NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
t
UTRECHT en GELDERLAND.
?ERG
HET BOOTHUIS.
Imi,
Officiëele Publicatie.
No. 4.
Woensdag 13 Januari 1892.
Een-en-twintigste jaargang.
VOOR
Uitgever G J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
BINNENLAND.
jueeniging
<it verzocht.
F e uille t on.
.i§t'
,da:
allei ^setten.
QEtE
-,'en
ik ga'"
JMEBSFOO
CIE COMMIT.
abonnementsprijs:
Per 3 maanden 1Franco per post door het geheele Kijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
vershijivt woensdag en zaterdag.
De BURGEMEESTER en WETHOU
DERS van AMERSFOORT,
Gezien art. 5 der wet tot regeliüg van
den kleinhandel in sterken drank en tot
beteugeling van openbare dronkenschap
Brengen ter openbare kennis, dat een
verzoekschrift om vergunning tot ver
koop van sterken drank in het klein bij
hen is ingekomen van G. J. VAN DE
WETERING, in het perceel wijk C. no
49, thans bewoond door G. GROOT
HEEST.
Amersfoort, 12 Januari 1892.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
---
a 0 v e r 1
Van 1—6 'egels 0,40; iedei
Advertentiën in "termaal geplaatst worde^
uikpr
Qr Groote letters en vignetten
Bij de Staatsspoorweg-Maatschappij
bestaat het voornemen, om de thans be
staande districten op te heffen en de
lijnen te verdeelen in een Noorder- en
Zuidernet. Aan het hoofd van elk Net
zou dan een directeur worden geplaatst.
Het laatste nieuws omtrent de aan
staande benoeming van een commandant
van het regiment grenadiers en jagers
is, volgens den briefschrijver uit de hoofd
stad van de M. Ct., dat niet de staf-of
ficier (artillerist) Kool met het commando
zal worden belast, maar een hoofdofficier
der infanterie. Eerstgenoemde zou echter
toch chef worden van een infanterie-re-
gimeut, maar buiten de residentie. Dit
schijnt het vergelijk te zijn, tusschen
kroon en minister getroffen.
Het hoofdbestuur der Nederl. Maat
schappij ter bevordering der pharmacie
heeft zich tot den minister van Binnen-
landsche zaken gewend met het verzoek
bij herziening der geneeskundige wetten
het daarheen te willen leiden, dat de
aflevering van geneesmiddelen door ge-
neesheeren ten plattelande afhankelijk
worde gesteld van de vergunning van
Ged. Staten.
In hetzelfde adres wordt opgekomen
tegen een verzoek van de Nederl. Maat
schappij ter bevordering der geneeskunde
in zake het afleveren van verbandstoffen,
waarvan de inwilliging een schromelijk
onrecht tegenover de apothekers zou zijn.
De bekende volksleider Fortuin is
te Houtrijk en Polanen opgetreden voor
een 50tal personen. Op heftige wijze voer
hij uit tegen kapitaal en bezit, daarmede
arbeid en armoede vergelijkende; de ver
gadering ging kalm uiteen.
Met de influenza op Bronbeek, het
invalidenhuis bij Arnhem, schijnt het niet
zoo erg te zijn als gemeld werd. De Arnh.
Ct. deelt mede, dat in December aldaar
overleden 8 personen, en deze maand tot
en met 9 Januari 3.
Van de entree gelden voor zijn
séances heeft Sequah te Leiden f50 ge
schonken aan de sVereeniging van ge-
pensionneerde onderofficieren en minde
ren van het Nederlandsche Leger", f 100
aan de «Vereeniging van den H. Vincen-
tius A Paulo", f 100 aan de commissie
voor werkverschaffing, terwijl opnieuw
een groot bedrag werd beschikbaar ge
steld voor de «Kraam vrouwen vereeniging."
Vrijdagavond heeft men ook daar de
paarden van zijn rijtuig gespannen en
hem naar zijn hotel op de Breestraat ge
trokken.
De heer J. Heijkamp, aartsbisschop
van het kerkgenootschap der oud-bis
schoppelijke cleresie van wiens overlijden
wij in ons vorig nummer melding maak
ten, was te Utrecht geboren den 18en
Juni 1824. Hij ontving zijne opleiding
in het seminarie te Amersfoort, waarin
hij later gedurende vele jaren prefect
der Humanisten was. Den 24en Juni 1849
werd hij tol priester gewijd, waarna in
verschillende gemeenten lijdelijk werk
zaam is geweest, totdat hij in 1857 werd
aangesteld tot pastoor te Schiedam. Daar
was hij werkzaam tot 1875. In Decem
ber 1874 tot aartsbisschop verkozen,
werd hjj in April 1875 te Utrecht als
zoodanig gewijd.
