NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad UTRECHT EN GELDERLAND. DE GELDKOFFER. No. 71. Woensdag 5 September 1888. Zeventiende Jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. BINNENLAND. Feuilleton. AMEBSFOORTSCHE COURANT. VOOR abonnementsprijs: Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Kijk. Afzondert ij ke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken en berichten intezcnden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort. advertentien: Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent. Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Door de Regeering is thans ook bij de Nedei lanJsche spoorwegbesturen aan gedrongen op de spoedige invoering van een beperkten Zondagsdienst op de spoor wegen. Als candidaten voor de Tweede Kamer in het district Bergum noemt men van liberale zijde de heeren mr, W. J. van Weideren baron Rengers, lid der Eerste Kamer, te Leeuwarden; J. H. Sick- ter, notaris te Augustinusga, en R. Drij- ber, burgemeester van Hardegarijp; van anti-revolutionaire zijde de lieerends. E. Douma, te Drachten H. Hoogeboom, te Kollum; L de Vries, te Minnertsga en A. Kooistra, te Garijp; van de zijde der volkspartij1' dr. Vitus Bruisma en dr. Stellingwerf, te Leeuwarden. Recht voor Allen bericht, dat de heer jhr. mr. M. A. de Savornin Lobman, advocaat-generaal bij den Hoogen Raad, heeft aangenomen om te 's-Gravenhage te spreken in de sociaal-democratische vereeniging. Naar men meldt, hebben zich voor den Artillerie-Cursus te Delft en de Militaire School te Haarlem gezamenlijk 48 adspiranten aangemeld, onder welke één die met goeden uitslag den 6-jarigen cursus aan het Gymnasium heeft ten einde gebracht en voor de toelating tot de Militaire School in aanmerking wenscht te komen. Voor den Artillerie-Cursus zijn 12 en voor de Militaire School 20 plaatsen opengesteld. In verband met het aantal adspiranten heeft een vergelijkend examen plaats. f Voor het tweede toelatingsexamen aan de Rijks-landbouwschool te Wage- ningen hebben zich 14 candidaten aan gemeld. Onder de varkens op de hoeve der Rijks-landbouwschool is de besmettelijke varkensziekte uitgebroken. De noodige maatregelen zijn genomen om verdere besmetting te voorkomen. In de fabriek van de Maatschappij De Maas, te Delftshaven, staan zeven groote ontsmettingsovens, stelsel van Overbeek de Meijer, gereed ter verzen ding naar Oost-Indië, voor rekening van het Departement van Koloniën. Deze ovens zijn gekeurd door eene commissie, bestaande uit de heeren dr. W. P. Ruijsch, dr. R. II. Sallet en majoor G. de Vos. Bij die gelegenheid heeft prof. van Overbeek de Meijer aan genoemde heeren de inrichting van den liggenden en ook den vervoerbaren ontsmettings oven, naar zijn stelsel, gedemonstreerd, alsmede de hoogst eenvoudige wijze, waarop die ovens ook met stoom onder spanning van 1 tot 2 atmosferen in het werk kunnen worden gesteld zonder aan zienlijke verhooging van den prijs. In de vergadering van den Volks hond, vereeniging tegen drankmisbruik, de vorige week te Utrecht gehouden, is o. a. de vraag behandeld of het niet wenschelijk was zich tot den Minister van Marine te wenden, met verzoek, dat aan zeelieden in 's lands dienst, onder de twintig jaar, in plaats van het dage- lijksche oorlam een andere niet alcohol inhoudende versnapering uit te reiken. De andere zeelieden moesten, indien zij zulks wenschten, ook iels anders dan jenever kunnen krijgen. De heer Gildemeester, die deze zaak in de Tweede Kamer reeds ter sprake heeft gebracht, noemde het eene onge rechtigheid, dat van rijkswege de zee lieden opgeleid worden tot drankgebrui kers. Hij wees er op, dat in Engeland aan jongelieden op de vloot de gelegen heid wordt gegeven om een anderen drank te kiezen, koffie of chocolade. Van de 72,000 manschappen op de En- gelsche vloot hebben 12,000 gekozen. De spreker beloofde dit onderwerp nogmaals te zullen bespreken met den nieuwen Minister van Marine. Na eenige