Gemengd Nieuws.
Plaatselijke berichten.
Provinciale berichten.
te zoeken en hen dee'genoot te maken
van haar vreugde. Daarom is de ver
knochtheid van haar onderdanen voor
hun vorstin van voorbeeldeloos persoon
lijken aard geweest. Engelschen zijn in
't algemeen jegens de kroon loyaal,
maar zij hebben reeds lang geleerd, de
tegenwoordige draagster ook om haar
zelfs wil lief te hebben. Bij de viering
van haar jubilee zal de koningin xnet
haar onderdanen één hart en één ziel
zijnzij heeft den troon met waardig
heid en wijsheid ingenomen, in haar
jeugd en in haar ouderdomen zij heeft
de harten van haar volk gewonnen,
omdat zij, ofschoon nooit vergetende dat
zij een Koningin is, aan het volk de
gelegenheid gaf te zien, dat zij ook een
trouwhartige vrouw is." De Daily News
besluit zijn artikel met de volgende
woorden«Zeker is de groote dienst,
welken de natie verschuldigd is aan het
karakter der koningin, de reinheid van
haar voorbeeld. Maar daarbij mogen wij
ook niet vergeten onze verplichtingen
jegens het nationale genie, dat zich tijdens
haar schitterende regeering zoo krachtig
geuit heeft. Peel en Cobden, Russell en
Bright, Disraeli en Gladstone behooren
aan de natie. Ruskin en Carlyle, Tenny
son en Browning, Eliot, Dickens en
Thackeray, Hallam en Grote, Darwin,
Spencer en Mill, zijn groote geesten,
voor wie onze koningin sympathie en
eerbied koesterde even als iedere andere
Engelsche vrouw. Het is onmogelijk den
glans hunner namen te scheiden van
dien der Vorstin, wier regeering zij
hielpen maken tot een der gedenkwaar
digste in de geschiedenis."
In de Fransche Senaat is de voordracht
tot verbanning der prinsen door Jules
Simon nadrukkelijk bestreden.
De burgemeester van Brussel, de heer
Buis is in de laatste raadzitting door de
heer Paul Janson geïnterpelleerd over
het verbod der manifestatie op 13 dezer.
Hij achte dit verbod onwettig en in strijd
met de rechten van den gemeenteraad,
die volgens hem alleen tot dergelijk
verbod bevestigd zoude zijn. De burge
meester Buis antwoordde, dat zonder
ecnige partijdige bedoeling en zonder
eenig staatkundig oogmerk de manifestatie
verboden werddat hij slechts gehan
deld heeft in het belang der openbare
orde en, zoo ooit in dergelijk geval zijne
beslissing noodig mocht zijn, hij stellig
weder zoo handelen zou.
Zondag a.s. zal de Godsdienstoefe
ning der Vrije Ger. gemeente des mor
gens half tien en des avonds vijf uur
geleid worden door den WelEd. Heer
Dros, voorganger te Lemmer.
Zaterdag werd door de politie aan
gehouden J. verlatene huisvrouw van H. K.
alhier als verdacht van het stelen van
linnengoed hetwelk aan een haag te dro
gen hing.
Zondag jl. had de tweede wedstrijd
plaats, uitgeschreven door den Neder-
iandschen Wielrijdersbond, voor tandems.
Te 10 uur 's morgens vertrokken de 5
paar deelnemers van hier om over Scher-
penzeel, Ede, Velp, Arnhem, Dieren,
Drummen, Zutfen en Voorst naar Apel
doorn te rijden.
De weg, circa 100 K.M. werd het eerst
afgelegd door de heeren Pallandt en Thie-
bout, uit Zwolle, die aankwamen te 2 u.
48 m. 49 sec. Daarna kwamen de heeien
N. G. de Boer en II. Schone, uit Amster
dam, te 3 u. 9 min. 32 sec., de heeren
A. L. Couvée en J. Couvée, uit Delft, te
3 u. 18 min. 14 sec.
