BUITENLAND. Plaatselijke berichten. Provinciale berichten. nabij de Beulingsluis. In de onmiddellijke nabijheid, op de brug, stond een vigelante met geopend portier. Toen hei meisje het rijtuig passeerde, greep de jeugdige onverlaat haar eensklaps aan, sleurde haar het rijtuig in en schreeuwde den koetsier toe: «Vooruit! Vooruit!" De ontvoerde deed onophoudelijk pogingen om het por tier te openen, doch werd hierin door haar ontvoerder verhinderd. Zoo reden ze een wijl voort: het meisje gillend en spartelend om los te komen, haar ont voerder al hare bewegingen bespiedende en haar met geweld belettende om te ontvluchten. Het rijtuig passeerde eindelijk in volle vaart het viaduct van den Centraal-Spoor- weg; ziende, waar zij zich bevond, wendde de ontvoerde in haar doodsangst een nieuwe poging aan om het portier te openen, en goddank, het week het volgende oogenblik had het meisje den gevaarlijken sprong gedaan en lag uitgestrekt op den weg. Hoewel zich vrij ernstig bezeerde, behield zij echter haar bewustzijn, zoodat zij haar ontvoerder den koetsier hoorde gelasten: rrTerug naar de Mamixstraat!" Onbegrijpelijkerwijze heeft rnen de po litie onkundig gelaten van deze brutale oplichting; zonder den aanslag op Zater dag jl. zou er misschien nooit een haan naar gekraaid hebben. De gelijkenis tnsschen dit individu en den jeugdigen booswicht, die het slacht offer der laatste aanranding het eerst aangesproken en haar later tweemalen geschreven heeft want waarschijnlijk waren beide brieven van hem is te treffend en de omstandigheden, waaron der beide aanslagen geschiedden, zijn te overeenstemmend, om het verband niet voor het grijpen te hebben. De commissaris van politie in de -ie sectie verzoekt bekend te worden gemaakt met de naam van den koetsier, die II. Zaterdagavond (25 Mei) tusschen 9 en '10 uur een heer met een burgervrouw ver voerd heeft per vigilante of coupé van de Egelantiersgracht tusschen de le en 2e dwarsstraat. Dat die koetsier zich nog niet uit eigen beweging heeft aangemeld, versterkt ons in het vermoeden dat hij een medeplich tige was. Onmogelijk is het zeker niet dat het dezelfde is, die bij de eerste ont voering zijn diensten leende. Aan de Rijks-kweekschool voor on derwijzers te Deventer worden thans sol licitanten opgeroepen voor tien rijksbeur zen elk ad f300. De heeren Lippmann, Rosenthal Co. en Wertheim Gompertz te Am sterdam, hebben per telegraaf oöicieuse mededeeling ontvangen uit St. Petersburg, dat de minister van financiën het voorste! tot verwisseling der aandeelen Riaschk- Wiasma en Morschansk Sysran in 3 pet. Staatsobligatiën thans in den Rijksraad heeft aanhangig gemaakt. Men hoopt, dat de zaak nog in deze zitting, welke tot 15 dezer duurt, zal worden afgedaan. De Zutfensche rechtbank heeft een jongeheer uit Deventer, oud 16 jaar, die met zijn rijwiel een meisje op den weg naar Apeldoorn had aangereden, met het gevolg dat zij lichamelijk letsel kreeg en tijdelijk ziek werd, veroordeeld tot 7 da gen hechtenis. Naar aanleiding van het incident-Wohl- gemuth schrijft Le Voltaire: De heer Bismarck, die zoo goed grof weet te zijn tegen kleinen en zwakken, heeft een on- verwachten tegenstand gevonden bij de Zwitsers. De Duitsche regeering ver klaarde, dat de arrestatie van Wohlge muth onwettig was en geheel het karak ter van een hinderlaag droeg. De Bonds raad antwoordde fier, dat de houding van de politie eu het kantonnaal bestuur van Aargau volkomen in den haak was. niets om een van hen gevende, en altijd gereed om elke minuut met zijn benden los te barsten. Er was echter iets waarop de ouden en wijzen niet gerekend hadden, zooals gij