BUITENLAND.
Plaatselijke berichten.
Provinciale berichten.
Voor het examen tot het verkrijgen
van het diploma van opzichter van 's Rijks
Waterstaat, gehouden te 's Gravenhage
in Juni en Juli jl. hadden zich 69 candi-
daten aangemeld.
Acht hunner konden van het voorloopig
examen in de vakken 1. 2. 5 tot 9 van
het programma worden vrijgesteld, als
zijnde in het bezit van het diploma, van
voldoend afgelegd eindexamen aan eene
hoogere burgerschool met driejarigen
cursus of van het bewijs van toelating
tot de vierde klasse eener hoogere bur
gerschool met vijfjarigen cursus.
Van de 61 candidaten, die aan het
voorloopig examen deelnamen moesten
26 worden afgewezen.
De uitslag van het eindexamen was
dat aan 24 van de 43 candidaten, die
daaraan deelnamen het getuigschrift van
voldoend afgelegd examen voor Opzichter
van 's Rijks Waterstaat kon worden uit
gereikt, en wel naar alphabetische volg
orde aan F. E. Artes te DordrechtA.
H, van Bebber te Doesburg W. C. van
der Beeke Ie Amst. J. Éenkelman te
Zwartewaal H. Bokma te Helder T. C.
Bölger te UtrechtC. E. van der Bult te
Pannerden M. Coeterier te Amst.; II.
Dijkstra te NieuwoldaC. E. Enthoren
te RoekanjeM. in 't Hont te Vlaardin-
gen. D. J. de Jongh te Geertruidenberg
W. M. Jordaan te Utrecht; F. W. K.
de Klerk te Nieuwer-AmstelF. A. Klop-
pert te Dordrecht, L. Kniphorst te Maas
sluisO. Lofvers te Bedurn P. Muller te
Haarlem, J. H. Rouwenhorst Jr. te Har
derwijk H. Scholtens te UtrechtP.
Schotel te DordrechtJ. Vreedenburgh
te Rotterdam J. C. Winterwerp Cz. te
Groningen W. Wolter te Adorp.
De tot 2. luitenant benoemde kadet-
ten van de Kon. Mil. Accademie zullen
den 15. dezer maand bij de corpsen,
waar zij zijn ingedeeld, in hunnen rang
moeten worden erkend en beëedigd.
De heer H. Wolters, bijna 25 jaren
practiseerend geneesheer te Venloo, en
als zoodanig ook aan de Staatsspoor ver
bonden, is na eene kortstondige ziekte
overleden. De ontslapene wordt in
zijne omgeving algemeen betreurd.
Ruim 2000 vaatjes boschbessen
werden van Ede dit jaar naar het bui
tenland verzonden. Voor het plukken
werd f0.50 a f 0.70 per vaatje besleed.
Er zijn in Nederland 103 dolee-
rende gemeenten. Ze zijn naar de pro
vinciën gerangschikt, als volgt: Gronin
gen 5, Friesland 24,' Drente 1, Overijsel
4, Gelderland 15, Utrecht 9, Noord-Hol
land 8, Zuid-Holland 31, Zeeland 4, en
Noord-Brabant 2.
In nog een 25tal gemeenten worden
stappen gedaan om doleerende gemeen
ten te slichten.
Bij den landbouwer D. de H., in
de Beemster, hadden eenige kinderen, die
bij eene Nortonpomp speelden, de onvoor
zichtigheid om een lucifer aan te steken
en dien boven de wel te houden. Door
de in het water aanwezige gassen ont
stond eene ontploffing, welke het aange
zicht van twee kinderen schroeide en het
haar van een hunner verzengde.
Sedert de opening van het badsei
zoen zijn te Scheveningen 3824 badgas
ten met 422 dienstboden aangekomen.
Deze getallen zijn merkelijk hooger dan
die van het aantal vreemdelingen op het
zelfde tijdstip in Augustus 1886.
Het hotel van het verbouwde nKurhaus"
trekt meer bezoekers dan door sommi
gen in den aanvang voorspeld werd.
