NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. No. 69. Woensdag 29 Augustus 1888. Zeventiende Jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. BINNENLAND. BUITENLAND. Feuilleton. MIJN VADER ZOU EEN TESTAMENT MAKEN! FOORTSCBE COURANT. VOOR abonnementsprijs: Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Omtrent het ziekteproces des Ko- nings verneemt het Dagblad het volgende Z. M. is gedurende de afgeloopen week lijdende geweest aan diarhée. Deze is wel 4zeer spoedig genezen, maar heeft den Koning toch eenigzins verzwakt. Daarna heeft Z. M. op Vrijdag 17 jl. koude gevat en is aangetast door eene longontsteking in zeer lichten graad (ge paard met koorts en versnelden polsslag). Verleden Zondag waren de verschijn selen reeds veel gunstiger. De Koning is tot en met Woensdag te bed gebleven. Donderdagochtend vroeg is Z. M. opge staan, heeft HDs. gewone bezigheden weder verricht en alle Kabinetstukken afgedaan, en weder met Hare Majesteit en het prinsesje gedineerd. De Koning hoest nog en slaapt daar door onrustig, maar dit is een gevolg van de longontsteking. Over het geheel is de toestand des Konings vrij gunstig en zijn de doctoren Vinkhuyzen en Vlaanderen tevreden. Met het oog op Zr. Ms. groote gevoe ligheid voor weers- en temperatuursver anderingen moet de Koning zich zeer in acht nemen, en zijn de doctoren steeds bevreesd voor eenige complicatiën, daar die, wegens de chronische aandoening, waaraan Z. M. lijdende is, altijd kans hebben spoedig een gevaarlijk karakter aan te nemen. Omtrent den toestand van Z. M. den Koning blijven de berichten van Het Loo gunstig luiden. De vooruitgang duurt voort. De nieuwe landvoogd van Neder- landsch Indië, de heer Mr. C. Pijnacker Hordijk heeft Zaterdagochtend met zijn gezin het vaderland verlaten. Donderdag den 30en vertrekt hij van Marseille naar Batavia met het stoomschip „Sumatra." Wat men den tegenwoordigen Minister van Koloniën ook moge ten laste leggen, door niemand zeker zal ge klaagd worden, dat hij de zaken ten halve doet. De tegelijk met de intrekking van het verbanningsbesluit tegen de heeren Sol en de Sturler bekend geworden be noeming van den eerste tot lid der Re kenkamer van Nederlandsch-Indië is on getwijfeld de schitterendste rehabilitatie, welke aan beide van knevelarij der be volking aangeklaagde personen kon ver leend wordenvoor den pas afgetreden landvoogd, den heer van Rees, een bittere droesem. Èn in Nederland, èn vooral ook in Indië zal die benoeming Opzien baren, gelijk weinige. Wij zullen waar schijnlijk aanleiding vinden daarop nog terug te komen. {Tijd.) De schrijver der Brieven uit de Hofstad in de Arnh. Ct. deelt mede, dat de Minister van Koloniën kort geleden eene alleromslachtigste circulaire aan de ambtenaren van zijn departement uit vaardigde, om tegen het doen van mede- deelingen aan de pers te waarschuwen eene circulaire, uitgelokt, naar ge noemde schrijver hoort, door eene klacht van den Gouverneur-Generaal, dat hij plannen, soms zelfs beschikkingen van den minister, las in de correspondenties uit Nederland aan de Indische dagbladeD, geruimen tijd vóórdat hij daarvan de officiëele mededeeling van de Regeering zelve ontving. Ten aanzien van de gedwongen winkelnering wordt uit Lemsterland aan de N. R. Ct. het volgende gemeld. De turfmakers (niet de baggerlieden) hebben, volgens stilzwijgende overeenkomst en plaatselijk gebruik, in hun loon begrepen vrije woning en brandstof en in den regel weide voor een of meer schapen. Dit geschiedt reeds zoolang als sinds jaren de veenderijen in deze gemeente worden geëxploiteerd. Voor een groot deel ligt de oorsprong hiervan in den tijd, toen er nog belasting op de turf werd geheven, en ieder vervener consent met borgtocht moest hebben. Het ge beurde toen dikwijls, dat verveners, die tot den geringen stand behoorden, ver veenden onder consent van een groot vervener, die meestal een winkel had, waarin