Verder kwamen nog aanDe heeren
Th. Robbers en G. Broekman, J. W.
Holst en F. Hart Nibbrig.
Zondag a.s. zal weder eene wedstrijd
plaats hebben voor tweewielers, door
denzelfden bond uitgeschreven, waaraan
ook door den heer Kiderlen zal worden
zing naar Spanje moest voorafgaan, eerst
dan hare toestemming zou geven, als hij
haar vooraf de. haar toekomende helft
van de vaderlijke erfenis in gereed geld
uitbetaalde, en daartoe was hij niet in
staat, dewijl hij bij speculaties, die hij
in de laatste jaren buiten weten zijner
zuster had gedaan, groote verliezen ge
leden had, zoodat het uitbetalen van
haar vermogen gelijk zou gestaan hebben
met het bankroet van het handelshuis.
Hij zag zich dus genoodzaakt, te Leiden
te blijven, en de zaak, zoo goed het
ging, voort te zetten, en vervolgens
maakte de kort daarop gevolgde insluiting
der stad door de Spanjaarden aan al zijne
verhuizingsplannen voorloopig geheel een
einde.
Het wantrouwen van zijne medebur
gers jegens hem nam sedert een steeds
dreigender en hatelijker karakter aan
men beschuldigde hem luide van verstand
houding met de voor de poorten liggen
de vijanden, hij kon zich niet meer op
straat vertoonen, zondeF scheldwoorden
en smaadredenen bloot te stellen, zoodat
hij het weldra niet meer waagde het
huis te verlaten, welks deuren dag en
nacht door de bespiedende oogen der
buren bewaakt werden, welke met ge
spannen opmerkzaamheid al het doen
en laten van Jan van der Meulen gade
deelgenomen. De weg is voor dezen rid
dezelfde en het uur van vertrek eveneens
weder op 10 uur voormiddags bepaald.
Door den heer J. H. van Leer is
aan de Universiteit te Utrecht met goed
gevolg het 2e iiatuurkundig examen af
gelegd.
33lste STAAT8-LOTERIJ.
VIJFDE KLASSE, Vierde of laatste week.
Trekking van 19 Juni.
(100 loten.)
Ten Kantore van den Collecteur te
Amersfoort is te beurt gevallen de Prijs
van I 70. aan No. 14054.
Zonder prijs zijn uitgetrokken
No. 12, 6930 en 9303.
De volgende loterij begint 26 Juli.
Baarn. De burgemeester brengt, bij
de aanstaande komst van de vorstelijke
familie op Soestdijk, aan de ingezetenen
en tijdelijk aldaar verblijf houdenden in
herinnering, dat aan de bepalingen,
waarbij de vrije wandeling in de Baarn-
sche bosschcn is geoorloofd, streng de
hand zal worden gehouden. Reglementen
zijn te verkrijgen aan het kantoor van
den intendant en op de secretarie te
Baarn.
Alhier is dezer dagen aanbesteed
een villa voor rekening van den Heer
Muisker e. a. Minste inschrijver was de
Heer W. van Doornik, te Baarn, voor
f17.000.
Door het bouwen van deze villa, ver
valt het schoone wandelpad tusschen de
buitenplaatsen Peking en Canton.
Viauen. Naar wij vernemen zijn van
hier drie personen, die voor een week
of vier door een hond, van dolheid ver
dacht, zijn gebeten, op staatskosten naar
Parijs vertrokken, om zich onder behan
deling te stellen van dr. Pasteur.
Tecnendaal. Door den heer W. van
Woudenberg, eigenaar der machinale
sajetfabriek alhier, zijn te Eist (Betuwe)
belangrijke partijen wol uit de Boven-
Betuwe ontvangen, aldaar opgekocht
tegen de volgende varieerende prijzen
gewasschen wol f0.90 a 1.15, smeerwol
70 ct. per KG.