besprekingen, waarbij o.a. de afgevaardigde van Dordrecht verklaar de, dat hij geheele afschaffing van het oorlam wenschelijk achtte, werd het bovenvermelde voorstel van het bestuur om zich tot de regeering te wenden aangenomen. Het voorstel om in de drankwet eene bepaling op te nemen, waarhij de be drijven van scheepsbevrachter en van tapper onvereenigbaar verklaard worden, werd aangehouden, omdat men voor het oogenblik niet wenschelijk achtte, ver anderingen in die wet te maken. De vergadeiing sprak de wenschelijk- heid uit dat de afdeelingeri plaatselijke maatregelen nemen om in hun kling op lotingsdagen voor de nationale militie het misbruik van sterken drank door lotelingen tegen te gaan. Het beste mid del om hiertoe te koinen zal zijn, de ge meentebesturen er toe te bewegen op die dagen de tapperijen te sluiten, het geen hier en daar, vooral in Gelderland, reeds geschiedt, Een voorstel orn bij de regeering er op aan te dringen een wettelijk voor schrift in het leven te roepen, waarbij bepaald wordt, dat schulden wegens het gebruik van ster ken drank in localiteiten, waarvoor vergunning tot verkoop van sterken drank is verleend, in rechten niet invorderbaar zijn, wordt eenigszins gewijzigd aangenomen, Indien n.l. dan alle die schulden niet invorderbaar zijn, die ontstaan zijn als er nog een oude schuld onvereffend was. Zulk een wetsbepaling achtte men- vooral gewenscht om den werkman te beschermen tegen tappers en kroeg houders. Het verbruik van jenever is tegen woordig in Nederland 9 liter per hoofd en per jaar ('t is reeds 12 liter geweest, in 1800); in 1860 was het nog geen 7 liter. Over 't algemeen staan de steden ongunstig tegenover 't platteland, en van alle steden is Maastricht het gun stigst met 3.91 per hoofd en per jaar. Sinds de invoering der drankwet is er wel vermindering te constateeren, wat ook deels mag toegeschreven worden aan de medewerking van de afschaffings en matigheidsgenootschappen. In vele plaatsen van Nederland heerscht een bedroevend drankmisbruik, 't Ergst is dit te Groningen en omstreken, 't Gun stigst komt uil Limburg en over het ge heel het zuiden van ons land. De verjaardag van prinses Wilhel- mina is ook te Creuznach gevierd, en wel op den 30. Aug., doordien wegens verschillende omstandigheden deze dag gekozen moest worden. De directie van het Kurhaus had een dubbel concert ge arrangeerd, met prachtige illuminaiie van het park, alwaar bovendien Ben- gaalsche verlichtingen weiden ontstoken. In een sierlijke grondverlichting prijkte hier en daar de naam der prinses en het Nederlandsche wapen. De muziekcorpsen speelden o.a. de Nederlandsche volks liederen en verhoogden daardoor de fees telijke stemming, die ten slotte door de aanwezige Nederlanders aan den dag werd gelegd in het aanbieden van bouquetten aan de kapelmeesters. Naar wij vernemen, was er onder de industrieelen hier te lande, die voor de «oprichting van den Nedeilandschen Bond voor den nationalen Arbeid zijn werk zaam geweest of daartoe later zijn toe getreden, ernstig meeningsverschil ont staan, voortvloeiende uit persoonlijke ei- genmatige handelingen van enkelen hun ner. Deze zaak heeft tot herhaalde bij eenkomsten aanleiding gegeven, waarbij men ten slotte tot overeenstemming en verzoening is gekomen, met het gevolg, dat met tenieldoening van hetgeen na 29 Mei krachtens een toen verstrekt mandaat is geschied, aan eene commis- vooi bereidende maatregelen te nemen tot vernieuwde samenstelling van een bestuur, op den grondslag waarop be doelde bond oorspronkelijk tot stand kwam. Vtr. Crt. Men schrijft aan de Javabode uit Buitenzorg dat na een ernstig onderzoek in de zaak van den eervol ontslagen kapitein Willink Ketjen een rapport is ingekomen, luidende: «dat die officier hoogst onrechtvaardig is behandeld dat hem wettig toekomt en minstens moet worden toegelegd het volle kapiteinspen sioen, met uitbetaling van het bereids aangehoudene." Indien dit werkelijk zoo is, zal de heer