NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
DE GELDKOFFER.
No. 72.
Zaterdag 8 September 1888.
Zeventiende Jaargang.
Fransche politiek.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN' ZATERDAG.
BINNENLAND.
Feuilleton.
COURANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het gebeele Kijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
De Franschcn, heeft een hunner
eens gezegd, hebben wel geest,
maar bitter weinig politiek verstand.
Dat oordeel schijnt niet geheel on
juist te zijn. Van den man, die on
langs in het gebouw der Duitsche
ambassade te Parijs op een Fransch
beambte schoot, meenende een «Prtts-
sien" te dooden, wat sinds vele jaren
zijn hoogste ideaal is geweest, werd
o.a. in de bladen verteld, ten be
wijze dat zijn vermogen niet normaal
zijn Als hij over politiek begint te
spreken, slaat hij dadelijk door. Lieve
hemel, als de regel opging, dat
ieder met die eigenschap behept per
soon voor gek moest worden ver
klaard, hoe groot zou dan het aantal
en hoe reusachtig de omvang moeten
zijn van de dolhuizen tusschen Vlaan
deren en de Pyreneëen
Zoowat om de twintig jaren, zegt
men, moeten de Franschen eens ver
anderen van regeeringsvormer is
dan een nieuw geslacht mondig ge
worden, dat zich niet meer kan ver
eenigen met hetgeen de oudelui tot
stand brachten, en dat op zijn beurt
de dingen weieens uit elkaar nemen
en weer ineenzetten wil. Het eerste
gaat, zooals liet voorbeeld van het
kind met het horloge leert, nogal
gemakkelijk maar dan Daar komt
bij, dat de keus van regeeringsstel-
sels minder ruim is dan die van de
vormen van hoeden bij verandering
moet men spoedig terugkeeren tot
hetgeen vroeger werd verworpen,
en dat doet men toch ook niet
graag
Dat de republiek op haar laatste
beenen loopt, wordt algemeen te
stellig verzekerd, dan dat wij het be
slist in twijfel zouden durven trek
ken. De Fransche republiek zou inder
daad een heel aardige, misschien
zelfs een goede instelling zijn, als
er maar republikeinen waren.
Het echte, zuivere begrip van de res
publica, van het geheel en al
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 6 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
leven en werken ten nutte van het
algemeen, met voorbijgang, zoo
't moet, van eigen voordeel en eigen
grootheid, dat begrip moge ons,
gewonen burgertjes, die volstrekt
geen pretenties maken op een regee-
ringszetel, wel wat hoog gaan,
een staatsman moet het hebben, zoo
goed als een muziekdirecteur begrip
van harmonie maar kan men inder
daad op dit oogenblik, onder het
groot aantal namen die het geraamte
vormen van de hedondaagsche parle
mentaire geschiedenis van Frankrijk,
er één aanwijzen, bij wien de eer
zucht, om van andere, minder edele
hartstochten niet te spreken, niet de
voornaamste, wellicht de eenige drijf
veer is Welnu, wat moet men
onder die omstandigheden verwach
ten van de behartiging der res publica
van het openbaar belang
Thiers, in zijn hart monarchaal
gezind, recommandeerde indertijd,
toen 't niet anders kon, de republiek,
als zijnde »de regeeringsvorm die
ons 't minst verdeelt." De kleine
groote man moest nu eens komen
kijken, hij, die door nu en dan eens
braaf op te spelen, de verdeeldheid
er ter linkerzijde vrij wel wist uit te
houden: zijn raad zou weieens kun
nen zijn: Schaf af dat ding, dien
spotvorm van een republiek, die een
bron is van tweespalt en onrust, die
het goede Fransche volk in minach
ting brengt bij Europa, en onder
welken het land van zijn rang van
groote mogendheid dreigt af te dalen.
Dat Thiers boulangist zou worden, ge
loof ik niet, maar wel zou hij er ernstig
over gaan nadenken, of er geen fat
soenlijk middel bestond om Frankrijk
een koning of een keizer te geven,
in staat en gezind om desnoods met
ijzeren vuist te regeeren, en het met
de parlementaire en constitutioneele
usantiën, gelijk men ze daar opvat,
niet al te nauw te nemen.
