Gemengd Nieuws.
Plaatselijke berichten.
P. Precies, en ieder die niet van hun
beginsel is, van zich afstooten.
Provinciale berichten.
de troep uiteen en maakte verscheidene
arrestanten.
Zaterdagmiddag werd te Brussel een
meeting gehouden van ongeveer 4000
recruten, waarin zij tegen het bestaande
stelsel van militieplicht opkwamen. Ver
schillende sprekers drongen er bij de
recruten op aan om, wanneer er weder
onlusten ontstaan, niet op de rustver
stoorders, maar op de officieren te schieten.
Men zegt, dat de Duitsche Keizer zoo
zijn gezondheid hem zulks toelaat, in
persoon den Rijksdag zal openen, en,
evenals in 1886, de eerste zinnen der
Troonrede zal lezen, welke lezing dan
door Prins Bismarck zal worden voortgezet
Men meldt uit St-Petersburg dat eene
Staatscommissie heimelijk proeven neemt
met een nieuw ontploffingsmiddel, door
een Russisrhen ingenieur uitgevonden,
hetwelk vijftienmaal krachtiger is dan
buskruit, en bovendien geen rook geeft.
Zondag werden te Columbia en op
verscheidene andere plaatsen in Zuid-
Carolina hevige schokken van aardbeving
gevoeld. Men hoort tot dusverre niet van
ernstige schade.
Den 10 Maart zal een bataillon troe
pen van Napels naar Massowah vertrek
ken. Sedert 22 Januari jl. zijn aan gene
raal Gené ongeveer 2600 man van alle
wapenen gezonden.
De directeur van het postkantoor
alhier maakt bekend dat van af le Maart
de buslichtingen voor de lijn Amersfoort
Kesteren zullen plaats vinden te
6.47 m.; 10.15 m.; 1.42 av.; 5.25 av.
29 Febr. 1887.
De Directeur,
C. SM1TT.
Zondag a.s. zal de Godsdienstoefe
ning der Vrije Gereformeerde gemeente
des voorm. half tien en des nam. vijf
uur, geleid worden door den heer Vaarties
van Dordrecht.
De Fröbelschool is gisteren na be
hoorlijke desinfectie weer voor de kin
deren geopend.
De heer H. E. van Sweden heeft
zijn betrekking als brandmeester bij de
vrijwillige brandweer neergelegd.
Door mej. Dyna Beumer. zangeres
van Zijn Majesteit den Koning. ïriej. Zeli
Moriamé, hofpianiste te Brussel en den
heer Jules de Swert, componist en
violoncellist, drie solisten van den eersten
rang, zal Dinsdagavond 15 Maart aan
staande in de groote zaal van Amicitia
alhier een concert worden gegeven.
.Naar wij vernemen is de heer H.
M. Werner, ritmeester bij het 1e regi
ment Huzaren alhier, overgeplaatst naar
Zutfen en is de heer A. Geel, le luite
nant der Huzaren bij genoemd regiment,
Deventer als garnizoensplaats aangewezen.
Gedurende de maanden Maart en
April zal de commissie tot keuring van
fourage in het garnizoen alhier bestaan
uit den ritmeester L. B. LoelT, kapitein
jhr. W. P. Barnaart, de le luits. Mathon
en Storm de Grave, benevens de paar
denartsen Moubis en Frederikse.
De eerste zitting van den Militie
raad, bestemd voor het onderzoek van
redenen tot vrijstelling van den dienst,
wordt in eene der zalen vari het Stadhuis
te Utrecht gehouden voor lotelingen der
gemeenten Hoogland, Leusden en Stouten-
burg op Maandag, den 14 Maart: voor
Amersfoort en Bunschoten op Woensdag
den 16 Maartvoor Soest, Baarn en
Eemnes op Maandag, den 21 Maart;
telkens te 10 uren des voormiddags.
De tweede zitting, voor het onderzoek
van plaatsvervangers en nummerverwis-
selaars, wordt gehouden op Donderdag
den 14 April.
Een vreemde, die jaren lang menschen-
schuw in eene rotsholte hoog boven in
't gebergte had gehuisd, was gedurende
het onweèr verongelukt. Eenige dorpe
lingen vonden hem, aan den voet van
eene rotshelling, van welke hij was neer
gestort, met gebroken ledematen, in
onmacht liggen en droegen hem naar
zijn hol terug. Toen liepen zij naar de
pastorie om den priester te roepen
want de stervende had, toen hij uit
zijne bezwijming was ontwaakt, dringend
verlangd om den troost van het laatste
Sacrament.