Van wege het hoofdbestuur der Neder-
landsche vereeniging tot bevordering van
Zondagsrust is een adres verzonden aan
den minister van waterstaat, in 't belang
der verlichting van den dienst op Zon
dag voor alle beambten bij den dienst
der publieke vervoermiddelen, de posterij
en der telegrafie. Het hoofdbestuur ver
zoekt den minister: a. óf de verzekering
te mogen ontvangen: dat brieven, ge-
drukten etc., waarop aan de zijde van
het adres, met duidelijke blokletler min
stens drie milimeter hoog gedrukt is:
niet bestellen op Zondag, werkelijk des
Zondags niet besteld zullen mogen wor
den, óf wel (wat den adressant nog veel
aangenamer zou zijn) b. dat de minister
moge goedvinden, een speciaal postzegel
in te voeren, waarvan het gebruik ver
plichtend zal zijn op alle brieven, ge-
drukten etc. voor hem die geen ex
pres-bestelling bedongen hebbende
verlangt, dat het afgezondene des Zon
dags besteld worde.
De gebroeders Jacobus en Johannes
Schuurmans, arbeiders te Cestelre, gem.
Baarle-Nassau, en bekende stroopers
werden verleden week door twee bosch
wachters uit Minderhout (België») en den
onbezoldigden rijksveldwachter Verhoeven
betrapt.
Er ontstond een hevige twist, met het
noodlottig gevolg, dat een der bosch-
sloegen, om elk teeken van verstandhou
ding met de Spanjaarden, dat zij misschien
konden ontdekken, terstond aan te bren
gen. Bij de geprikkelde stemming der
burgerij tegenover hem en de algemeen
tegen hem gekoesterde verdenking van
verraderlijke betrekkingen met de vijan
den, zou men van de zijde der stedelijke
overheden reeds sedert lang er toe over
gegaan zyn, hem in verzekerde bewa
ring te nemen, om op deze wijze met
éénen slag, alle draden, die misschien
tusschen het huis van van der Meulen
en de legerplaats der vijanden gespon
nen werden, af te snijden, indien de
Raad niet van zoodanige handelwijze was
teruggehouden door de hooge achting,
welke juffrouw Jakoba overal genoot, die,
sedert de stad zich voor de zaak der op
standelingen had verklaard zich openlijk
eene ijverige, gloeiende patriotsche toonde.
Men vertrouwde het aan de kloeke en
energieke vrouw, waarvoor de vroeger
door zoovelen als waanzinnig beschouw
de nu, sedert zij uit hare teruggetrok
kenheid was te voorschijn getreden en
met iedereen erkend werd, wel toe, dat,
zoo haar broeder werkelijk verraderlijke
plannen tegen de veiligheid der stad
mocht smeden, zij die zou weten te ont
dekken en te verijdelen. En zulk een ver
trouwen bleek zeer gerechtvaardigd, want
wachters, Verschuefen, door Jacobus
Schuurman met een schot uit een re
volver werd getroffen en bewusteloos
neerviel. De zaak is Zaterdag vcor den
rechter van instructie te Breda gebracht.
Naar men verneemt, hebben beiden be
klaagden hunne misdaad reeds bekend.
Het congres der «Ridders van den
arbeid", te Cleveland gehouden, is ge-
eihdigd, zonder dat de voornaamste doel
einden der samenkomst bereikt werden.
Daartoe behoorde ir. de eerste plaats
het voorstel van het hoofd der orde,
den Heer Powderly, om de macht tot
het gelasten van werkstakingen of
»boycotten« uitsluitend toe te kennen
aan het uitvoerend comité. Maar de
radicale meerderheid in de orde heeft
de plannen van Powderly en zijne gema
tigde tegenstander verijdeld.
Men reist tegenwoordig in de Ver-
eenigde Staten rond met een «automa
tische stad«, met fonteinen, grachten,
fabrieken enz., waarin een aantal poppen
ijverig in de weer zijn als wandelaars,
schoenmakers, molenaars, kuipers enz.