De twintig jaren, men moet
het bij zulke dingen niet al te precies
willen nemen, loopen op een eind,
en het is de vraag of ze nog wel
geheel vol zullen komen. Zeker zou
dit het geval niet zijn, hadden de
Franschen maar één man, op wie
de monarchalen zich kunnen vet eeni-
gen; dat zulks niet het geval is, mag
als de voornaamste reden worden
beschouwd dat de tegenwoordige
„orde" van zaken nog zoolang stand
houdt. De slechte verhouding tusschen
Jéröme Napoléon en zijn oudsten zoon
Victor heeft een scheuring veroorzaakt
in de gelederen der bonapartisten,
of liever, valt daarmee sarnen, want
terwijl de oude lieer en zijn aanhan
gers nog zoowat sympathiseeren met
de uitwendige vormen van het repu
blicanisme, wat trouwens overeen
stemt met de staatkunde, door de
beide Keizers in de eerste jaren hun
ner regeering gevolgd, vertegenwoor
digt Victor meer het zuivere imperi
alisme, dat den steun heeft van de
ex-keizerin en van de Cleiicale leden
der partij. Ware de zoon van Napo
leon lil indertijd niet op de onge-
lukige gedachte gekomen, tegen de
Zoeloe-kalïers, met wie hij hoege
naamd niets had uit te staan, te gaan
vechten, ongetwijfeld zou er reeds
een keizer zijn. Lloulanger schijnt in
de kaart van Jéröme te willen spelen
misschien uit overweging, dat deze
nog de meeste kansen heeften om
Boulanger schaart zich alles, wat
ontevreden is, alleen om een toestand
van verwarring in het aanzijn te
roepen, waaruit ieder op zijn manier
een voordeeltje wil zien te kloppen.
Men heeft Boulanger weieens een
onmogelijk persoon genoemd omdat
hij zich bij verschillende gelegenheden
zoo belachelijk heeft aangesteld, en
„le ridicule tue." Dat is alweer een
Fransch spreekwoord, dat allerminst
op tie Franschen van toepassing schijnt;
men toont er zei ls zekere voorliefde
voor zotte dingen en menschen, die
men gaarne op den voorgrond schuift,
om er zich vroolijk mee te maken.
Niemand maakte zich ooit bespotte-
lijker dan indertijd Louis Napoleon,
toen hij op het strand van Boulogne
verscheen,met een gedcesseerden arend
boven zijn hoofd zwevende, en een
stuk spek in zijn hoed, om te maken
dat het beest niet wegvloog al
thans volgens de lezing die Rochefort
in een openbare zitting van het wet
gevend lichaam van het voorval gaf,
toen de Franschen de heerschappij
van denzelfden gekroonden avonturier
reeds moede waren, en alleen een
schitterend ten einde gebrachte bui-
tenlandsche oorlog het keizerrijk nog
redden kon, en toch verliepen er
weinig jaren vóór dezelfde man in
vollen luister troonde op de Tuileriën!
Boulanger moge niet bestemd zijn
om een kroon te dragen, ik geloof
zeker, dat als op dit oogenblik alge-
meene verkiezingen werden gehouden,
het drietal departementen, dat hem
onlangs een meerderheid bezorgde,
wel een nulletje zou krijgen, ondanks
zijn militaire, politieke en moreele
onbeduidendheid.
Het ergste is maar, dat de grap
pen, die men in Frankrijk zou pogen
uit te halen, heel gemakkelijk de
vrede in Europa kunnen verstoren.
Bij al de spanning, die er heerscht,
ware dat een ramp, welker gevolgen
niet te overzien zijn, en waarvan
de Fransche natie alleen het slacht-
oller zou worden. Het is daarom,
dat de loop der gebeurtenissen al
daar wordt gadegeslagen met een
belangstelling, die onder gewone
omstandigheden geen reden van be
staan zou hebben.
Tegenover de onrustwekkende ge
ruchten, welke omtrent den gezondheids
toestand van Z. M. den Koning worden
in omloop gebracht, kunnen wij gelukkig
ten stelligste verzekeren, dat het geëer
biedigd hoofd van den Staat geheel her
steld is en zich zeer wel gevoelt. Als een
bewijs daarvan kan het feit strekken, dat
Z. M. zich dezer dagen geruimen tijd on
derhield over de belangen van handel en
industrie. (DgW.)