Keuchenius het begane onrecht onge twijfeld herstellen, want deze minister van Koleniën wil vóór alles een uiterst rechtvaardig man zijn. In het klooster der Trappisten te Venloo werden eenige maanden geleden drie Duitschers opgenomen, die verlang den als broeder dier orde aangenomen te worden. Alle drie zijn de vorige week verdwenen, met zich nemende de beste kleeding van den overste, die zelden ge bruikt wordt, beslaande uit een priester- hoed, habit, bovenkleed (wit laken) en kousen. De politie heeft twee hunner aange troffen in een café, waar zij zich schuil hielden, terwijl de derde mede werd aan gehouden, in een priestergewaad, hetwelk herkend is als het ontvreemde. Een hun ner, zekere K., is aan de justitie te Roer mond overgeleverd, terwijl de beide an deren, als vreemdelingen zonder middel van bestaan, over de grenzen gebracht zullen worden. Een schipper, varende op de schiet- schuit van schipper v. V, te Utrecht, is bij het fort Hinderdam over boord ge vallen en verdronken; de schippers, die achter hem aansleepten, zagen hem onder de schuit doorgaan, doch mochten er niet in slagen hem te redden. Hij laat eene vrouw en twee kleine kinderen na; de ongelukkige leed aan duizelingen in het hoofd. Door de politie te Houtrijk en Polanen, is in den nacht van Zaterdag op Zondag aangehouden een netgekleed persoon, komende van Amsterdam, loo- pende barrevoets. Op de aan hem gedane vragen bleef hij een hardnekkig stilzwijgen bewaren, ofschoon bij zijne arrestatie gebleken was dat hij wel degelijk goed kon spre ken. Zondagmorgen werd hij te Haarlem gebracht voor den burgemeester dezer gemeente, een der inspecteurs van poli tie te Haarlem en den officier van justi tie aldaar, doch voor allen bleef hij een hardnekkig stilzwijgen bewaren, ofschoon men hem in verschillende talen aansprak. Tegen hem is een bevel van voorloo- pige aanhouding afgegeven, waarop hij is overgebracht naar het huis van arrest te Haarlem. Te Bennekom is Zaterdagavond nabij den tol door een stoomtram van de Rijnspoorweg-maatschappij een man overreden, ruim 40 jaren oud, in de na bijheid zijner woning. De ongelukkige be kwam zulke hevige verwondingen, dat hij bijna onmiddelijk een lijk was. Een getrouwd wachtmeester der huzaren bleef Zaterdag, van een tram wagen in de Bankastraat te 's Hage af stappende, met zijn sabel haken, waar door hij met een geweldigen slag op da steenen terecht kwam. Zwaar aan het Een ware geschiedenis uit Thiiringen, DOOR ANDRÉ HUGO. VERENA. I. Een spoorweg-ongeluk. 2) »U moogtniet spreken, mijnheer, de dokter heeft het bepaald verboden. Houd u rustig, ge zijt onder zorgvuldige behan deling," antwoorde het meisje. Een nieuwe poging van den gewonde om met de jonge darne, die naast hem geknield lag, een gesprek te beginnen, werd met geen gunstiger uitslag bekroond. Een poos later kwam de dokter terug van zijn rondgang, knielde bij den ge kwetste neder en legde een hechtpleister op de wonde. Hij had dit werk nog niet voleindigd, toen een ruwe stem in de nabijheid luide «Verena" riep. Een onderdrukte gil van het meisje volgde op het hooren van die stem en terstond daarop snelde zij van hem weg. De gekwetste richte zich op en zag, boe zjjne verpleegster zich met een man van donker uitzichten met zwarten baard van de plek verwijderde. Nog een blik uit hare groote oogen vestigde zij op hem dit kon hij duidelijk bemerken en toen verdwenen beiden tusschen de brokstukken der vernielde treinen, en in den witten damp van de twee locomotie ven die diep in den weeken grond inge- woeld lagen. «Is u die dame bekend?" vroeg de jonge man aan den dokter. «Neen, mijnheer." Met de woorden«Ik moet het echter weten I" hief zich de gekwetste halver wege van den grond en trachtte optestaan om de schoone onbekende nateijlen maar de zware pijnen in het hoofd en de zwak te, door het bloedverlies veroorzaakt, maakten 't hem onmogelijk zijn voorne men ten" uitvoer te brengen. De dokter ging glimlachend verder. Nog een