in het volgende hoofdstuk zult zien. Hoe zij van den vreeselijken Dwerg verlost werden. Binnen in het land waar dit alles ge beurde, leefde een machtig koning. Hij was het van wien ik u al gesproken heb, de eenige in het rijk, die meer kracht had dan de Dwerg. Want het was een feit dat de Dwerg alléén kon doen, wat de Koning hem gebood. Hij was des ko- ning's slaaf, zoodat hij niets kon doen zonder verlof van den Koning, ja hij kon niet eens voor zich zelf spreken of den ken. Al het kwaad dat hij deed, was dus zijn schuld niet. Als de gewapende ben den uittrokken, was het de Koning die hen uilzond. Nacht en dag moest de Dwerg aan de bevelen van zijne Maje steit gehoorzamen, en kon niets anders doen. Nu gebeul de het dat een van de oude re wijzen uit het dorp een vreemd en wonderlijk boek vond, dat hem veel ge heimzinnigs verklaarde, waar hij zich al meermalen in verdiept had. Het was een Ja, nog meerhij laat twee Duitsche colporteurs, die opruiende geschriften tegen de sociaal-democraten verkoopen, in hechtenis nemen. Protesten van de zijde der Duitsche regeering. De Bonds raad toont zich niets bevreesd doch antwoordt op de bestraffende nota uit Berlijn met de aanneming van drie mil- lioenen voor den aankoop van oorlogs materiaal. «Onze Alpen zijn onze ves tingen" zegt een oud Zwitsersch liedje. De heer Bismarck, die altijd zoo aan matigend was tegenover het kleine Zwit- sersche volk, moet nu wel eens achter zijn ooren krabben, en vragen: «Wat ben ik begonnen?" De Duitsche regeering heeft in West- falen een onderzoek doen instellen naar alle omstandigheden, die de werkstaking zijn voorafgegaan en gevolgd, of die haar hebben begeleid. Het schijnt dat de Keizer nauwkeurig op de hoogte wil komen van de betrekkingen tusschen werklieden en werkgevers, zoowel als van den geheelen maatschappelijk en en ecor.omischen toestand in de mijndistric- ten. Eerst na het ontvangen van dit verslag, zal de Keizer bepalen, of er ook aanleiding is, om zooals de heerBismaik in den Rijksdag zeide «maatregelen te nemen om de natie te beschermen tegen de ongemakken uit ontevredenheid eener mindeiheid voortspruitend." Voorloopig is reeds van 's Keizers wege een aan schrijving gericht aan alle besturen, om zoo spoedig mogelijk verandering te bren gen in bestaande wanverhoudingen, voor zoover de wettelijke bepalingen dit toe laten en verder zoodanige maatregelen voor te bereiden, als tot tegemoetkoming aan de billijke aanspraken der arbeiders kunnen strekken. In de gisteren door het Engelsch Hoo- ger-huis gehouden zitting heeft lord Knuts- ford verklaard, dat de Regeering het ontslag van sir Herkules Robinson als gouverneur der Kaapkolonie heeft aange nomen. Verder zeide hij, dat b ij de regeling der in Zuid-Afrika opgekomen vraagstuk ken de Regeering zich zal beijveren, de vi iendschappelijke betrekkingen met de Transvaal en den Oranje-Vrijstaat te handhaven. In het westelijk deel der staat Penn sylvania: (Noord-Amerika) zijn de ri vieren, tengevolge van zware regens, zoo danig gezwollen, dat geweldige overstroo mingen er het gevolg van waren; naar men zegt zijn tienduizend menschenlever.s te betreuren en werd eene schade van meer dan zestig millioen gulden veroor zaakt. Het meest leed de stad Johnstown door den ramp die, nagenoeg geheel werd ver woest! door het breken van een dam liep de stad in een paar minuten onder en de ongelukkige bewoneis, die op zulk een onheil niet waren voorbereid, werden door het woedende water verrast; tal van menschen, men spreekt van twee duizend, werden ouder de puinhoopen der instortende woningen bedolven en kwamen om liet leven slechts twee huizen