Tonio en zijn begeleider, de koster,
hebben eindelijk de steile rotshoogte
beklommen; het was een moeielijken
tocht door het nachtelijk duister over
den gladden, natten steenbodem en langs
breedgetakte boomen die als met groene
handen in den weg grepen en door hun
natte takken den beiden mannen den
voortgang belemmerden.
Tonio wien de ziekte reeds diep in
hart en longen zal, snakte naar adem,
zijne krachten waren uitgeput en hij
wankelde als een doodelijk afgematte
de laatste hoogte op.
In de rotsholte, voor welke eene deur,
uit lakken gevlochten stond, lag op een
bed van huiden en dreoge bladeren een
man uitgestrekt. Hij streed zichtbaar
Maandagmorgen werd uit de rivier
de Eem nabij de stad het lijk opgevischt
van zekeren R. K. woonachtig te Baarn.
Naar Driebergen gegaan om eene erfenis
te halen kwam hij te laat aan het spoor
wegstation alhier en wilde nu de reis
naar huis te voet volbrengen. Hierbij
schijnt hij het spoor bijster te zijn ge
raakt en zekere K. hem onvoldoende
omtrent den weg te hebben ingelicht.
Kort nadat hij genoemde K. naar den
weg had gevraagd, is hij te water ge
raakt en verdronken.
Het bedrag der erfenis werd nog op
het lijk bevonden.
De Militaire Sportvereeniging zal
dit jaar waarschijnlijk houden de vol
gende wedstrijden:
1. 27 Maart te Amersfooit: Afstands-
rit lengte pl. m. 66 km. Om voor de
prijzen in aanmerking te komen, moet
de afstand in niet meer dan 6 uur af
gelegd worden. Prijzen f125, f50 en f25.
2. 11 April, Breda. Militaire sportprijs
over hindernissen. Prijs f'100 en f25.
30 Mei te Nijmegen. Idem. Prijs f150
en f 50.
3. In Juni, waarschijnlijk aan De Bilt,
snipperjacht met eind-wedloop; wedstrijd
voor het schoonste en beste rijpaard en
wedstrijd voor het beste springpaard.
Prijzen voor den wedloop en voor iederen
wedstrijd f50, f20 en f 10.
4. Op een later te bepalen datum te
Amsterdam twee hindernis-wediennen.
5. In het najaar, op een later te be
palen datum, nog eene snipperjacht en
een afstandrit.
Jati. Heb je er van gehoord, Piet, dat
de katten drie staarten hebben?
Piet. Loop heen I
J. Neen, ik zal nu juist eens blijven
om je wat te vertellen. Je geeft toch toe,
dat geen kat twee staarten heeft?
P. Natuurlijk.
J. En dat één kat een staart meer
heeft dan geen kat?
P. Daar valt niets tegen te zeggen.
J. Welnu, geen kat heeft twee staar
ten en een kat heeft er een meer, dus
drie in 't geheel.
P. Wat beteekent die malligheid nu?
J. Wel ilie redeneering is onlangs door
eenige beginselaars opgedischt, en toen
is daar tegen geschreven door iemand,
die net heet als jij, Piet. Hij bewees,
dat de uitdrukking «geen kat heeft twee
staarten" eenvoudig beteekende, een kat
heeft niet Iwee staarten, en dat de heele
redeneering daarmee t' onderst boven lag.
P. Daar had hij gelijk in.
J. Maar dat vonden die beginselaars
niet. Zij klaagden over de hatelijkheden
aan hun adres, vroegen, of niet alle
menschen zien konden, dat de maan zoo
groot is als een Edammerkaas; dat boo
men aan 't einde eener laan kleiner zijn
dan aan 't begin, en dat een stok, dien
men schuins in 't water steekt, een knik
krijgt?
P. Jawel, dat kan ieder zien, die niet
verder kijkt dan zijn neus lang is.
J. De beginselaars hielden zich dan
ook, of zij het glad gewonnen hadden.
Zij vonden het geschrijf van Piet vuil,
boos en krenkend voor achtenswaardige
personen, en rekenden het beneden zich
zijn onzin verder te bespreken.
P. Dat is nog al netjes uitgedrukt, en
heeft zoo wat van 't leelijk te hebben af
gelegd.
