NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. KOUSOUMA. No. 19. Woensdag 7 Maart 1*88. Zeventiende Jaargang VOOR abonnementsprijs: VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: BINNENLAND. Feuiliet on. AMEBSFOORTSCHE COURANT. Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Bijk. Afzonderl'ijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Van 16 regels 0.40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend, Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. De opperceremoniemeester maakt bekend, dat het Hot', ingevolge de beve len des Konings, den lichten rouw zal aannemen voor den lijd van acht dagen, ingaande j.l. Maandag, wegens het over lijden van Zijne Hoogheid Lcdewijk Wil lem Prins van Baden. De N. R. Ct. heeft bericht ont vangen, dat de F.ngelsche regeering tot geen beslissing gekomen is in zake de Noord-Borneo-quaestie, maar dat zij be krachtigd heeft de vereeriiging der Boeren-republiek met de Zuidafrikaan- sche, zoodat deze vredelievende inlijving thans tot de voldongen feiten kan wor den gerekend. Van vertrouwbare zyde verneemt de Ingenieur, dat de hoofdinspecteur en de beide inspecteurs van 's Rijks water staat aan den Minister van waterstaat, handel en nijverheid een krachtig protest hebben ingezonden, wegens de grievende wijze waarop bij de vaststelling der lijst van verkiesbaren voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal, het corps van den Rijkswaterstaat is voorbijgegaan en de belangen van de technici in Nederland zijn miskend. De Hooge Raad, Zaterdag uitspraak doende in de cassatie-voorziening, in het belang der wet door den procureur- generaal bij het college ingesteld tegen eene beschikking der rechtbank te Arnhem, die verstond dat iemand geen negen maanden achtereen op kamers behoeft te hebben gewoond om kiesge rechtigd te zijn, heeft aangenomen, dat art. 1c der kieswet geen andere uitleg ging toelaat dan dat voor de bekwaam heid van kiezer gevorderd wordt de bewoning van één en hetzelfde perceels gedeelte gedurende die negen maanden. De beschikking van de Arnhemsche rechtbank is mitsdien in het belang der wet vernietigd, zonder dal die evenwel nadeel toebrengt aan de rechten der partijen. In het Geldersche dorpje Otterloo is weder een ernstig geval voorgekomen van trichinen-vergiftiging, dat weldra door meerdere zal gevolgd worden. Het geheele gezin van den landbouwer Aal- derink werd ongesteld, de vrouw en vier kinderen zijn nog wel ziek, maar kunnen gered worden, maar twee meis jes, vier en zes jaren oud, vielen als slachtoffers der verschrikkelijke ziekte. De burgemeester van Ede, waarbij Otterloo behoort, heeft thans de ingeze tenen ernstig gewaarschuwd toch vooral geen rauw varkensvleesch te eten. Aan de Rijkswerven te Amster dam, HellevoetUuis en Willemsoord zullen met 15 Maart weder eenige weiklieden worden ontslagen. Zij zullen als giatifi calie eene week arbeidsloon ontvangen, waarmede bet Rijk dan met hen zal hebben afgedaan. De werken, uit te voeren ten behoeve van den Nederlandschen Locaal- spoorweg Willem 111, kunnen nog niet gegund worden, aangezien ten aanzien van de aansluiting te Almeloo, nog geene overeenstemming verkregen is met be stuurders van den spoorweg Almeloo Salzbergen. Zoowel de redacteur van het Sociaal Weekbladde heer Kerdijk, als de heer J. C. van Marken, doen een beroep op de beurs van allen, wien het lot der arbeiders ter harte gaat, ten behoeve der werkstakers te Almelo. De heer van Mat ken zegt: «Diep doordrongen te zijn van het goed recht der werkstakers tegenover de halstarrig- heid van onverzettelijke patroons", en belooft van die meening nader reken schap te zullen geven. «Men vreeze niet" zegt bij verder «het verzet door luiheid aan te kweeken. De gelde lijke ondersteuning is en blijft zoo gere geld, dat slechts de uiterste ellende wordt voorkomen, terwijl pogingen zullen worden aangewend, om aan de werke- loozen elders arbeid te