bleven onbeschadigd. Ook van andere plaatsen komen aller- treuiigste berichten en de verslagenheid is in de zoo zwaar bezochte staten zeer groot. Zondag 9 Juni op de gewone uren en Maandag 10 Juni des morgens ten half tien ure zal bij de vrije Ger. Gem. gepredikt worden door den Heer Plug van Rotterdam. Vrijdagavond zal in het gebouw «Volksheil" alhier een bidstond worden gehouden. Naar men verneemt, zullen op het chr. nat. zendingsfeest, dat 3 Juli a. s. op het buitengoed Nimmerdor alhier zal gehouden worden o. a. als sprekers optreden de predikanten Hogerzeil, Bui tendijk, Voorhoeve en van Gheel Gilde- heel oud boek, rnet een vreemde oude drukletter en vreemde oude plaatjes. Het was gebonden in donker bruin lederen band met koper slot. De schoenmaker had het in de naburige stad op een stal letje gevonden, weinig vermoedende welk een schat het voor hem zijn zou. Het was een soort Tooverboek, dat hun alle geheimen des levens verklaarde, hoe men rijk kon worden, hoe men wijzer werd, hoe wij onze vijanden konden dooden en hoe wij landen konden regeeren. Het kon ook waarzeggen en voorspellen wat de menschen zou overkomen, hoe arme lie den tot koningen konden verheven wor den en zelfs bedeelden in paleizen kon den wonen. Het was ook eeD boek van het noodlot, dat voorspelde wat er na jaren gebeuren zou. Het sprak over reu zen, en de wijze waarop hen te verslaan, over de wapenen die gij mee moest ne men, over de middelen die gij aan kondt wenden om ze te betooveren, zoodat zij u nacht en dag konden dienen. Ik kan u niet alles vertellen van al wat die oude man in dat wonderlijke boek vond noch hoe wijs hij werd zoodat de men schen naar hem toestroomden om hem om raad te vragen. Hoe rijk hij was wist niemand, maar niet één hielp zijn naasten zoo gul en vriendelijk als hij. Daarenboven vond hjj nog een grooter meester. Het zingen zal begeleid worden door een muziekkorps van 33 personen. De openingsrede zal gehouden worden door prof. J. J. P. Valeton Jr. uit Utrecht en de slotrede door Dr. J. Th. de Visser van Rotterdam. De j.l. Zaterdag alhier gehouden aanbesteding voor de levering van aard appelen aan de menages der troepen al hier, tijdvak 15 Juni tot 1 Nov. 1889, was ingeschreven door de h.h. H. Azijnman a f2.18 en J. Meijer a f2,16 per heet. De levering is niet gegund. Dinsdag 11 Juni e. k. zal een herbesteding plaats hebben. De Anti-revolutionaire kiesvereeni- ging «Nederland en Oranje" alhier heeft j I. Maandag met algemeene stemmen tot candidaat gesteld voor het lidmaat schap der Prov Staten van Utrecht Mr. W. J. M. Bosch van Oud-Amelisweerd ter voorziening der vacature ontstaan wegens bedanken van den heer M. van Beek. die gisterenavond vergadeide, houdt he den avond te 8 uur wederom eene ver gadering om de al dan niet candidaat- stelling voor het lidmaatschap der Prov. Staten te bespreken. De directie van de Amersfoortsche Beiersch-bierbrouwerij bericht, dat de navolgende obligatiën zijn uitgeloot No. 93, 103, 139, betaalbaar ter aflossing a pari den len Juli a.s. te kantore van H. Ovens Zonen te Amsterdam, tevens dat de Coupon No. 6 met f50 den len Juli uitbetaald wordt. Naar men verneemt is tot lid der Jury voor de afdeeling «hoefbeslag" van de tentoonstelling, welke gedurende Juli en Augustus a. s. door de Harddrn- verij-Vereemging te Groningen word ge houden, o.a. benoemd, de Opperwacht meester-Hoefsmid W. Kamerbeek van de Rij- en Hoefsmidschool alhier. De paardenarts 2e klasse A. Fre- derikse van het le Regl. Veld-Artilleric alhier, is van af 4 Juni voor veertien da gen gedetacheerd naar de legerplaats bij Milligen, ten einde gedurende de afwezig