Het oud-Roomsche kerkgenootschap ver
liest veel in dezen waardigen opperher
der, die ook buiten den kring van zijne
geloofsgenooten de algemeene achting ge
noot Ói zijne uitnemende hoedanigheden
als mesch en burger. In 18»9 verwierf
hij de aderscheiding der benoeming tot
ridder i de orde van den Nederland-
schen L>uw.
i
In et «Haagsche Bosch," gelegen
bij de Lctiekerberg te Lonneker, is een
groot wil<2\vijn gezien, dal zich in een
klein demr,(,osch verborg. Dit boschje
werd toen oor 5 aldaar aanwezige hout
hakkers omngeld, die echter terugdeins
den, toen k dier eene dreigende hou
ding aanna\ waarna het duarop onge
hinderd in 0 richting van de Lutte kon
verdwijnen, rieden Zondag is door een
achttal jagerrit op het beest gemaakt,
doch zonder tces.
Sinds d^atste opgave 11 Dec.
A». p°. paarden te Groningen 314
Russische tanqngen, nl. 229 grooten,
75 kleinen en zuigelingen, welke allen
werden verzorgen waarvan 163 groo
ten, 64 kleineren 10 zuigelingen ook
werden gekleedlaar gedurende de win
termaanden de oom van landverhuizers
niet zoo groot:, blijven deze arme
zwervelingen tht, door de welwillende
medewerking vat Ned.-Amerikaansche
Stoomv.-Maatschjij, bijna geregeld één
dag over.
De verschillemcommissiën zijn daar
door beter in dedegenheid, deze arme,
door de reis vteumde ongelukkigen
naar behooren teinigen, te voeden en
te kleeden, zoodaij geheel opgeknapt
en gesterkt hunéeis naar hun nieuw
inig rechtsrnid.
werd. de: mogen worder
I
nog een st<
niet a'
aar oo
oogst of
de leden van «Concordia
waaraan o. a.
den in burger-tenue get
van den gen. staf, e, Tn
derofficier N., van h(,i6Cl ri'> Ui-
verbood den laatste te dansc
appelleert en zegt lid te zijn van
cordia," en als zoodanig op die pllgefok
geen bevelen te hebben te ontvang aai.
Groot tumult, te meer daar de kapt.-^^jS'-
kazernestijl heveelt.
De president van «Concoidia" bem'1
andersdenkenden
bezoekers het eerst u_
het grootste getal nieuw
zich met het geschil, doch werd op inn. „s r,t. 9 i
6 L I oe .van plan m
der hoffelijne manier door kapt. ge-1 '|an(|e j«/
vraagd«wie ben je?" waarop het an' ,urgers
woord luidde: «de gepensioneerde lu'LIJl i.-irdt
kolonel P., gedecoreerd, enz. enz." V ,d|oo*
dien avond eindigde de quaestie hiermt i)ra'
na Zon- of feestdag vertoon
eenige opmerkingen te moeten
ten opzichte van de ventilatie oni
kerken. -r
.j t^_ TJTwf;'- o op Zon- 1
v>, tee 4F.M ..Temt'vo|Pen' oe'
hoia cnms in het
„ar zij jzÜn zeer -p koude
i m f voor een schuin
Be..
W \nza-
ocht zijn ov
mijn raal"">\tïT
;.aiit
W irijzen.
aderland welgei
Gron. Ct., die de
voegt daar nog
stoom v.-maatsch.
landverhuizers,
vervolgen. De N.
mededeelingen doet,
dat van wege de
jenwourdig aan deze
over het algemeen
zeer aan hun gelo- waarvoor zij reeds
zooveel geleden
bij hun overtocl
rende de geheeh
wordt verstrekt.
n zijn gehecht,
aar Amerika gedu-
«ritueel" voedsel
De heer Ifcombe Sanders, lid
van de Tweede Kr voor Haarlem, is
vrij ernstig onges en dientengevolge
bedlegerig.
Over het ge de te Breda lezen
wij in het Centru ?t volgende:
In den avond v6 Dec. bad er voor
113) Zij moest daar langer gebleven zijn dan
zij zelve vermoedde, over Aynard en Delan-
cy nadenkende, en hoe zij zoo zacht moge
lijk met den eersten gebroken had; want
toen zij weder opzag, was de hemel met don
kere wolken bedekt, de wind was opgesto
ken en schudde de takkeu wild heen en we
der Aber werd met een hevigen storm be
dreigd en zij wilde trachten nog voor de
stortbui bare woning te bereiken.
