BUITENLAND.
Plaatselijke berichten.
heid met de voornaamste dieren, planten
en delfstoffen en meer bepaald met
die, welke in Nederland voorkomen;
b. Bekendheid met den bouw en de ver
richtingen van het menschelijk lichaam;
c. Kennis van de beginselen der na
tuurkunde.
t. De Wiskunde, a. Kennis van de
beginselen der stelkunde tot en met de
vierkants-vergelijkingen, alsmede van de
reken- en meetkundige reeksen en de
logarithmenb. Van de vlakke meet
kunde tot en met de inhoudsberekening
der vlakke figuren c. Vaardigheid in
de oplossing van eenvoudige stel- en
meetkundige vraagstukken.
k. Het handteekenen. a. Bedrevenheid
in het teekenen van eene eenvoudige
vlakversiering naar een plaat, en in het
schetsen daarvan op het bord; b.
Bedrevenheid in het schetsen en schadu
wen van een eenvoudigen groep van
meetkundige lichamenc. Kennis van
de eerste hoofdbeginselen der doorzichl-
kunde.
Een brand, zooals men te Utrecht
nog niet gezien heeft, is Zaterdagavond
omstreeks 7 uren uitgebroken in de meel
fabriek «de Korenschoof," Al spoedig
werd ook de houtzaagmolen van den heer
Jongeneel aangestoken, die even als de
Korenschoof eene prooi der vlammen
werd. Zoo hevig was de brand, dat alle
torens en kerken als bij den dag verlicht
waren en men uren ver, ook te Amers
foort, den brand kon waarnemen.
Des avonds te 10 uren was het gevaar
voor de omliggende gebouwen, door de
hulp van 2 stoomspuiten, 9 bandbrand
spuiten en 7 slangen, geweken, van de
meelfabriek zijn alleen gespaard gebleven
het nieuwe graanpakhuis op den zeedijk
met ruim 200 last tarwe en het bloem-
pakhuis in de Kaatstraat. De houtzaag
molen is geheel vernield en in elkaar ge
vallen, hetgeen een indrukwekkenden
aanblik opleverde. Al het verbrande,
samen eenige tonnen gouds beloopende,
was geassureerd.
Persoonlijke ongelukken waren niette
betreuren, terwijl de oorzaak van den
brand tot nog toe onbekend is.
Te Botterdam heeft men Zalerdag
uit den Diergaarde-Singel het lijkje op
gehaald van een pasgeboren kind, dat
zich in een sigarenkistje bevond.
Aan het Verslag over 1884 van
den Secretaris der Unie, een «School met
den Bijbel" ontleenen wij de volgende
gegevens-.
p Het aantal scholen met den Bijbel
werd in dit jaar met 20 vermeerderd, zoo
dat baar getal 415 bedraagt met 67744
leerlingen.
Voor zoo ver bekend is zijn er nog 8
scholen in aanbouw, nl. te Leerbroek,
Pernis, Rhijnsburg, Haarlem, Utrecht,
Oudwoude, Oostermeer en Delfshaven.
Zij worden vermoedelijk in 1885 geopend.
Volgens berekening vertegenwoordigen
onze 415 scholen met den Bijbel eene
waarde van vier millioen honderd vijftig
duizend gulden, terwijl in het afgeloopen
jaar voor de kosten van het onderhoud
en instandhouding dier scholen een mil
lioen driehonderd vier en vijftig duizend
acht honderd tachtig gulden (berekend
tegen f20 per leerling) behaald werden.
Het aantal locale comité's der Unie,
bedraagt thans 675, omvattende 1630
plaatsen (steden, dorpen, gehuchten en
buurten).
Het aantal georganiseerde locale comite's
bedraagt 96 met 5333 contribueerende
leden.
Ondanks den algemeen gedrukten toe-
stemd klom de Augustus-collecte dit jaar
tot f120420,19'/,, d. i. f3313,99'/, hoo-
ger dan die van het vorige jaar.
