Officiëele Publicatien,
Brieven uit de Hoofdstad.
vierdaagseh debat liep voornamelijk over
het hoofdbeginsel van dit ontwerp, na
melijk hooger beroep voor alle strafza
ken. Na verwerping van een amende
ment van den heer A. Mackay om appèl
in zware strafzaken uit te sluiten, be
sliste de Kamer in de door de Regeering
gewenschten zin, en nam het ontwerp
aan met 48 tegen 18 stemmen, zoodat
thans besloten is, dat de rechtbanken
over alle zaken zullen oordeelen met
appèl op de Hoven, behalve voor bede
larij en belasting-overtredingen; in elke
rechtbank zullen drie rechters zetelen,
volgens een amendement van den heer
A. Mackay, en geen vier, gelijk het ont
werp voorstelde.
Eenige noodige wijzigingen in het Bur
gerlijk Wetboek werden vervolgens goed
gekeurd na verwerping van een amen
dement van den heer A. Mackay om in
geen geval wegens veroordeeling tot ge
vangenisstraf recht tot echtscheiding te
geven. De aangenomen voordracht geeft
dit recht bij een veroordeeling tot ge
vangenisstraf van vier jaren of meer.
Maandag was aan de orde de motie
van den heer De Bruyn Kops en 14 andere
Afgevaardigden, waarin zij aandringen op
verbetering van den waterweg Amster
dam-Rotterdam. De motie werd toege
licht door de heeren Rutgers en Diras,
die wezen op het hooge belang dezer
zaak voor de scheepvaart. Zij werd afge
keurd door de heeren Gratama Wybenga,
Bastert, Haffmans, De Beaufort en Oorver
Hooft zoowel wegens haar vorm en be
doeling, als omdat deze waterweg een
provinciale zaak is en de finantieële toe
stand het ter hand nemen van nieuwe
groote werken verbiedt.
In de zitting van Dinsdag is de motie-
De Bruyn Kops c. s. verworpen met 42
tegen 28 stemmen. Een anders gefor
muleerde motie van den heer Buma werd
mede verworpen. Daarna werd een aan
vang gemaakt met de behandeling van
het ontwerp betreffende den suiker-accijns.
De BURGEMEESTER en WETHOU
DERS van AMERSFOORT,
Gezien art. 5 der wet van 28. Juni
1881, (Staatsblad No 97;)
Brengen ter openbare Kennis, dat een
verzoekschrift om vergunning tot verkoop
van sterken drank in het klein bij hen
is ingekomen van J. J. WOUDENBERG,
B. 96.
Amersfoort, 17 Maart 1884-
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Burgemeester,
T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De BURGEMEESTER en WETHOU
DERS van AMERSFOORT,
Gelet op art. 6 der wet van den 2.
Juni 1875 (Staatsblad No. 95), Brengen
ter kennis van het publiek, dat een door
LAMBERTrS VAN NIEUWEN-
HUIZEN ingediend verzoek, met bij
lagen, om vergunning tot het oprichten
tot zijn dood toe onze goede vader en liefderijke
metgezel blijven zal."
«Vader het goedvinden!" juichte de overge
lukkige borst. «Vader is reeds lang in het ge
heim, en zal den hemel danken voor dit uw
besluit. Kom, ga maar mede, dierbaar meisje!
en gij kunt het zelf van hem hooi en," en op
getogen voerde hij zijne aanminnige nicht naar
de oude, terwijl hij al in de verte hem toeroep:
«Vader! zij wil mijne lieve engelachtige vrouw
zijn. als gij het maar goed vindt, en gij wilt
haar zeker als dochter niet hebben, niet waar?"