P. 't Is toch allemaal larie, dat pogen
om toenadering te krijgen tusschen de
verschillende partijen.
J. Juist, vasthouden aan je beginsel,
dat is je ware.
met den dood. Zijne hand hield hij tegen
eene diepe, bloedige wonde, in het voor
hoofd gedrukt, als moest door dien druk
de poort waardoor het leven kon ont
snappen gesloten blijven.
Tonio boog zich over den bewustelooze
en zag hem in het doodsbleeke gelaat.
«Bartolo" gilt hij in 't zelfde oogenblik
en het wordt hem duister voor de oogen
van het van toorn opbruisende bloed.
Bartolo, de moordenaar zijns vaders, ligt
daar en verlangt van hem woorden van
troost, absolutie en den zegen voor een
gelukkig hiernamaals!
De zoon der wildernis is in den pries
ter Tonio ontwaakt. Als vastgenageld
door den demon der urabbia", de eeuwen
oude doodzonde der zuidelijke landen,
staat hij daar. Een orkaan van woedende,
bloedgierige gedachten en wraakzuchtige
begeerten woelt door zijne ziel.
Door den woesten gil van Tonio ont
waakt de stervende uit zijn doodstrijd,
slaat de oogen op en staart den priester
aan.
«Gaspare!" klinkt het met moeite van
die vale lippen terwijl een trek van trots
en haat zich over het verweerde gelaat
van Ba1 tolo teekent.
De inwendige strijd van Tonio is kort
maar onbeschrijfelijk zwaar. Hij omklemt
het Ciborium, dat hjj in de handen
P. De menschen honden zich daar veel
te weinig aan. 't Is niet genoeg je be
ginselen met woord en geschrift te ver
dedigen en daardoor iets bij te dragen
om nader tot de waarheid te komen.
Neen, wie een beginsel heeft, moest geen
brood, geen vleesch, geen eijeren, geen
groenten, geen aardappelen willen eten
als zij niet van dat beginsel doortrokken
zijn.
J. Dan konden zij er ook wel jassen
en broeken met hun beginsel bij aan
trekken?
J. En dan het vaderland maar op sterk
water zetten.
Utrecht. Op het Munsterkerkhof al
hier, ontstond in den nacht van Zater
dag op Zondag jl. twist, tusschen K. en
eene beschonken vrouw, welke door een
drietal opgeschoten jongens huiswaarts
werd geleid. Al spoedig kwam het van
woorden tot daden, waarbij K. op er-
gelijke wijze door het genoemde viertal
werd mishandeld en een aantal wonden
op het hoofd en steken in den i lig bekwam.
Toen het hem eindelijk gelukte te ont
komen, was hij met bloed bedekt en
bijna niet meer in staat de ouderlijke
woning te bereiken. Onmiddelijk naar
het Ziekenhuis vervoerd, schijnt er alle
hoop op herstel te bestaan. Tegen de
daders, die allen bekend zijn is een ver
volging ingesteld.
Op de jl. Maandag alhier gehou
den Vastenavond-paardenmarkt, waren
1066 paarden en veulens aan de lijn.
Door het aanwezig zijn van vele binnen-
en buitenlandsche kooplieden, was de
handel vrij levendig. Voor de paarden
werd besteed van f50.tot f800.
en voor de veulens van f100.tot
f300.—
Daar in de nabij gelegen gemeente
Jutfaas, zich een geval van hondsdolheid
heeft voorgedaan, heeft de Burgemeester
alhier, naar aanleiding van de daarom
trent bestaande voorschriften, bevolen,
dat gedurende vier maanden, te rekenen
van af den 1 dezer, alle honden, zoodra
zij zich op den openbaren weg vertoonen,
van een muilkorf moeten zijn voorzien.
Door de Politie alhier is aangehou
den zekere N. die reeds meermalen met
de Justitie kennis maakte en thans ver
dacht wordt eenige horloges, hem ter
herstelling toevertrouwd, in de bank van
leening alhier te hebben verpand en de
aldus verkregen gelden ten eigen bate te
hebben besleed.
De vorige week had te Hoevelaken een
brutale diefstal plaats bij den predikant
aldaar. Met behulp van een ladder, die
een boer tegen een hooiberg had laten
staan, zijn de dieven het bovenhuis inge
klommen. Zij hebben alle kamers rond
gesnuffeld en zich meester gemaakt van
ruim f 14, twee horloges, eeu jas van
den predikant en een japon van mevrouw
In de keuken en de slaapkamer zijn de
dieven of is de dief niet geweest. Alles
hebben ze open laten staan, zelfs de lad
der werd den volgenden morgen tegen
het huis gevonden. De bewoners hebben
niets gemerkt. De politie doet onderzoek.