De Standaard verklaart de voor
gestelde gewijzigde kiestabel door het
ministerie-Heemskerk en evenzeer do
voorgedragen grondwetsherziening voor
onaannemelijk. Het blad verlangt
Waarheid en draagt het kenmerk van
schijn en logen Scheur het hemelsblauwe
kleed, dat zich boven uw hoofd welft en
ziet wat u wacht, ijdele droomer! Peil
het menschelijk hart, dat naast het uwe
klopt en ween niet over 't geen ge er
vinden zult! Toen de zonde het Paradijs
arglistig binnen sloop, ging Gods schoon
ste, heerlijkste denkbeeld verloren. Aan
het schitterend uitspansel kwamen wol
ken, donkere, dreigende wolken, waaruit
het zielsbedroefd gelaat van den Doodsengel
7icbtbaar werd, die voortaan op hare
zwarte wieken aarde en hemel ging om
zweven. Haar droef geween verkondigde,
dat de ongelijke strijd tusschen het ver
gankelijke een aanvang had genomen en
van dat oogenblik af leerde de mensch
te strijden met Zonde qn Dood, Licht en
Duisternis.
Ofschoon mijn* moeder niet slechts
van mijne genegenheid voor Mauritz Ha-
ze, maar ook van mijne geliefkoosde be
zigheid, het teekenen, afwist, betoonde
zij voor 't een noch 't ander de minste
belangstelling. De aanleg voor teekenen,
die Mauiits Haze spoedig in mij ontdekt
had, en, door de groute verwachtingen
geprikkeld, ontwikkelde, was niet in staat
haar moedertrots te doen ontwaken. In
tegendeel, wanneer ik dit punt ook
slechts even aanroerde en vol trots haar
le Censusverlaging naar een vasten
maatstaf;
2e Tabelwijziging insgelijks naar een
vasten maatstof en
3e Grondwetswijziging, die art. 194
wijzige en voor art. 168 eene toekomstige
schikking zonder nieuwe Igrondswetswij-
ziging althans mogelijk make.
De diepbeklagenswaardige Schippers,
bracht Zaterdag op de Oosterbegraafplaats,
vergezeld van zijn eenig overgebleven
kreupel zoontje, zijne vier kinderen, die
bij den brand te Amsterdam zijn om
gekomen. Een talrijke schare belang
stellenden volgde den treurigen stoet,
't Was een zware gang voor den armen
man. Ds. van Son wees er op, maar
sprak ook woorden van troost en bemoe
diging tot de zoo bedroefde ouders.
De twee andere slachtoffers werden
kort daarop op het kerkhof «de Liefde"
begraven.
Als een bewijs, dat Paschen niet
altijd het vroolijkklinkende sein geeft,
zoo als nu, dat de lente nadert, kan die
nen de volgende advertentie, die in het
Handelsblad van 20 Maart 1845 te lezen
stond:
Den 23en Maart 1845 verkoopt C. Wys
Beste eyeren op het ys.
«Bij goed en droog weer zal er gedu
rende de aanstaande Paaschdagen een
fraaie tent, van buiten met vlaggen en
wimpels, va» binnen met kostbare dra
peries gedecoreerd en goed verwarmd op
den Buiten-Amstel geplaatst worden,
waarin extra beste eijeren (hard of zacht
naar verkiezing) zullen verkocht worden.
Tot herinnering aan dezen zoo merk-
waardigen winter, zal men daar tevens
kunnen bekomen Geschilderde
Paascheijeren, waarop zal getee-
kend staan:
Gekookt op het ijs, den
23en Maart 1845.
Z. M. de Koning heeft aan den
generaal-majoor, waarnemend gouverneur
der residentie, doen mededeelen, dat
Z. M. ten volle goedkeurt, dat de officie
ren, die voornemens waren Woensdag
a. s. te Amsterdam op audiëntie te gaan
in het belang van den dienst van dat
voornemen alzien, daar Z. M. geen stoor
nis in den dienst wil veroorzaken en al-
zoo in dit geval den goeden wil voor de
daad in aanmerking zal nemen.
