NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
NIEUWE
AMERSFOORT, BAARN, BÜNSCHOTEN, EEMNES, HAMERSVELD, HOEVELAKEN, HOOGLAND,
VUÜRSCHE, SCHERPENZEEL EN WOUDENBERG
LEUSOEN, SOEST,
Waarom Muggias Diet ffegging.
Vrede op aarde.
Feuilleton.
No 103.
Woensdag 24 December 1884.
Dertiende Jaargang.
Uitgever: A. M. Slothouwer,
Buitenlandscli Overzicht.
m
AMEBSFOORTSCHE COURANT.
Abonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden f 1,
Franco door het geheele Rijk1,10.
Afzonderlijke nummers3 Cent.
Dit Blad verschijnt des Woensdags en des Zalerdays.
te Amersfoort.
Alvertentiën van 16 regels f 0,40.
Iedere regel meer 0,05
Voo* Buitenrand»-0^?'
Reclames per regel 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Zij (lie zicli van he-
den af op deze courant
abonneeren, ontvangen de
Nummers tot 1 Januari a. s.
GRATIS.
Niet ongepast is het, dat we bij het
feest, dat morgen en overmorgen, door
de gansche Christenheid, aan alle oorden
der wereld, gevierd wordt, de woorden
herhalen, die voor bijna 1900 jaren in
Efrata's velden weerklonken.
Het zijn schoone woorden, zielbetoove-
rende klankenWoorden door het eene
geslacht onzer vaderen het andere over
gedragen.
Als op den Kerstmorgen, over de vaak
bevrozen velden, van torenklok tot toren
klok de Kerstboodschap: «Vrede op
aarde, in menschen een welbehagen
weerklinkt, dan verruimt ons het hart,
dan verlevendigt ons de moed, dan stem
men ook wij daarmede in en zien in die
Kerstboodschap de voorbode van het
heerlijke en betere, dat komen moet.
De oude Kerstboodschap blijft altijd
nieuw en telkenjare, als zij voor de
Christenheid herhaald wordt, knoopt zich
de hoop, de verwachting en de blijdschap
der menschenkinderen, als bij natuurlijke
aandrift aan haar vastEenig is en
werkt zij, omdat ook eenig was de ver
schijning van Hem, die vrede en welbe
hagen brengen zou in den stikdonkeren
nacht van tweedracht, onkunde en bijge
loof.
Mijne vriendenals morgen heinde en
veer de Kerstboodschap«Vrede op
aarde weerklinkt, zullen we dan den
IJit bet Amerikaanscb.
»Ja," zeide hij, »ik sloeg het af, en deelde
mijn besluit dadelijk aan den heer met de kap
laarzen mede. Ik behoef tl," met een beteeke-
nisvollen blik op mij, »niet te zeggen op welken
toon hij mij vroeg:
«Zal mijnheer dan in persoon zijn excuses
komen maken?"
»Ik heb geen excuses te maken. Zeg den
graafdat ik, als het weer gebeurde, eveneens
zou handelen."
«Met een uitdrukking van verbazing en min
achting antwoordde hij Mijnheer zal wel weten,
wat hem in dat geval te wachten staat, en met
een verachtelijken blik verwijderde hij zich. En
toen ik, kort daarna, naar beneden ging, om te
ontbijten, bemerkte ik aan de onbeschoftheid
van den hotelhouder, en aan het gefluister en
gelach van verscheiden groepjes, die ik passeerde,
hoe onaangenaam sommige gevolgen zouden
wezen. Maar ik ging met de Ruperts aan tafel
zitten, want stellig verwachtte ik, dat ten minste
zij mijn beweegredenen zouden eerbiedigen en
waardeeren. Ik besloot op eens met de deur in
't huis fe vallen.
»Ik heb van morgen een uitdaging van den
graaf ontvangen."
»Ik weet het, mijn waarde John," zeide Mr.