De trein, die te 5.33 namiddags van
Geertruidenberg naar Lage Zwaluwe ver
trekt, ondervond Zaterdag eenig opont
houd op een overweg nabij Hooge Zwaluwe,
doordat een kwaadwillige keisteenen uit
den overweg had opgebroken en op een
hoop gestapeld, zoodat de trein niet zon
der gevaar kon passeeren.
Dank zij de oplettendheid van den
machinist, werd wellicht een ongeluk
voorkomen, doordat de keisteenen nu
tijdig van den weg konden verwijderd
worden.
ïSta op," zeide de vorst met vriende
lijke stem, »ik begrijp volkomen het
troostelijke van uw toestand en uwe
droefheid, wier oorzaak ik ken."
De keizer nam van de tafel een daarop
liggende ukase, die met zijn zegel en zijne
onderteekening voorzien was. «Hier is
de begenadiging voor uw vader," zeide
hij, «zij zal over eenige dagen verzonden
worden."
Een kreet ontglipte Sara's lippen, zij
kon geen woord van dank spreken, zij
was niet in staat zich op te richten
zelfs geen traan van vreugde kwam in
hare oogen. Het geluk was te groot,
het dreigde haar hart en boezem te ver
scheuren.
Een handbeweging des keizers duidde
aan dat de audiëntie ten einde was. Nu
eerst kon Sara den vorst door woorden
hare diepe dankbaarheid betuigen.
De grootvorstin begaf zich daarop met
hare beschermden weder in het paleis en
nam het zelve op zich, Anka's oudeis
over het verdwijnen hunner dochter ge
rust te stellen en haar verzoek oin ver
giffenis te ondersteunen.
(U'orcR vervolgd.)
Men schrjjft uit Amsterdam aan
het vUlrechtsch Dogblad:
Een Amsterd. blad brengt een treffend
bericht omtrent de eerste opstijging alhier
van den heer Louis, met den ballon
«Prinses Wilhelmina". Zooals men weet
was de luchtreiziger toen alleen, en be
reikte hij met zijn ballon eene aanzien
lijke hoogte, maar toen hij weder wilde
nederdalen, weigerde de klep hare wer
king, en was het hem onmogelijk het
gas te doen ontsnappen.
Men behoeft geen bijzondere verbeel
dingskracht te bezitten om zich de ge
waarwordingen voor te stellen van dien
man, in die hopelooze eenzaamheid daar
boven, voortgezweept door een sterken
wind, steeds hooger en hooger stijgende.
Nauw had hij zijne vrienden de hand
gedrukt, of daar steeg bliksemsnel het
gevaarte omhoog. Nog verhoogt hij de
snelheid door een zak zand weg te wer
pen, en weldra is hij uit het gezicht
verdwenen en is voor hem de aarde met
al wat daar op is slechts eene levenlooze
massa. Reeds wijst zijne hoogtemeter
3000 meters aan, en nog altijd stijgt de
ballon. Maar eindelijk wordt hel zelfs
dezen vermetele te hoog. Hij grijpt het
touw, dat onder uit de tromp van zijn
ballon hangt en daar doorheen aan de
klep is bevestigd; hij rukt er aan, maar
vergeefs. Nog eens rukt hij. maar weer
vergeefs. Hij verbleekt, en laat als ver
stijfd van schrik het touw los en de
handen moedeloos langs het lijf vallen.
Een oogcnblik staart hij als versuft voor
zich naar den bodem van de kleine mand,
die hem draagt, maar dan komt de zucht
naar lijfsbehoud weer in hem boven. Als
een razende grijpt hij naar het heen en
weer slingerende touw en hangt met
garisch de zwaarte van zijn lichaam er
aan. Knarsetandend rukt hij er aan, ter
wijl een vloek tusschen zijne verbleekte
lippen uitschiet. Niets mag baten. Het
angstzweet bedekt in groote droppels zijn
voorhoofd en wangen, zijne ademhaling
wordt beklemd, de breede borst gaat
met geweldige golvingen op en neder.
