Plaatselijke berichten. Provinciale berichten. Het Oproer te Amsterdam. gerief door het reizend publiek zeker op prijs zal worden gesteld. Eene te Leiden gevormde vereeni- ging, die zich ten doel stelt den gedenk dag van Leiden's ontzet op waardiger wijze te vieren dan tot heden het geval was, heeft het programma voor den 3n October a. s. vastgesteld. Op Zondag zullen geen festiviteiten plaats hebben alleen zullen de vlaggen worden uitge stoken. Maandag wordt het feest ingeleid, des morgens om 9 ure, door het muziek corps der Leidsche dd. schutterij, dat gedurende eenigen tijd van den stadhuis toren koraalmuziek zal doen hooren; des middags zullen op verschillende plaatsen in de stad muziek-uitvoeringen worden gegeven en een optocht worden gehouden, waaraan onderscheiden corporatiën zullen deelnemen. Voorts zal aan 1000 mannen en 1000 vrouwen haring en brood wor den uitgedeeld en de dag worden beslo ten met een concert en vuurwerk. De Directeur van het Postkantoor alhier maakt bekend, dat eene verbeterde Dienstregeling (zomerdienst) uitgegeven is, welke aan dit kantoor verkrijgbaar wordt gesteld tegen inwisseling van de in Juni jl. uitgegevene. De Directeur, C. SMITT. Amersfoort, 26 Juli 1886. Zondag a.s. zal de Godsdienstoefe ning der Vrije Ger. gemeente des mor gens half tien en des avonds vijf uur geleid worden door den heer Werner van Amsterdam. Onze stadgenoot, de heer W. Went- zel, is op de landbouwtentoonstelling te Zwolle voor eene inzending van duiven met een verguld zilveren medaille be kroond. Door den heer B. A. van Ruyven is een schrijven aan de Kamer van Koop handel gericht, waarin hij de Kamer mededeelt, dat hij wenscht op te houden er deel van uit te maken. 3. Ontwerp-verordening houdende bepa lingen tot voorkoming van brand, en ontwerp-verordening houdende bepalin gen in acht te nemen bij het ontstaan en met betrekking lot de blussching van brand. 4 Benoeming eener Commissie van vijf leden bedoeld bij het voorstel van den heer De Koningh, inzake de plaatselijke belasting. 5. Samenstelling van de voordracht tot benoeming van Zetters voor 's rijks directe-belasting. Lijst van brieven geadresseerd aan onbekenden, verzonden van het Postkan toor te Amersfoort, over de 2e helft der maand Mei 1886: 1. Mej. C. Stein, Bussum. 2. L. Hulcke, Nijmegen. 3. Roelof Willems, Pulten. 4. J. H. Lenderink, Van het Hulpk. Hoevelaken. 5. M. v. Es, Amsterdam. Briefkaart. 1. Sonnemeijer, Amsterdam. 322ste STAATS-L.OTERIJ. EERSTE KLASSE. Trekking van 26 en 27 Juli. (1000 loten.) Ten Kantore van den Collecteur te Amersfoort zijn aan de navolgende num mers te beurt gevallen Prijs van f200. No. 5843. Prijzen van t £0. 487, 505, 514, 529, 541, 545, 2232, 2236, 2241, 2243, 2261, 3004, 3023, 3025, 3028, 3075, 3147, 3163, 3178, 4777, 4786, 4789, 5215, 5222, 5227, 5231, 5237, 5260, 5269, 5285, 5290, 5334, 5348, 5810, 5822, 5832, 5838, 5852, 5861, 5881, 5889, 5912, 5918, 5963, 11806, 11866, 11867 11895, 17303 en 17323. Te zamen 51 prijzen. De landbouwer, tuk op het voorge spiegelde voordeeltje, nam dadelijk den jonker op in zijne woning en bereidde hem eene plaats aan zijnen disch. Van betaling van het kostgeld was natuurlijk bij iemand van zoo hoogen stand geen sprakedat zou wel terecht komen. Wat vooral vertrouwen gaf, was dat den jonker landbouwcouranten toe gezonden werden, met vermelding van titels op het adres. Toen echter het verhuisbiljet van den nieuwen bewoner, die in de laatste dagen veel te Kralingen zich ophield, werd op gevraagd, gaf hij voor op reis te moeten, om eene boerenhofstede te koopen, daarbij verzoekende het horloge van v. R. even voor een dag te leen te mogen