De maker van dit kunststuk van mecha
nisme, Joseph Bergmann, heeft 17 jaren
daaraan gewerkt.
Het in zijn soort merkwaardige feit,
dat geen der kiezers van Vlieland van
zijn kiesrecht gebruik heeft gemaakt,
verdient, zegt de Tijd, bezongen te
worden door den grootsten prulpoëet
in Nederland. Daar het evenwel te veel
gevergd zou zijn van de. bescheidenheid
onzer vaderlandsche dichters, om naar
dien negatieven roem te dingen, hakt
het blad zelf den knoop door en geeft
de volgende, met het oog op de gestelde
eischen, uitmuntend geslaagde proeve:
Ontaarde, stemmerslooze land,
Non nominandus in de krant,
U vliede gansch het vaderland!
Vlied' zelf, belaan met uwe schand,
Gevloekt naar 't onherbergzaam strand,
En maak in wanhoop u van kant.
Op de badplaats Scheveningen kwa
men tot 19 Juni 1.1. 572 badgasten met
1 16 dienstboden aan.
Ook te Zantvoord zijn reeds vrij wat
badgasten. Het Zandvoortsche Badcou-
rantje is weer verschenen met al zijn
inlichtingen en wetenswaardige mede-
deelingen. Het bespreekt eene aangele
genheid waarop reeds dezer dagen van
andere zijde onze aandacht gevestigd
werd. De baden bij het hotel Kurzaal
zijn namelijk nog altijd niet geopend,
zoodat het strand daar zeer eenzaam en
verlaten is. Onze berichtgever sprak er
van dat den geheelen zomer daar het
strand niet zou geëxploiteerd worden,
doch de Badcourant zegt alleen: «het
zou zeer te betreurgq zijn indien niet
spoedig die badinriébfing weer geopend
werd."
Een onheil met groote gevolgen. Ir.
den zomer van het jaar 1865, was de
badplaats Baden-Baden druk bezocht en
er werd, als gewoonlijk, veel gespeeld.
Op zekeren avond bevond zich in een
der speelzalen een jong echtpaar, dat
zich op zijn huwelijksreisje bevond. De
man was iemand van hooge geboorte en
zijne echtgenoote eene dame van bijzon
dere schoonheid.
De jonge man begon te spelen en ver
loor onophoudelijk bij elk verlies smeekte
zijne vrouw hem om met het spel te
eindigen, maar hij bleef ongevoelig voor
haar verzoeken. Eindelijk haalde hij een
pakje bankbiljetten te voorschijn, wierp
liet zenuwachtig op de speeltafel en ver
loor op nieuw.
Hij stond op en voegde zijne vrouw
een paar woorden toe, waarop zij hem
volgde. Bij de deur weerklonken eens
klaps twee pistoolschoten, de speler had
zelfmoord gepleegd. Met verwilderde blik
ken staarde de jonge vrouw op het lijk
van haren man, toen storte zij bewuste
loos op den grond neder.