Radeloos slingert hij het touw van zich
af en staart over den rand van zijn
schuitje naar beneden. Verschrikt door
die onmetelijke diepte deinst hij terug
en moet zich vastgrijpen om niet ineen
te zakken.
Zoo staart hij, met den rug leunend
tegen den rand der schuit en de beide
handen krampachtig daarom vastgeklemd,
met wijd geopende, uitpuilende oogen
strak voor zich uit in de matelooze
ruimte, en het gevoel dringt zich bij
hem op, dat hij verloren is.
Dan wordt hij dof en onverschillig;
zijne oogen sluiten zich eene siddering
vaart hem van het hoofd tot de voeten,
zijne handen laten de mand los; als
levenloos zakt hij ineen op den bodem
der mand.
En steeds hooger stijgt de ballon I
Zoo ligt hij eenigen tijd, maar dan
opent hij plotseling de oogen. Een gas-
lucht diingt tot hem door en vult geheel
de mand; eene postduif is reeds gestikt
en doet haar laatste stuiptrekking in het
kistje, waarin zij is gesloten. Met eene
geweldige poging overmant hij zich, vliegt
overeind en steekt het hoofd buiten de
mand. Zoo hangt hij meer dood dan
levend eenigen tijd, en krijgt door den
frisschen wind zijn bewustzijn weer.
De zijde van den ballon is zoo strak
gespannen als een eierschaal. Het gas is
geweldig uitgezet en dringt door den
tromp naar builen. Steeds sneller wordt
de vaart, waarmede hij omhoog stijgt.
Een oogenblik komt de gedachte bij hem
op aan zijne vrouw en kinderen, aan
zijne verwanten en vrienden, die angstig
zijne terugkomst verbeiden, en tranen
vermengen zich met het angstzweet, dut
zijn gelaat bedekt. Dan komt weer de
zucht tot het leven met verdubbelde
kracht in hem op; weer grijpt hij het
trouw, en «hulp, hulp!" klinkt het door
het luchtruim. Verschrikt laat hij den
snoer los en ziet achterom. Het is alsof
een ander geroepen heeft; zoo heeft de
angst zijn geluid veranderd, dat hij het
zelf niet meer herkent. «Hulp, hulpI"
klinkt het nog eens op akeligen toon,
maar slechts de echo der wolken ant
woordt hemhulp I
En hooger stijgt steeds de ballon! Hij
berekent bij zich zelf hoe lang het nog
duren zal eer de ballon te barsten springt
en dan grijpt hij zijn revolver om er
een eind aan te maken. Nog eens kijkt
hij naar omlaag, en als hij de aaide nog
onderscheidt, waarop hij alles achterliet
wat hem lief was, dan schreit de moe
dige man weer als een kind, en brullend
van smart slaat hij de handen naar het
hoofd en rukt zich de haren uit.
Nu eens verwenscht hij zijn noodlot
en alles wat er hem toe dreef dezen
tocht te ondernemen, dan weer grijpt
hij met sidderende hand naar het pistool,
en meer en meer krijgt hij vrede met
de gedachte, dat het beter is om het
ontzettend oogenblik niet af te wachten,
waarop luj zal neerstorten, maar om
zijn dood door een revolverschot te ver
haasten.
Zijne hand wordt vaster, die het pistool
omklemt; de blik zijner oogen is niet
meer wezenloos, zijne lippen zijn vast-
gesloten op elkaar gekneld. Daar herin
nert hij zich, dat hij nog weinige uren
geleden, voordat hij opsteeg, ter biecht
was geweest, en de reeds opgeheven
hand zakt neder en laat den revolver
vallen, en hij stort op de knieën en bidt.
Dat verlicht hem! Weer kan hij den
ken, en nu is zijn eerste werk om te
zorgen, dat, wat er ook met hem ge
beuren moge, er althans eenige kans
besta, dat zijne verwanten zijn weder
varen vernemen. Het kistje, waarin de
gestikte postduif ligt. neemt hij op, en
op het deksel dezer doodkist schrijft hij
met vaste hand: ïDe ballon stijgt steeds.