Woudenberg. Eergisteren namiddag
zijn op de boerderij »de Steenkampen"
alhier, bewoond door T. van Kolfschoten,
toebehoorende aan mevrouw de Beaufort,
twee korenbergen en een schuur ver
brand. De brandweer was spoedig op
het terrein aanwezig en ook vele ande
ren, die mede hielpen blusschen, zoodal
het huis en eene daai naast staande schuur
gespaard bleven. Drie varkens kwa
men in de vlammen om of werden ten
gevolge daaivan afgemaakt.
De oorzaak van den brand is lot heden
onbekend.
houdt, even als een schipbreukeling naar
een laatste reddende plank zoude grijpen.
Zijn blik valt op het kruisbeeld dat het
deksel van het heiligdom kroont en op
hetzelfde oogenblik ontstaat er licht in
den stormachtigen nacht, die in zijn
binnenste raast; hij buigt het hoofd en
bidt zachtkens: «Jezus, gij gegeeselde,
met doornen gekroonde en gekruisigden
Heiland die de zonden der geheele we
reld op U geladen hebt, erbarm U
mijner!"
Als een -zonnige herinnering schemert
thans het beeld der moeder voor hem,
hij hoort de toon van hare zoete stem
en ziet die warme, lieve oogen De ge
lofte die zij eens in een moeitevol uur
des levens voor het Madonnabeeld heeft
afgelegd is eene plicht die de zoon ver
vullen moet. De priester en de zoon
heeft in Tonio het iiatuuikind ovei won
nen.
De „wraak der Madonna" is liefde en
vergiffenis. Tonio knielt naast het leger
van Bartolo neder, hoort zijne lange
biecht en dient hem liet heilige sacra
ment toe. Zijn laatste gebed voor Bar-
told die hoogst gelukkig de oogen sluit
voor den eeuwigen slaap is: «God geve
hem den vrede in eeuwigheid. Amen!"
De bleeke morgenschemering valt in
de rotsholte en vei licht het gelaat van
Venendnal. Alhier circuleert een
adres, reeds geteekend door de bestuur
ders der stoom- en andere fabrieken,
handelaars en verschillende particulieren,
waarbij de directie var, de Holl. IJzeren
Spoorwegmaatschappij verzocht woidt,
aan het station van de lijn Amersfoort
Kesteren bij het dorp ook sneltreinen te
laten stoppen.
In hst théatre de la Monnaie te Brus
sel vielen de hooge hoofddeksels der dames,
vooral beneden in de zaal, niet erg in
tien smaak van de schouwburgbezoekers.
De directie, die hierover tal van klachten
kreeg, heeft door de volgende maatregel
aan de zaak een eind gemaakt. Aan den
ingang en op verschillende plaatsen in
het gebouw werden namelijk bekend
makingen aangeplakt, waarop stond
«Alleen oude daaies is het geoorloofd de
hoeden op te houden." Hierdoor heeft
men geheel verkregen wat men wenschte,
want ook de oudere dames zetten tegen
woordig hunne hoeden garderobe af.
Een onlangs uit Oost-lndië terugge
keerd scheepskapitein, die docr een on
geluk een oog verloren had, en dit door
een glazen kunstoog had moeten ver
vangen, verhaalt het volgende avontuur,
dat hij in Cameroon beleefde «Op de
terugreis moest ik de kust van Cameroon
aandoen om daar handelsbetrekkingen
aan te knoopen. Op zekeren dag kwarri
ik doodelijk vermoeid van een langen
tocht aan de kust terug en huurde tien
stevige negers, die mij aan boord van
mijn schip zouden roeien, terwijl ik zelf
het roer in handen nam.
Zoodra ik een weinig tot rust kwam
voelde ik een pijnlijken steek tusschen de
leden van mijn kunstoog, die werd ver
oorzaakt door het stof dat er tusschen
gekomen was en niets kwaads vermoe
dende, nam ik in tegenwoordigheid van
de roeiers, die stom van verwondering
toekeken, het oog er uit, om het af te
vegeti en om mijne oogleden af te was-
schen. De uitwerking liet niet op zich
wachten. Als op commando sprongen
de verschrikte kerels over boord en
trachtten met den meesten spoed uit de
nabijheid van zulk een machtig wezen
te komen, dat zich met de meeste kalmte
een oog uit het hoofd kon nemen en dit
afvegen. Daar ik hongerig en moede was,
wist ik niets beters te doen dan terug
te keeren en andere roeiers te nemen.
