NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
Woensdag 26 Januari 1887.
Zestiende Jaargang.
VOOR
abonnementsprijs:
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
F euillet on.
MANUELA.
E1SFD0RTSCIE C0S1ANT.
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ing ezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
ADVERTENTIE Ni
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
H. M. de Koningin woonde eergis
teren de voormiddag-godsdienstoefening
in de Willemskerk te 's Hage bij, onder
gehoor van ds. van Gheel Gildemeester.
H. M. maakte Zondag met het Prinsesje
een toer in een rijtuigje, bespannen met
twee van de Shetlandsche paardjes, die
de Prinses onlangs ten geschenke heeft
gekregen. Ook Maandag deed H. M.
een rijtoer door het Bosch. Door de gre
nadiers en jagers, die voor de inspectie
in de Maliebaan vereenigd waren, wer
den twee malen de koninklijke honneurs
aan H. M. bewezen.
's Konings adjudant, de kapitein ter
zee jtir. Roëll, aan wien het bevel is op
gedragen over het schroefstoomschip Van
Speijk, is naar wij vernemen, door Z. M.
den Koning belast met eene bijzondere
zending, tijdens de reis van dien bodem.
Z. M. de Koning heeft aangekocht
het album van den Dusseldorfschen schil
der Sonderland, bevattende 57 teekenin-
gen in crayon en aquarel, vervaardigd in
1843 op het Loo, herinneringen aan een
toen gehouden valkenjacht. De meeste
der teekeningen zijn portretten van de
hoofdpersonen die aan deze jacht deelna
men, voorzien van hun handteekeningen
o. a. van den toenmaligen Prins van
Oranje (thans onze Koning), van zijn
broeder Prins Alexander (op Madera over
leden), van den baron en de barones Ver
schuur, George Leeds en Newcome, de
bekende valkenjagers, de gezanten en
attachés aan ons hofverder bevat het
album schetsen van het Loo enz.
De min. van oorlog, brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat in de
maanden Juni en Juli e. k. een examen
zal worden gehouden tot toelating van
jongelingen als cadet aan de Koninklijke
Militaire Academie. Het navolgende aan
tal plaatsen wordt dit jaar opengesteld
voor den dienst hier te lande: infanterie
19, cavalerie 7, artillerie 11, genie 2;
voor den dienst in O.-I.: infanterie 25,
cavalerie 3, artillerie 4, genie 3.
De min. van oorlog, brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat op 1
October a. s. kunnen wordfh toegelaten
te Delft, tot den cursus ter opleiding voor
2 luit. der art. bij het leger hier te land,
15 jongelieden
te Haarlem, tot den voorbereidenden
practischen cursus der Militaire School
ter opleiding voor 2. luit. der inf. bij het
leger hier te lande, 20 jongelingen.
De minister van financiën heeft de
324ste staatsloterij vastgesteld, welke zal
aanvangen den 21. Maart en eindigen
11 Juni a.s.
De gemeenteraad van Nijmpgen
heeft besloten, eene subsidie te verleenen,
groot f250, voor eiken wedren, die daar
ter stede wordt gehouden, tot een maxi
mum van f500 per jaar. Door dit besluit
blijven de wedrennen der Geldersche
Hardrijderij- en Renvereenigingen gedu
rende minstens drie jaren voor Nijmegen
behouden.
Den kapitein-ingenieur P. G. van
Schermbeek, van het corps genietroepen
die gedurende drie jaren in Japan de
genie-werkzaamheden beeft geleid werd
dezer dagen door den Japanscben minister
van oorlog, namens den Keizer van Japan,
dank betuigt voor de door hem bewezen
uitstekende diensten, terwijl hem de rid
derorde van de Rijzende Zon werd aan
geboden.
Ook de Nederlandsche regeering, ont
ving Zr. Ms. dank voor de bereidwillig
heid, waarmede zij den heer Van Scherm
beek ter beschikking van het Japansche
gouvernement had gesteld.
Het beroep in cassatie van enkele
der wegens deelneming aan het Amster-
damsche Juli-oproer door het gerechtshof
te Amsterdam veroordeelden zal Maandag
31 Januari voor den Iloogen Raad wor
den behandeld.
Volgens een bericht in de Nieuwe
Rolt. Ct. is te Winschoten een sociaal
democraat met 152 stemmen gekozen tot
lid van den gemeenteraad, terwijl 143
stemmen op den candidaat der libetalen
waren uitgebracht.
Voor zoover wij weten is een derge
lijke eer der «partij» van Domela Nieu-
wenhuis nog niet te beurt gevallen.
