BUITENLAND. Plaatselijke berichten. heid met de voornaamste dieren, planten en delfstoffen en meer bepaald met die, welke in Nederland voorkomen; b. Bekendheid met den bouw en de ver richtingen van het menschelijk lichaam; c. Kennis van de beginselen der na tuurkunde. t. De Wiskunde, a. Kennis van de beginselen der stelkunde tot en met de vierkants-vergelijkingen, alsmede van de reken- en meetkundige reeksen en de logarithmenb. Van de vlakke meet kunde tot en met de inhoudsberekening der vlakke figuren c. Vaardigheid in de oplossing van eenvoudige stel- en meetkundige vraagstukken. k. Het handteekenen. a. Bedrevenheid in het teekenen van eene eenvoudige vlakversiering naar een plaat, en in het schetsen daarvan op het bord; b. Bedrevenheid in het schetsen en schadu wen van een eenvoudigen groep van meetkundige lichamenc. Kennis van de eerste hoofdbeginselen der doorzichl- kunde. Een brand, zooals men te Utrecht nog niet gezien heeft, is Zaterdagavond omstreeks 7 uren uitgebroken in de meel fabriek «de Korenschoof," Al spoedig werd ook de houtzaagmolen van den heer Jongeneel aangestoken, die even als de Korenschoof eene prooi der vlammen werd. Zoo hevig was de brand, dat alle torens en kerken als bij den dag verlicht waren en men uren ver, ook te Amers foort, den brand kon waarnemen. Des avonds te 10 uren was het gevaar voor de omliggende gebouwen, door de hulp van 2 stoomspuiten, 9 bandbrand spuiten en 7 slangen, geweken, van de meelfabriek zijn alleen gespaard gebleven het nieuwe graanpakhuis op den zeedijk met ruim 200 last tarwe en het bloem- pakhuis in de Kaatstraat. De houtzaag molen is geheel vernield en in elkaar ge vallen, hetgeen een indrukwekkenden aanblik opleverde. Al het verbrande, samen eenige tonnen gouds beloopende, was geassureerd. Persoonlijke ongelukken waren niette betreuren, terwijl de oorzaak van den brand tot nog toe onbekend is. Te Botterdam heeft men Zalerdag uit den Diergaarde-Singel het lijkje op gehaald van een pasgeboren kind, dat zich in een sigarenkistje bevond. Aan het Verslag over 1884 van den Secretaris der Unie, een «School met den Bijbel" ontleenen wij de volgende gegevens-. p Het aantal scholen met den Bijbel werd in dit jaar met 20 vermeerderd, zoo dat baar getal 415 bedraagt met 67744 leerlingen. Voor zoo ver bekend is zijn er nog 8 scholen in aanbouw, nl. te Leerbroek, Pernis, Rhijnsburg, Haarlem, Utrecht, Oudwoude, Oostermeer en Delfshaven. Zij worden vermoedelijk in 1885 geopend. Volgens berekening vertegenwoordigen onze 415 scholen met den Bijbel eene waarde van vier millioen honderd vijftig duizend gulden, terwijl in het afgeloopen jaar voor de kosten van het onderhoud en instandhouding dier scholen een mil lioen driehonderd vier en vijftig duizend acht honderd tachtig gulden (berekend tegen f20 per leerling) behaald werden. Het aantal locale comité's der Unie, bedraagt thans 675, omvattende 1630 plaatsen (steden, dorpen, gehuchten en buurten). Het aantal georganiseerde locale comite's bedraagt 96 met 5333 contribueerende leden. Ondanks den algemeen gedrukten toe- stemd klom de Augustus-collecte dit jaar tot f120420,19'/,, d. i. f3313,99'/, hoo- ger dan die van het vorige jaar. De Standaard verklaart de voor gestelde gewijzigde kiestabel door het ministerie-Heemskerk en evenzeer do voorgedragen grondwetsherziening voor onaannemelijk. Het blad verlangt Waarheid en draagt het kenmerk van schijn en logen Scheur het hemelsblauwe kleed, dat zich boven uw hoofd welft en ziet wat u wacht, ijdele droomer! Peil het menschelijk hart, dat naast het uwe klopt en ween niet over 't geen ge er vinden zult! Toen de zonde het Paradijs arglistig binnen sloop, ging Gods schoon ste, heerlijkste denkbeeld verloren. Aan het schitterend uitspansel kwamen wol ken, donkere, dreigende wolken, waaruit het zielsbedroefd gelaat