verschaffen." Men leest in de Staats Ct. Bij besluit van 14 December 1874 heeft Zijne Majesteit de Koning van België een jaarlijkschen prijs van 25000 francs ingesteld, bestemd om het leveren van voortbrengselen van den geest aan te moedigen. De prijs voor den internationalen of gemengden wedstrijd zal in 1893 worden toegekend aan het beste werk over de wijze om overvloedig en tegen den laag- sten prijs aan de groote steden en in het bijzonder aan Brussel en aangren zende gemeenten liet beste drinkwater te verschaffen, daarbij rekening houden de met de verwachte toename van het aantal inwoners. Zoowel handschriften als gedrukte werken worden tot oen wedstrijd toege laten. De nieuwe uitgave van een gedrukt werk zal er slechts dan aan mogen deelnemen indien zij belangrijke veranderingen en aanvullingen beval en evenals de andere werken verschenen is tijdens den wed strijd, namelijk in 1889, 1890, 1891 of 1892. De werken mogen in het Fransch, Vlaamsch, Engelsch, Duitscli, Italiaansch of Spaansch geschreven zijn. Vreemdelingen die wenschen deel te nemen moeten hunne werken, hetzij ge drukte of in handschrift, vóór den 1 Januari 1893 inzender bij het Ministerie van Landbouw, Nijveiheid en Openbare Werken te Brussel. Zoo de pt ijs aan een handschrift mocht worden toegekend zal dit in den loop van bet jaar volgende op dat waarin de prijs is uitgereikt, uitgegeven moeten worden. De uitspraak over den wedstrijd zal worden opgedragen aan een jury. be noemd door Zijne Majesteit den Koning van Belgiëdie jury zal bestaan uit zeven leden, drie Belgen en vier vreem delingen van verschillende nationaliteit. De aanmeldingstermijn voor de Nederlandsche deelnemers aan den groo- ten internationalen wedstrijd van weten schappen en nijveiheid en internationale wereldtentoonstelling te Biussel is ver lengd tot 15 Maart a. s. fabrikanten en handelaren kunnen zich aanmelden bij den secretaris der Nederlandsche Com missie, Heerengracht 435 Amsterdam. Naar aanleiding van het bericht, dat te Maastricht een Engelschman ver mist wordt, die naar Tilburg vertrokken was, schrijft men uit Tilburg aan de Amst. het volgende «Een Ameiikaan, uit CanaJa, was op weg om eene groote uilvinding le duen op het gebied der ververij, waardoor het carboniseeren van wollen stoffen ge heel zou vervallen. Na voor dit doel zijn geheelen rijkdom, men zegt anderhalf millioen, opgeofferd te hebben, kwam hij door een louter toeval tot zijn doel Een kat stiet een flesch met chemische vloeistof om, die terecht kwam in eenen op het vuur staanden ketel, en het pro bleem, dat hij met behulp zijner chemi- schen formules niet had kunnen uitwer ken, werd hierdoor opgelost. Met deze eigen wetenschap toegerust sloot hij met zekeren Cohen te Lissabon een contract, dat o. m. inhield, dat het geheim aan den nieuwen deelgenoot zou toevertrouwd worden, hierover spijt ge voelende, vertrok de uitvinder naar Nederland, alwaar hij, nadat zijne uit vinding was bewezen deugdelijk te zijn, een contract sloot met drie heeren te Maastricht, die eene fabriek zouden oprichten. Intusschen liet de Engelsch man in verschillende plaatsen onderdee- len van zijne machinerieën vervaardigen, o. a. te Tilburg, waar een koperslager langen tijd koperen toestellen van aller lei vorm voor hem maakte. Hij was erg gejaagd, omdat hij vreesde elk oogenblik bericht uit Lissabon te krijgen. Een paar dagen geleden ontving de Amerikaan een telegram van een zijner associés uit Maastricht, waarin hem gemeld werd dat Cohen uit Lissabon aldaar was aan gekomen om hem te spreken. Sedert dat oogenblik is hij spoorloos verdwe- Een brutaal staaltje van inbreken heeft in den nacht van Vrijdag op Za terdag te Haarlem plaats gevonden. Door overklimmirig en verbreking van eene ruit heeft men zich toegang weten te verschaffen tot de zoogenaamde Jans kamer in de kerk van dien naam. Alle kasten zijn geopend, behalve die waarin de brandkast wordt bewaard. Er was niets