In de algemeene policie-verordening
der gemeente Dubbeldam zijn de volgende
bepalingen opgenomen betreffende he
rijden met vélocipèdes in die gemeente:
>Zij die met vélocipèdes rijden, mogen
bij het ontmoeten van paaiden niet door
gaan en zullen tot op een afstand van
20 meter vóór de paarden, ter zijde van
den weg, moeten blijven staan, totdat
deze voorbij zijn gegaan. Wanneer echter
de geleider van de paarden te kennen
geeft dat het voorbij rijden met de vélo-
cipède geen gevaar voor ongelukken doet
vreezen, kunnen zij doorlijden.
«Wil de berijder van eene velocipede
een voorloopend paard voorbijgaan, dan
is hij verplicht den geleider van het
paard, door duidelijk aanroepen, van zijn
voornemen te doen blijken. Hij zal bij
het voorbijgaan geen schelklinkende ge
luiden mogen doen hooren.''
Overtreding wordt gestraft met eene
geldboete van ten hoogste f 10.
Zoowel onder den boeren- als ar
beidersstand is de welvaart in de Betuwe
in de laatste jaren belangrijk afgenomen.
Het meest lijden door dien achteruitgang
de arbeiders. Vooral in den winter heb
ben op tal van dorpen die lieden letter
lijk gebrek, en leven velen van giften of
van bedelcenten, want werk voor allen
is er niet. Ten einde toch dien menschen
arbeid te verschatten, heeft men op en
kele plaatsen, o. a. te Lienden, touw-
pluizerijen in het leven geroepen. Het
Ministerie van Marine verschaft oud ka
beltouw, dat in die werkplaatsen door
behoeftigen geplozen wordt, die daarmede
40 cents en meer per dag verdienen.
Voor tal van gezinnen is zulk een ver
dienste nog een ware uitkomst, en te
wenschen ware bet, dat dergelijke werk
huizen meer werden gesticht, vooral op
het platte land, waar men met een klein
dagloon tevreden is.
De Nederl. Sport van 22 Januari,
bevat een portret van Carl Werner, den
vermaarden kunst-schaatsenrijder, met
j het volgende bijschrift:
I Carl Werner, een welgesteld koopman
te Christiania, steeds op zijn kunstreizen
begeleid door zijn broeder, een werk
tuigkundige bezit een krachtigen lichaams
bouw hij is zeer lenig, groot en slank.
Bij het loopen is zijn houding bewon
derenswaardig; zijn techniek bij het
hardrijden onderscheidt zich door een
ongewoon schoone houding van het
lichaam. Met opmerkelijke kracht, vol-
houdingsvermogen en zekerheid voert hij
geheel zijn rijk pogram uit. Hij begint
met de eenvoudige schoolfiguren, zooals
het beschrijven van bogen, het sullen en
voor- en achterwaarts stappen, en gaat
daarna over tot het maken met den
grootsten zwier van evoluties, dien nog
niemand hem heeft kunnen nadoen. Zoo
bv. onderscheidt hij zich door zijn groot-
sche cirkelrijden rnet cirkelbeselirijving
en kolossaal hooge sprongen, voor- en
achterwaarts loopen, ook op één been,
waarhij hij zonder den anderen voet neer
te zatten, een langen afstand doorloopt
pirouetten, dwarsrijden met de schaatsen
dwars onder den voet, waarbij hij een
rechten aanloop neemt, om daarna met
eene kleine wending beide voeten of wel
slechts éénen, dwars te zetten, en dan
vooruit te snellen, en hier of daar vlak
vóór iemand stil te staan.
Vooral de zwevende beweging en de
elegante ongedwongen houding van den
Noor maken, dat zijn rijden zooveel
sympathie wekt. Gaat men liet springen
na van vele ook voortreffelijke rijders,
dun valt liet min of meer plompe hunner
sprongen in liet ooghet lichaam valt
zwaar op het ijs terug. Werner evenwel
komt zoo licht en sierlijk neer als ware
hij een balletmeester daarna ontwikkelt
hij een kracht, die bewondering afdwingt;
het ijs wordt hier, daar en overal door
ploegd en een wolk van ijsplinters om
ringt den rijder. Allerliefst ook zijn zijne
dansen van af eene polka tot den balletdans,
en geen danser zal hem hierin evenaren,
Hoewel hij geen krachtoefeningen en
acrobatische toeren, die het leeken-publiek
zoo zeer aantrekken, ten aanschouwe
geeft, kan men, rnet het oog op de reus
achtige kracht zijner beenspieren, veilig
aannemen, dat hij ook hierin iets onge
woons zou kunnen praesteeren. Niemand
die hern heeft zien springen, zal daaraan
twijfelen. Zijn sprongen zijn inderdaad
fabelachtig. Zoo bv. zet hij twee banken
van 60 cM, hoogte op 2'A M. afstands
van elkaar en gaat dan in gestrekten
rit daarover heenook draait hij kort
voor den voorsten bank plotseling om en
spr ingt dan rugwaarts over deze dubbele
hindernis ook zet hij beide banken op
elkaar en springt er zoo sierlijk mogelijk
zonder moeite overheen. Zijn hoogsprin
gen herhaalt hij somwijlen meermalen
achter elkaar.