heid van den paardenarts 3e klasse baron M. E. Bentinckden vétérinairen dienst bij het Remonte Depot waar te nemen. Aan den opperwachtmeester H. Timmermans, van het escadron ordon- nancen, is de bronzen medaille voor 12- jarigen trouwen dienst uitgereikt. Wij verwijzen onze lezers naar de opgaaf turen van vertrek, en aankomst der algemeene communicatie middelen alhier' voorkomende op de vierde pagina van dit blad. Met de zomerdienst is er eene wijziging gebracht in de plaats van aankomst van den Oosterspoor, van en naar Amsterdam: de treinen welke van hier vertrekken en aankomen zijn aange duid, met (St.) zijnde Staatspocr (nieuw station) en (C.) Centraalspoor-station. Het traject van de Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij Amster damAmersfoortKleef is geopend. Tusschen Kestercn en Nijmegen worden de treinen getrokken door machines van den Staatsspoorweg, terwijl tusschen die twee stations een conducteur van genoemde Maatschappij wordt toegevoegd. Op alle treinen heeft men doorgaande rijtuigen Van de vier rijtuigen AmsterdamAmers foortKeulen behooren twee aan de Duitsche Maatschappij, welke in netheid die van de Hollandsche zeer overtreffen. Bij de heeren W. P. van Stockum en Zoon te 's-Gravenhage is verschenen een derde goedkoope uitgaaf van „Schetsen uit den Atjéh-oorlog", door J. P. Schoemaker, Luit. der Infanterie, Ned. O.-I. Leger. Eon deel in post-octavo voor slechts 75 cents. Onder meer bladen zegt het Alg. Han delsblad hiervan geheim uit, de kunst om altijd gelukkig te zijn. Er was dan ook geen tweede in het land, die zulk een prettig, vroolijk zonnig gezicht had. Zoo zat hij weer eens in zijn wonderboek te bladeren toen zijn oog viel op een verhaal san dien zelfden rooden Dweg, die de plaag van het dorp was. Hij schoof zijn bril naar de hoogte en lei zijn werk neer, opdat hij er eens beier over zou kunnen den ken. Ja, hij had het geheim gevonden van dien Koning en zijn armen slaaf. Ja, ja, zeide de oude man zijn werk weer opnemende, «als wij maar een an deren Koning hadden, dan kon alles heel anders zijn. Als hij goed, wijs en edel moedig was, dan zou die Dwerg meer een zegen dan een vloek zijn. Niét lang daarna zat de schoenmaker op een mooien morgen aan zijn werk, toen hij verrast door een vroolijk klokgelui van den ouden kerktoren, opsprong, om aan zijn naasten buurman te gaan vragen wat dit te beduiden had. Hij rolde dus zijn voorschoot om zijn middel, en dacht in tusschen dat op zijn minst des burge meesters dochter trouwde. Maar toen hij buiten kwarn, zag hij een kleine volksme- voor de deur van den blauwen beer, en te midden daarvan een vieemdeling. druk pratende. Een oogenblik later hoorde hij dat de oude koning dood was. En dat is „Oud Hollands heldenmoed vindt ge op elke bladzijde terug. En dit is vooral ook daarom zoo merkwaardig en verblijdend te vens, omdat zoo ooit een soldaat onder on gunstige omstandigheden zijn Vaderland diende, het wel de Nederlander in Atjch is. De Van Speijk's vochten ouder het oog van hun volk, ze 6treden voor een zaak, die niemand kond liet, ze wisten, dat, zoo zij zich onderscheiden, hun naam op aller lip pen zou zijn. dat. duizenden vrouwen en kinderen hen,zou zegenen. Hoe geheol an ders die helden, die ver van het Vaderland, in een tropisch klimaat voor een zaak, die hun dikwijls hopeloos moet schijnen, een langzamen uitputtenden oorlog voeren tegen een vijand, die in wreedheid en valschheid zijne meerdere niet heeft, en die onze man nen duizend dooden doet lijden zoo zij hem in handen vallen. Geeu grootc veldslagen met de opwinding daaraan verbonden, die tot iets leiden en na de grootste