5. Benoeming van twee onderwijzers
aan de openbare lagere scholen.
Lijst van brieven geadresseerd aan
onbekenden, verzonden van het postkan
toor te Amersfoort over de le helft der
maand Febr. 1884.
1. Mevr. E. Brunkes Amsterdam.
2. Kolijn
3. Meijer
4. A. Smeeding
5. J. de Wilde
6. Gebr. Rath Weghel Hengelo.
Briefkaart.
1. Colijn Amsterdam.
Verzonden geweest naar
Duitschland
1. Prof. Ernst Staubesund Leipzig.
2. Peter Lutthardt Neustad.
lu W. F. van Voorst, onderwijzer te
Utrecht
Delftshaven
4° W. van Poeteren, onderwijzer te
Delft, en
5° L. C. Langhorst, onderwijzer te
Utrecht
is door den Raad dezer gemeente tot
Hoofd der openbare school voor lager
onderwijs te Soest benoemd, de heer
W. F. van Voorst, onderwijzer te Utrecht.
BINNENLAND.
Naar wij vernemen, heeft de heer v.
Heeckeren van Walien, kapt. ter zee, bij
den officier van justitie der arr. recht
bank te Utrecht een klacht ingediend we
gens laster in een gedrukt en verspreid
stuk van den heer Stratenus van Voshol.
De student in de medicijnen, die de
bekende grap ondernam in de Baarnsche
kostschool en deswege dooi de rechtbank
te Utrecht werd veroordeeld tot 8 dagen
celstraf, heeft zooals men weet, zich met
verzoekschrift om gratie tot den Koning
gewend. Zijn straf is nu verminderd tot
3 dagen celsrraf.
De heer T. A. Huizenga, commissio
nair in effecten en redacteur van De
Nieuwe Financier en Kapitalist, ont
ving dezer dagen een ongeteekenden
brief, waarin hij met het verlies v n zijn
leven bedreigd werd, indien hij er niet
voor zorgde, dat het Amerikaansch spoor
wegfonds Oregon-Californië eenige per
centen rees. Natuurlijk gaf de heer H.
der policie kennis van de ontvangst van
dezen brief.
Toen nu de heer H.. als gewoonlijk,
Zatermiddag, per trein van 5.10, naar
zijne villa te Hilversum ging, werd, even
voor het in aanbouw zijnde station al
daar, het portierraam van den waggon,
waarin hij met eenige andere heeren zat,
verbrijzeld door een hard voorwerp, dat
er van buiten tegenaan kwam.
Men verkeert voor alsnog in de onze
kerheid ot het een schot is geweesteen
kogel is echter niet gevonden. Bij aan
komst te Hilversum heeft de heer H., de
Amsterdamsche policie dadelijk van het
feit in kennis gesteld.
De gemeenteraad van Venendaal heeft
besloten een proces te voeren tegen den
Heer W. Weijers, aannemer te Tilburg.
De vraag, waarover het proces zal ge
voerd worden, komt neer op het volgende:
De Heer Weijers heeft te Venendaal twee
huizen gebouwd, naar zijne meening met
gevels van zwemsteen, waarop aan de
buitenzijde tot versiering hout is aange
bracht, volgens den genoemden raad, in
strijd met de gemeente-verordening, met
gevels van hout. De quaestie is nu: zul
len de rechters de versiering of de uit
zwemsteen opgetrokken muren als gevels
beschouwen? Intusschen is het proces
zeker niet alledaagsch.
De heer H. K. Koning, oud zee-officier,
Rechtboornsloot 13, te Amstei dam, heeft
zich bereid verklaard ten behoeve der
Transvaalsche deputatie alle zoodanige
mededeelingen en opstellen te verzame
len als tijdens haar verblijf in openbare
geschriften en dagbladen verschenen en
op dat verblijf betrekking hebben. Het
plan is daarvan eenige albums te ver
vaardigen en die aan de leden der Zuid-
Afrikaansche deputatie te doen toekomen.
Wenschelijk zal het dus zijn van ieder
document een zestal exemplaren of af
drukken aan genoemd adres te zenden.
GEMENGDE BERICHTEN.
Eenige dagen geleden werd een lood
gieter te Parijs, door een zijner kame
raden doorstoken.
Het lijk werd naar het ziekenhuis ver
voerd, orn de wonde te ondei zoeken. Bij
deze gelegenheid ontdekte men de vol
gende bizonderheid. Het lichaam van den
vermoorde was geheel geratoeerd, even
als een roodhuid, die ten strijde trekt.
Onder de linkerborst, zag men een ineen-
gerolde slang, met den kop gericht op
hel hart. Rondom de slang stond ge
schreven: «liet veiledene was bedriege-
lyk, het tegenwoordige is pijnlijk, de toe
komst boezeind mij viees in."
De wonde, die den dood veroorzaakte
bevindt zich naast de woorden«het te
genwoordige is pijnlijk."