Weinige oogenblikken later scheen het
Jakoba trad nu zoowel in het handels
kantoor als in het huishouden zelf, als de
eigenlijke meesteres des huizes op, kler
ken en bedienden wendden zich, als 't
ware volgens eene stilzwijgende overeen
komst, steeds tot haar, om aanwijzingen
of bevelen te ontvangen, en de vroeger
zoo gebiedend en tyranniek optredende
Jan van der Meulen sloop schuw en ge
bogen rond en liet het zwijgend begaan,
dat de teugels der heerschappij geheel
uit zijne handen in die zijner zuster over
gingen. Verdriet en ergernis over den af
val der stad van de Spaansche regeering,
over zijne eigene hierdoor aldaar zoo
veranderde positie, zoowel als de gedu
rende de belegering geleden krenkingen,
verbonden met het gebrek aan toereikend
en gezond voedsel, dat zich eerlang ook
bij rijke familiën deed gevoelen, hadden
hem op het ziekbed geworpen. Zijne
verpleging had Jakoba bijna geheel alleen
op zich genomen, want het aantal der
bedienden was zoo ingekrompen, dat zij
nog nauwelijks toerekend waren voor
het verrichten van het grofste en zwaarste
huiswerk en de dochter hield zij zoo ver
mogelijk van den zieke, zoowel omdat zij
bij de reeds zwakke gezondheid van het
teedere meisje haar niet aan den muffe
lucht van de ziekenkamer en aan de in
spanning der verpleging wilde blootstel
onheil weder vergeten te zijn, want het
bestuur der speelbank deed als gewoon
lijk, al het mogelijke om dadelijk alle
ruchtbaarheid te voorkomen.
Een man, die zelf herhaaldelijk om
kleine bedragen had gespeeld, was ge
tuige van het treurspel geweest en men
hoorde hem, met tranen in de oogen en
bleek van ontroering mompelen: «Die
schandalen moeten ophouden! zij zijn
een schande voor Duitschland
De man die zoo sprak, was de be
roemde vorst Bismarck. Hij hield zijn
woord en in onze dagen bestaan, reeds
sedert lang, in Duitschland geen open
bare speelplaatsen meer.
Het Holt. N.blacl bevat de volgende
mededeeling
Men herinnert zich het ongeluk, een
gedeelte der equipage van het stoomschip
Palembang, comm. Bernelot Moens, te
Poeloe Bras, overkomen. De daar aan
wal ontscheepte mannen zouden onder
bevel van een officier aldaar schijfschie
ten. Nauwelijks hadden zij zich terrein
gekozen of een bende Atsjineezen met
klewangs gewapend overviel de onvoorbe
reide troep, men weet het gevolgeen
gedeelte vluchtte. Alleen de officier hield
stand en met hem de vuurstoker le kl.
C. de Groot. Voor dat de anderen zich
hersteld hadden en tegenweer instelden,
waren reeds eenigen gesneuveld en ten
laatste ook De Groot die zooveel moed
betoonde om den bevelvoerenden officier
niet te verlatenop gruwelijke wijze
werd hij door de Atsjineezen afgemaakt.
Een en ander had plaats op 25 Dec.
1885. Ofschoon verschillende bladen in
ons land dat voorval spoedig mededeelden
en ooggetuigen een hoogst ongunstige kri
tiek leverden over het bevel van 15 man in
die gevaarlijke omgeving te zenden bleven
officieele berichten, die de namen der gesneu
velden zouden kunnen vermelden, achter
wege.
De onwetendheid der vrouwen, welker
mannen aan boord der Palembang dien
den, was daardoor hoogst pijnlijk. De
vrouw van C. de Groot, die zekerheid
wenschte te verkrijgen, wendde zich 22
Febr. '86 tot den minister van marine.
Het antwoord bleef niet uit. Luister goed
lezer! Zijn Exellentie berichtte, 6 Maart,
dat, volgens de jongste mededeelingen
van het departement marine in Indië,
gedagteekend Sept. 1885, C. de Groot
dienende was aan boord van het stoom
schip Palembang. Men scheen dus aan
het ministerie alhier niet te weten wat
op 24 Dec. '85 te Poeloe Bras gebeurd
was, ofschoon de bladen in ons land het
reeds in Febr. onder hun «koloniën"
vermeldden. Inmiddels bleef de vrouw
van C. de Groot in afwachting of ook
daarna een ambtelijk bericht van den
dood van haar man haar zou worden
toegezonden. Maar neenEen brief door
juffrouw De Groot '10 Dec. aan haar man
gezonden, werd als onbestelbaar gere
tourneerd met het stempel der Indische
marine en met het bijschrift «overleden".