Ik kan niet nederdalen door een gebiek
aan de klep. Vaart allen wel!"
En als deze laatstë plicht, dien hij te
vervullen heeft, verricht is, dan ziet hij
in stille berusting om zich heen, en in
weinige seconden gaan al de vreugd en
smart, die hij in zijn leven gehad heeft,
aan zijnen geest voorbij. Zijne vrouw,
zijne kinderen, zijne goede vrienden, van
allen ziet hij het beeld vdór zich zweven,
en zelfs lang overledenen, de geliefde
makkers zijner jeugd, aan wien hij in
jaren zelfs niet meer gedacht heeft, zij
staan hem in deze stervensure als levend
voor oogen. Zich zeiven ziet hij ook weer
als een kleinen jongen, en de minst be-
teekenende voorvallen uit den gelukkigen
schooltijd, herinnert hij zich alsof zij
zooeven waren gebeurd. Dat 'oeeld ver
dwijnt, en hij ziet zich als een jongeling,
die weer met de herinneringen van dien
leeftijd plaats maakt voor den man, den
vader voor den luchtreiziger eindelijk.
Met een koude rilling keert hij terug in
de sombere werkelijkheid.
De wind is heviger geworden; de
tromp van der. ballon schudt heftig heen
en weer, en het touw der klep, dat
daaruit hangt, slaat hem in 't gezicht.
Werktuigelijk grijpt hij het aan en houdt
het met opgeheven hand vast. Hij steunt
er zelfs aan, daar zijne knikkende knieën
hem bijna weigeren te dragen. Plotseling
gaat zijne hand met het touw omlaag,
en de klep vliegt open. Het touw had
door eenen toeval in den ballon verward
gezeten en was nu weer losgeraakt door
den wind. Met duizelingwekkende vaart
daalde hij neer, maar lang voor hij de
aarde bereikte was de luchtschipper op
den bodem van zijne mand, die stomme
getuige van zijn doodsangst, neergeval
len, en nooit is er oprechter dankgebed
uitgesproken dan op dal oogenblik
vier duizend meter boven de aarde."
De Kólnische Zeitung verzekert, dat
prins Ferdinand van Saksen-Coburg dezer
dagen naar Bulgarije zal gaan. Uit Pirot
wordt aan hetzelfde blad gemeld, dat
de heer Stransky bij zijn terugkeer naar
Bulgarije vergezeld is door den secretaris
des prinsen. De leden dér Sob ranja zijn
per telegraaf door de regeering verwit
tigd, dat zij zich gereed moeten houden
terstond aan een oproeping gevolg te
kunnen geven, want de heer Stransky
verklaarde het als zeker, dat de prins
toch met den minister Natschewitsch
de reis naar Tirnova zal aanvaar
den.
Volgens de Nowosti heeft het depar
tement van financiën aan den directeur
van de accijnzen in het Gouvernement
Cherson, den staatsraad Miropolski, opge
dragen, in den loop van dezen zomer
uitvoerige gegevens te verzamelen over
den tabaksbouw en de tabaksnijverheid
in het Zuiden van Rusland, ten dienste
van de afdeeling der indirecte belastingen,
van genoemd departement, welke arbeidt
aan het ontwerp tot invoering van het
tabaksmonopolie in Rusland.
Generaal Boulanger heeft aan zijne ge
tuigen den volgenden brief geschreven
»Ik heb zooeven het schrijven van den
heer Jules Grévy gelezen. Na de zware
beleediging, mij door dezen aangedaan,
wenschte ik een ernstig tweegevecht, en
niet een ontmoeting waaraan bijna geen
gevaar is verbonden. De openbare mee
ning zal thans een oordeel kunnen vellen
tusschen hem, die in de verte een gene
raal beleedigt en daarvoor slechts eene
belachelijke voldoening wil schenken, en
mij, die mijn leven wilde wagen om
mijne eer te wreken."
