NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. KOUSOUMA. No. 10. Zaterdag 4 Februari 1888. Zeventiende Jaargang. Een middenpartij? VOOR. abonnementsprijs: VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: BINNENLAND. Feuilleton. IMEBSFOORTSCBE COURANT. Per 3 maanden 1.Eraneo per post door het geheele Bijt. Afzonderljijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. yan i6 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Met belangstelling is in het gan- sche land de uitslag vernomen van de vergadering te Utrecht, waarin de nieuwe kiesvereeniging «Eendracht maakt macht" is geconstitueerd; en wij gelooven niet te veel te zeggen door te beweren, dat deze bijeen komst in de politieke geschiedenis van onzen tijd een gebeurtenis mag heeten. Het feit dat een zeker aan tal hoogst achtenswaardige landge- nooten, den partijstrijd der laatste jaren moede, krachtig willen protes teeren tegen het verderfelijk begin sel, dat aan dien strijd een zoo scherp karakter gaf, is van hooge beteeke- nis. Helder is dit uiteengezet door den heer Van Weede, Voorzitter der vergadering, toen hij met deze woor den in het hart der quaestie trad. »Nu hebben mannen van verschil lende richting beproefd zich te ver eenigen, om te protesteeren tegen den verderfelijken waan, als of gods dienst het uitsluitend erfdeel zou zijn van hen die voor clericale doel einden op de godsdienstige harts tochten speculeeren." Godsdienstige hartstochten het woord is teekenachtig. Men zegt van de Nederlanders, en van zichzel- ven beweren zij het mede, dat zij een godsdienstig volk zijn. Ten allen tijden hebben geloofsquaesties hier te lande warme belangstelling ge vonden ja, alle overige onderwerpen, over welke de meeningen waren verdeeld, werden door deze vaak op den achtergrond gedrongen. Deze uitmuntende eigenschap zou het maatschappelijk welzijn, de openbare orde, ongetwijfeld ten goede komen, indien zij slechts geleid werd in de gewenschte richting. Doch men heeft er misbruik van gemaakt, verdeeld heid gesticht, en er een geest van uitsluiting bij aangewakkerd, die, wordt er niet voor gewaakt, tot geloofshaat zal voeren. Het element der liefde, het hoofdkenmerk van allen godsdienst, werd verstikt, samenwerking en overeenstemming bleven achterwege. We zullen niet spreken over het programma der nieuwe vereeniging; over de verschillende punten van staatsbeheer moge men het in hoofd zaak eens zijn, wat de gekoesterde wenschen betreft, we hechten aan dat alles slechts een betrekkelijke waarde. Hoofdzaak is hier, dat men een eind wil gemaakt hebben aan het onvermogen op wetgevend ge bied, dat het gevolg wordt wanneer men zich blind blijft staren op de twistpunten, waarvan de oplossing toch voorshands niet mogelijk schijnt. Daarom zal ook het schoolprogramma van «Eendracht maakt macht" slechts dan gewicht in de schaal kunnen leggen, als het oogenblik is gekomen om de uitvoering der thans vigeerende wet te toetsen aan de behoeften van ons volkhet komt ons voor dat men, door deze quaes tie steeds vooraan te plaatsen, de vaderlandsche belangen grootelijks benadeelt. Is het over eenigen tijd mogelijk, een modus vivendi te vinden, een vergelijk te treffen, waarmede de politieke partijen zich kunnen vereenigen, en waarbij zij zich verbinden vooreerst den vrede te bewaren, 't zal ons aangenaam zijn; onder de tegenwoordige omstan digheden bestaat daarop geen uitzicht. Willen de clericaien van geen samen werking weten, voor en aleer aan hun eischen voldoening is gegeven, zij moeten 't weten: misschien zullen zij dan ook de ervaring opdoen, dat de natie van haar vertegenwoor diging arbeid verlangt, dat zij her vormingen begeert, en geen onthou