Door Rusland is een stap gedaan, die
tot de oplossing der Bulgaarsche quaestie
kan aanleiding geven. Uit Petersburg
werd aan de mogendheden de uitnoodi-
ging gericht, hare ambassadeurs te Kon-
stantinopel de noodige instructiën te
zenden om over die quaestie te confe-
reeren. Als eene concessie in den vorm
zou worden beschouwd, dat in die uit-
noodiging melding wordt gemaakt van
de Bulgaarsche deputatie en hare tegen
woordigheid in de Turksche hoofdstad
eene geschikte aanleiding tot het openen
van onderhandelingen wordt genoemd.
Eene depêche uit Weenen verzekert,
wat trouwens niet anders was te ver
wachten, dat alle mogendheden de" Rus
sische uitnoodiging hebben aangenomen;
doch allereerst heeft Engeland wantrou
wen in de bedoelingen van den Czaar
verraden, door het verlangen te stellen,
dat de conferentie de candidatuur voor
den troon van Bulgarije zou behandelen,
voordat een ander punt werd ter sprake
gebracht. Rusland zou daarentegen ei-
schen. dat de tegenwoordige regeering
van Bulgarije dadelijk aftrad.
De Russisch gezinde Bulgaar Zankow
heeft de Porte het volgende voorstel ge
daan: «Na de aftreding van het regent
schap zal een nieuw ministerie de leiding
der zaken op zich nemen, en wel in dier
voege, dat aanhangers van Zankow mi
nisters van binnen- en buitenlandsche
zaken worden, en generaal Kaulbars mi
nister van oorlog. De groote Sobranja zal
worden opgelost en een nieuwe Sobranja
ingesteld met den Prins van Mingrelië
als Vorst. Zulk een voorstel is natuurlijk
onaannemelijk. Kaulbars als minister van
oorlog, zou hetzelfde zijn als het paard
van Troje in het land halen I"
Zankow's voorstellen worden natuurlijk
door Rusland ondersteund, doch zullen
bij het volk onverdeelden tegenstand on
dervinden.
Geheel in strijd met de berichten om
trent een nieuwen Fransch-Duitschen oor
log, die in de laatste tijd ons zoowel uit
i Duitschland als uit Engeland werden ge-
zonden, is een telegram uit Parijs, waarin
EENE NOVELLE.
Vrij gevolgd naar het Italiaansch.
8) "Wat ons tot elkaar trekt" riep ik
eindelijk, is dezelfde kracht die zon en
sterren hare banen voorschrijft, wij be-
hooren bijeen. Wat ons scheidt kunnen
wij overwinnen. Wij zullen elkaar toe-
behooren, als uwe liefde zoo sterk is als
de mijne."
Zij zat, met neergeslagen oogen, achter
over geleund in haar stoelgroote tranen
rolden over haar bleeke wangen. Toen
boog zij zich over mij heen, nam mijn
hoofd in hare handen en zeide terwijl zij
mij diep en innig in de oogen zag
»waarom zal ik huichelen, ik kan het
toch niet. Gij moet het weten, ik moet
het zeggen als ik niet krankzinnig wil
worden. Ja I ik heb je lief, zoo innig,
zoo onuitsprekelijk dat ik weet dat ik
het niet lang overleven zou als ik u niet
meer zien zou." Ik sprong op en sloot
haar in mijne armenzij vlijde haar
kopje aan mijne borst even als een hul
peloos kind en in teedere, klagende, afge
broken woorden, deelde zij mij alles mede
wat dat arme hart tot barstens toe had
gevuld.
Haar laat ontwaken uit dien jaren- 1
langen slaap van 't hart, het geluk van
de eerste dagen mijner komst, en ten
slotte de bekentenis dat zij als onwetend
kind dien grootsten schat van het leven
als een waardeloos stuk glas uit de hand
had gegeven en dat het nu te Iaat wasl
«Gerard zeide mij destijds dat hij mij
daardoor redde en het is waar, ik had
moeten honger lijden en bevriezen en zou
misschien vroeg gestorven zijn. Ach hoe
veel beter," zeide zij snikkende, hoeveel
beter ware dat geweest dan dat ik nu
mijn levenlang aan hem geketend ben,
omdat hij mij eten en kleederen gaf,
toen ik jong en verlaten was. Hij is
immers goed." zeide zij haastig, hij doet1
mij geen kwaad maar achU
U heb ik lief! en opnieuw wierp
zij zich in mijne armen. «Ik schrik terug
voor de toekomst. Dag en nacht denk ik
aan u en aan uwe stem. Het is eene
groote zonde, ik weet dat welmaar ik
kan niet anders. Ik heb er lang genoeg
tegen gestreden en gebeden. God heeft
mij niet geholpen. Alles, Alles zou ik1
willen geven, als ik zeggen mocht: mijn
eenige wensch is bij je te blijven voor
altijd."