hebben. Van R. gaf o. m. het gevraagde, doch jonker Van Heeckeren laat op zich wach ten. De zich noemende Jonker v. Heeckeren is klein van persoon, schraal van uitzicht, zwart geknipt haar; hij is gekleed met zwart pak, phantasiehoed en heeft als merkbaar teeken een houten been. Dat de landbouwer v. R. met een sluwen oplichter te doen heeft gehad, valt niet te betwijfelen. Betreurenswaardige wanordelijkheden hebben de laatste dagen op de Linden- gracht te Amsterdam plaats gehad. Eeni- ge bewoners uit die buurt vermaakten zich Zondagmiddag met het zoogenaam de «palingtrekken", waartoe men ver gunning had gevraagd, welke echter ge weigerd was. Ondanks die weigering was men toch met den wedstrijd tegen half vijf begonnen en men had blijkbaar niet veel zin om daarmede te eindigen, toen een paar politieagenten dit verzochten. Een der agenten sneed het touw, jwaar- aan de paling bevestigd was, door, maar moest die daad duur betalen, daar het volk, verbittert, dat men het in zijn ver maak stoorde, den agent geducht te lijf ging en men hem ernstig mishandelde. Men ontbood toen versterking der po litie van de Noordermarkt, welke echter toen zij met sabel en stok de orde wilde herstellen, de menigte nog woedender maakte, en die dan ook op een hagelbui van keisteenen onthaald werd. Menig agent werd door zoo'n steen getroffen en was daardoor niet meer in staat zijn dienst te doen. Men liet van alle sectiën politie agenten aanrukken, maar was toch niet in staat de orde op de Lindengracht en in de omliggende straten geheel te her stellen, daar niet alleen de mannen en jongens op straat met steenen gooiden en zelfs eenige agenten de sabels ontna men, maar ook de vrouwen mede hielpen en uit de vensters potten, steenen en dakpannen, ja zelfs ijzeren potten op de politie wierpen. Het was voor de agen ten een zeer gevaarlijk baantje om in die buurt te blijven, en op een oogen- blik kwamen een paar agenten met een inspecteur zoo in het nauw, dat zij zeer veel gevaar liepen in de gracht gedron gen te worden. Een brigadier werd zwaar gewond en verschillende personen moesten naar het gasthuis vervoerd worden. Ziedaar dus een kleine oorzaak, die groote gevolgen had Aan wien de schuld lag is vooralsnog zeer moeielijk uit te maken en welke opgevijzelde en ver draaide geruchten er daarover ook in omloop zijn, zal men toch wel doen, zijn oordeel op te schorten. Het volk dacht dit in zijn oog onschuldig spel in eigen buurt te mogen spelen, en de politie agent handelde zeker naar voorschriften. Er zijn harde klappen gevallen die heel wat leed veroorzaakt zullen hebben en onaangename herinneringen zullen ach terlaten. Vroeger had juist die politie- sectie betrekkelijk zeer weinig last van de bewoners dier buurt en wederzijdsch was de verstandhouding goed, thans zal de verhouding zeker wel zeer gespannen blijven. ming van eene gelukkige liefde, thans, helaas, bevind ik mij in den diepsten rouw. Schrik niet, mijn waarde, als ik u een vreeselijken slag berichten moetik ben te droef aangedaan, om mijne woorden met omzichtigheid te kiezen. Bereid u dus voor op een smartelijk verlies. Gisteren middag waren Oom en ik nauwelijks van onze wandeling te huis, of hij klaagde, dat hij een onpleizierig gevoel had. Eer er een half uur ver- loopen was, had hij reeds alle bewust zijn verloren. Ijlings lieten wij den arts halenen wat wij vreesden, moesten wij uit zijnen mond vernemenOom was door eene beroerte getroffen. Reeds heden morgen is hij overleden. O, Arnold ge kunt niet begrijpen hoe smartelijk mij dat verlies valt. Ik had hem lief als mijn vader, hij mij als zijn kind. Dubbel treft mij zijn verlies daar hij ook