ding. Een andere, niet onbelangrijke vraag is deze: Wenschen de oprich ters der Vereeniging in het aanstaand Nederlandse!) Parlement een nieuwe partij te vormen, een soort van linker-centrum, gelijk wij bij hen, die dezer dagen aar, de roepstem van den heer Buitendijk gehoor gaven, misschien zekere neigingen kunnen opmerken tot het in het leven roepen van een rechter-cen- trum? Er is reeds bij de beraadslagingen over de Grondwetsherziening op ge wezen, dat uitbreiding van het kiesrecht zou kunnen leiden tot nieuwe partijgroepeeringen. Op zich zelf is dit geen kwaad. Met de oude leuzen zijn we in de laatste jaren niet zoo voorspoedig geweest, dat men die met hand en tand zou willen vasthouden. We achten het zelfs een voordeel van den nieuwen toestand, dat men in onderscheiden kringen de hoofdquaesties van den dag zelfstandig beziet; en al kan men, bij het lezen van de program ma's van sommige kissvereenigingen een glimlach niet weerhouden, al is men soms geneigd om hierbij te denken aan de verlanglijsten bij zekere feestelijke gelegenheden, waar op vaak de onmogelijkste dingen zijn vermeld, de menschen moe ten nu maar zeggen hoe zij 't heb ben willen. Als straks de verkiezingen zijri afgeloopen, komt alles wel terechtdan zal zich, vertrouwen we, bijeenvoegen wat in beginsel bij elkaar behoort, en dan is de politiek uit de vergaderingen van de kies verenigingen verhuisd naar s lands vergaderzaal. We vertrouwen zulks, omdat we rekenen op den practischen zin van ons volk. We zijn niet bang voor een stuk of wat radicalen, evenmin als voor een zeker aantal besliste clericaien in de aanstaande Kamer van Honderd; elke richting moge daarin vertegenwoordigd zijn, opdat die Kamer in waarheid zij een afspiegeling van onze natie. Doch het gevaar komt, als die groepen afgesloten clubs blijven, ongeneigd om met de andere samen te werken, of daartoe alleen bereid wanneer eenig partij-voordeel te behalen is, waarbij men niet vraagt met wie men zich combineert, maar alleen op welke wijze het nagejaagde doel het best te bereiken is. Besten digheid van Regeering, en deze is hoofd vereischte voor den geregelden gang der wetgevende werkzaamheid, onderstelt twee aaneengesloten groe pen, de meerderheid en de oppo sitie; verplaatst gene zich bij elke beslissing van eenig aanbelang, dan zal de Grondwetsherziening, iu stede van ons voordeel aan te brengen, ons nog verder gevoerd hebben in de verkeerde richting, in welke wij reeds bedenkelijke schreden hebben gedaan. Een middenpartij, die zich ten doel stelt den arbeid mogelijk te maken, die misschien, door haar gematigd karakter, de scherpe kan ten van den partijstrijd weet af te ronden, en in den boezem van de groep bij welke zij van nature be hoort den al te vurigen ijver weet in te toornen van hen die rneenen met één sprong het punt te kunnen bereiken waar zij komen willen, heeft ongetwijfeld recht van bestaan en kan het vaderland ontzaglijk groote diensten bewijzen. Een mid denpartij daarentegen die, door te balanceeren tusschen rechts en links, eigenlijk de beslissingen in handert neemt en op die wijze, naar welge vallen, de Regeering een overwinning of een nederlaag kan bezorgen, zou den we geen aanwinst kunnen noe men. Wij gelooven niet, dat de oprich ters van «Eendracht maakt macht" er een oogenblik aan denken, de weinig benijdenswaardige rol van scheidsrechters te vervullen, die indertijd door den loop der omstan digheden den laatsten der conserva tieven in de Tweede Kamer is ten deel gevallen. Zij hebben eenvoudig front gemaakt tegen de vermenging van godsdienstige meeningen en staatkundige inzichten, die ons zoo veel leed heeft bezorgd, maar voorts zich afgevraagd, welke