Na eenige schreden voortgegaan te zijn,
begon het hevig te regenen, en in een kleine
hut op korten afstand hoopte zij eene schuil
plaats te vinden.
Zij trad hinnen, en een man en eene
vrouw, die daar ook eene schuilplaats tegen
den storm der natuur hoopten te zullen vin
den, trachtten zich door haar den rug toe
te keeren voor haar te verbergen.
„Moeder I" riep zij, „gij hierl"
„Ik wilde u opzoeken gij verontrustet
mij door uwe afwezigheid."
„Mij opzoeken en dat met dien man 1"
„Ik ik ken dien man niet, mijn kind."
„Gij liegt. Ik ken hem ondanks zijne
vermomming het is Dokter Day, de man
dien ik haat, dien ik verafschuw," riep Anna
Judge.
ZEVEN EN VIJFTIGSTE HOOFDSTUK.
Verlaten.
De man, dien Anna Judge haatte en ver
afschuwde, en wiens vermommiug alleen be
stond in zijn armoedig voorkomen, liep steeds
achterwaarts tot hij een steun tegen den muur
gevonden had en bleef daar staan als een el
lendeling, die voor den toorn van een jong
meisje ineenkromp.
Mrs. Judge legde meer kracht en moed aan
den dagde toorn harer dochter zou ge
makkelijk tot bedaren zijn te brengen, en voor
hare tegenwoordigheid aldaar zou gemakkelijk
eene reden te vinden zijn, al zeide zij het
niet dat zij met den man, dien zij bij zich
had, de rol van spion van Aynard en Anna
gespeeld had.
„Welnu, Anna, ja, 't is Dokter Day,"
begon zij„een man die ongelukkig en ook
slecht geweest ismaar hij heeft eene deugd,
die van mij niet vergeten te hebben, en hij
heeft mij ook nu zijn voorstel tot een huwe
lijk herhaald. Indien ik hem afwijs, is het
om uwentwil."
„Ik zou u niet raden om mijnentwil iets
dat de sergeanten der infanterie op v
zoek van kolonel Lanzing niet danste
die van de veld-artillerie sprongen er
lustig op toe. Den 27. Dec. gesprek tus
schen den generaal-bevelhebber en kapt.
O.de laatste daarna op rapport bij den
kolonel van het 6e, en het gevolg een
schrijven aan de militairen beneden den
rang van officier, dat volgens het «verzoek"
in de «Receuil militaire" van 1877 zij
geen lid mogen woiden van een sociëteit,
waar ook officieren komen, dan met toe
stemming van den kolonel.
Een ander gevolg was, dat de gepen
sioneerde luit.-kolonel P. een klacht tegen
kapt. O. heeft ingediend bij den min. van
oorlog, en het bestuur van «Concordia"
kapt. O. heeft aangeschreven, dat hij
volgens het reglement zou worden ver
wijderd uit de sociëteit, bijaldien hij
weder op dusdanige manier handelde.
Den 2. Januari had de zaak wederom dit
gevolg, dat den officieren van het 6. reg.
door den kolonel het verzoek (bevel) werd
gedaan, orn voortaan geen koffiehuis te
Breda te bezoeken, dan de «Groote So
ciëteit" en «Concordia." Men kan nu
wellicht het eigenaardige verschijnsel
zien, dat een officier van de veld-artillerie
en een van de infanterie van elkander
afscheid nemen, bijv. voor «Franciscaner-
brau," want «de veld" mag er in, de
ander mag voorbijgaan.
Een geheimzinnige geschiedenis
te Batavia.
De Javabode meldt het volgende:
«In den nacht van 8 Dec. tegen half
drie hoorde de heer H. aan een der ven-
i
e
h *a
>rl
Ovpr di"1 d'
ec«
akPlften j;
"I.
me
:en c
*ien,
\u ai
pii
ij •-
wa
ian
.h zeker
''pndijk, wee
voorkr
Au ven në 18
_L:-evelei'ede 01'
33STien,
cGT 'n
r eran
«te
Kam?00 p
L Ni len
Cis tu
«r
ei
r\i
VI
b° - „een I'
'S Sft erande: r
V° Klf|év0°'.
C"en/'\"k "k onpagn.
dra"rv'eü dt trde. Latt
meesfiOVo^ r
hem r" n ^Lelo C|u
den ge.-k (pmacu.
zien met».1 andspoli.
en zijne Su^yyerk'
cier van ju^en bar.
Den volg
ritmeester i
'lil
'd.yi
V'D g?v'
f, militai-4,
hebben, in aan"
cavaleristen, oy.D Zal
hie,C»H'bW*
iedei£>
zUn
on*u,
der-h er
bui. Hn'
atl'1
p: v
11 ook,
pjyji en onder
;rnierse^
u zeer )<tiiG.
