BIJVOEGSEL, Nieuwe Amersfoortsche Courant BlIITENL.raSCH OVERZICHT. I Woensdag 9 Maart 1892. Staten-Generaal. BINNENLAND. behoorende bij de van Met de nawerking der groote gebeur tenissen van verleden week moet de op nieuws beluste sterveling zich thans ver genoegen. En dan trekt het eerst de aan dacht de indruk, dien de befaamde Kei zerlijke toespraak aan den Branden burger feestmaaltijd op verschillende groe pen van Duitschers heeft gemaakt, en de maatregelen, door de rechterlijke macht op last der Regeering genomen om de openbaringen van dien indiuk door mid del van de pers, voor zooverre die ont boezemingen in strijd geacht worden met den eerbied, verschuldigd aan 't Keizer lijk woord, te bestraffen. Meer dan men had kunnen verwachten is critiek uitgeoefend, is er aan herin nerd daar we niet leven in de veertiende maar op 't eind van de negentiende eeuw is te kennen gegeven dat het niet meer aangaat, de vrije uiting der gedachte, ook waar zij Regeeringsdaden afkeurt, als staatsgevaarlijk te brandmerken, en gelijk het dan gewoonlijk gaat, valt er weieens een woord, wordt soms een vol zin neergeschreven of uit buitenlandsche bladen vertaald of overgedrukt, die het beter ware achterwege te laten. Onder scheiden couranten zijn deze dagen in beslag, genomen, en de redacteuren zul len zich te verantwoorden hebben tegen over een aanklacht van majesteitsschen nis: een geschikt middel om zeer ten nadeele van het prestige van het gezag, de agitatie levendig te houden en den weerzin tegen den vnieuwenkoers" te verlevendigen. De Rijksdag-afgevaardigde Bauwbach heeft de quaestie van het iuternatio- iiaal zeerecht aan de orde gesteld door een voorstel, waarbij de Regeering wordt uitgenoodigd pogingen aan te wen den om in beginsel te doen uitmaken dat in oorlogstijd privaat-eigendom op zee onschendbaar zal zijn. De Rijkskan selier achtte dat ongewenscht en ondoen lijk; z. i. moet in oorlogstijd de eene partij den handel van de andere zooveel mogelijk benadeelen. Elke zeemogend heid bedient zich dan van de snelstvarende schepen, en maakt zich meester van die des vijands om ze voor eigen gebruik in te richten. Een vrij lang debat ontspon zich uit die verklaring; ten slotte werd het voorstel ingetrokken: In Frankrijk leeft men ook op de herinnering van het eerste optreden van het nieuwe ministerie-Loubet, dat uitge- loopen is op een schijnbaar schitterende overwinning. Wij zeggen schijnbaar, orn dat ondanks de groote meerderheid, waarmede de Kamer van Afgevaardigden de motie van vertrouwen van den heer Rivet aannam, 325 stemmen tegen 75, men niet moet vergeten dat tal van leden, behoorende tot de rechterzijde Vervolg van het eerste blad. De barones viel met een gil in zwijm. De dames en de baron sprongen toe. De dokter en de gasten pakten Frits onder de armen en brachten hem gauw weg. Rachel stond alleen, verlaten en radeloos in die verwarring. Eene der vreemde dames trok zich barer aan en geleidde haar op haar verzoek de zaal uit en liet in den gang Margareet komen. Met deze ging Rachel naar hare eigene kamer. Maar hier kon zij het ook niet uithouden. Het was haar zoo eug, zoo zoel en drukkend tusschen de vier muren. Zij gevoelde zich zoo ontroerd door het tooneel, dat zij zoo even had bijgewoond. Zij ging, door Margareet vergezeld, naar den tuin en daar zij reods gewoon was, zich in de breede schaduwrijke lanen alleen te be wegen, zond zij de oude vrouw weg, met verzoek over een uur terug te komen, oiu haar naar het slot te geleiden. Margareet ging en Rachel wandelde langzaam de linden- laan op en neêr. De lucht was heerlijk warm en het was zoo plechtig stil in de booge allee. De milde zonneschijn, de stille, zachte adem des winds, die met den geur van bloemen en lindebloe sem vervuld, om haar speeldo, legde zich geruststellend, vertroostend aan haar hart. Het zachte gonzen der bijen en bet gezang vau de vogels hare lieve vogels, klonk als een zoete groet van