vermist, maar ten blijke dat de inbreker of inbrekers zeer op bun gemak zijn geweest, hebben zij met potlood allerlei hatelijkheden tegen de politie op en boven de kast geschreven. Een jaar of wat geleden is in dezelfde kamer ook eens ingebrokener werd toen veel geld ontvreemd. De dader is nooit gevat. Omtrent den diefstal deelt de Amst. Ct. de volgende bijzonderheden mede: «De dieven, of beter inbrekers, schijnen dezelfde te zijn, die voor ongeveer 3 jaar ook in die kamer hebben ingebroken. De opschriften, boven de kasten geplaatst, duiden dit aan «De commissa ris is een ezel"; is er een van. Ver volgens staat er te lezen «voor drie jaar hadden wij een beteren buit, het is te hopen, dat wij, over eenige jaren terug komende, wat meer geld zullen vinden dan nu." Een tweetal personen zijn in hechtenis genomen. Of zij de bedrijvers van het brutale stuk zijn, moet nog worden uitgemaakt." Blijkens bericht vau s' Konings gezant in Belgie zal daar te lande, met ingang van 9 Maart, de invoer van scha pen, versch schapenvleesch en schapen vachten afkomstig uit Nederland, weder vrijgelaten worden, mits onder overleg ging van bewijzen van herkomst ten genoege der Belgische douane. Het hoofdbestuur der Geldersche- Overijselsche maatschappij van Landbouw besloot in 1885 in zake heffing van graan rechten zich geene partij te stellen. Om trent dit besluit bestaat bij verschillende afdeelingen eene verkeerde opvatting, tengevolge waarvan het Dagelijksch Be stuur der maatschappij besloten heeft, aan het hoofdbestuur in overweging te geven op genoemd besluit terug te komen en de vraag, of men al of niet invoer rechten op granen werrsehelijk acht, te brengen op de agenda voor rie a. s. algemeene vergadering. De afdeelingen der maatschappij zijn uitgenoodigd, dit punt vooraf in haar bijeenkomsten te bespreken. Omtrent de nieuwe geweren deelt men ons mede, dat de algemeene indruk die reeds nu bij de beproeving er van bij den troep wordt verkregen, is, dat schier iedereen verbaasd staat over de wijze waai op ons infanterie-geweer in eerr snellader is veranderd. De meest gewone soldaat kent het laden van het geweer reeds wanneer hem dit 1 a 2 malen is voorgedaan; daarbij komt nog dat het gewicht van hel wapen niet belangrijk is veranderd, zoorlat zelfs een niet al te sterke man op den eersten oefeningsdag 14 ii 16 schoten in de minuut kan doen (met exercitie-patronen) en dus ongeveer de dubbele vuursuelheid Javaansche Roman. Doon MARIA BOGOR. 16) De kindsheid van Kousouma was even wel anders geweest dan die van de overige kinderen uit den kampong; baar leven had zij tot nu toe uitsluitend aan de zijde van Nanni doorgebracht, en naarmate zij grooter werd, had zij door de waakzame, tot in het jaloersche ontaardende zorg der oude Indische in haar manier van zijn iets verlegens, kinderlijks, ja bijna iets wilds en schuws behouden. Ofschoon zij volgens haai leeftijd reeds vrouw was, was zij toch in elk ander opzicht nog geheel kind, en de liefde kende zij zelfs niet bij naam. Op eenigen afstand stond een Javaan haar met de grootste aandacht gade te slaan, en het zenuwachtig trekken van de spieren van zijn gelaat verrieden maar al te zeer, welken storm van aan doening en ontroering de aanblik van dit prachtige schepsel bij hem opwekte. Hij was niet wat men noemt een jonge man, maar iemand in de kracht van het leven en die tot type van zijn ras had kunnen dienen. Zijn gelaat, welks trekken sprekender waren dan gewoonlijk bij de Maleiers het geval is, getuigde zoo wel van een eigenaardige deftigheid als van goedhar tigheid en trots. Hij stond daar met opgeheven hoofd en met de hand aan het gevest van zijn kris, die halverwege in een met edelgesteenten rijk bezette schede stak. Volgens de gewoonte der Muzelmannen was zijn hoofdhaar onder een zijden doek verborgen, en de schit terende kleuren van dit hoofdtooisel deden de bewonderenswaardige fijnheid der lichtbruinkleurige