ons beider beschermer was. Gij weet het zelve en wij hebben het alleen aan hem te danken, dat wij onze kennis making mochten voortzetten, want Tante alleen zou daarin nooit toegestemd hebben. O, ik zie de toekomst duister in; ik vrees, dat boven onze hoofden zich donkere wolken zuller. samenpakken, ook gij weet, hoe Tante over onze verhou ding denkt. De Hemel geve, dat zij, die Vooreerst althans is men nog zeer ver bitterd, hetgeen trouwens maar al te goed eergisteren te bespeuren was. Een groote politiemacht was op de been, die onophoudelijk in de omliggende straten en op de grachten charges moest maken en dan opnieuw op een regen van straatsteenen werd onthaald. Des morgens had men de straat laten maken, maar in den voormiddag waren de stee nen er weder allen uit. Tegen den middag verergerde de toe stand nog meer. Den geheelen dag had men oploopjes en opstootjes blijven hou den en de stemming bleef zeer opgewon den terwijl de Socialisten van het op roer profiteerden dooi op te ruien en het vertoonen van roode en zwarte vlaggen. Hoopen steenen werden in de straten opgeworpen als barricades, en daarop een roode vlag gezet, vrouwen en kinderen droegen steenen de trappen op, om die later op de agenten te kunnen werpen. Om vier uur maakte de politie een charge en dreef de menigte terug; maar moest later zelf weer achteruit voor den stee nenregen. Verschillende personen werden onder woedend verzet gearresteerd, doch eindelijk moest de politie het opgeven, daar zij overal en fel bestookt werd. Nu kwamen de militairen in groot getal op dagen. Een geweldigen indruk maakte die verschijning op de nieuwsgierigen, terwijl de woede van de oproermakers er des te erger door scheen te worden. Het 7e regiment infanterie, een detache ment huzaren en iets later de vesting artillerie kwamen op het terreinmaar ook het volk kreeg versterking; uit alle straten kwam men toestroomen en ook de militairen werden op een regen van keisteenen onthaald. Doch het schouw spel veranderde spoedig en werd ontzet tend, toen de infanteristen vuur gaven. Afgrijselijk was het om aan te zien hoe dooden en gekwetsten tegen den grond vielen en ondanks dat bleef het_ verzet, zoowel van de straat als uit de huizen hevig. Het was hard tegen hard en zonder genade, werd straat op straat schoongeveegd en wat weerstand bood neergeschoten. Het was ontzettend om aan te zien 1 Gegil en geschreeuw van alle kanten! Het politie-bureau kon alle gewonden en dooden niet opnemen, die trouwens onophoudelijk per draagbaar, rijtuig of zelfs op planken naar het Gasthuis werden vervoerd. Langs dien geheelen weg stonden menschen geschaard om dit treurig en aangrijpend schouw spel gade te slaan. De militairen hadden zwaar werk en werden zelfs met heet water uit de vensters begoten. Een der gelijk tooneel heeft de hoofdstad gelukkig in geen tijden beleefd. Vele autoriteiten waren aanwezig. De hoofdcommissaris Steenkamp reed te paard rond en ver toonde zich overal met de grootste onverschrokkenheid. Het aantal dooden en gekwetsten is natuurlijk nog niet op te geven, maar het moet zéér aanzienlijk zijn en aan hulp is gebrek. De Lindengracht en de omliggende straten geleken gisteren morgen in de vroegte een groot bloedbad. Den ganschen nacht hield de wederzijd- sche verbittering aan en hadden voort durend vijandelijkheden plaats. Het Hbl. meldt omtrent de slachtoffers van bet Amsterdamsche oproer: In het Binnengasthuis zijn Maandag avond 37 personen binnengebracht, die meer of minder ernstig waren gewond. Veertien personen waren reeds gestor ven voor dat zij aankwamen, en heden nacht stierven nog vijf anderen, terwijl er nog drie gewonden