van den Doodsengel 7icbtbaar werd, die voortaan op hare zwarte wieken aarde en hemel ging om zweven. Haar droef geween verkondigde, dat de ongelijke strijd tusschen het ver gankelijke een aanvang had genomen en van dat oogenblik af leerde de mensch te strijden met Zonde qn Dood, Licht en Duisternis. Ofschoon mijn* moeder niet slechts van mijne genegenheid voor Mauritz Ha- ze, maar ook van mijne geliefkoosde be zigheid, het teekenen, afwist, betoonde zij voor 't een noch 't ander de minste belangstelling. De aanleg voor teekenen, die Mauiits Haze spoedig in mij ontdekt had, en, door de groute verwachtingen geprikkeld, ontwikkelde, was niet in staat haar moedertrots te doen ontwaken. In tegendeel, wanneer ik dit punt ook slechts even aanroerde en vol trots haar le Censusverlaging naar een vasten maatstaf; 2e Tabelwijziging insgelijks naar een vasten maatstof en 3e Grondwetswijziging, die art. 194 wijzige en voor art. 168 eene toekomstige schikking zonder nieuwe Igrondswetswij- ziging althans mogelijk make. De diepbeklagenswaardige Schippers, bracht Zaterdag op de Oosterbegraafplaats, vergezeld van zijn eenig overgebleven kreupel zoontje, zijne vier kinderen, die bij den brand te Amsterdam zijn om gekomen. Een talrijke schare belang stellenden volgde den treurigen stoet, 't Was een zware gang voor den armen man. Ds. van Son wees er op, maar sprak ook woorden van troost en bemoe diging tot de zoo bedroefde ouders. De twee andere slachtoffers werden kort daarop op het kerkhof «de Liefde" begraven. Als een bewijs, dat Paschen niet altijd het vroolijkklinkende sein geeft, zoo als nu, dat de lente nadert, kan die nen de volgende advertentie, die in het Handelsblad van 20 Maart 1845 te lezen stond: Den 23en Maart 1845 verkoopt C. Wys Beste eyeren op het ys. «Bij goed en droog weer zal er gedu rende de aanstaande Paaschdagen een fraaie tent, van buiten met vlaggen en wimpels, va» binnen met kostbare dra peries gedecoreerd en goed verwarmd op den Buiten-Amstel geplaatst worden, waarin extra beste eijeren (hard of zacht naar verkiezing) zullen verkocht worden. Tot herinnering aan dezen zoo merk- waardigen winter, zal men daar tevens kunnen bekomen Geschilderde Paascheijeren, waarop zal getee- kend staan: Gekookt op het ijs, den 23en Maart 1845. Z. M. de Koning heeft aan den generaal-majoor, waarnemend gouverneur der residentie, doen mededeelen, dat Z. M. ten volle goedkeurt, dat de officie ren, die voornemens waren Woensdag a. s. te Amsterdam op audiëntie te gaan in het belang van den dienst van dat voornemen alzien, daar Z. M. geen stoor nis in den dienst wil veroorzaken en al- zoo in dit geval den goeden wil voor de daad in aanmerking zal nemen. De suikercrisis heeft het gevolg gehad, dat men is gaan onderzoeken, in hoever de thans goedkoope suiker zou kunnen aangewend worden als een nieuw en voordeelig voedingsmiddel voor mest- dieren. In beginsel was, bij de voeding van mensch en dier, reeds lang uitge maakt, dat suiker (als koolhydraat) een uitstekend voedingsmiddel is en dat bijv. de suikerbiet beter voedsel is dan de ge wone roode biet. Maar suiker als zóóda nig te bezigen, daartoe was nog geen aanleiding tot dusver. Thans echter zijn vooral in Engeland, Duitschland en Oos tenrijk proeven genomen met het voede ren van suiker en van melasse, natuur lijk de goedkoopste soorten, en wel met het beste resultaat. En ook op de laatste ten toonstelling van vet vee te Berlijn was zoodanige uitkomst reeds gebleken. Velen zijn van oordeel, dat in de toekomst hierin een nieuwen weg te vinden zal zijn voor de suiker-nijverheid. Een treurig geval is, naar de N. R. Ct. verneemt, te Katwijk gebeurd. Het zoontje van zekeren D. V, zou in de openbare school van den hoofdonderwijzer B. zoodanig door den hulponderwijzer V. mishandeld zijn, dat hij eenige dagen