Wij lezen in de Echo-,
«Een vraag. De nieuwe Keizer van
Duitschland Wilhelm II, neemt de vor
men der etikette streng in acht. Bij de
meeste Europeesche vorsten heeft hij
buurvisites afgelegd of is van plan die
te maken. Ilij heeft le Petersburg den
Czaar gecomplimenteerd, te Stockholm den
Koning van Zweden en Noorwegen, te
Kopenhagen den Koning van Denemar
ken; Rome en Weenen, waar de Koning
van Italië en de Keizer van Oostenrijk
resideeren, liggen aan de beurt. Zwitser
land is een republiekje, dat natuurlijk
niet meetelt, Frankrijk staat in het zwarte
boek, België's vorst heeft, reeds lang
geleden, belet laten vragen om den Duit-
schen Keizer te Straatsburg te mogen
ontmoeten, de Koningen van Portugal
en Griekenland hebben het Hof le Ber
lijn bezocht, de Koningin van Engeland,
's Keizers grootmoeder, is pas uit Ber
lijn teiuggekeerd. Spanje en Turkije, zijn
geen buut landen en slaan ook niet in
directe betrekking lot hel groote Duit
sche Rijk. Bovendien zouden de Regentes
van Spanje inet haar koninkje in de
lange kleeren en de Sultan van het Turk-
sche Rijk moeielijk op reis kunnen gaan.
Servië, Bulgarije, Roemenië en de liliput-
staatjes komen niet in tel. De eenige
vorstenstaat, die dus als buurman op
het visitelijstje onbreekt, isNedeilaud.
Opmerkelijk, niet waar'?"
AmstCl
De vorige minister van Oorlog had
aan de militairen te Kampen verboden
het militair tehuis te bezoeken, zoo zij
niet een schriftelijke toestemming daartoe
van hun ouders konden overleggen.
Naar de Stand, bericht, heeft de te
genwoordige minister dat verbod inge
trokken. De minister heeft de comman
dant van het instructiebataillon bij zich
ontboden en dezen tot het mondeling
bekend maken van deze voor het Tehuis
gunstige bepaling in de kazerne last ge
geven.
In de Stand, wordt, naar aanleiding
hiervan, opgewekt om het Tehuis te
Kampen met bijdragen te steunen. Reeds
't vorige jaar zou dit tehuis bijna geslo-
Een ware geschiedenis uit Thüringen,
DOOR
AXDRÉ HUGO.
3) De heftige gebaren van den man en
de afwerende bewegingen van het meisje
trokken zoo zeer de aandacht van Arthur,
dat hij besloot nogmaals zich onder het
bladerdak te verschuilen, ter einde de
naderenden onbemerkt te kunnen be
luisteren.
«Dus wilt gij niet?" klonk de barsche
mannenstem.
«Ik kan niet geloof mij toch!" ant-
woorde het meisje, terwijl Arthur nu
zeer duidelijk de dame herkende met
wie hij ten gevolge van het spoorweg
ongeval in nauwere betrekking was ge
komen, dezelfde die hem met hare groote
lieftallige oogen zoo deelnemend had be
schouwd en hem verpleegd haddezelfde
die daarop zoo plotseling verdwenen was
zonder dat hij in staat was geweest haar
zijn dank te betuigen, dezelfde eindelijk
die hij sedert eenige dagen met zooveel
ijver opspoorde.
Arthur beefde van aandoening.
«En dus wilt gij ook geen belofte
doen?" vroeg de man met het donker
uitzicht en een vollen baard, toen zij
dicht hij de rustbank waren genaderd.
>0, zeker, ik beloof u mijn woord te
zullen nakomen, zoodra het mij mogelijk
zal zijn geworden. Dan zal ik, zoover in
mijn vermogen is, al uwe wenschen vol
voeren,nu kan ik niet."
«Maar huw dan toch dien gek, dien
bankier Oberman. De kerel heeft geld,
veel geld, naar ik heb vernomen."
nik kan niet, want ik bemin hem
niet!"
«Ge zijt een zottin door en door. Een
ander in uw plaats zou hem trachten in
te nemen en al hare bekoorlijkheden we
ten ten toon te spreiden om hem te
boeien. Doe gij dat ook en gij hebt ge
wonnen spel."