bijkwamen. Er zijn dus negentien dooden, welk getal niet onwaarschijnlijk nog zal worden ver meerderd. De aan het Gasthuis verbonden ge neeskundigen hadden gedurende den ge heelen nacht handen vol werk om de gekwetsten te verbinden en te verplegen. Heden morgen werden de naaste betrek kingen, ouders, echtgenooten en kinderen bij de gekwetsten toegelaten, om, zoover niet verstoren zal. Zoo gij kunt, kom spoedig over, en laat Tante zien, dat Gij Oom werkelijk lief hadt. Misschien zal dit haar milder stemmen. Na de hartelijkste groeten Uwe treurende M. Mathilde reikte den brief aan den bediende over, om hem zoo spoedig mogelijk op de post te bezorgen. Den volgenden dag reeds trad Arnold de kamer binnen. Mathilde was alleen. Een schok ging haar door de leden, toen zij hem de hand drukte. Zie hier, zeide zij zacht, en geleidde Arnold naar den overledene. Arnold was diep aangedaanwel blonk er geen traan in zijne oogen, man- nentranen zijn zoo zeldzaam, zij vloeien zoo diep uit het hart, maar zijn droef gelaat teekende duidelijk stomme smart. Mathilde!" zeide hij dan met ingehouden stem, als schrikte hij voor zijne eigen woorden, «wij hebben veel verloren." Tante kwam binnen. Toen zij Arnold daar bij het lijk zag staan, zoo diep geroerd, toen voelde zij iets voor hem, waarvoor zij geen redenen kon vinden. Wie had dat ook kunnen denken 1 begon hij tot haar, «het valt mij zoo dit noodig was, hun identiteit te bewijzen. Vele andere personen, die familieleden misten, kwamen met angstig kloppend hart vernemen of hun man of vader of broeder in het gasthuis was opgenomen. Wanneer zij dan in de gedoode personen hun bloedverwant herkenden, dan ver vulden zij de lucht met hunne jammer klachten en geschrei. Het getal politieagenten, dat door de straatsteenen werd geraakt en gekwetst, is ongeveer veertig. Slechts een viertal is daarbij ernstig verwond en ongeschikt voor den dienst. De toestand van den inspecteur Bosz, die Zondagavond zoo ernstig misbandgld werd, is nog altijd zorgwekkend, even als die van den politieagent, die een messteek in de borst heeft gekregen. Het getal dooden in het gasthuis zal vermeerderd moeten worden met enkelen, die niet naar bet gasthuis zijn gebracht. De commissaris des Konings in Noord- Holland was den geheelen voormiddag in Amsterdam. Met den burgemeester be zocht hij de gewonden in het Binnen gasthuis en sprak hen vriendelijk toe. Onder de gedooden bevinden zich twee broeders, een jonge vrouw, wier naam nog niet bekend is, en een handelsreizi ger uit de Zaanstreek. De stemming van het volk is treurig en bitter, schrijft de Amsterdammer. Wat er heden avond zal gebeuren, kan onmogelijk gezegd worden. Er loopt een gerucht, dat het volk zich sterker zal wapenen dan gister, (maar de geruchten zijn verward en niet betrouwbaar. Mejuffrouw Eshuis, lid van de vrouwen- socialistenvereeniging, is naar men zegt, gearresteerd. Een groote menigte, vooral nieuwsgie rigen, beweegt zich (half drie) in de straten en op de Lindengracht en staat de verwoestingen aan te gapen, door de kogels gemaakt. Om één uur werd het detachement mariniers door twee compagnieën infan terie afgelost. Volgens een daareven ontvangen tele gram, tv as heden nacht alles rttstig. Het aantal dooden wordt op 26 geschat, dat der gewonden is niet te berekenen. Op verschillende lijken werden afgescho ten revolvers gevonden. De stemming is overigens zeer ten gunste der politie. In de zitting der Tweede Kamer van gisteren werd mededeeling gedaan van 's Konings antwoord aan de com missie, belast met de aanbieding van het adres. Z. M. verklaart daarin met groote belangstelling den uitslag der werkzaam heden