L'jon geve
eeh" Bi doel mal
huiz
toesC'
vo.n
en
Si
X.
fle Auna Bleek en op
te doen of te laten,
vasten toon.
,,Zoo gij dwaseliiwe verbintenis met
Mr. Aynard verbrokebt, zooals gij dreig
det te zullen doende Mrs. Judge, ,,dan
moet ik voor u levi op de eene of an
dere
hoe
op
wijze voor men, de hemel weet
„Miss Judge, ofscl
Bk eene ontmoeting
als deze steeds geschd heb," begon Day,
zeer onderdanig, j heb ik lan;
wenscht
„Zwijg, mijnheerb geeft u het recht
tot mij te sprekenp durft gij in uwe
onbeschaamdheid de
komen van don ma|
vlekt, wiens hart
„A.nna, wij zullei
ten," begon de mc
want zoo had zij h;
:er ODder de oogen
as eer gij geschand-
rijzeld hebt?"
^erledene laten rus-
merkbaar bevende,
chter nog nooit ge
zien; „wij hadden schuld, zoowel uw
vader als de overigi wij hebben allen
voor onze liefdeloos\;eboel."
„Voor beginselooj wilt gij zeggen,
hebben er twee ge' liet Anna er on
middellijk op volgen,
„Dat is eene onwid.' riep de moeder
meer opgewonden, ,isnu geen tijd de
oude verwijtingen te alt, Anna."
„Het is beter dat rij^rwijder," zeide
Dokter Day, de deur ertie, doch werd
even spoedig weerhouj d>| het snelle en
gebiedeude „Sta," van het jonge meisje, dat
hem in den weg trad.
„Sta," zeide zij, „nu gij hier zijt, mijn
heer, en ook begonnen zijt mij uwe lagen te
leggen, even als gij het lang geleden tegen
miju vader begonnen zijt. Gij en mijne moe
der hebt samengespannen om Mr. Aynard en
mij te misleiden, gij samen hebt al dat on
heil gesticht, ten einde zoo uwe lage bedoe
lingen te bereiken. Ik doorzie het geheel."
„Hel was voor uwT eigen welzijn alleen,"
zeide de moeder.
„Ik ontken zoo was Day begonnen
zich te verontschuldigen, toen het meer snelle
antwoord zijner medeplichtige hem tot een
leugenaar maakte en deed zwijgen.
„Om uwe verontschuldigingen en leugens
bekommer ik mij u niet, moeder," zeide
Anna„alles wat mijn leven heeft verbitterd
beteekent nog niets in vergelijking van het-
geeu ik hier zie.( Hier vind ik u met dien
aterling mef den man die medeplichtig
was aan den dood mijns vaders, die nimmer
het hoofd meer heeft durven en kunnen op
heffen na door u beiden bedrogen te zijn;
ik vind u, moeder gij, die van alle vrou
wen het best weet wie hij is, en wat zijn
berouw beteekent met hem weder, strik
ken spannende tegen het kind, dat gij voor
geeft lief te hebben. Ik zie mijn vader zich
in het graf omkeeren, bij al het gevaar dat,
mij bedreigt, en ik zou in mijn eigen oog
•■d c aa' -
v «i- hij daar 'v
p.ruk v J M
alle
trouw
getroi ,s j*
'J
hij daar
rtging en
L :ut hii oc,
em
u- mügjjf. - nj.f'angc."
haar kc ide xfnija. „Bij haar
ben ik veilig, bij u niet, en liever wil ik
haar dan u mijn leven wijden."
„Gij zijt opgewonden gij weet niet wat
gij zegt," zeide Miss Judge, als wilde zij
zich verzetten. „Ik laat mij door een ro
mantisch meisje geen schrik aanjagen. Ik
heb goede bedoelingen gehad, en zijn deze
mislukt dan is het mijne schuld niet. Het
zal daarom niet gebeuren. Ik ben uwe moe
der, en zal mijn recht gebruiken om u te
weerhouden."
Anna wees weder op Dokter Day. „Is
die man uw vrieud?"
„Ja uw vriend zoo wel als de
hoop ik.'"
„Gij stelt uw vertrouwen in hem?"
„Ja."
„Verstoot hem!"
„Anna, ik laat mij geen wetten stellen,"
riep Mrs. Judge met verontwaardiging. „In
dien hij zijne gebreken heeft
„Verstoot hem," herhaalde Anna, „of
„Het is eene dwaasheid, voortvloeien"
uit eene teleurstelling in uwe liefde,
mijne,