Rupert levendig, terwijl de oogen zijner dochter
op mij gevestigd waren met een trotschen, lief-
de vollen en angstigen blik, zoodat ik byna be
moei! hebben met haar inlestemmen en
nog eens blij en warm te worden om
het hart?
Vrede op aarde? Wat wreede satyre
zal menigeen zeggen. Vrede op aarde
het gelijkt er niet naar! Hoe zou men
geneigd zijn somwijlen met wrevel den
Kerstdag en de Kerstboodschap uit zijn
geheugen te verbannen en het hoofd
moedeloos in den schoot te verbergen.
Want immer s bijna 1900 jaren heeft
die reine Engelenzang weerklonken en
nog is er geen vrede! Wat al stroomen
bloeds hebben sedert gevloeid. Hoe werden
leugen, laster en bedrog vaak straffeloos
geduld. Wat hebben list en geweld dik
wijls den boventoon gevoerd. Hoe zaten
haat en vijandschap veeltijds op den troon
en werd de blanke onschuld belaagd
en vrede op aarde Ook in de
negentiende eeuw?!
Wel wordt thans geen Kerstsneeuw op
de velden bezoedeld door menschenliloi-d
de oorlogsfakkel is, in Europa atihaiis,
wel niet ontstoken, maar toch
Hier nihilisme, gepaard aan dinamiet-
aanslagendaar Socialisme, met omver
werping der bestaande maatschappelijke
orde; ginds het brutaalst uitgesproken
atheïsme met zijne natuurvergoding.
En dan diefstal, inbraak, aan
randing op den openbaren weg aan de
orde van den dag! Wat schril contrast
met de Kerstboodschap Vrede op aarde
Vrede op aarde ook met het oog
op de biutale zelfzucht, het onbeschaamd
durven en een toestand van hebben
heerschen en genietenhet kenmerk van
onzen tijd
Ja, mijne vriendenWe onderschrijven
niettemin, met zwaarder of lichter hart,
de Kerstboodschap
«Vrede op aarde
rouw ging voelen over het besluit, dat ik geno
men had. «Ik zag zijn secondant daareven het
hotel verlaten. Ik ben een oud man, Sir, maal
ais gij mij wilt opdragen om.
Dank u, mijnheer, het is nietnoodig. Ik heb
de uitdaging geweigerd."
«Een tijd lang heerschte er een doodelijke
stilte. Mr. Rupert stiet zijn kop koffie om. Miss
Rupert viel, blijkbaar zeer ontroerd, achter
over in haar stoel, het eene oogenbhk bleek,
en dan weer vuurrood. Eindelijk zeide Mr.
Rupert
«Als gij dit uit scherts zegt, John, zonder
consideratie voor het gevoel mijner dochter,
laat ik dan zoo vrij zijn u te doen opmerken,
dat gij zeer onverstandig handelt. Zij heeft het
bloed der Ruperts in hare aderen, Sir, en hoe
zeer zij u ouk bemint, zij zou u liever dood
dan onteerd zien. Verklaar u dus en vertel ons
alles."
»Ik was eenigzins geërgerd over den trot
schen, strengen toon, waarop de oude man dit
zeide.
«Begrijp mij dan wel, eens voor al. Ik heb
geweigerd dezen man te dooden of om hein
naar mijn leven te laten staan. Ik heb het
altijd verkeerd gevonden, om op die manier een
eind te maken aan een geschil, en ik wil niet
van principe veranderen nu ik zelf in zulk een
geval verkeer. Ik weet, dat ik er veel door ver
liezen kan, maar zelfs dat verlies kan er geen
verandering in brengen."
Terwijl ik sprak zocht ik bij Miss Rupert naar
een blik van sympathie, maar uit haar oogen
sprak slechts ergernis en verachting, en haar
geheele gelaat drukte misnoegen en teleurstel
ling uit. Haar vader sprak het eerst.