van de Kamer af te wachten. De heer Keuchenius werd als lid be- eedigd. De heer Lohman kondigde eene inter pellatie aan over de jl. Zondag te Lei derdorp door de politie verleende hulp tot eerbiediging der besluiten van de synode, zonder éen rechterlijke beslissing aftewachten. Deze interpellatie zal Don derdag behandeld worden na de inter pellatie van den heer Reuther. In allen ernst wordt door het vrou wenblad Tesselschade het plan geopperd om aan onze Universiteiten of aan bij zondere inrichtingen van onderwijs gele genheid te geven tot het opdoen van de noodige kennis voor het ambt van... baker! Dat mankeert er waarachtig nog maar aan: gediplomeerde bakers. Natuurlijk zou de Staat ook hier hebben te zorgen, dat het bakeronderwijs neutraal werd gehouden. Naar het U. D. verneemt, worden in de werkplaatsen der Ned. Rijn-Spoor wegmij. ten behoeve en voor rekening der Ned. Centraal-Spoorwegmaatschappij nieuwe 3e kl. rijtuigen gebouwd, volgens het bij eerstgenoemde maatschappij be staand breed model. De hierdoor verkregen meerdere ruimte komt echter geheel ten goede van de reizigers, daar het aantal zitplaatsen op slechts vijf per bank werd bepaald, welk moeilijk u in mijne eigen droefheid te kunnen troosten, want ook mij smart zijn verlies diep. Een donkere wolk vloog over Martha's gelaat; toch deden haar die woorden goeden zij wist niet of het uit eigen beweging, dan wel uit eerbied voor haar ontslapen gade was, toen zij Arnold een stoel aanbood. Lang nog spraken de drie samen geen van hen roerde de verhouding der jongelieden aannu zij samen waren, scheen niemand daarover te denken. Mathilde echter voelde zich nog sterker aangetrokken tot den jongeling, die zoo oprecht in hun leed deelnam, en ook Martha zag hem noode weer vertrekken. De eenzaamheid, die thans in hare woning heerschte, drukte haar zoo bang. VII Eene heldere Februarizon, die reeds een voorgevoel [van de lente geeft, be straalde Arnolds geboortestad. Mevrouw Van Wijngaarden stond voor den spiegel toilet te maken voor eene visite, die zij in de nieuwe woning van de Weduwe Van den Winter af zou leggen. Zij scheen zeer verheugd te zijn, want herhaaldelijk had zij moeite één veelbeteekenend lachje te onderdrukken. Zaterdagavond heeft zekere W. alhier bij een twist zijn zoon een duim afge sneden. Onze vroegere stadgenoot, de heer F. J. Schweinsberg, nu aan de kweek school te Nijmegen als leeraar in de muziek verbonden, heeft wederom het genoegen gesmaakt, aan zijn leerling, den heer N. A. H. Janssen van Nijkerk, door de Nederl. Toonkunstenaarsvereeniging te 's-Hage, het diploma voor onderwijskunst in den zang te zien uitreiken. Maandagmiddag geraakte alhier het zoontje van B., al spelende in de Korte- gracht. doch werd gelukkig gered door v. M-, die zich daartoe zonder bedenken gekleed te water begaf. Gisteren middag te 3 uur geraakte het 8-jarig zoontje van de Wed. S., uit de Krommestraat, bij het spelen met andere kleinen, aan de Langegracht te water. Door de spoedige hulp en ijverige pogingen van den slager v. G. mocht het gelukken de kleine zonder letsel weder op het drooge te brengen. Bij het hevig onweder, dat gisteren morgen boven onze stad woedde, werd door den bliksem een stuk van den bal op 't R. K. Liefdehuis afgeslagen, zonder evenwel meerdere schade te veroorzaken. VERGADERING van den RAAD der gemeente AMERSFOORT op Donderdag, den 29. Juli 1886, des namiddags ten 1 ure. Punten van behandeling 1. Voorstel van Burg. en Weth., tot het plaatsen van eene pomp op het Havik. 