later aan de gevolgen moet zijn overleden. De zaak is in handen der justitie, en het lijk is naar Leiden vervoerd, om al daar gerechtelijk te worden geschouwd. Men schrijft uit Maastricht: Sedert eenigen tijd hadden de ambtenaren der belasting opgemerkt, dat zich bij avond en nacht verdachte rijtuigen begeleid door mijn werk toonde, dan plooiden hare schoone lippen zich tot scherts en lach, en zij vond er niets in met ronde woor den te bekennen, dat die onbekende Maurits Haze wel dwaas en lichtgeloovig moest zijn, om mij tot een schilder te willen makenin mij een talent te willen ontdekken Alleen in Martha vond ik een dankbare vertrouwde. Goede, brave, trouwe ziel! Hoe menigmaal stond zij mij niet met raad en daad terzijde, wanneer het karig zakgeld te kort schoot, om de steeds toenemende teekenbehoef ten te betalen (mijne moeder weigerde mij eiken steun, toen zij zag, dat ik hard nekkig bij mijn voornemen bleef, om mij geheel en al aan het schilderswezen te wijden) en voor hoe menige teleurstelling wist zij mij niet te troosten Mijn vader heb ik nouit gekend en van hem is mij schier niets bekend. Vroeg ik Martha naar 't een of ander, dat op hem betrekking moest gehad hebben, dan scheen zij zich ernstig op een antwoord te moeten bezinnen, en dan nog waren hare woorden ontwijkend en onzeker. «Vraag er uwe moeder maar nooit naar! waarschuwde zij altijd. «De her innering aan uw vader heeft zij geheel trachten uit te wisschen, daar hij haar in benarde omstandigheden achterliet, en het weinig had gescheeld of wij hadden vreemdelingen, langs de Pruisische gren zen bewogen. Hoe herhaaldelijk ook deze rijtuigen, gevisiteerd weiden mocht liet toch niet gelukken eene vermoedelijke fraude te ontdekken. Gisterenavond ech ter was dit wel het geval met een rij tuig, dat door de ambtenaren te Meersen en een ander, dat door den controleur en de ambtenaren te Maastricht werd aangehouden. In beide vond men zeer kunstig aangebracht een geheime berg plaats in de kap, waarin zich eene groote hoeveelheid spiritus bevond. Paarden en rijtuigen zijn in beslag genomen. De twee geleiders zijn aangehouden en naar het huis van arrest alhier overgebracht. Aan het jaarverslag over 1884 der Lucasstichting le Doetinchem, ten doel hebbende de opleiding van christelijke geneesheeren, ontleenen wij het volgende: In de inrichting zijn 21 kweekelingen geplaatst. Zij heeft thans een eigen ge bouw. Een der kweekelingen is reeds geplaatst aan de Amsterdamschie Uni versiteit. Deze Universiteit is voorloopig ook aangewezen voor het studeeren van andere kweekelingen. Over het afgeloopen boekjaar hebben de ontvangsten bedra gen f5756,62/3 en de uitgaven f4837,19 A, batig saldo f919,43. De commissie, die het zeventig jarig bestaan der Willemsorde, ook door leden dier orde beneden den rang van officier, feestelijk wil herdenken, heelt aan de verschillende spoorwegbesturen verzocht, retourkaarten beschikbaar te stellen naar Den Haag, van 30 April tot en met 2 Mei, tegen betaling van één enkele reis voor de deelnemers. Het be stuur van den Hollandschen Spoorweg, van de Staatsspoorwegen en het Cen- traal-Spoor zullen op verschillende wij zen aan dat verzoek gehoor geven en de reis naar de residentie voor de feest vierenden minder kostbaar maken. Het bestuur der Rijnspoorwegmaatschappij heeft nog geen antwoord gezonden. Over het antwoord, dat Rusland heeft ingezonden op Engelands nota, en dat aldaar aangekomen is, hangt voorals nog de sluier van geheimzinnigheid. Over den inhoud er van zal eerst eene kabi netsraad gehouden worden. Met spanning ziet men den uitslag hiervan tegemoet, ook al gelooft men aan eene vreedzame oplossing. Men gelooft aan eene vreedzame op lossing, omdat men die hoopt. Ondertus- schen zal die niet verkregen worden, tenzij beide mogendheden wat toegeven. Indien de