krachtsinspanning een tijdelijko rust gevenneen, stoeds schermutselingen, met weinig roe-m maar des to meer gevaar, nooit rust, noch bij dag noch bij nacht. De eerste luitenant Schoemaker nu komt zijn landgenooten vertellen, hoe het daar in Atjeh toegaat en hoe Jan Cordaat zelfs den Atjehers vaak bewondering afdwingt door zijn leeuwenmoed. Dit boek behoort in ieder huisgezin. Men late het zijn kinderen lezen, opdat ze later niet door het geld, dat de oorlog kost, zul len vergeten, hoeveel offers daar gebracht zijn voor het Vaderland. De directeur van het Postkantoor alhier maakt bekend, dat van af 2 Juni e. k. op Zon- en algemeen erkende Chris telijke Feestdagen na de buslichting aan dit kantoor ten 1.35 av. geen verzending zal plaats hebben dan met de spoortrei nen richting Utrecht en richting Zutfen, waarvoor de buslichting geschiedt ten 5.20 en 6.40 av. Gelegenheid tot afhalen van brieven bestaat o. a. des avonds van af 7 45 tot 8 uur. De lichting der bijbussen ten 7.50 av. vervalt op die dagen. Amersfoort, 1 Juni 889. De Directeur. C. SMITT. 330ste STAATSLOTERIJ. Vijfde klasse. (Vierde of laatste week.) Trekking van 4 Juni (1000 loten.) Ten kantore van den Collecteur te Amersfoort zijn aan de navolgende num mers te beurt gevallen Prijs van flOÓO. (2%>) No. 9696. Prijs van 1' 400. No. 20805. Prijs van f 200. No. 10930. Prijzen van f ÏOO. No. 8613 en 20013. Prijzen van f"70. 102, 2010, 2037, 3640, 3676, 3697, 8619, 8683, 8689. 8696, 9700, 18035, 18046, 18878, 2U034, 20087, 20832 en 20858. Te zamen 23 prijzen. Zonder prijs zijn uitgetrokken. 101. '114, 139, 140, 211, 233, 269, 275, 292, 3616, 3644, 5724, 5746 5787 8652, 8670, 9706, 9715, 9759, 9765, 9796, 10916, 10947, 11704, 11710, 11713, 11716, 11748, 11774, 117S0. 17118, 17180, 18003. 18009, 18040 18042, 18068, 18822, 18831, 18841, 18847, 18859, 18904, 18924, 20043 20074, 20729, 20753, 20850, 20869 en 20926. maar goed ook zeiden de dorpelingen elkander toeknikkende. Luidt dus maar lustig vooi den nieuwen koning! Ja ja goeie lièn luidt maar lustig, zei de wijze schoenmaker, want als de oude koning dood is, heeft de roode Dwerg zooveel macht niet meer. Ach wat riep Hein de timmerman, die in de deur van de herberg stond; Wal kan de nieuwe Koning met onzen dwerg te maken hebben Dat zult ge eens zien zei de schoenma ker die weer aan zijn werk ging. Daar kwam juist van der Drilt aan om het nieuws te hooren. Hij was juist op het punt om al grommende en brommende te vragen wat of dat nu weer beteekende, hij betaalde toch zijn belasting; toen hij hoorde dat de koning dood was. Dan behoede de hemel Zijne Majesteit riep hij, zóó van harte, dat zijn buren hem nog eens aan moesten zien, [of dat wel van der Drift was, die daar sprak en ja, werkelijk zelfszijn hond durfthem aanzien enkwispel- staarten. Daar het bijna etenstijd was, ging Hein gauw naar huis om Bet het nieuws mee te deelen. Hij deed de deur open en begon. Maar Bet was hierover zoo ver baasd, dat zij geen woord verstond van al wat hij zei. Het was haar alsof zij oude geliefde muziek hoorde, zooals zei in jaren niet gehoord had, want Hein's Jan. Heb je gelezen, waar volgens prof. Buys ons land een wonde plek heeft? Piet. Neen, wat zegt hij? J. »Ik' ken geen bedenkelijker teeken «des tijds, dan het toenemend egoïsme «onzer hoogere klassen, dan haar onver- «schilligheid voor de publieke zaak, het «lage peil van hare beschaving, de on- «beduidendheid en de platheid van het «leven, waarin zooveel mannen van goe- «den aanleg tot haar kring behoorende, «opgaan en zich verliezen." P. Die is raak. Ik kan wel uitzonde ringen aanwijzen, maar ook lui, die wer