«Ik zie, dat gij voorkomen hebt wat ik wilde
zeggen, Mr. Brinton. Wij verschillen blijkbaar
hemelsbreed in sommige opzichten. Het verheugt
De zaak der menschheid en van hare
heerlijke gedaanteverwisseling staat, in
een heilig Godsrijk, niet zoo wanhopend,
als sommigen meenen. Maar... er is
geen vrede zonder strijd. Dus zullen we
strijd voeren tegen de dwaasheid en on
zinnigheden onzer eeuw. Nooit zullen we
het schip overlaten aan de oproerige be
manning.
Onder leiding van den Almachtige zal
uit het booze het goede voortkomen en
daarom zullen we den kamp niet opge
ven. Wij mogen niet. Wij zullen niet.
De strijd tusschen hclit en duisternis
is er, maar ook de voorteeken des
vredes. Dat is de geest van den vrede
vorstdie overwinnen zal!
Velen hebben de Kerstboodschap uit
hnn hart en geheugen verbannen, en zijn
er niet beter, niet gelukiger, niet bemin
nelijker op geworden.
Wij klemmen ons aan liaar vast!
Beginnen wij alvast met vrede in ons
«inveten, vrede in ons huis, vrede met on
zen naaste!
Wij plaatsen ons vol bewondering bij
de kribbe van Bethlehem en stemmen in
met liet hemelsche accoord
«Eere zij God
En vrede op aarde,
In menschen heeft Hij een welbehagen
Na de onlieusche bejegening, die Bis
marck van de oppositie in den Duitschen
Rijksdag ondervond, krijgt bij lalrijke
blijken van sympathie uit alle streken
van het Rijk, zoo veel zelfs, dat hij den
meer en meer gebruikelijken weg van
een advertentie in de krant heeft moe
ten, inslaan om aan allen zijn darik te
betuigen. Verder zal hij, om zich wat te
mij, dat wij elkaar Jntijds verstaan hebben. Er
rest mij alleen nog u te zeggen ik spreek
ook uit naam van mijne dochter dat gij ons
een genoegen zult doen door te vergeten, dat
wij elkaar ooit gekend hebben. De veronder
stelling ligt voor de hand, dat een man, die
zijn eigen eer te grabbel gooit, ook de eer
eener vrouw niet zal verdedigen. Goeden mor
gen, Sir."
Hij stond van tafel op, bood Miss Rupert zijn
arm aan, en vertrok met haar. Maar ik wilde
het zoo niet opgeven, en volgde hen dus na
een oogenblik. In de vestibule, die toevallig
leeg was, haalde ik hen in, en ik legde mijn
hand op haar arm.
«Ik wil uit uw eigen mond hooren, dat gij mij
bedankt, en niet anders."
Zij keerde zich om en zag inij aan, terwijl
het bloed haar naar het hoofd steeg. »Ga door,
vader," zeide zij, »ik volg u dadelijk." Zij kwam
dicht bij mij staan, en zag mij met vlammende
blikken vlak in de oogen.
«Weigert gij dit duel
»Ja."
«Zijt gij een lafaard
«Zie ik daarnaar uit?"
Zij lachtte bitter. «Ik ben niet gewoon met
lafaards om te gaan, maar riu weet ik voor
altijd hoe zij er uitzien. Groote'God! Ik wenschte,
dat ik mij en uzelven gedood had vóór ik het
wist! En gij durft het niet eens bekennenGij
spreekt van principes; «hier lachte zij weer.
En toch hebt gij u verstout mij te beminnen,
en" zij aarzelde, maar ging wanhopig verder
«ja, ik heb t» met geheel mijn ziel bemind
neen, tt niet, maar wat ik meende dat gij waart.
