NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
Negentiende jaargang.
IN HET VUUR.
No. 51.
Woensdag 25 Juni 1890.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
1MERSF00RTSCHE CODRANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden Franco per post door het geheele Kijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent..
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever A. M. SLOTHOUWER, Amersfoort.
Aan de lezers, die door tni.
scbenkoinat ranPostamblenaren
one Blad ontvangen, zij bericht
dat de Postambtenaren zicli na
1 JCU e.k. niet meer met die
leTering mogen belasten.
Wenscht men dus geene storing
in de geregelde ontvangst van
ons blad te ondervinden, dan
zal het noodig zijn de bestelling
rechtstreeks aan ons te doen.
DE ADMINISTRATIE.
H. M. de Koningin heeft aan de
feestcommissie te Nijmegen officieel doen
weten, dat zij voornemens is met de
Prinses de feestelijkheden op den middag
van 1 Juli e.k. bij te wonen.
Dv w.-Mv vntai "y« -
Koning gezonden ter onderteekening van
de koninklijke boodschap ten geleide van
de aan de Staten-Generaal in te dienen
wetsvoordracht.
De Stand, schrijft:
«Ten onrechte doet men het voorkomen,
alsof de heer Tindal geen succes van
zyn nationalen arbeid had.
Ons dunkt, de heer Tindal kan tevre
den zijn.
Als men bedenkt hoe lange jaren
Thorbecke voor zijn ideaal moest worste
len, eer de regeering hem het oor leende,
en wat een reeks van jaren Groen van
Prinsterer voor de vrije school moest
strijden, eer er in hooger kring gehoor
was te krijgen, staat men er verbaasd
over, dat de heer Tindal in zoo korte
spanne tijds zulk een wil van zijn werk
kreeg.
En dat heeft hij.
Heel het volk weet thans, dank zij zijn
kloek en volhardend optreden, tienmaal
meer van onze defensie dan drie jaren
geleden.
Tal van Kamerleden, die eertijds niets
van onze defensie begrepen, zijn thans
op de hoogte gekomen. De aandacht is
op drie punten tegelijk gericht die voor
ziening eischen. Zelfs werd er een inter
pellatie over gehouden, die heel de Kamer
interesseerde.
Maar meer verlange hij voorhands dan
ook niet.
Indien zijn doel maar bereikt wordt,
moet het hem genoeg zijn. Ook de Mi
nister moet zijn eere kunnnen dekken.
De autoriteit van het Bewind mag niet
in de waagschaal gesteld.
En indien, vroeg of laat, bij een onver-
hoedschen aanval, én op de kust de aan
val doel mist, én een overrompeling op
de oostergrens voorkomen wordt, én onze
mobilisatie toch slagen mag, zal het in
niet geringe mate aan den heer Tindal
zijn, dat ons vaderland dit zal hebben
dank te weten."
In Augustus en September e. k. zal
een toelatings-examen tot den hoofdcur
sus voor onderofficieren van het leger
worden afgenomen, tot het verkrijgen van
den rang van 2. luitenant-kwartiermees-
ter.
Voor het leger hier te lande zijn daar
toe opengesteld 4, en yoor het leger in
Bet' scrirlflefijtf'geO'eeile «au -
zal op 4, 5 en 6 Augustus e. k. bij de
staven der regimenten infanterie worden
afgenomen.
Men verwacht tegen Woensdagavond
een bezoek van keizer Karei V en zijn
gevolg aan het circus Carré in den Haag.
Naar men mededeelt, hebben de
studenten, als deelnemers aan den op
tocht te Leiden en te Nijmegen, zich,
krachtens de wet op het dragen van wa
penen, moeten voorzien van eene mach
tiging tot het bij zich hebben van een
wapen, voor een bepaalden tijd afgegeven
door den Commissaris des konings.
Men voegt er bij, dat voor iedere ver
gunning een recht van f 0.75 is gelieven.
Bij gelegenheid van het 51e Lus
trum der Utrechtsche Hoogeschool in
1891, zal een gecostumeerde optocht
door de leden van het Studentencorps
worden gehouden, voorstellende den ia-
tocht van Don Juan van Oostenrijk
binnen Brussel op 1 Mei 1577, ofwel
dien van Anjou binnen Antwerpen op 17
Februari 1582.
advertentien:
Van 1 6 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
van gelden voor het oprichten van een
gedenkteeken aan den slag bij Waterloo,
bestaande in een uit metaal gegoten
Leeuw van Waterloo.