huis, uit haar arm dorpje, om haar heen. Zij waren ook hier reeds met haar bevriend geworden, die lieve vogeltjes, zij hadden haar opgezocht, de roodborstjes en merels, de vinken en de kwikstaartjes en maakten haar ijverig het hof. Misschien, dat zij van hare verwanten en vrienden in het dorp bericht en last hadden gekregen, om zich wat met haar te bemoeien. En toen Rachel nu langzaam op en neer wandelde, fladderden de vogeltjes reeds heel vertrouwelijk om haar heen, over haar heen, en zij kon niet anders, zij begon met hen te praten, zooals zij vroeger gewend was, en praatte zich allengskens onrust en bangheid uit het hart weg. En de vogeltjes namen hare bangheid, hare onrust op hunne luchtige en tot de boulangisten, hun aanvankelij- ken steun verleenden alleen uit puie blijdschap dat hun aartsvijand Constans uit den zadel is gelicht. Ook hadden daags vóór de «verklaring" de socialisten met de boulangisten een bijeenkomst gehad waarin werd besloten zich voors hands van partijstrijd te onthouden, ten einde de afdoening der aanhangige voor stellen, betrekking hebbende op de lots verbetering der werklieden, niet te be lemmeren. Niettemin kan gezegd worden, dat de verklaring der Regeering over het alge meen een goeden indruk heeft gemaakt. Dat de handhaving van het concordaat op den voorgrond zou staan en derhalve de eisch: scheiding van Kerk en Staat als niet voor inwilliging vatbaar zou worden voorgesteld, niemand die iets anders verwachtte. Daarentegen von den de groepen links het zeer aangenaam dat besprekingen met het Vaticaan er toe hadden geleid, dat de Paus den kiezers catechismus een stel voorschriften op politiek gebied zou intrekken, gelijk door den Minister van Buitenlandsche Zaken werd verzekerd bij het debat, volgende op de voorlezing der verklaring, alsmede dat nadrukkelijk het voornemen werd te kennen gegeven, anti-republi- keinsche manifestatiën der bisschoppen,die ook door den Paus worden afgekeurd, tegen te gaan. Minder bemoedigend voor de toekomst der nieuwe Regeering is het, dat thans in de bladen allerlei onthullingen wor den gedaan nopens intrigues, waardoor de jongste crisis uitgelokt en haar op lossing vertraagd werd. Dat kan nog een pennestrijd worden van grooten omvang, belangwekkend voor de liefhebbers van schandaaltjes, maar allesbehalve bevorderlijk voor het gezag. Dat het De Freycinet hoofdzakelijk te doen is geweest om Constans weg te krij gen, ja, dat hij met voordacht den toestand bemoeielijkte om den President Carnot te dwingen ontslag te nemen en zelfs diens zetel te bezetten, wordt door velen zeer aannemelijk geachten onderscheiden bladen, die het uitwerpen van den niets ontzienden boulangisten-presser niet kun nen verkroppen, geven thans staaltjes van het beleid van den Minister van Oorlog, den premier in 't vorig Kabi net, waarover zeker het laatste woord nog niet is gesproken. De aandacht, sinds korten tijd geves tigd op den uitersten zuidoosthoek van Europa, vraagt nog altijd nadere op helderingen van de reden, die Koning Oeorge van Griekenland noopte het Kabinet-Delyannis, ofschoon het in de Kamer de meerderheid had, «gedaan te geven." Toch zijn er, bij stukken en brokken, inlichtingen gekomen die dezen stap verklaarbaar maken. Delyannis ver tegenwoordigt de richting, die Grieken land tracht te voeren op den weg eener avontuurlijke politiek, inmenging in Creta, Macedonië en dergelijke gevaarlijke zaken, die niet slechts den vrede in ge vaar maar ook de schatkist in nood zou den brengen; daarenboven is zijn finan cieel beheer van dien aard, dat geen mensch het kan narekenen en het land meer kans heeft op een bankroet dan op overschotten. Zijn tegenstanders Tricoupis heeft meer westersche begrip pen, wil den vrede helpen handhaven en door zuinig beheer, vooral door betere wieken en vlogen daarmede omhoog en droe gen ze weg, boog in het groene loofdak en nog verder in de blauwe zonnige lucht des hemels. Slechts één ding