2. Staat van oninbare posten, terzake van den hoofdelijken omslag, dienst 1884. v— ftreclit. Het is aan de ijverige na sporingen der beide rechercheurs alhier mogen gelukken, de vermoedelijke daders te ontdekken van de ergerlijke feiten, welke in den voormiddag van den 18. dezer, onder de gemeente Westbroek plaats vonden. Zij zijn genaamd S., B. en v. d. B. en allen te dezer stede woon achtig. Na door den commissaris van politie te zijn verhoord, zijn zij ter be schikking der Justitie naar de cel over gebracht. Bij de door B. en W. alhier ge houden aanbesteding van het verbouwen der H. B. S. met 3-jarige cursus (Mid. Onderwijs) aan de van Wijckskade, waren ingekomen 14 biljetten waarvan de min ste inschrijver was de heer W. A. G. Jansen alhier voor de som van f14,788. In de openbare zitting van de Rechtbank alhier, had jl. Maandag mid dag op plechtige wijze de installatie plaats, van den nieuwbenoemden rechter Mr. R. D. Baart de la Faille, |voor heen rechter aan de rechtbank te Groningen. Baarii, 25 Juli. Ten tweeden male woonden wij een concert bij in de zaal van het hotel Velaars, en ditmaal onder gunstiger omstandigheden dan den vo- rigen keer, daar de zachtere luchtsge- ste'dheid toeliet, een groot deel van den avond in den tuin door te brengen. In de zaal zag het er door de flinkere op komst van het publiek uit Baarn en om streken ook zeer gezellig uit. Over het concert zelve kunnen wij kort zijn. De heer C. Coenen leidde op zijne gewone energieke wijze de nummers van het met zorg gekozen programma, waarvan de namen Reinecke (ouverture Manfred), Strauss en Wagner ons reeds genoeg zeggen. Mocht eene Nocturne van Chopin «Nu Marie! zeide zij in zich zelve, »we zullen zien, of Mathilde hem nog langer zal blijven beminnen, 't Was ook al te dwaas van hem, reeds bij de eerste ontmoeting verliefd op haar te worden, en u, die hij uit zijne jeugd kent, niet meer aan te zien. Mij dunkt, Martha zal blijde zijn, als 'k haar mijne geheimen blootleg, want de vorige week nog, gaf zij mij nog duidelijk te kennen, hoe eene verloving tusschen Arnold en haar nichtje haar tegen de borst zou stooten. Nu, Mathilde, ge zult Tante thans zelve moeten gelijk geven, dat er niets meer van komen kan. Weldra trad Mevrouw Van Wijngaar den naar buiten, zeker in de overwinning, die zij behalen zou. Mathilde had zooëven een brief van Arnold ontvangen, waarin hij haar schreef, spoedig met Tante over het uitgestelde engagement te willen spreken. Juist had zij zijne letteren weggeborgen, toen Mevrouw Van Wijngaarden schelde. Mathilde deed open, en vriendelijk klonk het haar tegen: Is Tante thuis, Juffrouw ik zou haar gaarne eens willen spreken. O het zal haar genoegen doen," antwoordde Mathilde, »wij ontvangen tegenwoordig weinig bezoek, zoodat u dubbel welkom is. Wil u zoo goed zijn binnen te komen?" Mevrouw Van Wijngaarden trad bin nen, terwijl Mathilde, gevoelende, dat het bezoek niet haar gold, zich naar boven begaf. Ik kom u toch niet storen, vroeg de bezoekster aan Martha. O, volstrekt niet, integendeel, ik ben zeer verheugd, dat ge mij met een bezoek vereert. Sinds mijn mans overlijden, is het hier zoo stil geworden. Daarom doet het mij groot genoegen, als iemand ons uit oude vriendschap nog eens komt opzoeken. Ja ik wil gelooven, dat gij u een zaam gevoelt, ik heb het helaas, ook zelve ondervonden. Wie had ooit kunnen denken, dat uw man zoo spoedig uit den tjjd zou zijn. Mij dunkt ik zie hem nog altijd in zijne gewone vroolijkheid op het avondje bij Van den Hooghen zitten. Martha wiste een stillen traan uit hare oogen. Hare bezoekster scheen iets ge wichtigs te willen zeggen, want zij trok haar gelaat zoo ernstig te samen, dat Martha haar verbaasd aanzag. (Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1886 | | pagina 2