Eene kleine gebeurtenis heeft de Fran-
sche en Duitsche bladen weer tegen
elkander in het hdrtias gebracht. Dezer
dagen is op last ypn den prefect van
Meurthe-et-Moselle tte Emberménil eene
Duitsche fabriek van poppen toebehoo-
rende aan de broeders Wiesbach, ge
sloten, op grond dat deze fabriek geves
tigd is op zoogenaamd (aan bijzondere
regelen onderworpen) onvrij territoir, en
dat hiervoor geen vergunning was ge
vraagd, gelijk de wet voorschrijft.
In Duitschland wil men in den maat
regel eenvoudig een middel zien om den
Duitschen handel in Frankrijk tegen te
werken en te bemoeilijken, en men neemt
het zooveel te hooger op, omdat het hier
een maatregel geldt, die van de regee-
ring is uitgegaan, en niet van particu
lieren, aan wier tegenwerking men sinds
lang gewoon is.
Omtrent de expeditie van Stanley wordt
nader uit St. Paul de Loanda het vol
gende berichtNadat Stanley bij het
punt, waar de Aruwimi en de Congo
samenvloeien, was aangekomen, ging hij
den 6 Juni met eene keurbende de
Aruwimi verder op tot halverwege tus
schen Yambi en Yambungo, een punt
dat hij ook in 1883 bereikte. De tocht
ging zeer langzaam daar men, behalve
den gewonen en nieuwen voorraad van
mondbehoeften, nu ook al den proviand
en de munitie voor Enun-pachu moest
transporteeren. De strooming der rivier
was daar zeer sterk, de breedte tusschen
500 en 2000 meter en het watervolumen
zeer groot, zoodat de opvaart uiterst
moeielijk was. Mocht Stanley bevinden,
dat de stroomversnellingen niet bevaar
baar zijn, dan zal de reis 15 dagen lan
ger dan volgens de oorspronkelijke be
rekening. duren. Toen hij Bongales voor
bijkwam, berekende Stanley, dat hij in
het begin van Augustus te Wadelaï zou
kunnen aankomen. De stammen aan de
Aruwimi behandelden de expeditie zeer
vriendelijk, zoodat men in staat was een
grooten voorraad van versche levensmid
delen in te slaan. Waarschijnlijk zal hij,
■bij dezen gunstigen toestand, den tocht
over de Aruwimi wagen. Stanley heeft
den gouverneur-generaal Janssen een
verslag van zijn reis gezonden. De hon
gersnood bij Stanley-pool is nagenoeg
geëindigd. De heer Alexander M. Mackay
te Uganda heeft aan het zendelingen
genootschap te Londen bericht, dat de
huizen van koning Mwanja verbrand zijn
en dat de Arabieren hem verzocht hebben
te bevelen, dat alle jongelingen den
Koran moeten lezen, welke beide gebeur
tenissen een ongunstigen invloed uitoefe
nen op de bekeerde inboorlingen. Een
christen is gevat en zal, naar men ge
looft, worden terechtgesteld.
Zondag 14 Aug. 1887 wordt de
dienst in de Remonstrantsclie kerk waar
genomen door Ds. J. J. Hille, predikant
te Zaandam.
Aan den heer J. C. Rolandus Ha-
gedoorn is bij Koninkl. besluit van 4
Aug. 1887, op zijn verzoek eervol ont
slag verleend als officier van gezondheid.
Aan den heer A. M. Tromp van
Holst, majoor-commandant der d. d.
schutterij alhier, is door den minister van
oorlog vergunning verleend om aan de
manoeuvres die döor de 2e divisie infan
terie in de eerste helft van September
e. k. zullen worden gehouden, deel te
nemen.
Maandagavond werd in het locaal
«de Arend" onder presidium van den
eere-voorzitter, den heer A. M. Tromp
van Holst, eene algemeene vergadering
gehouden door de vereeniging tot bevor
dering van 's lands weerbaarheid ïEen-
dracht maakt Macht", waarin is besloten,
dat de jaarlijksche schietwedstrijd zal
gehouden worden op Donderdag den 18.