bleef in haar, dat was de melodische, boeiende klank eener stem. Wanneer zij aan deze stem dacht, dan trilde het diepste medegevoel in haar, zoo dat zij moest blijven staan, totdat de klank in haar had uitgeklonken. Eu toch bleef hij in haar. De warme nagalm hechtte zich in baar vast en zij meende schier, dat het jam mer zou wezen, als zij de melodie dezer stem nooit gehoord had en die missen moest. Zoo wandelde zij op en neêr in de laan, droo- mende, peinzende, vol gedachten aan het weleer en het nu, en bleef staan. Zij stond stil, want zij hoorde een langzamen tred, eenen tred die haar bekend voorkwam. Zij voelde haar bloed snel naar haar hart stroomen en wilde weg en kon toch niet en was als door tooverkracht geboeid aan de plek, waar z'j stond. De voetstap kwam langzaam steeds nader en zij stond vol onuit- sprekelijken angst en bangheid' En nu was de voetstap nevens haar en hield op en de melodische stem begon te spreken. „Gij zijt toornig op mij, schoone vioolspeel ster?,, sprak hij zacht on nam hare hand. „Gij zijt toornig op mij en ik dank u o, ik heb zoo weinig reden, om de menschen te dankenmaar u dank ik Hij leidde haar langzaam voorwaarts en zij ging stil aan zijne zijde. „Ik heb aan u een uur vol hoop en kalmte te danken een gelukkig uur I O, wie kan er op roemen, een gelukkig uur beleefd te hebbenZet u op deze bank, opdat ik u het sprookje van het gelukkige uur ver- telle, schoone vioolspeelster 1" Hij nam plaats op eene bank en zij giDg naast hem zitten. „Gij hobt mijnen vader niet gezien," begon hij bedaard, „maar wie hem ooit gezien heeft, herinnert zich gaarne en met liefde, zijne waardige fiere gestalte, zijne edele trekken, zijne zachtheid en vriendelijke kalmte. Gij hebt gehoord, dat mijn vader plotseling stierf op de jacht. Dat is een jaar geleden. Men regeling en nauwkeurige inning der be lastingen den toestand des lands ver beteren. De Koning had reden te vermoeden dat Delyannis, nadat hij zijn belofte om een getrouw relaas van den staat der geldmiddelen samen te stellen, eenvou dig had vergeten, samenspande met zijn aanhangers tegen het gezag der Kroon: toen achtte hij het oogenblik gekomen om zich te doen gelden. Tricoupis heeft zich evenwel niet met de samenstelling van een Kabinet willen belastendie taak is uitgevoerd door Constantopoulos, lid der Kamer. Ofschoon aanvankelijk de Kamer meerderheid een votum ten gunste van Delyannis na de crisis uitbracht, kregen tal van leden spoedig berouw, en hebben thans verklaard zich «orn den troon te zullen scharen." Niettemin zal de Kamer weldra worden ontbonden. In het land vindt de daad des Konings bij val. Zonder eenigszins minachting aan den dag te leggen voor de vei vulling van kleine plichten, mogen we toch zeggen dat hetgeen de Tweede Kamer sedert haar hernieuwde samenkomst op l Maait in openbare vergadering verrichtte, niet van dien aard was dat wij er lang bij behoeven stil te staan. Het waren de zeer gewone werkzaamheden: nieuwe samenstelling der afdeelingen en keuze van haar voorzitters en onder-voorzitters, hernieuwde toelating van den heer Van der Kaay, door de Alkmaarder kiezers in het bezit van zijn mandaat bevestigd, een paar onteigeningswetten waaronder die voor het postkantoor te Amsterdam beschikkingen op verzoekschriften, enz. Ten aanzien van het adres van 27 half losse half vaste werklieden aan 's Rijks werf te Amsterdam wilde de Commissie wel treden in hun bezwaren ten opzichte van de pensioenregeling; de heer Guyot en de Minister van Marine betoogden, dat zulks in strijd zou z(jn met de wet, en de Kamer stelde de Commissie voor de verzoekschriften in het ongelijk. De strijd, Vrjjdag gevoerd over de wik- en weegloonen in vier Noord-Hol- landsche steden is voor onze landgenoo- ten «benoorden 'tIJ" van meer gewicht dan voor ons, natuurlijk. Maar in elk geval, de beslissing zal van geen betee- kenis zijn. Beweren de heeren Rutgers en Zijp, die een motie dienaangaande