Plechtig stond de grijsaard bij dat bericht
van zijn zetel op en geroerd de lieftallige maagd
aan zijn hart drukkende, zeide hij, met de
oogen ten hemel geslagen: «O, ik dank u, al
machtige God, dat ik dit mag beleven. Kniel
neder mijne kinderen! en ontvang den besten
zegen, die ik u geven kan, namelijk de reinste
bede voor uw beider geluk, bekroond door den
heerlijken zegen van God! Ziet, Geerte Mie,
lieve dochter! geen grooter wensch had ik meer,
dan juist deze, omdat, bij de kennis van uw
beider karakter, uwe vereeniging mij den groot
sten waarborg was dat ik het moede en afge
tobde hoofd gerust op de doodspeleuw zou kun
nen leggen. Daarom nog eens, ik dank u mijn
God!"
Puckje her.stelde en bleef met Wolf nog lang
hunne trouwe gezellen. Hunne vereeniging be
antwoordde ten volle aan aller verwachting en
toen Geerte Mie haar eersten jongen Goswijn
junior! aan haar hart drukte, stamelde zij met
een dankbaren blik naar boven: „ja, ik dank u
mijn God! en toen eindeiijk de oude Goswijn
zijne taak had volbracht en deze wereld verla
ten moest om den weg van alle vleesch te gaan,
ruischten het nog stamelende van zijne lippen
«Uwe verschijning, mijn lieve dochter, is
ons allen ten zegen geworden. Ik dank u,
mijn God, ik kom gerust tot u, neem mij
op in uwe genade, en wees met haar al de
dagen haars levens."
scherpenzeel, (Gelderl.).
EINDE.
van eene broodbakkcrlj in liet per
ceel alhier gelegen buiten de Kamppoort
wijk H, No. 91a, bij het kadaster bekend
onder sectie A, No. 4389, op de Secre
tarie der gemeente ter visie ligt, en
dat op Maandag, den, 31. Maart aan
staande, des voormiddags te elf uren,
gelegenheid ten raadhuize wordt gegegen
om, ten overstaan van het gemeentebe
stuur of van een of meer zijner leden,
bezwaren tegen het oprichten van de
inrichting intebrengen.
Amersfoort, den 17. Maart 1884.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
Amerfoort, 19 Maart 1884.
J.l. Zaterdag namiddag wapperde de
vlag van het Societeitsgebouw»Concordia",
de aanbesteding had plaats gehad van het
verbouwen van het voorgedeelte, waarna
sedert geruimen tijd verlangd werd. Van
de inschrijvers was onze vroegere stad
genoot de heer W. van Doornik te Baarn,
voor f '16,50, de minste inschrijver.
De verhuring der landerijen, behoo-
rende aan het Hoogheemraadschap De
Bunschoter Veen- en Veldendijk, voor
den tijd van twee jaren, hebben opge
bracht f9815.'s jaars, tegen f 10181.
in 1882.
Duizend en nogmaals duizenden be
groetten Zaterdag de leden der Trans-
vaalsche deputatie te Utrecht aan het
station. Van alle studentenvereenigingen
waren vertegenwoordigers met de banie
ren aanwezig. Overal woeien de vlaggen.
De deputatie werd aan het station ont
vangen door den senaat van liet Studen
tencorps, prof. De Lauter, dr. Jonkman
en anderen. Generaal Bel heette de heeren
welkom, waarna zij naar het stadhuis
werden geleid alwaar zij door den bur
gemeester en de leden van den raad
benevens tal van autoriteiten werden
begroet. Na het bezichtigen der voor
naamste bijzonderheden werd een diner
gebruikt en keerde de deputatie te 7.15
terug.
De gemeenteraad hield Maandagmiddag
een korte zitting. Het kohier van den
plaatselijken hoofdelijken omslag voor
1884 werd daarin vastgesteld tot een
totaal bedrag van f 42,068,46.
In de organisatie van het personeel
der politie is eene kleine wijziging ge
bracht. De tegenwoordige hoofdagent
F. Velders is door zijn ziekelijken toe
stand voor den actieven dienst sedert
geruimen tijd reeds ongeschikt. Thans
zal een ander in zijne plaats tot hoofd
agent worden aangesteld, terwijl hem,
met behoud van zijn tegenwoordigen
rang, bureau-werkzaamheden zullen wor
den opgedragen op een salaris van f 500.