Aug. a. s., op het terrein de «Vlasakkers".
Tot leden der commissie tot regeling
van den wedstrijd zijn benoemd de hee-
ren A. M. Tromp van Holst, J. A. Scho
terman en W. J. van Rhee. Verder werd
nog bepaald, dat op den eersten Donder
dag van elke maand, op het terrein de
«Vlasakkers" gelegenheid gegeven zal
worden om als lid der vereeniging toe
te treden, na vooraf den secretaris met
dat voornemen in kennis te hebben ge
steld.
Het zal zeker aan vele stadgenooten
evenals ons zijn opgevallen, dat, niettegen
staande de langdurige droogte en niettegen
staande er voor een 14tal dagen zeer weinig
water in de grachten was en dat water
bovendien een onaangename lucht begon te
verspreiden omdat van doorspoeling geeu
sprake kon zijn en liet weinige water dat
er was moest worden opgehoudeu om niet
alles te laten wegloopen, er in de laatste
dagen zooveel en frisch water in de grackteu
is. Wij hebben ons daarover verheugd en
de oorzaak nagegaan, omdat wij het van
groot belang zouden achten dat de toestand
welke thans bestaat in vervolg van tijd bij
droog weder zal bestendigd worden en wij
niet weder als in vroegere jaren of dit jaar.
weinig water in de grachten hebben. Niet
alleen is zulks onaangenaam, maar de om
standigheid dat vele vuile stoffen in de
grachten komen, maakt dat wanneer er geen
doorstrooming is wat juist in w arme dagen
het geval meestal was, zich op den duur
een lucht verspreidt die alles behalve wel
riekend is. In tijden van cholera of andere
ingewandsziekten zou die lucht bovendien
nadeelig kunnen werken op de gezondheid.
Nu wij gezien hebben dat er althans een
middel is om onder bijna alle omstandighe
den Amersfoort te voorzien van frisch water
hooge Eemstaudeu natuurlijk uitgezonderd
zouden wij zoo gaarne zien dat zekerheid
werd verkregen dat Amersfoort ook altijd
over frisch water beschikken kan.
Naar bekomen inlichtingen zal zulks
echter moeielijk zijn te verkrijgen. Verschil
lende autoriteiten, colleges en eigenaren
moeten medewerken en het zich aan banden
leggen ten behoeve der gemeente Amersfoort
is misschien wat veel gevergd; terwijl een
algemeene regeling, niet alleen omtrent de
afwatering der Geldersche vallei, maar ook
omtrent het inlaten van water uit de Lek,
van zulk een omvang is, dat in de eerste
tijden daarvan nog niet veel te wachten is.
Intusscben mogen wij tevreden zijn wanneer
de verschillende autoriteiten, colleges en
eigenaren bereid zijn om al datgene te doen
wat mogelijk is om de verschillende belangen
te behartigen. Aan den eenen kant wil
Amersfoort gaarne bij gebrek aan water
zooveel mogelijk ontvangeuaan den anderen
kant behouden hooger gelegen landen gaarne
zooveel mogelijk water. Ook al wordt veel
Lekwater ingelaten, toch zou men bijv. te
Woudenberg te weinig water kunnen krijgen
indien men voortdurend al het water liet
schieten wat van boven komt.
Door tusscheukomst van den Watergraaf
van de Eem beken en aankleven van dien
en het Dagelijksch bestuur van Amersfoort,
zijn de verschillende autoriteiten en eigena
ren aangezocht medewerking te verleenen,
en van allen heeft men de meest verschil
lende medewerking ondervonden. Op verzoek
van den Voorzitter der Stichtsche en Gel
dersche Veenen is door de genie, [de innu-
datiesluis aan de Grebbe gedeeltelijk geopend
en langs dien weg kan men, zoolang de
waterstand in de Lek niet buitengewoon
laag wordt, zooveel water inlaten als men
wil. Natuurlijk mag daarvan alleen met
mate gebruik gemaakt worden, opdat men
te Rhenen en Veenendaal niet te veel water
krijgt en kan dit inlaten alleen helpen en
geschieden, wanneer de eigenaren van het
Geresteiusche schut het water doorlaten,
anders zou Amersfoort toch niets krijgen,
maar daarentegen de hooger gelegen landen
te veel. De eigenaren van het Geresteinsche
schut hebben echter met groote welwillend
heid medegewerkt en wij hopen dat die
medewerking blijvend zal zijn. Zoodra eene
voldoende hoeveelheid water uit de Lek was
aangevoerd, heeft men eerst een der balken
en daarna alle bulkeu uit het Geresteinsche
schut weggenomen, waardoor eene groote
hoeveelheid water werd aangevoerd.