«Gij zijl slecht William
«Gij miskent mij Verena. Ik houd
slechts van eene goede berekening en
heb uw en ons beider bestwil op het oog.
Zie, mijne betrekking tot u
De overige woorden kon Arthur niet
verstaan, daar de spreker plotseling be
gon te (luisteren. De onbekende had te
vens daarbij zijn rechterhand op den
schouder van Verena gelegd en zich een
weinig van de rustbank verwijderd.
Arthur's oog volgde iedere beweging
des vreemdelings.
Deze bleef vlak voor Verena staan, liet
zijn vorschenden blik een wijle op haar
rusten en zeide toen op vrij ruwen toon: j
«Zoo gij, zooals ge zegt, mijn voorslag
niet aanneemt, dan weet ik wat mij te
doen staat. Alle middelen staan mij, zoo
als ge weet, ten dienste, om
Het overige kon Arthur niet meer ver
staan, daar de onbekende zich naar de
tuindeur wendde en met Verena daar
heen liep om iemand die daarbuiten
wachtte, binnen te laten.
De vreemdeling ging, zonder den bin-
nengekomene die hem groette, terug te
groeten, langs dezen de deur uit.
De nieuw binnengekornene bood met
eene beleefde buiging het meisje zijn arm
aan, zooals Arthur in zijn schuilplaats
zeer duidelijk kon zien. Het meisje scheen
zijn verlangen niet te willen voldoen,
want zij wist door eene onmerkbare be
weging den binnengekornene te noodza
ken ongearmd zijn onderhoud voort te
zetten. Beiden waren nu weder zoo nabij
gekomen dat Arthur zeer duidelijk de
stem van den man kon verstaan.
«Ge zijt waarschijnlijk onbewust, Ve
rena, dat ik middelen in handen heb,
waardoor ik u zou kunnen noodzaken
meer gehoor le geven aan mijne weu-
scheH," zoo luiden de woorden van den
vreemdeling op dien kouden, snijdend
scherpen toon die den man van een be
rekend verstand eigen is.
»Ik ken u" antwoodde het meisje.
«Ge weet dus?"
«Ik weet nu alles!"
«Zou uw vader dan
«Mijn vader heeft mij alles medegedeeld,
mijnheer Obermann."
»'t Is niet mogelijk!"
«Dan zal ik u de bijzonderheden ver
tellen. De wissels, die u in handen hebt,
beloopen
»0, mejuffrouw!" viel de man, r'ien
wij nu onder den naam van Obermann
hebben leeren kennen, haar in de rede,
«spreek toch niet, vóór ge mij ge
hoord hebt!"
«Mijnheer Obermann, ik heb reeds
medegedeeld dat mijn hart geen de min
ste neiging voor u gevoelt, dat het mij
geheel en al onmogelijk is u lief te heb
ben. Wel is waar staat daartegenover
mijne liefde voor mijn goeden vader, van
wien ik de weinige dagen, die hij, door
ouderdom vergrijsd, wellicht nog zal te
leven hebben, zoo gaarne, zoo innig gaarne
in vreugdedagen zou willen herscheppen,
nu het lot hem de zwaarste beproevingen,
de diepste vernedering heeft doen onder
vinden, zoodat hern slechts kotten tijd
vergund is geweest een rustig en geluk
kig leven te leiden; desnietegenstaande
kan ik het niet over mij vei krijgen de
schande en de laatste krenking, die ge
wis zijn dood zal bespoedigen,"de stem
van het meisje stokte, zij scheen inner
lijk met de zware smart te strijden
af te keeren door eene handeling, die
in de gevolgen schrikkelijk zou zijn."
«Dan moet ik wel gelooven, dat eenige
andere betrekking u terughoudt mijn ver
zoek intewilligen, hoewel ge mij nog
eenige oogenblikken geleden verklaardet,
dat dit niet het geval was."
«Denkt ge dan, mijnheer de bankier,
dat ik onwaarheid spreek?"
«Ik zou het bijna moeten denken, ware
het niet dal ik maar al te zeer van uwe
eerlijkheid en openhartigheid oveituigd
ben."
«Dan herhaal ik umij bindt geen
andere betrekking, waardoor het mij be
zwaarlijk zou vallen uw aanbod aante-
nemen."
«Welnu, dan zal ik trachten uwe liefde
te winnen."
Wordt Vervolgd.)