Voorts zal een nieuwe agent tweede
klasse worden aangesteld, zoodat voor de
surveillance op straat voortaan 8 agenten
beschikbaar zullen zijn, de hoofdagent
mede gerekend. De heer van Zijst ont
ving een geruststellende mededeeling op
zijne vraag, of 't de bedoeling was per
manent een schrijver op het politie bureau
werkzaam te houdenB. en W. wensch-
ten alleen Velders in zijn ongelukkigen
toestand te helpen, maar hebben volstrekt
niet op het oog hiermede den commis
saris van politie blijvend te ontlasten van
zijne administratieve werkzaamheden. De
raad machtigde B. en W. tot het doen
der met deze gewijzigde regeling ge
paard gaande jaarlijksche uitgaven van
f 370.
Om te voldoen aan eenige opmerkingen,
door Ged. Staten gemaakt, zijn eenige
wijzigingen gebracht in de verordening
tot regeling van het aantal scholen en de
jaarwedden van het onderwijzend perso
neel. Zij hebben in hoofdzaak betrekking
op art. 5. de regeling der jaarwedden
bevattende, en strekken om duidelijker
te doen uitkomen 's raads bedoeling, dat
de toelage van f 75 voor het bezit van
de hoofdonderwijzersacte genoten wordt
boven het tractement, waarop de titu
laris als onderwijzer recht heeft, en dat
de belooning, die genoten wordt voor het
geven van herhalingsonderwijs, wordt
toegekend als verhooging der gewone
jaarwedden, van welke verhooging de
bijdrage voor pensioen moet worden be
rekend. Verder is een nieuw artikel in-
gelascht, om in duidelijke woorden uitte
drukken, dat de raad zich de bevoegd
heid heeft voorbehouden, om ten behoeve
van onderwijzers van meer dan gewone
verdienste af te wijken van de norma,
in deze verordening gesteld.
Tot onderwijzers zijn benoemdaan
de bijzondere tusschenschool de heer
G. E. ter Haar, te Haarlemmermeer, en
aan de openbare kostelooze school in de
Koningstraat de heer C. A. Heunks, te
Blaricum,
Aan mej. H. M. Bos is het gevraagde
eervol ontslag als onderwijzeres aan de
openbare meisjesschool met ingang van
1 Juni a. s. verleend.
De in de vorige zitting tot directeur
der gemeente-reiniging benoemde heer
de Rooij had voor die benoeming bedankt.
B. en W. hadden thans' eene nieuwe
aanbeveling van een tweetal bij den raad
ingezonden. Daarop kwam niet voor den
heer Van Stock, ambtenaar bij den rei
nigingsdienst te Utrecht, die de vorige
maal onder de sollicitanten een dergenen
was, die het meest voor de benoeming
in aanmerking scheen te komen. Met het
oog daarop en op een paar brieven, die
over deze zaak aan al de raadsleden
waren gezonden, en verder nog naar aan
leiding van eene bewering, die was rond
gestrooid als zou de sollicitant, die als
no. 1 was voorgedragen, wegens lichame
lijke zwakheid ongeschikt zijn voor de
betrekking, verzocht de heer Huet verlof,
om aan Burg. en Weth. eenige inlich
tingen te vragen over de door hen in
gezonden voordracht. Die inlichtingen
werden in eene besloten zitting door den
burgemeester gegeven, en schenen voor
den eerstvoorgedragene, den heer P. K.
Sikkema, gemeente-architect te Hasselt,
gunstig te zijn; althans zijne benoeming
volgde met 12 stemmen, tegen ééne op
de heer v. Stock en één blanco biljet.
Met den heer Sikkema kwam nog op de
aanbeveling voor de heer J. Veth, op
zichter bij de gemeentereiniging te Rot
terdam.