Ik zou den man wel eens willen zien, I
wien, bij zulke woorden van de geliefde
vrouw, niet hart en zin en gedachten in
vuur en vlarn geraakten. De volle zeker
heid met de geliefde vrouw alleen te zijn,
de stilte daarbuiten, het zachte geklater
der fontein en de neerdalende avond
schemering, dat alles maakte mijn hoofd
aan 't gloeien en ik was niet sterker
dan ieder ander in mijne plaats zoude
zijn geweest.
Maarzij de teedere en kinderlijke vrouw
was het.
Plotseling stond zij recht op voor mij
en riep met een afwerend gebaar«Neen,
neen I ongelukkig zijn wij maar wij
mogen ook niet slecht en eerloos worden I
Gevoelt ge dan niet, waarom ik u dat
alles zeg Dat het ons afscheid voor
eeuwig is I" Zij hief de oogen ten hemel
op en zeide verder: «Daar ziet mijne
moeder op mij neereens moet ik hij
haar in het paradijs mogen komen en ik
zal het als ik deze verzoeking weersta...
anders zoude de boete grooter zijn dan
de schuld. Ik moet ook mijn kind met
een gerust geweten in de oogen kunnen
zien dat is immers al wat ik heb als
gij weg zijt. En weggaan moet ge
dat begrijpt ge toch nietwaar? Gij zult
mij toch niet ongelukkiger maken als ik
reeds ben
Dat was weer die oude kinderlijke toon
waarop zij steeds sprak.
«Hoor eens Manuela," zeide ik, «er
bestaat nog een anderen weg. Als ge
mij zoo lief hebt, als ge zegt, waarom
moeten wij dan beiden ongelukkig wor
den. Hebt ge er nooit aan gedacht om
van Gerard te scheiden? Word mijne
vrouw, als ge moed en standvastig-
heidt hebt moeten wij ons doel be
reiken."
«Moed en standvastigheid." Zij zag
mij verschrikt en met groote o»gen
aan en zeide «Ik ben immers katho
liek
«Moet ge dat blijven
«Ja I" zeide zij op plechtigen toon, «ik
wil niet de eene doodzonde op de andere
stapelen. Ziet ge wel hoe de tweede de
eerste op den voet volgen wil Liever
sterf ik op dit oogenblik dan dat te
doen. Ga van hier riep zij hartstochte
lijk, «Dat is de eenige redding I Op mijne
knieën smeek ik er u om I"
Daar stond ik wanhopend aan den
afgrond die menschenharten scheidt.
Vroeger had ik over haar rotsvast katholi
cisme gelachen nu zag ik wat het voor
dit, overigens zoo zwakke, karakter be
duidde. Ik bad en smeekte tevergeefsch.
Ik liet mij vervoeren tot de hevigste uit
vallen tegen de geloofsbhndheid, die geen
eigen oor deel kent. Zij schudde het hoofd
en zeide «Dat zijn de goddeloosheden,
die ge reeds vroeger hebt verteld. Gij
protestanten weet niet wat godsdienst is.
Denk niet dat ge mij verleiden kunt.
Nimmer zal ik mijn geloof, het heil mijner
ziel afzweren."
Zij zag bleek, haar oogen fonkelden
en uit hare trekken sprak de hartnek-
kigste vastberadenheid. Hier moest een
eind aan gemaakt worden. Wat ik nog
een oogenblik te voren besloten had voor
haar te verzwijgen, deelde ik haar thans
mede; namenlijk, de aanbieding van mijn
chef orn naar Parijs te gaan. Zij sprong
op en riep als in geestdrift de handen
vouwende
«Dat komt als van den Hemel zelf,
hij wil ons redden en zal ons later ver
geven, als wij dit offer brengen. Gij zult
morgen gaan niet waar
«De vraag is of ik dat zoo snel
kan."
«Gij moet." antwoordde zij, angstig.
Wij mogen geen dag langer alleen
samen zijn. Beloof rne dat nu! Gij
moet I"
De reinheid van hart van het moedige
kind drong als een lichtstraal in mijn
binnensteik begreep ook dat er geen
middel was en beloofde opr echt en eerlijk,
hoe hard het mij ook viel, snel af te
reizen.