Die stootende tijding. 12 April hier aan
gekomen, was alzoo het eerste min of
meer officieele bericht van den dood van
C. de Groot.
Op herhaald schrijven heeft de minis
ter bij gewoon schrijven 15 April het
treurige feit aan de weduwe bevestigd!
Wat te zeggen van een regeering, die
zich om het lot harer minderen zoo wei
nig bekomert! De man is op eervolle
wijze in de vervulling van zijn plicht ge
sneuveld, heeft dan niet de weduwe van
den minsten militair recht op erkenning
van die verdienste of minstens nog op
behoorlijke mededeeling van het gebeurde
volgens de daarvoor bestaande bepalin
gen! De lezer moge hier commentaren
aan toevoegen, wij bepalen ons de mee
ning uit te spreken, dat het feit ergei lijk
is. Er is meer! de weduwe en haar drie
kinderen, zonder middel van bestaan,
wacht nu reeds twee maanden na de
inzending harer stukken, op toekenning
van haar pensioen, op afrekening van de
voor haar niet onbelangrijke som, voort
ien, als dewijl zij vreesde, dat de som
bere en heftige aard van den vader, die
dikwijls tot wezenlijke vlagen van woede
overging, eenen nadeeligen invloed op
het zeer prikkelbare en nu reeds op zich
zelf zwaar genoeg gedrukte gemoed van
Isabella zou uitoefenen.
Zij nam haren post als ziekenoppaster
met groote nauwgezetheid waar wanneer
Jan van der Meulen in den nacht de van
koorts gloeiende oogen maar opende,
was hij zeker, de rijzige, donkere ge
stalte van Jakoba voor zijne legerstede
te zien zitten. Zelve scheen ze rust noch
slaap te behoeven, en zoo vaak hij om
een verkoelenden dronk, of om koorts-
stillende medicijn vroeg, steeds was hare
hand bereid hem het eene en het andere
toe te reiken maar hij scheen de tegen
woordigheid zijner zuster eerder iets
drukkends, een lastig opzicht, dan iets
vertroostends te vinden, dikwijls keerde
hij luid zuchtend zijn aangezicht naar
den wand, alsof hij den strak op hem
gerichten blik harer scherpe, blauwe
oogen niet meer kon verdragen en stiet
met eenen vloek hare hand terug, wan
neer zij hem lafenis toereikte of het
kussen van zijn bed opschudde. Naar den
stand der belegering, naar het lot der
stad vroeg hij nooit, daarentegen klaagde
hij veel over het grove, zwarte brood,
gevloeid uit den verkoop der goederen
van haren man en de officieele akte van
het overlijden harer echtgenoot!!
Nieuwediep, Juni 1886. X.
De bijenhouders in Ooststellingwerf,
die hunne koninkrijken naar de klei heb
ben gebracht, zijn over het honinggewin
aldaar niet ontevreden, maar de korven
zijn over het algemeen te dun bevolkt.
Vele ijmkers schrijven dit toe aan den
langen winter, waardoor de bijen te lang
opgesloten zijn geweest. Velen hebben
daarom het voornemen opgevat in den
volgenden winter verscheidene korven in
te kuilen, wat door eenige bijenhouders
bij wijze van proef, reeds enkele malen
en met goed gevolg is gedaan.
Juffrouw Emmy Winter, te Londen,
de weduwe van een ambtenaar, die van
een klein pensioentje moet rondkomen,
heeft vier dochters die er allen allerliefst
uitzien, en door het maken van hand
werken het huishouden steunen.
De oudste zuster leerde onlangs in
een winkel waar zij werk bracht, een
Mohamedaan den heer Habdem-El Selim
kennen, die wist uittevisschen waar het
meisje woonde. Hij bracht der familie
een bezoek en was zoo zeer ingenomen
met de lieftallige meisjes, dat hij der
weduwe de hand van haar vier
dochters vroeg, daar hij met allen tege
lijk wilde trouwen.