Op de zijden ziet men twee kanonnen,
en op de hoogte van het borstbeen, be
vind zich het beeld eener naakte vrouw.
De geneesheer, die de lijkschouwing deed,
heeft de beschilderde huid als een bizon
derheid naar een museum gezonden.
In een sigarenfabriek te Eindhoven
had een der knechts, de vorige week, het
ongeluk een onmisbaar en zeer kostbaar
werktuig te breken. Zijne kameraden
kwamen overeen, hem niet te verraden,
doch toen de patroon Zaterdag zijne
knechts uitbetaalde en hij niet kon te
weten komen wie het ongeluk had ge-
hadj hield hij van het weekloon, van elk
zijner knechts, één gulden at, om langs
dien weg tot de ontdekking te komen
van den bedrijver van het feit. Dat ge
lukte echter niet, rnaar wel ontstond er
onder het werkvolk ontevredenheid, die
zóó hoog liep, dat de patroon zich Maan
dagochtend genoodzaakt zag de hulp der
policie in te roepen en zijne fabriek te
sluiten.
Een boer, die bij een slachter een par
tijtje worst en vleesch kocht, laadde dit
op zijn wagen en keerde huiswaarts. Niet
ver van de poort van het stadje, waar
hij woonde, vroeg hem een winkelier of
hij een hond mocht meegeven, bestemd
voor een der buren van den boer.
Het verzoek werd gereedelijk ingewil
ligd en de hond op den wagen geplaatst.
Eerst jankte het dier nog al, maar 't
werd van lieverleden kalmer.
Toen de boer een half uur later eens
wilde zien hoe zijn passagier het maakte,
kwam hij tot de verpletterende ontdek
king, dat de viervoeter bijna den gehee-
len voorraad worst en vleesch had ver
slonden. Met een ijselijken vloek stoofde
boer op, deelde den hond een dracht
zweepslagen toe en wierp hem in zijn
gramschap van den wagen, 's Avonds
was Fik weer bij den winkelier terug,
doch bracht een zeer onrustigen nacht
door. De boer had het land aan zich zelf,
dat hij niet kalmer was te werk gegaan,
omdat hij nu geen schadeloosstelling kon
eischen.
De maskerade in 1885 te Leiden te
houden belooft zeer fraai te zullen zijn
en zal verschillende tafereelen te aan
schouwen geven uit Leiden's geschiede
nis, tot op het jaar 1575.
Een eierenkoopman uit Oorschot ont
ving dezer dagen van een broodbakker
uit Tilburg een zeker bedrag tot kwijling
eener schuld. Terwijl hij met het geld
naar huis ging, werd hij in een den-
nenboschje nabij Heukelom plotseling
aangevallen door twee kerels, die hun
gezicht zwart gemaakt hadden, en zijn
geld eischten. Te vergeefs verdedigde hij
zich. Hij werd neder geworpen, geslagen,
zoodat hem het bloed uit mond en neus
vloeide, waarna men hem f 46 ontroofde.
Hoewel de policie van het feit is in ken
nis gesteld, heeft zij de daders nog niet
gevonden.
De bekende strooper M. v. Zwol, te
Terwispel, is door de rechtbank te Hee-
renveen wegens laster (advertentie hou
dende dankbetuiging aan een jachtopzie-
nier voor den vrijdom als strooper geno
ten) tot 45 dagen celstraf en f25 boete
veroordeeld.
Een portier van eene woning te Parijs
had opgemerkt, dat een der alleen wo
nende huurders reeds twee dagen niet
beneden was geweest. Hij ging naar bo
ven en vond den ongelukkige ontkleed
in een plas bloed liggen en een groot
mes op den schoorsteenmantel. De onge
lukkige was 82 jaar oud. Hij heeft zich
den buik opengesneden en de ingewan
den uit het lichaam gehaald. Op de tafel
lag een stukje papier, waarop met pot
lood geschrevenDe commissaris van
politie zal 3000 gulden bij mij vinden.
Die som is werkelijk op de kamer ge
vonden.
Te Freiburg zijn twee anarchisten,
Otter en Falk, in hectenis genomen. Zij
moeten medeplichtig wezen aan de jong
ste misdaden te Weenen. Voorts is daar
ook een koffer met nihilistisch geschriften
in beslag genomen.
De Franschen hebben eindelijk ook
weer een wapenfeis te melden. Uit Hanoi
is bericht ontvangen, dat Négrier thans
eindelijk Bac-Ninh heeft bezet, 't Ging
gemakkelijker dan men gedacht had. De
Chineezen, heet het, waren gedemorali
seerd door eene omtrekkende beweging
der Franschen, verlieten hunne positie
en vluchtten langs den weg naar Thain
Chuan. Niettemin leed de vijand toch
nog «gevoelige verliezen," terwijl de
Franschen slechts 70 gewonden hadden.
Zij vonden een grooten krijgsvoorraad en
eene batterij Krupp-kanonnen in de
citadel.