De suikercrisis heeft het gevolg
gehad, dat men is gaan onderzoeken, in
hoever de thans goedkoope suiker zou
kunnen aangewend worden als een nieuw
en voordeelig voedingsmiddel voor mest-
dieren. In beginsel was, bij de voeding
van mensch en dier, reeds lang uitge
maakt, dat suiker (als koolhydraat) een
uitstekend voedingsmiddel is en dat bijv.
de suikerbiet beter voedsel is dan de ge
wone roode biet. Maar suiker als zóóda
nig te bezigen, daartoe was nog geen
aanleiding tot dusver. Thans echter zijn
vooral in Engeland, Duitschland en Oos
tenrijk proeven genomen met het voede
ren van suiker en van melasse, natuur
lijk de goedkoopste soorten, en wel met het
beste resultaat. En ook op de laatste ten
toonstelling van vet vee te Berlijn was
zoodanige uitkomst reeds gebleken. Velen
zijn van oordeel, dat in de toekomst hierin
een nieuwen weg te vinden zal zijn voor
de suiker-nijverheid.
Een treurig geval is, naar de N.
R. Ct. verneemt, te Katwijk gebeurd.
Het zoontje van zekeren D. V, zou in de
openbare school van den hoofdonderwijzer
B. zoodanig door den hulponderwijzer V.
mishandeld zijn, dat hij eenige dagen
later aan de gevolgen moet zijn overleden.
De zaak is in handen der justitie, en
het lijk is naar Leiden vervoerd, om al
daar gerechtelijk te worden geschouwd.
Men schrijft uit Maastricht: Sedert
eenigen tijd hadden de ambtenaren der
belasting opgemerkt, dat zich bij avond
en nacht verdachte rijtuigen begeleid door
mijn werk toonde, dan plooiden hare
schoone lippen zich tot scherts en lach,
en zij vond er niets in met ronde woor
den te bekennen, dat die onbekende
Maurits Haze wel dwaas en lichtgeloovig
moest zijn, om mij tot een schilder te
willen makenin mij een talent te
willen ontdekken Alleen in Martha
vond ik een dankbare vertrouwde. Goede,
brave, trouwe ziel! Hoe menigmaal stond
zij mij niet met raad en daad terzijde,
wanneer het karig zakgeld te kort schoot,
om de steeds toenemende teekenbehoef
ten te betalen (mijne moeder weigerde
mij eiken steun, toen zij zag, dat ik hard
nekkig bij mijn voornemen bleef, om mij
geheel en al aan het schilderswezen te
wijden) en voor hoe menige teleurstelling
wist zij mij niet te troosten
Mijn vader heb ik nouit gekend en van
hem is mij schier niets bekend. Vroeg ik
Martha naar 't een of ander, dat op hem
betrekking moest gehad hebben, dan
scheen zij zich ernstig op een antwoord
te moeten bezinnen, en dan nog waren
hare woorden ontwijkend en onzeker.
«Vraag er uwe moeder maar nooit
naar! waarschuwde zij altijd. «De her
innering aan uw vader heeft zij geheel
trachten uit te wisschen, daar hij haar
in benarde omstandigheden achterliet, en
het weinig had gescheeld of wij hadden
vreemdelingen, langs de Pruisische gren
zen bewogen. Hoe herhaaldelijk ook deze
rijtuigen, gevisiteerd weiden mocht liet
toch niet gelukken eene vermoedelijke
fraude te ontdekken. Gisterenavond ech
ter was dit wel het geval met een rij
tuig, dat door de ambtenaren te Meersen
en een ander, dat door den controleur
en de ambtenaren te Maastricht werd
aangehouden. In beide vond men zeer
kunstig aangebracht een geheime berg
plaats in de kap, waarin zich eene groote
hoeveelheid spiritus bevond. Paarden en
rijtuigen zijn in beslag genomen. De twee
geleiders zijn aangehouden en naar het
huis van arrest alhier overgebracht.