Juffrouw Winter en haar dochtertjes
hadden niets tegen het voorstel van den
schatrijken man in te brengen, die zelfs
beloofde, dat hij zijne schoonmama mede
naar zijn vaderland zou nemen, maar de
hooge overheid neemt volstrekt geen ge
noegen met de zaak.
De weduwe heeft een advocaat in den
arm genomen zij vindt het ontzettend
dat men het geluk van haar kindertjes
in den weg poogt te staan.
Een geiieele stad verwoest. De stad
Vancouvre, in Britsch-Columbië, is geheel
door brand vernield. Het vuur ontstond
tengevolge van een boschbrand. Waar
schijnlijk doordien vonken uit de loco
motief verdwaalden, geraakte riet dat
langs den Pacific-spoorweg stond,in brand,
en het vuur deelde zich aan reusachtige
bosschen mede en bereikte weldra ook
de ongelukkige stad.
Meer dan honderd personen kwamen
in de vlammen om en drieduizend men-
schen zijn zonder dak. Bijna alle inwoners
verloren al wat zij bezaten en de schade
wordt op vijf millioen gulden geschat.
Volgens een Russisch blad, de Russka
Courrier, zouden menschen, die door een
dollen hond gebeten zijn, voor de ge
volgen daarvan gevrijwaard kunnen
worden door warme baden. Het
blad verhaalt een geval van een jonk
man te Hitcheneff, die op deze wijze ge
nezen is.
Toen de eerste verschijnselen van
watervrees zich bij den lijder vertoonden,
liet men hem in het gasthuis een warm
bad nemen van 42° Reaumer. Na een
uur daarin doorgebracht te hebben, werd
hij in dekens gewikkeld en in een zaal
gebracht, welke tot 20° verwarmd was.
Die behandeling herhaalde men drie
dagen achtereen. Toen begon de patiënt
te herstellen, en thans is hij, volgens de
geneeskundigen, geheel buiten gevaar.
Als het bericht van het blad juist is,
zou het met het geneesmiddel tegen
hondsdolheid als met het ei van Columbus
zijn. Maar 't is raadzaam zulken berich
ten bijzonder omzichtig te ontvangen.
In het plaatsie Sammentiiin, in
Duitschland, trouwde onlangs de dochter
van eene rijke boerin, en moeder richtte
een feest aan, waaraan driehonderd vol
wassenen en kinderen deelnameD.
Opgegeten werden: een vette os, een
kalf, een varken, zes schapen, twintig
kalkoenen en kippen, tweehonderd Neder-
landsche ponden visch en vierhonderd
Nederlandsche ponden brood en koek.
Natuurlijk moest de spijs met het
sedert weken het eenige voedigsmiddel
dat Jacoba hem kon aanbieden, totdat
deze eenmaal tot hem zeide «Dit brood,
dat aan uw verwend gehemelte zoo
slecht behaagt, komt ons eene lekkernij
voor, dewijl wij het als vrije burgers eten
en wij willen allen [liever den honger
dood sterven, dan nog eens onder het
juk der Spanjaards terug te keeren."
Daarop was hij verstomd en had van
toen af in morrend zwijgen zijn aandeel
ontvangen van de dagelijks kleiner wor
dende portie brood, die nu van wege de
regeering eiken morgen naar het aantal
hoofden aan ieder huis in Leiden werd
toegedeeld.
Heden voor de eerste maal weder,
stiet hij het zwarte kleverige stuk brood
dat Jakoba hem toereikte, met eene luide
verwensching terug en riep «Niets meer
van dit ellendige voedsel, dat nauwelijks
voor honden, laat staan dan voor men
schen pastIk denk, dat de dagen van
nood en lijden hun einde naderen, [want
mijn oor hoort strijdgewoel in de verte
en weldra, hoop ik, zullen de Spanjaar
den nu meester van de stad zijn.
Wordt vervolgd.)