Intusschen hadden mijne getrouwen reeds
voor mij het dorp bereikt, waar zij de
zaak vertelden, zoodat ieder bij mijne
nadering vluchtte. Zoo bleef mij niets
anders over dan wederom de riemen te
nemen en me zelf naar boord te roeien.
Ik wenscli niemand iets kwaads", zoo
eindigde de kapitein zijn verhaal, «maar
toch wensch ik elk der tien negers een
glazen oog toe."
Een vermakelijk voorbeeld van admi
nistratieve gestrengheid in Duitschland
deelt de Figaro mede. De keizerin van
Oostenrijk, die zeer trotsch is op de
voortbrengselen harer boerderijen in de
omstreken van Schönbrunn, verzond
onlangs aan hare zuster, de gravin van
Trani, een hatn van 22 pond. Op het
adres stond: «Aan de gravin van Trani,
Baden. Van de keizerin van Oostenrijk."
Men had echter verzuimd er het in
Duitschland vereischte certificaat van
herkomst aan toe te voegen en de be
ambten van het Duitsche douanenkantoor
te Limbach hielden het pakket aan en
schreven aan den marktmeester te Wee-
nen «Wij hebben ontvangen een pakket,
geadresseerd aan de gravin van Tram.
Wees zoo goed ons te doen weten of
de afzender (keizerin van Oostenrijk) te
Weenen is gedomicilieerd en of hij van
beroep spekslager is. Het pakket blijft
geconsigneerd, in afwachting van den
uitslag van uw onderzoek."
Een ooggetuige van de aardbeving te
den dooden Bartolo en dat van den
priester. Op beider gelaatstrekken rust
het verheerlijkend schijnsel van een be
ter leven. Plotseling verwen zich Tonio's
lippen purper en een bloedstroom schuimt
als eene roode bron uit zijne zwaar gol
vende borst.
De urenlange moeielijke tocht bergop
waarts, hel slechte weer en de vreese-
lijke zielestrijd aan het sterfbed van
Bartolo hebben het zwakke lichaam doo
delijk uitgeput. Dof en gebroken staart
zijn oog naar den thans door den mor
genzon vergulden hemel en de sidderende
hand grijpt naar 't hevig kloppend hart,
als wilde zij de knagende pijn daar bin
nen verstikken.
Na eene lange rust in de rotsholte
daalt Tonio, geleund op zijn begeleider,
den berg weer af. Van den bloemen
haag, aan den ingang van het dorp,
plukt hij een krans van wilde rozen en
versiert daarmede het kruisbeeld dat in
zijn dakkamertje hangt.
liet was Tonio's laatste bezoek aan
zijne bergen.
De laatste stralen der avondzon zijn
achter de rotshellingen verdwenen en de
goudachtig blauwe sluiers der schemel ing
spreiden zich uit over dal en woud,
hoogten en vallei. De wind speelt zacht
kens door het geopende venster van het
Mentone, een der plaatsen welke het
ergst door de ramp geleden hebben, geeft
daarvan in de Köln. Zty. een beschrij
ving, waaraan wij het volgende ont-
leenen
«De eerste, langste en hevigste schok
deed, eenige minuten vóór zessen, de
bewoners van Mentone uit den slaap op
schrikken. Ik hoorde een gedreun en een
gesuis in de lucht en in den grond een
kraken, breken en barsten, en voelde
het hooggelegen hotel, waar ik met mijn
vrouw logeerde, zoo hevig op zijn grond
vesten schudden, dat wij eik oogenblik
verwachtten, bedolven te worden onder
het puin van het wankelende gebouw.
Het dak stortte in; de schoorsteenen
vielen door de zolderingen der bovenste
vei diepingen, en een dame werd daar
onder het puin bedolven. Alles wat breek
baar was in de kamers lag verbrijzeld
op den grond; de muren spleten. In de
gangen klonk gejammer en geschreeuw,
en liep men angstig heen en weer. Tus
schen dat alles dooi hield het dreunen,
rommelen en kraken aan, in die vree-
selijke minuut welke de eerste schok
duurde. En uit de straten beneden, welke
in een stofwolk gehuld waren, klonken,
als een ver verward gerucht, de angst
kreten der uit hun huizen vluchtende
inwoners. Eindelijk was het ontzettend
oogenblik voorbij en hield de aardbeving
op, terwijl het gerommel, als een heen-
drijvend onweder, langzaam wegstierf.