poos tuurde de gekwetste in de richting, waarin de onbekende was verdwenen; toen richtte hij zijne blikken wtder eenigzins in 't rond. Eensklaps verlevendigde zijn oog en gelijktijdig gre pen zijne vingers naar een visiteboekje dat op den grond lag en gewis aan de jonge dame was ontvallen. Haastig opende hij het en de kleine visitekaarten vielen op den grond. «Sophia Verena Wallman," herhaalde de gekwetste verscheidene malen binnen 's monds nadat hij den naam had gelezen; Hij raapte de kaaltjes allen op, deed ze in het boekje en stak dit toen in zijn borstzak. Alle verdere navragen omtrent de jonge dame welke bij bij de landlieden instelde, die de gewonden naar het loge ment vervoerden in het nabijgelegen dorp, brachten den jongen man voor het oogen blik niet verder, II. Een afgeluisterd gesprek. Een tiental dagen na dit voorval was er in het logement »de Leeuw" te AII- hosen een wonderlijke vreemdeling af gestegen. Bij zijn aankomst had hij een kamer gehuurd, daarin zijne reisbenoo- digdlieden geborgen, had toen bij de huisgenooten inlichtingen gevraagd naar zekere familie Wallman en, toen niemand hem die inlichtingen had kunnen ver strekken, was hij weggesneld, waarschijn lijk met het doel om zijne nasporingen zelf aanievangen. Eerst des avonds laat keerde hij blijkbaar vermoeid terug en gebruikte zijn avondeten, zonder zijn ge heimzinnig zwijgen te verbreken. Op ver zoek van den kellner schreef hij in het vreemdelingenboek zijn naam: «Arthur Falkening, koopman uit Br. De wonde van den jongen man was dus niet van gevaarlijken aard geweest, want, ofschoon een hechtpleister op het hoofd nog de plek aanwees, waar hij was ge kwetst, was hij toch reeds zoover her steld dat hij zonder hinder zijne drin gendste bezigheden en zaken kon ter harte nemen. Alleen de nacht was een tijd perk van kwelling voor hem: sedeit het spoorweg-ongeval speelden hem toch in den slaap de meest wonderlijke visioenen door 't hoofd en de verraderlijke droom god, onder wiens machtigen schepter de slapende terneèr lag, scheen bij afwisse ling de vreugde en het leed te gebieden daar hij 't hart van den armen man nu eens ten toppunt van geluk opvoerde, dan weder het in al de diepte van een vernietigde smart slingerde. Uit deze verwarde droomerijen scheen hem toch éen heldere lichtstraal toe hij zag verrast rondom zich heen de stralen der morgenzon hadden hern uit zijne ang stige droomen, die hem zoo pijnigden, gewekt. En wederom viel hij in eene sluimering en wederom sloot de schalksche droom god zijn rijk in al diens bonte kleuren voor den slapende open en tooverde de zen afwisselend de zonderlingste beelden voor den geest, maar nu waren 't liefe lijke visioenen die bedarend op hem werkten, daar zij hem verplaatsten aan de zijde van zijne schoone onbekendeen hem een geiuk deden smaken, dat men alleen in den droom in zijn ganschen omvang genieten kan. 't Was hem alsof hij, onder het innige gevoel van die tot dusver ongekende zaligheid, het luide en vreugdevol aan de wereld moest verkon digen dat hij de gelukkigste der sterve lingen was, toen zij hem weder naast zich trok en zijn mond, dien hij tot spreken opende, met een kus sloot, zoo dat het hem onmogelijk werd eenig ge luid te doen hooren. Maar de zon scheen er hardnekkig op te staan den slapende uit zijne zoete droomerijen te wekken, want dezelfde heldere lichtstraal die hem daar 6traks van zijne onrustige droomen had verlost, oefende ook nu weder zijne macht uit om den jongen man uit het rijk der fan tasie tot de werkelijkheid terugteroe- pen. Arthur sprong van zijn rustbed op, kleedde zich aan en liep met groote stap pen de kamer op en neer, de armen over elkander geslagen, het peinzend ge laat nu eens naar den grond gericht dan weder opgeheven. De beelden zijner fan tasie, die hij in den droom voor zich had gezien, oefenden, zooals gewoonlijk, hunne opwekkende werking op hem uit

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1888 | | pagina 1