Aan het jaarverslag over 1884 der
Lucasstichting le Doetinchem, ten doel
hebbende de opleiding van christelijke
geneesheeren, ontleenen wij het volgende:
In de inrichting zijn 21 kweekelingen
geplaatst. Zij heeft thans een eigen ge
bouw. Een der kweekelingen is reeds
geplaatst aan de Amsterdamschie Uni
versiteit. Deze Universiteit is voorloopig
ook aangewezen voor het studeeren van
andere kweekelingen. Over het afgeloopen
boekjaar hebben de ontvangsten bedra
gen f5756,62/3 en de uitgaven f4837,19 A,
batig saldo f919,43.
De commissie, die het zeventig
jarig bestaan der Willemsorde, ook door
leden dier orde beneden den rang van
officier, feestelijk wil herdenken, heelt
aan de verschillende spoorwegbesturen
verzocht, retourkaarten beschikbaar te
stellen naar Den Haag, van 30 April tot
en met 2 Mei, tegen betaling van één
enkele reis voor de deelnemers. Het be
stuur van den Hollandschen Spoorweg,
van de Staatsspoorwegen en het Cen-
traal-Spoor zullen op verschillende wij
zen aan dat verzoek gehoor geven en
de reis naar de residentie voor de feest
vierenden minder kostbaar maken. Het
bestuur der Rijnspoorwegmaatschappij
heeft nog geen antwoord gezonden.
Over het antwoord, dat Rusland
heeft ingezonden op Engelands nota, en
dat aldaar aangekomen is, hangt voorals
nog de sluier van geheimzinnigheid. Over
den inhoud er van zal eerst eene kabi
netsraad gehouden worden. Met spanning
ziet men den uitslag hiervan tegemoet,
ook al gelooft men aan eene vreedzame
oplossing.
Men gelooft aan eene vreedzame op
lossing, omdat men die hoopt. Ondertus-
schen zal die niet verkregen worden,
tenzij beide mogendheden wat toegeven.
Indien de inhoud van Ruslands antwoord
van dien aard is, dat het er in toestemt,
dat eene grenscomrnissie benoemd wordt,
om de grenzen te regelen, maar daarbij
uitbreiding zijner grenzen naar het Zui
den, als voorwaarde bedingt, dan zal
Engeland achter dien eisch vooraf nog
wel eens een groot vraagteeken plaatsen;
want juist dit verlangt het niet ter
meerdere veiligheid zijner bezittingen in
Achter-Indië.
De verwachting kan evenwel gekoesterd
worden, dat Engeland al het mogelijke
zal doen, om een oorlog, dien het niet
kan en mag voeren met Rusland, al
heeft het ook nog zooveel schijnvertoo-
ning gemaakt, te voorkomen.
Wat Engelands krijgsoperatiën in
Egypte betreft, kunnen we mededeelen,
dat zijne troepen onder Graham naar
Tamai zijn opgerukt, het eerst hebben
bezet en daarna in brand gestoken. Dit
verbranden van een leemen dorp even
wel heeft al zeer weinig van een wapen
feit. 't Is dan ook begrijpelijk, dat de
vijand hierbij weinig of geen tegenstand
bood, waardoor de Engelschen dan ook
slechts een verlies leden van één doode
en zes gewonden.