inhoud van Ruslands antwoord van dien aard is, dat het er in toestemt, dat eene grenscomrnissie benoemd wordt, om de grenzen te regelen, maar daarbij uitbreiding zijner grenzen naar het Zui den, als voorwaarde bedingt, dan zal Engeland achter dien eisch vooraf nog wel eens een groot vraagteeken plaatsen; want juist dit verlangt het niet ter meerdere veiligheid zijner bezittingen in Achter-Indië. De verwachting kan evenwel gekoesterd worden, dat Engeland al het mogelijke zal doen, om een oorlog, dien het niet kan en mag voeren met Rusland, al heeft het ook nog zooveel schijnvertoo- ning gemaakt, te voorkomen. Wat Engelands krijgsoperatiën in Egypte betreft, kunnen we mededeelen, dat zijne troepen onder Graham naar Tamai zijn opgerukt, het eerst hebben bezet en daarna in brand gestoken. Dit verbranden van een leemen dorp even wel heeft al zeer weinig van een wapen feit. 't Is dan ook begrijpelijk, dat de vijand hierbij weinig of geen tegenstand bood, waardoor de Engelschen dan ook slechts een verlies leden van één doode en zes gewonden. Het hoofd van de Fransche republiek beeft, nu een tweede poging, door hem bij Freycinet gedaan, om ministers te deze woning moeten verlaten, en daar bij Martha kuste mij dan harte lijk en 't kwam mij zelfs voor, dat hare oude oogen vochtig werden. «Zie je, Sammy, je bent ook nog veel te jong, om te weten wat er al niet te koop is in de wereld. Soms is 't niet veel moois, mijn jongen I" Hoe dringender ook later mijne onder zoekingen waren, boe ik ook bleef vol houden, Martha liet zich niets anders ontvallen, en scheen een eed te hebben afgelegd, om mij nooit iets van mijn va der mede tedeelen. Waarom, waarom, met welk recht? Want dat er iets in vei band tot mijn vader bestond, dat ik niet weten mocht, hiervan was ik overtuigd, maar waarom moest Martha het werktuig mij ner moeder zijn? Waarom liet zij zich gebruiken om argwaan en wantrouwen in een kinderhart op te wekken? Helaas, misschien wist zij niet wat zij deed Ik bleef dus, zooals gezegd, aan mijne teekenstudie getrouw en Maurits Haze moedigde mij, door verrassende uitkom sten verleid, meer en meer aan. Intus- schen was ik mijn 16e levensjaar inge treden en viel er in ons huis eene, voor mij hoogst belangrijke gebeurtenis voor, namelijk de komst van oom Eduard uit Indië. Ik had hem nooit te voren gezien en krijgen, ook mislukt is, de heeren Con- stnns en Devès geraadpleegd over de samenstelling van een Cabinet d'affaires. Devés heeft geweigerd hieraan mede te werken en nu zal Constans alleen zijn best doen. Latere berichten uit Frankrijk houden in, dat het eindelijk zekeren heer de Brisson gelukt is een ministerie samen te stellen, met den heer Allain Targé als minister van Binnenlandsche Zaken en den heer Freijcinet voor het Buiten land. Het nieuwe kabinet zal heden met zijn programma in de Kamers optreden. Wat het antwoord van Rusland op Engelands nota betreft, kon medegedeeld worden, dat dit wel niet in een uitda- genden toon gesteld is, maar Engeland toch ook niet bevredigt. Ondertusschen laat het ruimte genoeg tot verdere onderhandelingen. De grootste man van zijn tijd, Prins von Bismarck, ondervond op zijn 70sten verjaardag de grootste belangstelling. Niet alleen ontving hij van heinde en veer (ook uit Nederland) niet minder dan 6000 telegrammen van gelukwensching, maar ook een door den Keizer eigenhan dig geschreven brief, dien de grijze Mo narch verlangt, dat voor de nakomeling schap bewaard blijft, en waarin hij om schrijft, wat de Keizer en zijn Huis voor den Kanselier hebben gevoeld. Nu de dreigende wolk, een oorlog met Rusland begint af te drijven, wor den de bladen in Engeland weder stout moediger. Zoo schrijven sommigen het niet doortasten van Rusland toe aan den aandrang der Russische militaire autori teiten, die verklaarden dat een oorlog