De vertraging, die door het bedanken
van den heer de Rooij was veroorzaakt,
maakte den heer Huet beducht, dat het
niet mogelijk zou zijn, op 1 April, den
door den raad bepaalden tijd, den reini
gingsdienst in eigen beheer te nemen.
De burgemeester verklaarde intusschen,
dat de gemeente in ieder geval tot 1 Juni
door den tegenwoordigen pachter zou
kunnen geholpen worden, daar in het
pachtcontract voor de eerste vier maan
den van dit jaar voorzichtigheidshalve de
bepaling was opgenomen, dat hij ook
gedurende de maanden April en Mei den
dienst moest doen blijven waarnemen,
wanneer dit door het gemeentebestuur
werd verlangd, en dat wel zonder ver
goeding.
B. en W. zijn evenwel voornemens zoo
spoedig doenlijk althans de inzameling
van vuilnis en meststoffen voor rekening
der gemeente te nemen, doch met het
verwerken van de mest zal men wat
meer geduld moeten oefenen, omdat met
het oog op de bezwaren, die van ver
schillende zijden tegen de keus van het
terrein, dat daarvoor is bestemd, zijn
ingebracht, de beslissing van Ged. Staten
daaromtrent in den eersten tijd nog niet
te verwachten is.
Een verzoek van de vereeniging „de
Vrijwillige Brandweer", om door 't ver-
leenen van een subsidie van gemeente
wege in staat te worden gesteld zich bij
voortduring de middelen aan te schaffen,
welke zij behoeft, om krachtdadig bij
brand hare hulp te kunnen verleenen,
werd aan B. en W. om advies gezonden,
evenals een adres van 82 leden van de
sociëteit »de Vereeniging," waarin verzocht
wordt om verbetering der bestrating van
de Valkstraat en de Stovenstraat.
Utr. C.
Hoogland, 13 Maart. De collecte
voor de maatschappij van Weldadigheid,
per inteekenlijst aan de huizen gehouden,
heeft ƒ24,50 opgebracht. Deze som mag
niet hoog genoemd worden voor deze
gemeente, maar wanneer men weet dat
de boerenstand niet teekent, en het ge
noemde bedrag aldus door de enkele
gegoede notabelen dezer gemeente bijeen
gebracht werd, heeft men redenen tot
dank.
Amst. 18 Maart '84.
Gij wenscht te weten, wat „tammen"
zijn? Luister met eerbied en ik zal 't u
vertellen. De „wilden" werken weinig en
gaan veel uit, maar hun uitgaan is een
dolle inval, een plan, een grap. De „tam
men" werken niet, gaan altijd uit en hun
uitgaan is gewoonte geworden. Vooreen
eenvoudigen tobbert, die zorg heeft voor
elke drie maanden huur en voor elke
nieuwe japon van zijn vrouw moet het
wel een zonderlingen indruk maken te
vernemen, dat een van deze veelbelovende
Nederlanders door elkaar meer zakgeld
per dag noodig heeft, dan zijn huishuur
per jaar bedraagt en dat 's jongelings
sigarenrekening hooger is dan de klee-
dingrekening voor hem en zijn vrouw en
het heele gezin. Daarbij is er natuurlijk
niet op gerekend, dat de jongeling nu
en dan 's avonds tien, twintig, dertig
duizend gulden verspeelt.
Daar is een regelmatige opklimming
in de wijze, waarop de jongeling zijn dag
doorbrengt en in de stemming, waarin
hij dat doet. Dat hij laat, zeer laat op
staat mag u niet verwonderen, dat is
eene gewoonte, een beginseluit over
tuiging wordt hij eerst „leefbaar" zeg
gen de Vlamingen, zoo wat tegen half elf
in den morgen. Daar is een zekere zelf
verloochening noodig om vroeg optestaan
als men laat thuis is gekomen en zelf
verloochening maakt oud, terwijl het hier
een verlangen is, lang jong te blijven.