Het hoofd van de Fransche republiek
beeft, nu een tweede poging, door hem
bij Freycinet gedaan, om ministers te
deze woning moeten verlaten, en daar
bij Martha kuste mij dan harte
lijk en 't kwam mij zelfs voor, dat hare
oude oogen vochtig werden. «Zie je,
Sammy, je bent ook nog veel te jong,
om te weten wat er al niet te koop is
in de wereld. Soms is 't niet veel moois,
mijn jongen I"
Hoe dringender ook later mijne onder
zoekingen waren, boe ik ook bleef vol
houden, Martha liet zich niets anders
ontvallen, en scheen een eed te hebben
afgelegd, om mij nooit iets van mijn va
der mede tedeelen. Waarom, waarom, met
welk recht? Want dat er iets in vei band
tot mijn vader bestond, dat ik niet weten
mocht, hiervan was ik overtuigd, maar
waarom moest Martha het werktuig mij
ner moeder zijn? Waarom liet zij zich
gebruiken om argwaan en wantrouwen
in een kinderhart op te wekken? Helaas,
misschien wist zij niet wat zij deed
Ik bleef dus, zooals gezegd, aan mijne
teekenstudie getrouw en Maurits Haze
moedigde mij, door verrassende uitkom
sten verleid, meer en meer aan. Intus-
schen was ik mijn 16e levensjaar inge
treden en viel er in ons huis eene, voor
mij hoogst belangrijke gebeurtenis voor,
namelijk de komst van oom Eduard uit
Indië.
Ik had hem nooit te voren gezien en
krijgen, ook mislukt is, de heeren Con-
stnns en Devès geraadpleegd over de
samenstelling van een Cabinet d'affaires.
Devés heeft geweigerd hieraan mede te
werken en nu zal Constans alleen zijn
best doen.
Latere berichten uit Frankrijk houden
in, dat het eindelijk zekeren heer de
Brisson gelukt is een ministerie samen
te stellen, met den heer Allain Targé
als minister van Binnenlandsche Zaken
en den heer Freijcinet voor het Buiten
land. Het nieuwe kabinet zal heden met
zijn programma in de Kamers optreden.
Wat het antwoord van Rusland op
Engelands nota betreft, kon medegedeeld
worden, dat dit wel niet in een uitda-
genden toon gesteld is, maar Engeland
toch ook niet bevredigt.
Ondertusschen laat het ruimte genoeg
tot verdere onderhandelingen.
De grootste man van zijn tijd, Prins
von Bismarck, ondervond op zijn 70sten
verjaardag de grootste belangstelling.
Niet alleen ontving hij van heinde en
veer (ook uit Nederland) niet minder dan
6000 telegrammen van gelukwensching,
maar ook een door den Keizer eigenhan
dig geschreven brief, dien de grijze Mo
narch verlangt, dat voor de nakomeling
schap bewaard blijft, en waarin hij om
schrijft, wat de Keizer en zijn Huis voor
den Kanselier hebben gevoeld.
Nu de dreigende wolk, een oorlog
met Rusland begint af te drijven, wor
den de bladen in Engeland weder stout
moediger. Zoo schrijven sommigen het
niet doortasten van Rusland toe aan den
aandrang der Russische militaire autori
teiten, die verklaarden dat een oorlog
hoogst ongeraden was, omdat men vol
strekt niet gereed was. Indien dit waar
is, dan kan men zich toch voorbereiden,
dat binnen korter of langer tijd de twist
over de Afghaansche grenzen met het
zwaard zal beslecht worden.
Het samenstellen van een nieuw
ministerie is den heer Freycinet niet ge
lukt. De vele bezwaren, hem in den weg
gelegd, heeft hij niet kunnen overkomen.
Ook de heer Brisson, President der Ka
mer, heeft geweigerd zich aan het hoofd
van een Ministerie te stellen.
Uit Egypte luiden de berichten
niet ongunstig. Er loopt een gerucht, dat
Osman Digna, na de zware verliezen
welke hij leed, er over denkt vrede te
sluiten. Hij schijnt zijn leger op het
oogenblik een weinig te hebben laten
terugtrekken. De Engelschen merken in
de laatste dagen ten minste niets van
den vijand. Het leger rukt langzaam
voorwaarts.
Ook de Mahdi schijnt niet op rozen
te rusten. Een groot gedeelte van zijn
leger verloopt en bovendien heeft zich
een tegen-Mahdi opgeworpen die reeds
vele volgers heeft.