sinds lang hadden ingediend en thans toelichten, dat 65 centen per 100 K. G. kaas te veel en dus in strijd met de wet is, de heeren Ferf, G. van Dedem, Van der Kaay en ook de Min. van Binnen- landsche Zaken betoogden, dat de ver ordeningen, waarbij die heffing is toege staan, wettelijk zijn bekrachtigd. Of het te veel is, zal moeten blijken als de ge meenterekeningen zijn opgevraagd; deze zullen den Min. bij zijn onderzoek den weg wijzen. Eerst daarna, afgescheiden van de motie, kan de zaak verder door de Regeering behandeld worden. Op het drietal voor den Hoogen Raad is, de heer mr. E. W. Guljé oud-rechter in de Arr. rechtbank te Maastricht, op dat voor de Algemeene Rekenkamer de heer J. L. Le Bron de Vexela, luit.- kolonel van het reg. grenadiers en jagers riep mij huiswaarts van een reis naar Italië, dewijl mijn vader plotseling op de jacht door eene beroerte getroffen en buiten in het bosch gestorven was. Maar ik zeg u, schoon meisje, dat het niet waar, dat het gelogen isl Daar moeder mij niet dicht bij zijn lijk liet komen uit teedere bezorgdheid, dat ook ik eene beroerte zou krijgen sloop ik des nachts, 't was in een donkeren winternacht, in de zaal waar hij op het paradebed lag lang eu bleek' Zoo was het de maan scheen helder en zoo zoo had hij de rechterhand op zijne linkerborst liggen zoo plat zoo stijf men had ze niet kunnen afschuiven van de linkerborst I „Waarom zwijgt gij en zijt gij zoo bleek? De beroerte had hem immers getroffen o, een lieve, zachte, onherroepene dood! Toen weende ik bitter en hief de hand op en kuste ze met tranen en toen toen was onder de hand eene bloedvlek slechts twee, drie druppels bloed. Ik schoof zacht, de kleeren van zijne borst, zacht, zachte opdat hij niet zou ontwaken toen wist ik welke slag hem op de jacht getroffen had De baron slaakte een diepen zucht eu drukte zijn gelaat in zijne handen. „Maar mijne schooüe moeder troostte zich spoedig niet iedere moeder wordt zoo licht getroost 1 Na zes maanden trouwde zij met den ouderen broeder van mijnen vader, mijn' zeer geuadigen stiefvader en oom, misschien juist dewijl hij mede op de jacht was, toen mijn vader aan de beroerte stierf!Misschien!Sedert beu ik hier niet meer als in mijns vaders huis ik ben hier zeer overtollig er bestaat iets tusschen onsmijn genadigen oom- vader zie ik zelden mijne schoone moeder tante weent veel en beiden mijden mij Nu hebben zij besloten, dat ik weder reizen zal bergen, hemel en zee moeten tusschen mij en hen zijn „Maar ik wil niet weg ik mag niet weg! ben de erfgenaam van mijn' vader en 1 mijn erfgoed hebben. Waarom onthoudt No i geplaatst. De stemmingen, voor deze voordrachten noodig, waren vele. In de vergadering van Dinsdag werd de wik- en weegloonen-motie aangeno men met 39 tegen 28 stemmen, werd verlof gevraagd en gegeven voor een drie tal interpellaties; n. I. langen duur van de benoeming var. een kolonel van het regiment grenadiers en jagers (Tijdens), de armoede in Friesland, speciaal te Beets (dezelfde) en het verbod van vee- invoer in Engeland (Huber). De overeen komst met Engeland aangaande de grens scheiding op Borneo werd met algemeene stemmen goedgekeurd. Naar men beweert zullen de beide Koninginnen zich, na haar bezoek aan Amsterdam, eenigen tijd naar het buiten land begeven en vervolgens den zomer doorbrengen op het lustslot Soestdijk. Daar zijn sinds eenigen tijd reeds vele handen bezig met het aanbiengen van belangrijke verandering en verbeteringen. Men schrijft uit den Haag aan de Zul/- Ct.: «De tweede Kamer zal waarschijnlijk nog veertien dagen bijeenblijven. Woens dag zal reeds met het afdeelingsonder- zoek van de belastingontwerpen een be gin worden gemaakt, maar de schrifte lijke voorbereiding zal wel een geiuimen tijd vorderen, zoodat de openbare behan deling zeker niet vóoi Juni of Juli kan plaats vinden. Er liep een gerucht, dat men ook met het afdeelingsonderzoek zou wachten, tot de aangekondigde nieuwe