kelijk zijn zooals je ze daar hebt geschil derd. J. Die moesten maar eens een voor beeld nemen aan de Engelsche aristocra ten. Daar loopen er ook wel rare onder, maar er zijn er toch heel wat, die eer zij zich als renteniers of grondbezitters vestigen, gedurende een jaar of wat eên nuttigen werkkring aanvaarden, bijv. als officier in Britsch-Indië, om de wereld te leeren kennen en nuttig te zijn voor hun vaderland. P. En juist zulke menschen zijn later beter geschikt om als lid van het parle ment of in eene andere hooge betrekking het welzijn hunner medeburgers te be vorderen, dan wanneer zij in den tijd, dat zij kennis en ervaring moeten op doen, hoofdwerk maken van lekker eten en drinken, uitgaan en meer of minder gepaste aardigheden. KERKNIEUWS. Ned. Herv. Kerk. Beroepen: Te deu Ham, J. W. F. Gobius du Sart, te Nieuw- en St. Joostland. Te Denekamp, C. L. Voorhoeve, caud. te Rotterdam. To Everdingen, C. van Koets veld tc Oosterhout. Te Noord-Zijpe, C. Wout- man, te Berkhout. Te Wilsum, VV. de Leeuw, caud. te Oosterwolde. Te Wijngaarden, P. Bokma, caqd., te Utrecht. Te lthenen, H. J. L. Poort, te Harmeien. Bedankt: Voor Hontenisse, door C. van Koetsveld, te Oosterhout. Voor Jutphaas, door W. A. Houbolt, te Veenendaal. Voor Kolummerzwaag en voor Meteren, door P. Bokma, cand. te Utrecht. Voor Goudswaard, door C. L. Voorhoeve, cand. te Rotterdam. Voor Zoelmond, door W. VYesthoff, cand. te Vorchten. Voor Muiden, door E. A. Lazon- der, te Oosterwolde. Ned. Geref. Kerk. Beroepen: Te Oosterend, M. R. Pol man, Chr. Ger. pred. te Houwerzijl, Te Anjum, W. J. Draijer, Chr. Ger. pred. te Oudega (Sm.). Bedankt: Voor Hilversum, door J. Schotel, Chr. Ger. pred. te Haarlem. Voor Dokkum, door T. H. Woudstra, te Maassluis. Chr. Ger. Kerk. Beroepen: Te Strijen, B. Loman te Heruïjneu. Bedankt: Voor Nieuwendijk, door M. J. van der Hoogt, te Zaandam. Het Kiescollege der Herv. Gemeente te Amersfoort zal a.s. Vrijdag bijeenkomen tot het kiezen van vier ouderlingen en twee diakeuen. Drie ouderlingen moeten gekozen worden in de plaats van de heeren A. J. Bos, Mr. H. J. H. Baron van Boetzelaer van Oo9terhout en Prof. J. J. P. Valeton, die aan de beurt van aftreding zijn en één ouderling in de plaats van deu heer W. Froger, overleden. Voorts zijn mede aan de beurt van aftreding de diakenen H. E. van Sweden en W. van Zalingen. Baarn. Het ontbrak den stationschef, den heer D. van Wichen, j.l. Zaterdag bij zijn 25-jarig jubilé niet aan bewijzen van belangstelling. - stem was vol teederheid. «En hij zeide, Bet, dat die vreeselijke roode Dwerg nu wel bedaren zou. Je be grijpt dat ik hem braaf uitgelachen heb. Maar wat scheelt er aan beste meid en Hein nam haar hand in de zijne. O, Hein vergeef mij pleitte zij, en de 'oude glans kwam haar weer in de oogen. Vergeef het verléden, en met Gods hulp zal de roode Dwerg bedaren. Dienzelfden dag nog begon Hein weer te fluiten, alsof hij zijn schade moest inha len, en de krullen vlogen weer even lus tig van de planken. Dat zult ge eens zien, had de oude schoenmaker* gezegd, dit deed ook de weduwe. Het was maar een brief van haren Jaap. Maar waarom zei zij telkens «God zegen hem?" En waarom veegde zij telkens haar bril af, als geloofde zij niet dut zij goed had gelezen? Was dit wel van haar Jaap, die nooit ongelijk wilde bekennen? En toch het was in zijn brief dat zij las. «Zeg aan den landheer, dat ik dikwijls aan zijn goedheid voor mij denk, en dat ik nu heb leeren inzien hoe dwaas en onrechtvaardig ik dikwijls gesproken heb, en dat ik hem om ver geving vraag. (Wordt vervolgt.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1889 | | pagina 2