Gisterenochtend, zijn, met den ge-
raal-majoor baron Taets van Amerongen
aan 't hoofd, de hoofd- en verdere officie
ren, aangewezen om deel te nemen aan
de kadermanoeuvres bjj Ede, van 's Hage
vertrokken. Te Utrecht zouden zich de
hoofdofficieren uit Leiden en Amsterdam
by hen voegen.
Onder de soldaten, die Zaterdag
ochtend per transport uit het werfdepot
te Harderwijk zijn vertrokken naar Oost-
Indie, bevond zich de luchtreiziger P. J.
H. Wolff, aangeworven als soldaat-schrii-
ver.
Uit dankbaarheid voor de goede
diensten, die de Schutterij gedurende de
laatste werkstaking aan de inwoners van
Enschede heeft bewezen om de rust en
°rd<Lj5edur_ende dien tij te handhaven,
groote sociëteit Bijna geen enkelen schut
ter was thuisgebleven en de avond werd
recht gezellig doorgebracht. De muziek
der schutterij deed zich hooren, en ver
schillende voordrachten en zangstukjes
werden ten beste gegeven. Het souper
waaraan men om 9 uur zich zette liet
men zich goed smaken en tot laat in den
nacht bleef men te zamen.
De hear C. Croll heeft bekend ge
maakt dat hij ophoudt lid te zijn van
den sociaal-democratischen bond.
In de Betuwe wordt door rupsen
ontzaglijke schade aangericht. In de be-
neden-Betuwe onder Echteld, IJzerdoorn
en andere gemeenten zijn vele boomgaar
den geheel bladerloos, ook de populieren
lijden veel, geheele lanen van deze boo
men staan kaal als midden in den winter.
Volgens de Bred. Ct schat men den
uitvoer van aardbeziën van Breda en de
omliggende gemeenten op 10,000 liter
per dag
De aannemer V., te Hoorn, is sedert
Te Utrecht zal zich eene Commissie Vrijdag jl. nadat hij een gedeelte der
uit de burgerij vormen, tot het inzamelen aannemingssom van een door hem onder
nomen werk had geïnd, spoorloos ver
dwenen. Zijn knechts konden Zaterdag
avond zonder weekloon huiswaarts gaan.
Zelfs zijne vrouw en kinderen laat hij in
kommervolle omstandigheden achter.
Zaterdag namiddag omstreeks 1
uur is een 15-jarig meisje, wonende aan
de Lange Breedstraat te Dordrecht, uit
het raam der ouderlijke (boven)woning
gesprongenhaar linkerheup werd ge
kwetst.
De oorzaak van het gebeurde, moet
volgens de D. Ct. gezocht worden in de
omstandigheid, dat de liefdesbetrekkingen,
die dit meisje met een artist van het
circus Oscar Carré had aangeknoopt, door
de ouders werden tegengewerkt.
Aangaande het ongehoorde feit, dat
te Meppel eene dochter getracht zou heb
ben haar eigen moeder te verdrinken,
kan de Mepp. Ct. nog mededeelen, dat
het meisje alles ten stelligste ontkent,
°*k na het verhoor, dat zij bij de politie
ten gemeentehuize aldaar onderging.
l>n|r,nJ J., J
stadhuis werd uitgelaten, door de opge
wonden menigte, onder het geroep,
«moordenares!" enz., werd achtervolgd,
zoodat zij ergens in huis moest vluchten.
Nadat zij aldaar eenigen tijd was ge
bleven, werd de opgewondenheid zdö
groot, dat men beducht was voor de
ruiten, en de bewoners haar verzochten
heen te gaan. Steeds achtervolgd, be
reikte zij dan ook de woning waar zij
diende, doch men heeft het geraden ge
acht haar weg te brengen, zoodat zij
thans bij hare familie te UfTelte verblijf
houdt. Niettegenstaande de ontkentenis
der dochter, blijft de moeder, zekere
Ida Keizer, wed. A. Hoorn, pertinent
volhouden, dat hare dochter haar in het
water heeft gestooten niet alleen maar
tot driemalen toe getracht heeft, toen zij
zich aan den wal had vastgeklemd, haar
onder water te houden en aldus te smo
ren. Dat de moeder zwemmen kon, daar
aan heeft zij voornamelijk het behoud
van haar leven te danken.