hervormende arbeid op den bodem van de nieuwe Grondwet kan worden verricht. Het stellen dier vraag geeft ons de zekerheid, dat «Eendracht maakt macht" haar steun zal geven aan mannen, die werken verkiezen boven onvruchtbaar twisten. H. M. de Koningin heeft Donderdag weder aan eenige hooggeplaatste dames audiëntie verleend. H. M. en piinses Wilhelmina maakten eergisler eerie wan deling aan het Huis ten Bosch en op het ijs van de vijvers aldaar. Gistermiddag heeft het Prinsesje eene wandeling derwaarts gemaakt, orn naar het schaatsenrijden te zien. H. M. de keizerin van Duitschland, koningin van Pruisen, heeft ter beschik king van de 4e Internationale, te Karlruhe gehouden, conferentie van het Roode Kruis, gesteld eene som van 6000 mark, daarenboven diie gouden en negen zil veren medailles, voor de beste beant woording van eene prijsvraag in het belang van het Roode Kruis. Dientengevolge heeft de conferentie besloten deze gift te bestemmen voor eene prijsvraag over »de beste inrichting van een verplaats baar hospitaal d. w, z. de aanwijzing van de meest geschikte voorwerpen, met opgaaf van de beste wijze om deze te verkrijgen, tot het inrichten eri in ge bruik nemen van een verplaatsbaar, hospitaal, bestemd voor een bepaald aan tal gekwetsten en zieken." Het centraal comité van het Roode Kruis te Bei lijn werd belast met het samenstellen van een programma voor dezen wedstrijd. Dit programma is thans in een circulaire van het Ned. hoofdcomité aan de comités en correspondenten mede gedeeld. Naar men verneemt, is de conces sie-aanvrage voor den aanleg en de exploitatie van een spoorweg van Am sterdam langs Koudekerk naar Rotterdam aan andere handen overgedragen, van welke zijde eene eventueele aanvaarding Javaansche Roman. DOOR HARIA BOGOR. 7) Hij durfde daarom Margaretha niet medenemen, een omstandigheid, waartoe hjj te gereeder overging, omdat het zijn plan was zoo spoedig mogelijk naar Java terug te keeren. Daar hij volkomen overtuigd was, dat de oude Nanni de meest mogelijke zorg voor 2ijn kind zou dragen, wilde hij Margaretha dan ook aan niemand anders dan aan haar toe vertrouwen en bracht hy haar met haar kostelijken schat bij een zijner vrienden die zijn huis voor hem had opengesteld met die onbegrensde en hartelijke gast vrijheid, die een der karaktertrekken is van de op Java wonende Hollanders. Zoodra al deze beschikkingen gemaakt waren, nam de secretaris passage op het eerste het beste vertrekkende schip en ging reeds den volgenden morgen aan boord. Nauwelijks was hij in den Haag aan gekomen, of hij werd ernstig ziek en verkeerde den geheelen winter in een toestand, die ernstige bezorgdheid inboe zemde. Dit was voor den vader een smartelijke tereurstelling. In plaats van zooals zijn oorspronkelijk plan was ge weest, tegen de lente naar Java terug te keeren, was hij genoodzaakt zijn ver blijf in Europa te verlengen en een tijdlang de baden te Carlsbad te gaan gebruiken. Hij was toen wel is waar reeds herstellende, maar toch nog te zwak, om zulk eene lange reis te onder nemen en bij zijn aankomst onmiddelijk zijne drukke ambtsbezigheden weder te aanvaarden. In de schaduwrijke oorden, waar hij met volle teugen de versterkende Boheem- sche berglucht inademde, dacht de zieke dag aan dag aan het geliefde kind, dat hij aan de zorgen der trouwe baboe had overgelaten en, niettegenstaande zijn onbepaald vertrouwen in Nanni, overviel hem nu en dan een onbestemde angst. Dan herinnerde hij zich hoe de dood reeds eenmaal aan zijne woning, waar op dat oogenblik niets dan vreugde heerschte, had aangeklopt en hoe hij het huis niet had verlaten, zonder zijn slachtofler met zich te voeren. Wanneer eens, in zijne langdurige