Wij hadden ons juist in allerijl aan
gekleed, en wilden de kamer en het
hotel verlaten, toen de tweede schok
kwam, en wij, als verlamd van schrik,
bleven waar wij waren, in het wanke
lende gebouw. Deze schok was kort en
lang zoo hevig niet als de vorige; maar
hij voltooide bij vele gebouwen het ver
nielingswerk door den eersten schok be
gonnen.
«Nu snelden wij, uit het krakende ge
bouw, naar buiten waar alle gasten,
velen slechts met een hemd en een
wollen deken om het lijf gevlucht waren.
«Het tooneel van verwoesting, dat wij
aanschouwden toen wij in de eigenlijke
stad afdaalden, was veel erger dan wij
gedacht hadden. Bijsa geen huis was
onbeschadigd. Vele huizen en villa's
waren als kaartenhuizen ineengestort
andere schenen van buiten onbeschadigd,
maar van binnen geheel vernield. Het
gejammer der inwoners was hartver
scheurend. Het gezicht van al de zonder
ling toegetakelde burgers en vreemde
lingen die er dooreenliepen zou onder
andere omstandigheden kluchtig zijn ge
weest maar thans verscherpte het den
treurigen indruk. Mentone geleek, wat de
verwoesting betreft, een gebombardeerde,
en wat de verwariing aangaat, een pas
door den vijand ingenomen stad.
«Tegen 9 uren was algemeen de
hevigste schrik voorbij. Maar bij den
derden en den vierden schok die nu
volgden, ontstond er een algemeene
paniek, en wie maar kon vluchtte voor
den avond uit Mentone, om niet nog een
nacht in bijna instortende gebouwen of
op het open veld te moeten doorbrengen.
Dien dag vertrokken 10,000 personen
per spoor in de richting van Marseille en
Parijs, en 5000 in de richting van Ven-
timiglia en Genua.
Twee weken geleden vond te Plum-
stead, een Londensche voorstad, niet ver
van Woolwich, een boer daar in den
grond een looden doodkist, die uitstekend
hewaard was gebleven, uit de derde eeuw
onzer jaartelling dagteekent en die een
eveneens goed onderhouden geraamte
bevatte. De vinder van deze kist, een
zekere Dawson, liet zich overhalen om
haar aan het museum van oudheden te
Maidstone af te staan. Nu was echter de
doodkist met den inhoud bewaard in het
lijkenhuisje van het kerkhof, dat onder
jurisdictie van een katholieken geeste
lijke slaat, en deze weigert, het skelet
af te geven, daar dit volgens hem een
christelijke begrafenis op den doodenakker
moest hebben. Hiertegen voerde Dawson
aan, dat een geraamte uit den tijd der
Romeinen geen lijk is dat moet begraven
worden, maar een antiquiteit waarop de
vinder recht heeft. Daar de geestelijke
evenwel er bij blijft om met het ge
raamte te doen wat hem goeddunkt, zal
de zaak door het gerecht moeten worden
beslecht.
Men kan volgens enkele belichten op
het versierde deksel van de doodkist een
eenigszins ruw ingesneden kruis ont
dekken.
dakkamertje in de pastorie te Gesena en
waait door den krans van witte rozen
die aan den voet van het kruisbeeld
hangt.
Tonio de jonge Vicarius ligt op zijn
stervensponde. Naast het bed zit zijne
moeder en beschouwt met een onbe
schrijfelijk smartelijken blik het doodelijk
bleeke gelaat van haar zoon.
Een bloesem wordt door het avond
windje op het strookus6en, waar op het
hoofd van Tonio rust, neergestrooid.
Bloesem en priester verwelken te samen
en gaan vereenigd den dood te gemoed.
Uit den kelk der bloesem stijgt de laatste
geur omhoog, van Tonio's bleeke lippen
klinkt zachtkens, zeer zachtkens zijn
laatste woord «Moeder I heb dank I"
De volbrenger van de «Vendetta di
Madonna" had uitgestreden.
EINDE.