huid, waaronder men het bloed bijna door de aderen zag stroomen, zooveel te meer uitkomen. Een zijden sarong, iets donkerder van kleur, was om de heupen bevestigd door middel van een kostbaren gotdel, waar aan het Javaansche wapen hing, terwijl een bouquetje melatis halverwege ver scholen was achter den diamanten haak, waarmede de engsluitende, rijk met goud gestikte gordel gesloten werddaarbo ven droeg hij een nauwsluitend kleeding- stuk van een eigenaardigen snit, dat het bovenlijf geheel bedekte. De kris en het bouquetje melatis, die hij aan zijn gordel droeg, waren het bewijs dat Achmat tot de voornaamsten behoorde onder de Javaansche aristocra tie, die al even trotsch zijn op hun afkomst, als onze oude adel dit is op zijne blazoenen. De moeder van Achmat was dan ook werkelijk de dochter van een Sultan en had, evenals de meeste prinsessen van haar stam, een Arabier gehuwd uit de familie, die men als lijn rechte afstammelingen van Mohammed beschouwt en die op Java voor heilig wordt gehouden. De eerste naam van Achmat- Pange- ron- Mankou-Boumi was ook die van zijn vader geweest, die reeds vele jaren gele den gestorven was. Naar Javaansch ge bruik krijgen de mannelijke telgen bij hun geboorte slechts een enkelen naam, en eerst op hun achttiende jaar wotden daaraan meerdere namen toegevoegd, die de eigenaatdigheden of bijzondere omstandigheden van den persoon uit- d< ukken. Door de namen, die men aan dien van Achmat had toegevoegd, werd zijn hooge afkomst aangeduid. „Pangeron" toch beteekent „broeder des keizers," «Mankoiibuu," «bezit" en «Boumbou," «wereld." Rechtens bekleedde Achmat een rang aan het hof van den Gouverneur-Gene raal, maar hij verscheen daar niet anders dan bij officiëele gelegenheden. Ook bezocht hij geene gezelschappen te Batavia, waar hij evenwel een paleis had, dat alle reizigers, die het bezich tigden, met bewondering vervulde. In de kindsche dagen van den Raden was dit paleis het tooneel geweest van een afgrijselijk drama, dat voor iedereen een geheim gebleven was behalve voor Achmat. De Javaan kon de herinnering daaraan niet van zich afzetten, en werd rnenschenschuw. Hij woonde geheel alleen, en uok zijn harem was ledig. Te Buitenzorg wist iedereen dit, en daar had hij een eenvoudige, inlandsche woning voor zich laten bouwen, waar hij niemand anders had om hem te bedienen dan zijn getrouwe dienaar Ali. De blikken van Achmat en Kousouma ontmoetten elkander. Uit de oogen van den Javaan schoten stralen als die van den bliksem, Kousouma daarentegen sloeg de hare neder en volgde bedaard haar weg Zij trad haar hut weder binnen, ont deed zich van haar feestgewaad en trok haar daagschen sarong weder aan. Alleen de Ylang-Ylang bloemen hield Raden prins. zij in het haar. Nadat zij samen hun middagmaal gebruikt hadden, zeide Nanni tot haar: «Kousouma, het kind van Fida is nog al ziekzoudt ge er niet eens heengaan en haar brengen wat er in dit mandje is? Nonna Marga- retha heeft rnij alles gegeven, wat ik haar voor het arme schepseltje gevraagd heb het heeft zoo'n pijn en het rilt van de koorts." «Goed, Nanni, tegen den avond zal ik er heengaan." Tegen het ondergaan der zon ging Kousouma naar Tjomas, waar Fidia, die nog familie was van haar grootmoeder, woonde. Zij bleef daar een poosje en praatte wat met het zieke kind, waarna zij langzaam terugwandelde, daarbij den weg nemende door de theeplantages, waar zij den vorigen dag nog had hel pen plukken. Eensklaps bleef er iemand vlak voor haar staan. Zij sloeg de oogen op en zag Achmat voor zich staan. On willekeurig sloeg zij hare wimpers neder, zoodat de lange, zijdezachte oogharen tot op hare wangen nederhingen. Zij bloos de even en wilde haar weg vervolgen. „Kousouma I" zeide Achmat op zachten toon tot haar. Kousouma liep nog steeds door en, daar zij Volstekt' niet begieep, waarom haar hart zooveel sneller klopte, plukte

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1888 | | pagina 1