Terwijl eenige kinderen in de Sta
tionsstraat te Hilversum speelden, kwam
eensklaps een rijtuig in volle vaart om
den hoek rijden. Een der kleinen, die
niet vlug genoeg weg kon komen, kreeg
het rad over de beentjes en werd deer
lijk gekneusd weggedragen. De toestand
van het kind is niet zonder gevaar.
Zaterdag middag waren in de duinen
ij Egmond-Binnen twee jongens, een
van 14, de ander van 19 jaar, bezig ko
nijnen te delven. Terwijl de oudste zich
in het hol begaf om de dieren machtig
te worden' stortte het zand in en leven-
haald JOngen te voorschijn ge-
Op 16 Juli a. s. zal in het bosch
van den graaf Van Rechteren Limpurg
te Almeloo, het provinciaal Overijsselsch
zendingsfeest worden gevierd. De openings
rede zal gehouden worden door dr. Bal-
jon, de slotrede door ds. Van Hoogstra
ten van Den Haag. Verder zullen als
sprekers optreden de heeren dr. De Vis
ser van Rotterdam, ds. Nahuis van Zeist
ds. James van Warnsveld, baron Van
Doorn van Westcapelle van Den Haag,
a§. vlfóf*Wfppên Vifti1 arcbiuNs, tfs .Tiot-
tink van Apeldoorn, ds. Alers van Zwolle
en de zendeling Van Asselt van Utrecht.
Men schrijft uit Purmerend
«Met het oog op den aanstaanden ver
jaardag van H. K. II. prinses Wilhelmina,
heeft zich dezer dagen alhier eene com
missie gevormd, om op dien dag volks
feesten te houden.
Naar men verneemt, zullen de feesten
o. a. bestaan uit volksspelen, harddraverij,
gondelvaart, enz.
Dezer dagen is het Genootschap
Natura Artis Magistra verrijkt met een
paar hoogst zeldzame dieren, die tot he
den nooit levend in onze diergaarde zijn
gezien. Twee fraaie Muskusdieren, de
eenige soort van welke de muskus wordt
verkregen, een mannetje en een wijfje
zijn voor een paar dagen in goeden wel
stand binnen de tuinen van het Genoot
schap aangekomen. Voorloopig zijn zij nog
op eenigen afstand voor de bezoekers
waar te nemen, tot dat het ruime perk,
waarin zij zullen worden geplaatst en
waaraan met kracht wordt gewerkt, ge
heel zal gereed zijn.
Naar het Ziveedsch,
VAN
M. ROOS.
13)
«Houdt u het er-voor dat die twee ge
lukkig te zamen zijn? vroeg zij na een
poos te hebben gezwegen, op zachten
toon, terwijl zij langzaam haar oogen op
sloeg.
«Stellig, ongemeen gelukkig" ant
woordde mevrouw S. met de warmte der
vaste overtuiging. Ik zeide nog dezer da
gen tegen mijne tante, dat ik niet weet,
hoe het roet den armen Ryning moest
gaan als hij tijne Bertha verloor. U be
grijpt niet hoe hij haar verpleegt; geheele
dagen zit hij bij haar. Ik heb nog nooit
zulk een opofferend, liefhebbend echtge
noot gezien
«Ja ja daar heb ik meer over hooren
spreken," viel Mathilde haar in de rede.
Later sprak zij hier nooit meer over
Meicher en Bertha hadden onder den
weg naar huis beiden gezwegen. De fris
sche lucht herstelde haar spoedig en on
danks Bertha's onmacht van straks liepen
zij ongewoon hard. Te huis gekomen
kleedde Bertha zich uit en ging op de
canapé liggen.
Meicher hielp haar, zooals hy altijd
deed; hij dekte haar met een warme
plaid zorgvuldig toe en nam toen een
dagblad waarin hij begon te lezen, ter
wijl hij op een stoel dicht bij de canapé
plaats nam.
Bertha hield haar oogen onafgewend
op hem gericht. Zij lag onrustig te woe
len, wrong haar zakdoek op haar eigene
zenuwachtige manier tusschen de handen
en opende herhaalde malen den mond,
om daarna hare lippen weer op elkander
te klemmen.
«Zeg eens, Meicher" begon zij einde
lijk «vindt je mevrouw Ornfelt werkelijk
mooi
Meicher keek naar haar op en lachte
schamper.
«Welk een belachelijke vraag Die past
nergens bij; voor zoover ik weet is er
nog nooit van mevrouw Ornfelts schoon
heid sprake geweest."