Terwijl de Turksche minister van
financiën Maandag op zijn bureau rustig
zat te werken, stormden plotseling eenige
woedende vrouwspersonen binnen, die de
wachters aan de poort onderstboven ge-
loopen hadden. Zij eischten vail Z. Exc.
het achterstallige loon hunner mannen.
De ontsteltenis van den Minister was
niet gering, want de dreigende megaera's
werden weldra door anderen gevolgd,
zoodat in eenige minuten het vertrek
gevuld was met vrouwen, die een vree-
selijkjumoer maakten. Een sterke afdee-
ling politie was wel spoedig genoeg
toegeschoten, doch moest na vergeefsche
moeite om de vrouwen te bewegen het
hotel te verlaten, het terrein aan de
amazonen overlaten. Na aan de vrouwen
allerlei mooie beloften gedaan te hebben,
slaagde de Minister er eindelijk in, een
der ramen te bereiken en daaruit te
ontvluchten.
Frankrijk en China, de twee mach
tige staten, verkeeren thans in eene
omstandigheid, die zich in de wereldge
was zelfs geheel onbewust van zijn be
staan. Oom Eduard?... Neen, ik herin
ner mij niet dien naam ooit van mijne
moeder of van Martha vernomen te heb
ben. En toch was ik zijn neef en hij
mijn oom ten minste zoo luidde de
kennisgeving of liever de voorstelling,
want eerst toen hij voor mij stond, ver
nam ik van de betrekking, die tusschen
ons bestond. Het eenigszins geel verbrand
uiterlijk, de groote forsche gestalte, die
diepe fluweelachtige stem, dat alles
maakte een hoogst aangenamen indruk
op mij, en met innig genoegen stak ik
den onbekenden, beminnelijken oorn beide
handen toe. 0 ja mijn argeloos, geen
kwaad vermoedend hart, was hem dank
baar, dat hij onvoorwaardelijk zijn intrek
bij ons wilde nemendat zou in ons on
gezellig onhuiselijk leven een goede ver
andering brengen, dacht ik, en in den
persoon van oom Eduard zag ik reeds
mijne grootste vragen beantwoord. Waar
naar ik Maurits Haze niet had durven
vragen, de geschiedenis mijns vaders zou
ik toch zonder aarzelen aan oom Eduard
durven doen, ik verheugde mij reeds in
het vooruitzicht, dat hij mijn talent zou
aanmoedigen, en Maurits Haze zou lief
hebben en hoeveel meer andere plan
nen en verwachtingen ontwaakten al niet
in mijn gemoed Maar vreemd, toen ik
schiedenis nog niet voordeed. Terwijl
zij beiden, gedurende eenigen tijd, een
bloedigen oorlog voerden, wil China, dat
laatstelijk overwinnaar was, vrede slui
ten. Daarvan kan provisioneel echter
niets komen, omdat in Frankrijk nie
mand daartoe bevoegd is, wijl het zon
der ministerie is.
De Liberté geeft de volgende be
schrijving van de opgewondenheid te Pa
rijs, na het bekend worden van de ne
derlagen te Tonkin.
«Sedert het Plebiscite en de eerste
woelingen, welke den val van het Keizer
rijk voorafgingen, hebben de Parijzenaars
zich niet met zooveel ijver om de dag
blad-kiosken verdrongen. Men rukte
elkander letterlijk de bladen uit de han
den, en velen, die geen courant konden
koopen, schaarden zich rondom een of
ander welwillend heer, om hem het
nieuws te hooren voorlezen. Sommige
bladen werden voor fr. 1.50 per nummer
verkocht.
Iets dergelijks heeft zich niet voorge
daan sedert 1855 toen, bij het valsche
bericht van de inneming van Malakolf,
de couranten er waren er toen wel
is waar minder dan nu met 6 francs
per nummer betaald werden."