de werklieden, ook die van den kleinen vervener, hun loon omzetten in eet- en kruidenierswaren, kledingstof fen, enz. Dwang wordt door de verveners niet uitgeoefend, doch het is eene stil zwijgende voorwaarde en algemeen ge bruik, dat, als hij tevens winkelier is, de werklieden hunne waren bij hemkoopen. Tijdens den winter wordt echter veel op crediet gekocht, onder beding van afbe taling van het in den zomer te verdienen loon. Het verschil in prijs wisselt wellicht 5 a 10 pet., bij andere winkels verge leken. De winkeliers echter moeten hunne waren op een crediet van 9 a 12 maan den koopen, wegens het crediet, dat zij hebben te verleenen, en moeten dan ook hoogeren prijs betalen. De groote palinghandelaars op Londen stellen zich in den regel borg voor de pacht van vischwaters, en verstrekken ook wel aak en vischtuig aan de visschers, waar tegenover deze zich verbinden, de door hen te vangen paling tegen vooraf bepaalden prijs aan den groothandelaar af te staan. Visschersvaartuigen worden somwijlen aan de visscherlieden verkocht onder voorwaarde, dat gedurende een zeker tal jaren eene bepaalde huur moet worden betaald, waarna het vaartuig in eigendom aan den huurder overgaat. Hiertegenover staat dan tot zekere hoogte te verplichting, om bij den verhuurder winkelier of kroeghouder waren of sterken drank te koopen. In den Helder is ook weder, door het gebruik van bedorven vleesch, een geval van bloedvergiftiging voorgekomen. In een huisgezin zijn vader, moeder en vier kinderen aangetast. Door de plaat selijke gezondheids-politie is onmiddelijk een onderzoek ingesteld. De heer Brolles, eigenaar van de schilderij, door hem genoemd «de tweede jonge stier van Paulus Potter", die in de zaal der Loge te 's-Hage is tentoonge steld, heeft op zijn verzoekschrift aan den minister van binnenlandsche zaken, om dit schilderstuk te mogen vergelijken met het op het Mauritshuis, aanwezige kunst werk van genoemden meester, een wei gerend antwoord ontvangen. Op de lijn DeventerWierden, van de Koninkl. Nederl. locaalspoorweg- maatschappij,in de buurtschap de Huurne, gem. Wierden, worden telkens groote keien op de rails gevonden door balda dige handen daar neergelegd. Reeds is door den burgemeester der gemeente Wierden een belooning ven f 10 uitge loofd aan hem die eenige aanwijzing in deze kan doen. Te Hindeloopen heeft een vermo gend ingezeten een hem toebehoorend huis geheel naar den ouden Hindelooper stijl doen inrichten. Binnenkort zal het museum voor het publiek geopend wor den. Daardoor is de vrees weggenomen, dat men eerlang, om eene «Hindelooper kamer" te bezichtigen, zich uit Hinde loopen naar elders zou moeten begeven, eene vrees, die gewettigd werd door het gaandeweg verdwijnen uit die stad van de eigenaardige meubelen en huis raden uit vroegere tijden. Door de politie te Aarlanderveer is procesverbaal opgemaakt tegen drie personen, werkzaam aan de in aanbouw zijnde kerk der doleerende gemeente, wegens het buiten noodzaak verrichten van openbare arbeid op Zondag zonder, schriftelijke toestemming van het gemeen tebestuur. Kardinaal Lavigerie heeft, volgens de Fransche bladen, 520,000 francs van de Nederlandsche Katholieken ontvangen ten behoeve van de bestrijdingder slavernij in Centraal-Afrika. In de afgeloopen week is men be gonnen met het opruimen van de wrak stukken der «Lutine." Groote stukken zijn door de booten opgehaald. Men hoopt daarna beter de schatten te kunnen be reiken. Opgezogen werden in de vorige week slechts 29 Spaansche matten. Te Rotterdam zijn Zaterdag niet minder dan vier personen op verschillende plaatsen in het water gevallen en ver dronken. Omtrent de groote zandverstuivin gen op de Veluwe over 1887 meldt men het volgende: Onder Barneveld hebben de zanden zich niet uitgebreid; de dennensingels zijn echter op enkele plaatsen door de rups beschadigd. Onder Apeldoorn zijn de stuifzanden onveranderd gebleven, be