«Heden! Ik dacht toch, dat je van och
tend had gezegd dat zij er zoo goed uit
zag?" vervolgde Bertha op haar eigen
onachtzamen toon.
«Zoo? Het kan wel
derdaad dat zij een zeer aangenamen in
druk maakt."
Bertha's oogen schoten vlammen en
hare borst hijgde.
«Weet-je op wie ik vind dat zij gelijkt?"
hernam zij, hare oogen half dichtknij
pend, terwijl een hatelijke trek haar ge
laat thans bijna leelijk maakte.
Meicher gaf geen antwoord maar aan
den strakken blik, dien hij onbewegelijk
op hetzelfde punt in de courant hield ge
vestigd zag zij, dat hij hoorde wat zij
zeide.
«Weet-je nog dien keer wij waren
ongeveer een jaar getrouwd toen wij
's avonds uit den schouwburg naar huis
wandelende eene vrouw tegen kwamen
die niet voor ons uit den weg wilde gaan
Zij keek jou zoo vreemd aanzij was
heel mooiik vroeg-je wat het voor een
persoon kon wezen en je antwoordde mij
ontwijkendik was toen nog zoo jong
en wist nog zoo weinig van de wereld
Op dat mensch gelijkt mevrouw Ornfelt,
trek voor trek, vooral in de uitdrukking
harer oogen."
Meicher voelde hoe hij de rest zijner
zelfbeheersching verloor.
«Bertha!" riep hij met flikkerende
oogen van zijn stoel opspringend «dat is
laag
zijn. Ik vind in- «Laag?" hei haalde zij. «Ik begryp niet,
wat je bedoelt." Met een langen, onnoo-
zelen blik zag zij hem aan, maar innerlijk
beefde zij zoo ontzettend, dat zij de han
den stijf op haar hart moest drukken om
niet te schreeuwen.
«Neen, je hebt gelijk. Wij begrijpen
elkander niet," antwoorde hij somber.
Hij wierp de courant op de tafel en ver
liet met groote stappen het vertrek. Toen
hij weg was barstte Bertha in een onbe-
Jeugelden tranenstroom los die eindelijk
in een luid snikken overging tot eene
vernieuwde flauwte hem weer aan hare
zijde riep.
In de eerstvolgende dagen ontmoetten
Baron Ryning en zijne vrouw Mevrouw
Ornfelt verscheidene keeren.
Niemand hunner dacht, dat hij den
anderen opzocht, maar als uit instinct
werden zij alle drie tot elkander aange
trokken. Eigenlijk was Bertha degene die
Mathilde het ijverigst opzocht. Zij ge
voelde een soort van geraffineerd, pijn
lijk genot in het beschouwen van haar
figuur, van de bewegingen harer buig
zame gestalte, van den vorm harer voe
ten. Zij wist, dat zij deze vrouw haatte
maar toch gevoelde zij zich gedrongen
haar op te zoeken en zich zelve met het
ontdekken van gedurig nieuwe bevallig
heden in mevrouw Ornfelt te kwellen.
Somtijds was mevrouw S. bij haar en
dan heerschte daar een gelijkmatige ge
zellige stemming in het kleine gezelschap.
Men praatte en schertste en maakte zijne
kluchtige op- en aanmerkingen over het
toilet der badgasten. Op dat gebied ge
voelde Bertha zich altijd zeker. Zij kon
dan vaak scherp en geestig zijn en als
mevrouw S. tegenwoordig was, werden
hare gezegden telkens met luid en harte
lijk gelach beloond. Mathilde lachte ook,
hoewel zij het nu juist niet vermakelijk
vond de éene der badgasten voor en de
andere na te hooren bespottelijk maken,
omdat zij zich zonder smaak kleedde of
omdat zij een leelijken gang had of iets
dergelijks. Zij hield niets van die zooge
naamde aardigheden en zij had er ook
volstrekt den slag niet van. Buitendien
had zij tegenwoordig met een onrust en
een innerlijk oproer te strijden, die haar
alleszins uit haar gewone kalme stemming
brachten.
Als Mathilde alleen was met Meicher
en Bertha dan kwam de scherpe tegen
stelling tusschen de beide dames onver
holen uit. Bertha's bekrompen, kleingees
tig karakter verscheen dan weer zoo
recht op den voorgrond. Zonder het te
willen, of zich daarvan bewust te zijn,
oefende Mathilde in haar gesprek, in haar
manieren en in haar geheele wezen eene
soort van benauwenden druk op Bertha