afwezigheid, een graf wate gegraven voor zijn kind naast dat van Lucie, in het kleine bamboesboschje, waarde dooden slapen Wanneer deze en dergelijke sombere gedachten zijn geest bestormden, dan had de baron niet alleen te vechten tegen de schimmen van het verledene, maar ook tegen den ijzeren greep van dat nog geduchter monster den dag van morgeneen monster dat nu eens glimlacht, terwijl het een roos ontbladert, om straks met grijnzend gebaar te ram melen met doodsbeenderen; een geheim zinnig# spookgedaante, wier oogen van liefde en wier lippen van wellust spre ken, of wel een zwijgende schim, geheel gehuld in het zwart, die met ontvleesch- den vinger u op een doodkist wijst. De heifst naderde en reeds bedekten de gele, gestorven bladeren den grond. Langzaam was de Secretaris-Generaal in beterschap toegenomen en met kleine dagreizen wilde hij naar het vaderland teruggaan, toen een telegram van den Minister van Koloniën hem eensklaps naar den Haag terugliep. De Gouverneur-Genet aal had, tenge volge van een ernstige kwestie, waarin hij het met het ministerie niet eens was, zijn ontslag gevraagd en de Minister had onmiddellijk aan den Koning voorgesteld om den baron van N. als zijn opvolger te benoemen. Het was ontegenzeggelijk, dat de baron uitstekende bekwaamheden bezat en dat hij aan den staat reeds gewichtige diensten had bewezen; nie mand was beter dan hij met de koloniën en hare belangen bekend. De keuze scheen dus zoowel verstandig als voor zichtig, en de Koning keurde dan ook de voordracht goed. Deze geheel onverwachte benoeming, waardoor hij met een der hoogste waar digheden werd bekleed, werd door den baton niet met de gevaarlijke ijdelheid van bevredigde eerzucht aangenomen, maar met een gevoel van edele en bil lijke vreugde, die ieder welgeaard mensclt gevoelt, wanneer hij den omvang van zijn werkkring zich ziet uitbreiden. Hij wist bij ondervinding hoe uitgebreid bet veld was, waarop bij voortaan zou kun nen en moeten werkzaam zijn, en hij was volkomen bereid om zich met alge- geheelen ijver aan zijne belangrijke zen ding te wijden. Het koninklijk besluit, waarbij de baron van N. lol Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Iridië werd benoemd, werd den löden November geteekend. De nieuwbenoemde Onderkoning beloofde binnen zes weken op Java te zijn en op den lsten Januari zijn intocht te Batavia te doen. Hij had dus nog maar acht dagen beschikbaar, om in den Haag op afscheidsaudiëntie bij den Koning te gaan en liet traditioneels diner bij te wor.en, dat bij die gelegenheid door den Minis ter van Koloniën wordt gegeven. Daarna vertrok bij in allerijl over Parijs en ging reeds den 20slen November te Marseille aan boord. Wat tal van liefelijke en tegelijk pijni gende herinneringen kwamen hem voor den geest, nu hij alleen dezelfde reis maakte, die hij vropger met de innig geliefde gade bad gedaan; wat vei rezen al die verschillende tooneelen van die eerste reis weder voor het oog zijns geestes. Negen jaren waren sedeit dien gelukkigen tijd verloopert. Lucie was tot stof en asch wedergekeerd en op dit oogenblik bevond hij zich aan booid van een ander schip, om eerlang het bestuur over eenige millioenen onderdanen op zich te nemen IKunde en rechtscha penheid hadden hem tot macht en aan zien gebracht; hij was zód hoog geklom men als hij op den maatschappelijken ladder komen kon. en zulks zonder dat hij het gezocht of gewenscht had. En toch stond hij daar alleen, alleen met zich zelf, en niemand kon aan zijn vriendelijken maar ernstigen glimlach bemeiken, hopveel strijd en tranen het hem gekost had, om zoo te leeren glim lachen. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1888 | | pagina 1