Men heeft niet dadelijk lust om te ont
bijten en zoo'n boterham met een kopje
thee is het minst van alles geschikt om
iemand nieuwe eetlust te bezorgen. Daar
zijn een paar couranten, een Fransche
roman en die slepen den dag voort tot
twaalf uur, dan kan men langzamerhand
aangekleed zijn en naar de Groote Club
wandelen, waar de kennissen gaan de-
jeuneeren niet het tweede, maar het
eerste ontbijt, tegen half een of een uur.
Dat is een klein dineetje en wel het eten
waard en dat geeft kracht genoeg om
voort te sukkelen tot etenstijd zoowat
zes uur of iets later. Die namiddag geeft
heelt wat te doen. Eigenlijk is Amster
dam nog maar een kleine stad en er is
geen verschot in amusementen genoeg
om zeven dagen in de week uittegaan,
er mag een diner of een soirée afgaan,
maar in den regel moet men hard wer
ken om een weekprogramma vol te krij
gen. Wat kan men beter doen dan in
Café Riche te gaan eten. Die rood zij
den behangsels en die groote spiegels
geven zooveel glans en licht, dat men er
zich onmiddellijk thuis gevoelt en zulke
wijn is er niet dat men ze hier niet zou
kunnen krijgen. Daar zijn van die kost
jes, waarin alle rijken der natuur door
de voornaamste vertegenwoordigers ver
toond worden, bijvoorbeeld Soles riches
een eigen uitvinding van het Café, maar
het geheel in echt Fransch en geeft geen
stof tot eenige aanmerking welke dan
ook en of men nu al een bankje meer
of minder uitgeeft, zal zeker ook wel
onverschillig wezen. Na dat diner, dat
toch allicht tegen negen uur is afgeloo-
pen er zijn behalve dat geen dames
bij is de beste weg naar de Caves de
France en daar trekt men dan ook heen.
Op mollige stoelen, in zachte causeuses
vleit men zich neer en gevoelt zich thuis.
Daar brandt veel gas en de dichte gor
dijnen en dikke portières laten geen
zuchtje door; daar is een broeikastwarmte,
die alleen reeds voldoende is om te be
dwelmen en ijswater op mineraal is
't eerste noodige om op temperatuur te
komen. Daar zijn de kennissen of daar
komen ze, in wier sigarendamp men zijn
eigen sigarenrook wedervindt en zoo éen
van tabakslucht begrijpt men elkaar,
daar ontstaat een plan, een geniaal plan,
een reuzenplan en men is dadelijk vol
energie om het uittevoeren. De eerste
teekenen van leven komen terug, men
debatteert over de uitvoering en
we laten de portière vallen, we hooren
niets van de open en toeslaande deuren;
aan de straatzij is het donker; de ingang
wordt gesloten; in de Kalverstraat wor
den de lichten uitgebluscht; rustige huis
vaders gaan naar bed. Aan hen, die gaan
slapen wel te rusten
GEMENGDE BERICHTEN.
Zondagavond tegen acht ure werd de
gemeente Hilversum opgeschrikt door het
luiden van de brandklok. De brand was
ontstaan in de woning, mede de fabriek
van W. H. Brouwer, aan de Schapen
straat. De fabriek en de woning zijn
geheel uitgebrand. Door de ijverige po
gingen van de brandweer is het mogen
gelukken, de belendende perceelen te
sparen. Van het ontstaan van den brand
is nog niets met zekerheid te melden,
daar de bewoners, naar men zegt, in de
kerk waren.
Een ingezetene van Tessel is in het
bezit van een jong konijn, met acht poo-
ten, twee staarten, doch slechts een kop.
't Schijnt dat twee lichamen aan elkaar
zijn gegroeid. Dit wonderlijk exemplaar
heeft twee dagen geleefd. De eigenaar
bewaart het op sterk water.