halve het Harscamperzand, 't welk aan de noordzijde eene kleine uitbreiding heeft ondergaan. De Soerensche en Col- denhovensche zanden zijn af- noch toe genomen. De beteugelingswerken onder Ede verkeeren in goeden staat de Wekeromsche en Valksche zanden komen meer en meer tot rust. De Ermeloosche, Leusenumsche, Hulshorsteren Oosteinder zanden zijn geheel door dennenbeplan tingen ingesloten, waardoor alle uitbrei ding of werking naar buiten wordt be let. In het Westeinderzand onder Er- meloo is eene verstuiving ontstaan, die reeds naar buiten werkt en zich in 1887 heeft uitgebreid. Overigens bepaalt de werking van alle zanden zich alleen tot eenige inwendige beweging, die geen invloed naar buiten oefent. De zanden op de Veluwe beslaan nog steeds eenige duizenden bunders, en voor de beperking der verstuiving heeft men vooral de laatste 50 jaren belangrijke sommen besteed. Het Petit Journal deelt mede dat een onbekend persoon werd verrast, toen hij geheimzinnig een bezoek ging brengen aan Prins Napoleon te Hrangins. Volgens de Matin zou die geheimzinnige persoon niemand anders zijn dan Boulanger, die te Nijon de Keizerlijke familie ging be zoeken. Volgens de République Francaise zou de Kamer het noodig oordeelen in de departementen Charente-Inférieure en Somme een onderzoek te doen instellen naar de Boulangistische samenzweering. Te Berlijn heeft Vrijdagochtend een ernstig standje plaats gehad tusschen politie-agenten en socialisten. De politie, die een zaal had doen ontruimen, waarin eenige duizenden personen aanwezig wa ren, moest een charge met Je sabel doen, ten einde ruim baan te maken. Keizer Wilhelm schijnt nog niet erg zeker van zijn woord. Wc-kte hij onlangs te Frankfort a/d Oder door zijn toast vrees voor vredesverstoring op, thans heeft hij de woorden moeten herstellen, door hem gesproken bij een feestmaal der Maltheser ridders. Hij zeide dat om het zedelijk en godsdienstig niveau van zijn volk te verhoogen hij vooral de medewerking behoefde van de edelste zijner onderdanen den adel. Deze woor den waren minder vleiend voor de bur gerij, waarom in het officiëele orgaan den Keizer de woorden in den mond werden gelegd «Ik heb behoefte aan den steun en de medewerking van de Eene vertelling uit het Iersch. Ik, Tom Gregan, was nog maar een kind, toen ik op zekeren avond, vlak na twaalven, op de deur onzer hut hoorde kloppen. Ik hoorde dit het eerst, want ik was gewoon te slapen in een klein kribje, dicht bij het vuur, maar ik gaf geen ant woord, want ik was bang, dat spreekt van zelf. Nn werd er nog al meer geklopt en daarbij werd er geschreeuwd: «Cona- char Cregan! Conacher, doe de deur open want ik heb je noodig!" Ik kende die, stem zeer goedwant het was Peter Mac Cabe, onze buurman, die buiten stond. Maar ik hield mij als of ik in vasten slaap lag, en ik begon nog wat harder te snorken. Eindelijk deed mijn vader de deur open, en ik hoorde hem tot buur man zeggen«Och, Peter, wat is er gaande? Is de oude man erger 1" «Neen, erger kan hij niet worden, antwoordde Peter, «want hij is dood 1" «Gezegend zij zijn bedsprak mijn vader. «Wanneer is 't gebeurd «Omtrent een uurtje geleden," gaf Peter ten antwoord»en zelfs in mijn kribje kon ik hooren dat zijne stem beefde. «Hij stierf als een oude Heiden, Conachar; hij heeft geen testament ge maakt." «Dat 's gekker," zij mijn vader; want mijn vader was een aardig en beleefd man, die gaarne iemand naar den mond praatte. «Ja, 't is zeer gek, hernam Peter; «maar 't zou nog erger wezen, als er niet wat aan gedaan kon worden. Luister nu eens eventjes naar mij, Corney want zoo noemde hij mijn vader bij verkorting ge moet me eens helpen in die zaak, en hier zijn vijf gouden guinjes voor u, als ge doet, wat ik u verzoek. Gij weet, dat gij altoos sprekend hebt geleken op mijn vader, en voor hij ziek ging leggen, werd gij omtrent eens in de week voor mijn eigen vader ge houden." «Ja, dat is