Ik heb medelijden met u, arm schepsel Zij
begon zenuwachtig te gillen, maar wist zich
met groote inspanning te bedwingen. «Ga heen,
en keer niet terug vóór ik om u zend.'' Daarop
verzetten, een reisje maken naar Egypte,
Italië of MaderaFigaro noemde er Pa
rijs ook bij, maar dat klinkt nog al on-
geloofelijk. Niet dat hij daar geen vrien
den zou hebben, integendeel; de te Parijs
woonachtige Duitschers hebben hem het
«gemütliche" aanbod gedaan, om een
tweeden Directeur van Buitenlandsche
Zaken voor hem te bekostigen, tot zoo
lang de Rijksdag goedgevonden heeft de
20.000 Mark salaris toe te staan. Voor
zeker goed gemeend, maar 't is te ver
wachten, dat Bismark het niet zal aanne
men, temeer daar hij, om zijn zin te
hebben, slechts eenige diplomaten als
tijdelijke hulparbeiders in zijn departe
ment behoeft te ontbieden. De Rijks
kanselier zelf zegt in de officieuse Post
dat tegenover het votum van wantrou
wen, hetwelk de meerderheid van den
Rijksdag hem gaf, door het afstemmen
van voor den Staatsdienst onontbeerlijke
middelen, talrijke bewijzen staan van het
vertrouwen, waarmede het Duitsche volk
bereid is de door hem gevolgde buiten
landsche politiek des Keizers te steunen.
In de uiting van de nationale gezindheid,
die in bet volk leeft, vindt hij aanleiding,
om ook bij liet afnemen zijner lichaams
krachten, te volhaiden in den strijd te
gen de partijen, wier onverdraagzaamheid
onder elkander en wier eensgezindheid
tegenover iedere leiding des Staats de
ontwikkeling van het Rijk belemmeren
en de eenheid, die liet volk door groote
offers wist te verkrijgen, in gevaar bren
gen. De Kölnische Zeitung voegt er
bij, dat er, naar aanleiding van het be
sluit in den Rijksdag, ernstig sprake is
geweest van een ontbinding; maar de
Rijkskanselier zelf moet zich daar liet
sterkst tegen verzet hebben, eerstens
omdat het besluit nog niet definitief is,
en ten tweede, omdat de zaak eigenlijk
liet zij mij alleen.
«Uit eigen beweging zult gij mij niet terug
zien koineu." Met deze woorden nam ik afscheid
van haar.
Brinton zag mij aan; de uitdrukking van zijn
gelaat was zeer vreemd, alsof hij een sterke
aandoening trachtte te overmeesteren. En, ik
mort bekennen, zijn verhaal had mij zeer ge-
trollen. Ik was veel belang gaan stellen in Miss
Rupert, vooral ook oindat ik Mrs. Brinton een
groote genegenheid toedroeg. Wat vreemde
wezens zijn wij menschel! toch Maar dat deed
mij tevens weer aan Muggins denken.
«En welken dienst bewees Muggins u?" vroeg
ik. Brinton keek vreemd op; kou hij hein ook
vergeten hebben?
«O ja!" zeide hij, met een geduchten ruk aan
zijn knevel. «Nu komen wij aan hem. Heb ik
u al verteld, dat ik Geneve langs den zelfden
weg verliet, dien ik met de Ruperts had afge
sproken te volgen?"
«Gij hebt in het geheel nog niet gezegd, dat
gij Geneve zoudt verlaten." antwoordde ik.
«O zoo. Nu, natuurlijk moest ik dat. Na al
hetgeen er voorgevallen was kon ik daar niet
langer blijven. Hoe li et kwam, dat ik den zelfden
weg volgde weet ik niet, maar ik denk, dat ik
instinctmatig bij het eenmaal vastgestelde plan
bleef, want mijn gedachten waren te veel met
andere dingen vervuld, om een nieuw plan te
bedenken. Hoe het ook zij, het gebeurde zoo.
Ik zond mijn koffers vooruit, en Muggins en ik
aanvaardden denzelfden middag de reis te voet.
Onze weg leidde door een bekenden bergpas.
Gij weet wel welken ik bedoel, ongeveer vijftien
mijlen van Geneve
Wot dl vervolgd.