Toen men te Woudenberg te weinig water
dientengevolge kreeg, heeft men tijdelijk de
balken geplaatst en thans worden naar om
standigheden balken ingelaten en weggeno
men. Zoolang Gerestein flink blijft spuijen,
kau men aan de Grebbe Lekwater inlaten
te Woudenberg verkrijgt men dientengevolge
telkens frisch water; te Amersfoort eveneens
en naardat meer of minder water komt,
kan Amersfoort het water laten doorgaan.
Zoo zijn alle belangen gebaat en wij hopen
dat Amersfoort blijvend zal ondervinden dat
niet onnoodig water wordt opgehouden en
zooveel mogelijk water wordt toegezonden
wanneer daaraan behoefte bestaat.
325ate STAATSLOTERIJ.
Tweede klasse.
Trekking van 8 en 9 Aug.
(1000 LOTEN.)
Ten kantore van den Collecteur te
Amersfoort zijn aan de navolgende num
mers te beurt gevallen
Pry8 van flSOO.
No. 9388.
PrU8 van flOO.
No. 12411.
PrUzen van f30.
23, 49, 61, 83. 91, 1901, 1907, 1913,
1930, 1951, 2207, 2221, 2246, 4638,
4689, 9408, 9437, 9463, 9705, 9728,
9747, 9759, 9765, 9767, 9769, 9783,
9805, 9806, 9842, 9844, 12418, 12420,
12429, 12431, 12438, 12475, 12486,
12538, 15841, 15850, 15851, 15864,
15881, 15897, 17517, 17533, 17534,
17540, 17575, 17585, 19408, 19416,
19419, 19433, 19447 en 19700.
Te zamen 58 prijzen.
i
Piet. Me dunkt, dat de volksstem
wel eens kan dwalen.
Jan. Zeer zeker; maar heel dikwijls
spreekt zij ook naar behooren recht.
P. Wanneer dan?
J. Als een partij de overwinning be
haalt en zij weet zich dan niet te matigen.
P. Daar heb je gelijk aan. Als er
misbruik wordt gemaakt van het behaalde
voordeel, dan kiest de volksstem later
weer partij voor de overwonnenen.
Jan. 't Is toch maar een verschrikke
lijk ding om de nederlaag te moeten
lijden.
Piet. Ja en néén.
J. Hoe bedoel je dat?
P. Als je voor overmacht moet bukken
en je hebt je zelf niets te verwijten,
dan is het heel droevig; maar een neder
laag, door eigen schuld opgeloopen, kan
de oogen voor begane fouten openen en
daardoor tot voordeel zijn.
TTtreeUt. In den laatsten tijd werd
alhier bij herhaling tegen diverse perso
nen, eene vervolging ingesteld, wegens
het op de markt, met kunstboter plaatsne-
nemen, daar waar zulks alleen met natuur
boter is geoorloofd, of wel door op de
aardappelenmarkt zakken met aardappelen
te brengen, die minder dan ft hektoliter
inhouden. Toch schijnt zulks nog weinig
indruk te hebben gemaakt, althans j.l.
Zaterdag werden er weder 4 personen van
de markt verwijderd, als verdacht kunst
boter voor natuurboter te hebben ver
kocht, terwijl 2 kooplieden in aardap
pelen werden bekeurd, omdat zij zich in
de maat hadden vergist, in dier voege
echter, dat de koopers er de dupe van
werden.