Volapük bestaat eerst vier jaar en
reeds is er weder eene nieuwe wereld
taal uitgevonden. In tegenstelling met
Schleyer, wil Steiner geen nieuw* taal
bij de bestaande voegen, maar eene we
reldtaal, geschoeid op de taaieigens der
meest gesproken levende talen.
De Gemein- oder Weltsprache zal men
uit grammatica en woordenboek in twaalf
uren gemakkelijk kunnen leeren!
Aan de Amerikaansche Ingenieurs
komt de twijfelachtige eer toe, dezer da
gen granaten uitgevonden te hebben, die
gevuld zijn met dynamiet in plaats van
met kruit. Wist men vroeger niet, hoe
het dynamiet bestand te maken tegen
den geweldigen schok, welke het bij het
schieten ondervindt, deze Amerikanen
wisten dit bezwaar wel te overkomen.
Zij hebben met dit vernieliDgstuig reeds
proeven genomen met goed gevolg en
vermoedelijk zal het niet lang duren of
de verschrikkingen van den oorlog wor
den met deze dynamiet-granaten nog
vermeerderd.
De te Londen ontvangen telegram
men uit Rawil-Pindi melden dat de on
derkoning van Britsch-Indie en de Emir
van Afghanistan eiken dag samenkomen.
Men gelooft dat, tengevolge van hetgeen
reeds door hen is afgesproken, het Britsch-
Iridische korps van 1800Ó man, thans te
Rawul-Pindi geposteerd, Guettah, op den
weg naar Candahar bezetten zal. Vele
inlandsche hoofden, in de vorstendom
men Punjaub, Rajputana, Chachemire,
Hyderabad en Nepaul beloven aan den
onderkoning en den Emir militaire hulp,
ingeval van een oorlog met Rusland.
Te Londen in den heden gehou
den kabinetsraad werd beraadslaagd
over de Egyptische aangelegenheden en
over het antwoord van Rusland op de
nota van lord Granville, in zake de Af
ghaansche quaestie. Nadat de kabinets
raad twee uren had geduurd, verwijderde
lord Granville zich en had hij een lang
durig onderhoud met den Russischen
ambassadeur. Lord Granville keerde ver
volgens naar den kabinetsraad terug,
welke toen nog een halfuur zijne beraad
slagingen hervatte. Daarna had lord
Granville een nieuw onderhoud met den
heer De Staal.
In de zitting van den Gemeente
raad, die Donderdag j.l. gehouden werd
en zeer kort duurde werden de wijzigin
gen door B. en W. voorgesteld in de
verordening op het bouwen, naar aan-
aan Martha mijn hart uitstortte, trok
haar bekommerd, eenigszins bedroefd ge
laat mijn aandacht, en, daar die bedrukt
heid niet met het vroolijk gezelschap van
oom overeenstemde, verweet ik haar
die sombere stemming.
«Och, let maar niet op mij, Sammy,
onze Dirkklonk het ontwijkend.
Toen zweeg zij. Maar meer behoefde zij
ook niet te zeggen, want ik begreep
reeds de oorzaak. Dirk, haar jongste,
een '16-jarige schelm en grappenmakker,
meer was hij niet, veroorzaakte de ouders
veel zorg. Zeker was er weder de eene
of andere onaangenaamheid tusschen va
der en zoon voorgevallen, want Dirk was,
niettegenstaande al zijne guitenstreken,
toch moeders's Benjamin.
«Gaat 't niet? vroeg ik zacht.
Zij schudde langzaam het grijze hoofd.
Ik klopte haar toen geruststellend op den
schouder.
«Heeft hij dari weer schulden gemaakt?"
vervolgde ik, haar vertrouwelijk in de
oogen ziende Elf gulden, zeg je
Weet je, Martha, Maurits Hare beweerde
gisteren, dat mijn laatste teekening, je
weet wel, dat groepje dorpskinderen voor
een kerk spelende, geld waard was ja
reken er gerust op, hoor! maar vertel 'taan
niemand, en gesteld eens, dat ik er minder
dan elf gulden voor kreeg dan..."
Wordt vervolgd).