hoogst ongeraden was, omdat men vol strekt niet gereed was. Indien dit waar is, dan kan men zich toch voorbereiden, dat binnen korter of langer tijd de twist over de Afghaansche grenzen met het zwaard zal beslecht worden. Het samenstellen van een nieuw ministerie is den heer Freycinet niet ge lukt. De vele bezwaren, hem in den weg gelegd, heeft hij niet kunnen overkomen. Ook de heer Brisson, President der Ka mer, heeft geweigerd zich aan het hoofd van een Ministerie te stellen. Uit Egypte luiden de berichten niet ongunstig. Er loopt een gerucht, dat Osman Digna, na de zware verliezen welke hij leed, er over denkt vrede te sluiten. Hij schijnt zijn leger op het oogenblik een weinig te hebben laten terugtrekken. De Engelschen merken in de laatste dagen ten minste niets van den vijand. Het leger rukt langzaam voorwaarts. Ook de Mahdi schijnt niet op rozen te rusten. Een groot gedeelte van zijn leger verloopt en bovendien heeft zich een tegen-Mahdi opgeworpen die reeds vele volgers heeft. Terwijl de Turksche minister van financiën Maandag op zijn bureau rustig zat te werken, stormden plotseling eenige woedende vrouwspersonen binnen, die de wachters aan de poort onderstboven ge- loopen hadden. Zij eischten vail Z. Exc. het achterstallige loon hunner mannen. De ontsteltenis van den Minister was niet gering, want de dreigende megaera's werden weldra door anderen gevolgd, zoodat in eenige minuten het vertrek gevuld was met vrouwen, die een vree- selijkjumoer maakten. Een sterke afdee- ling politie was wel spoedig genoeg toegeschoten, doch moest na vergeefsche moeite om de vrouwen te bewegen het hotel te verlaten, het terrein aan de amazonen overlaten. Na aan de vrouwen allerlei mooie beloften gedaan te hebben, slaagde de Minister er eindelijk in, een der ramen te bereiken en daaruit te ontvluchten. Frankrijk en China, de twee mach tige staten, verkeeren thans in eene omstandigheid, die zich in de wereldge was zelfs geheel onbewust van zijn be staan. Oom Eduard?... Neen, ik herin ner mij niet dien naam ooit van mijne moeder of van Martha vernomen te heb ben. En toch was ik zijn neef en hij mijn oom ten minste zoo luidde de kennisgeving of liever de voorstelling, want eerst toen hij voor mij stond, ver nam ik van de betrekking, die tusschen ons bestond. Het eenigszins geel verbrand uiterlijk, de groote forsche gestalte, die diepe fluweelachtige stem, dat alles maakte een hoogst aangenamen indruk op mij, en met innig genoegen stak ik den onbekenden, beminnelijken oorn beide handen toe. 0 ja mijn argeloos, geen kwaad vermoedend hart, was hem dank baar, dat hij onvoorwaardelijk zijn intrek bij ons wilde nemendat zou in ons on gezellig onhuiselijk leven een goede ver andering brengen, dacht ik, en in den persoon van oom Eduard zag ik reeds mijne grootste vragen beantwoord. Waar naar ik Maurits Haze niet had durven vragen, de geschiedenis mijns vaders zou ik toch zonder aarzelen aan oom Eduard durven doen, ik verheugde mij reeds in het vooruitzicht, dat hij mijn talent zou aanmoedigen, en Maurits Haze zou lief hebben en hoeveel meer andere plan nen en verwachtingen ontwaakten al niet in mijn gemoed Maar vreemd, toen ik schiedenis nog niet voordeed. Terwijl zij beiden, gedurende eenigen tijd, een bloedigen oorlog voerden, wil China, dat laatstelijk overwinnaar was, vrede slui ten. Daarvan kan provisioneel echter niets komen, omdat in Frankrijk nie mand daartoe bevoegd is, wijl het zon der ministerie is. De Liberté geeft de volgende be schrijving van de opgewondenheid te Pa rijs, na het bekend worden van de ne derlagen te Tonkin. «Sedert het Plebiscite en de eerste woelingen, welke den val van het Keizer rijk voorafgingen, hebben de Parijzenaars zich niet met zooveel ijver om de dag blad-kiosken verdrongen. Men rukte elkander letterlijk de bladen uit de han