waar," sprak mijn vader aarzelend want eene huivering liep hem door de leden, terwijl hij dit zeide, en intusschen wist hij toch niet waarom hij eigenlijk huiverde. «Nu, weet ge wat ge voor mij moest doen," vervolgde Peter. «Gij moest met mij meè gaan, en in mijns vaders bed gaan liggen." «Toch niet naast het lijk vroeg mijn vader met bevende lippen. «Wel neen, gij gaat op uw eigen handje te bed liggen," antwoordde Peter, «en gij houdt u alsof ge mijn vader zijt en gij zegt dat gij uw testament wilt maken eer gij sterft. En dan zal ik om de buren zenden en om Billy Scanlan den school meester, en gij moet hem opgeven wat hij schrijven moet. De pachthoeve en al wat er bij behoort, moet aan mij ver maakt worden, dat verstaat ge. En als de buren u zullen zien en uwe stem zullen hooren, dan zullen zij niet anders denken dan dat mijn vader zijn testament maakt." «De kamer moet heel donker zijn," hernam mijn vader. «Ja, dat spreekt van zelf," gaf buur man ten antwoord«daarvoor behoeft ge niet bang te wezen. Niemand zal dicht bij uw bed durven komen, en gij hebt alleen maar een kruisje met een pen on der uw naam te zetten." «En de priester? «vroeg mijn vader al verder. «Mijn vader heeft in de vorige week met hem getwist over de tienden, en daarom zei pater Tom tegen hemgij krijgt het laatste oliesel niet. En dat komt nu nog al goed. Kom, ga nu maar gauw meè want wij hebben geen tijd te verliezen. Eer de dag aanbreekt moet alles klaar zijn." Mijn brave vader verloor niet veel tijd met zich mooi aan te kleeden. Hij sloeg zijn dikke pij om, en op zijn sloffen ging hij het huis uit. Toen ging ik recht op mijn kribje zitten, en ik luisterde tot zij eenige minuten weg waren. Toen ik niets hoorde, kleedde ik mij even gauw aan als mijn vader, en ik liep hem en den buur man achterna om te kijken wat er van dit avontuur kwam. Daar ik hem de pas wilde afsnijden om vóór hen aan 't sterf huis te komen, viel ik bij ongeluk in een diep gat in den weg, en 't was maar een gelukje dat ik er droog uitkwam. Daardoor kwam het dat de plechtigheid reeds een aanvang had genomen, toen ik het huis van Peter bereikte. Mij dunkt, ik zie op dit oogenblik nog geheel dit tooneel voor mijne oogen, ge lijk het zich vertoonde, toen ik in het kleine venstertje van het huis voor een gebroken ruit zat. 't Was een ruime kamer, aan wiet- eene zijde zich een bed bevond. Daarnevens stond een tafel met apothekersfleschjcs, lepels en theekopjes en een weinig verder stond eene andere tafel, aan welke Billy Scanlan zat, met allerlei schoolmeestersgereedschap voor zich. De boeren en boerinnen uit de buurt zaten, met hun tweeën of drieën op eene rij, tegen de muren en waren dol nieuws gierig naar 't geen er zou gebeuren. Pe ter zelf was nu eens in de eene hoek van het vertrek en dan weer in de an dere. Hij deed zijn best om zijne tranen te bedwingen en van tijd tot tijd hielp hij 't gezelschap aan whisky, en met ongemeene mildheid schonk hij deglazenin. In weerwil van mijn bewustzijn en mijne overtuiging dat hier alles op bedrog zou uitloopen en dat er eene leelijke komedie werd gespeeld, moest ik toch bekennen dat er iets plechtigs was in dat tooneel. Het nevelachtige, dat op eenige afstand over de half verlichte ka mer lag verspreidde uitdrukking van hooge opgewondenheid, op 't gezicht der boeren, die nooit meer opgewekt zijn dan in dergelijke oogenblikken hun zacht en diep ademhalen, nu en dan alleen af gebroken door snikken of zuchten hunne smart om het sterven van een vriend en gebuurdat alles was zóó waar, dat toen ik in 't rond zag, eene huivering mij door de leden voer, en ik van onbestemden angst begon te rillen. De stilte, werd nu, zoo mogelijk, noch stiller op het hooren van een zachten, zwakken kuch uit den hoek van 't ver trek, waar de bedstede stond, en daarop hoorde ik mijn vader met eene grafstem

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1888 | | pagina 1