den, en velen, die geen courant konden koopen, schaarden zich rondom een of ander welwillend heer, om hem het nieuws te hooren voorlezen. Sommige bladen werden voor fr. 1.50 per nummer verkocht. Iets dergelijks heeft zich niet voorge daan sedert 1855 toen, bij het valsche bericht van de inneming van Malakolf, de couranten er waren er toen wel is waar minder dan nu met 6 francs per nummer betaald werden." Volapük bestaat eerst vier jaar en reeds is er weder eene nieuwe wereld taal uitgevonden. In tegenstelling met Schleyer, wil Steiner geen nieuw* taal bij de bestaande voegen, maar eene we reldtaal, geschoeid op de taaieigens der meest gesproken levende talen. De Gemein- oder Weltsprache zal men uit grammatica en woordenboek in twaalf uren gemakkelijk kunnen leeren! Aan de Amerikaansche Ingenieurs komt de twijfelachtige eer toe, dezer da gen granaten uitgevonden te hebben, die gevuld zijn met dynamiet in plaats van met kruit. Wist men vroeger niet, hoe het dynamiet bestand te maken tegen den geweldigen schok, welke het bij het schieten ondervindt, deze Amerikanen wisten dit bezwaar wel te overkomen. Zij hebben met dit vernieliDgstuig reeds proeven genomen met goed gevolg en vermoedelijk zal het niet lang duren of de verschrikkingen van den oorlog wor den met deze dynamiet-granaten nog vermeerderd. De te Londen ontvangen telegram men uit Rawil-Pindi melden dat de on derkoning van Britsch-Indie en de Emir van Afghanistan eiken dag samenkomen. Men gelooft dat, tengevolge van hetgeen reeds door hen is afgesproken, het Britsch- Iridische korps van 1800Ó man, thans te Rawul-Pindi geposteerd, Guettah, op den weg naar Candahar bezetten zal. Vele inlandsche hoofden, in de vorstendom men Punjaub, Rajputana, Chachemire, Hyderabad en Nepaul beloven aan den onderkoning en den Emir militaire hulp, ingeval van een oorlog met Rusland. Te Londen in den heden gehou den kabinetsraad werd beraadslaagd over de Egyptische aangelegenheden en over het antwoord van Rusland op de nota van lord Granville, in zake de Af ghaansche quaestie. Nadat de kabinets raad twee uren had geduurd, verwijderde lord Granville zich en had hij een lang durig onderhoud met den Russischen ambassadeur. Lord Granville keerde ver volgens naar den kabinetsraad terug, welke toen nog een halfuur zijne beraad slagingen hervatte. Daarna had lord Granville een nieuw onderhoud met den heer De Staal. In de zitting van den Gemeente raad, die Donderdag j.l. gehouden werd en zeer kort duurde werden de wijzigin gen door B. en W. voorgesteld in de verordening op het bouwen, naar aan- aan Martha mijn hart uitstortte, trok haar bekommerd, eenigszins bedroefd ge laat mijn aandacht, en, daar die bedrukt heid niet met het vroolijk gezelschap van oom overeenstemde, verweet ik haar die sombere stemming. «Och, let maar niet op mij, Sammy, onze Dirkklonk het ontwijkend. Toen zweeg zij. Maar meer behoefde zij ook niet te zeggen, want ik begreep reeds de oorzaak. Dirk, haar jongste, een '16-jarige schelm en grappenmakker, meer was hij niet, veroorzaakte de ouders veel zorg. Zeker was er weder de eene of andere onaangenaamheid tusschen va der en zoon voorgevallen, want Dirk was, niettegenstaande al zijne guitenstreken, toch moeders's Benjamin. «Gaat 't niet? vroeg ik zacht. Zij schudde langzaam het grijze hoofd. Ik klopte haar toen geruststellend op den schouder. «Heeft hij dari weer schulden gemaakt?" vervolgde ik, haar vertrouwelijk in de oogen ziende Elf gulden, zeg je Weet je, Martha, Maurits Hare beweerde gisteren, dat mijn laatste teekening, je weet wel, dat groepje dorpskinderen voor een kerk spelende, geld waard was ja reken er gerust op, hoor! maar vertel 'taan niemand, en gesteld eens, dat ik er minder dan elf gulden voor kreeg dan..." Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1885 | | pagina 2