bedrijfsbelasting zou zijn ingediend, maar ook de Centrale Sectie heeft nu begre pen, dat er tusschen de vermogensbelas ting en de bedrijfsbelasting niet een zoo onafscheidelijk verband bestaat, dat de behandeling van het een op het andere moet wachten, Er wordt echter aan het Departement van Financiën met spoed aan de toegezegde ontwerpen gewerkt, en het ontwerpbedrijfsbelasting zal reeds schielijk bij den Raad van State woiden ingediend. Ben ik goed ingelicht, dan zal van de inkomsten uit arbeid een klei ner percentage worden geheven dan van de inkomsten uit vermogen, maar zullen zooveel mogelijk allen, die inkomsten ar beid genieten, in die belasting moeten bijdragen. Verder wordt er nog aan het Depar tement gewerkt aan de herziening van het personeel en van de grondbelasting. De wet op de zoutbelasting, die ruim 150 artikels zal bevatten, is bijna gereed. Door de herziening der personeele belas ting zal de middenklasse woiden ontlast, maar zal voor hen, die groote verterin gen maken, een progressieve belasting worden geheven. De minister heeft vei- klaard, dat de progiessie in de perso neele belasting de progressie in de ver mogensbelasting eenigszins moet aanvul len." Zaterdagmorgen, circa 4 uur, had te Nijmegen op de rivier de Waal een ongeluk plaats, dat treurige gevolgen na zich had kunnen sleepen. De sleepboot «Prinses Wilhelmina" kwam opstoomen rnet eenige schepen aan de lijn, waarvan het achterste, uit het roer loopend, in aanvaring kwam met het voor anker liggende vaartuig «Dageraad" van schip- men mij mijn erfgoed? Mijn erfgoed wil ik hebben en wraak voor mijnen vermoorden vader!" riep de baron heftig uit. „O, mijnheer de baron, welk eene ontzettende aanklacht!" bracht Rachel sidderend uit. „Vanwaar hebt gij deze akelige verdenking, hebt gij bewijzen .Bewijzen?" riep Frits roet eenen schaterlach „Wie praat van bewijzen? Had ik bewijzen, meisje, zou ik dan bier staan, op den bloedigen grond, die aau de bijl van den beul verval len is? God beware mij voor bewijzen, ik sidder voor het gevolg van bewijzen o, bewijzen zijn erge dingen!" Na eene pauze greep hij Rachels hand en sprak met diepe aandoening en zacht „Wees niet toornig op .mij, meisje toen kwaaint gij en ik hoorde uO, ik hoorde, hoe gij mijne gedachten speeldet, mijnen baat. mijne onrust, mijne verachting, mijn verdriet en mijne wanhoop, en ik hoorde, hoe gij in tonen tot mij spraakt, om mij tot kalmte te brengen, mij te troosien, mij te verzoenen met vader en moeder, met God en menschen dat spraakt gij tot mij en ik heb u verstaan. Eindelijk, eindelijk vond ik een hart, dat tot mij sprak, niet met valsche menshenwoorden, maar met engelen- tongen; eene ziel, die mij verstond, uiijn lied, mijn verlangen en mijne treurigheid!" Hij trok hare hand aan zijne lippen en deze vertoefden eene seconde daarop. „Vaarwel. Rachelgedenk, gedenk mijner eu wauueer eene kwelling der ziel u pijnigt, bedenk dan, dat gij eenen ongelukkige een schoon uur hebt bereid, en zoo geen andere, dan zal deze gedachte u verkwikkenMeisje, gedenk aau mij!" Daarop stond hij op en ging langzaam, aarzelend heen, alsof hij wcêr tot haar wilde terugkeeren. Zij hoorde zijne schreden zich al verder en verder verwijderen, totdat hun geluid in de verte wegstierf. Maar zij zat stil en met gebogen hoofd en telkens vloeiden er trauen over haar ge laat, Eindelijk stoud ook zij op en ging naar het kasteel terug. per Buisman. Door den schok en door dat de sleeptros onder dit schip kwam, ontwaakte de stuurman, die zich aan boord van de «Dageraad" bevond. Hij 'e sprong op, waarschuwde de personen, die rustig te bed lagen en die men, al vorens het schip zonk, nog met groote moeite redden kon. Aan boord bevonden q' zich behalve de schipper, zijn knecht en de stuurman nog de schippersvrouw en zes kindereD. De walvisch te Amsterdam trekt nogal bezoekers, vooral uil de omstreken f van de stad. Het getal entrees bedroeg r' tot Woensdagmiddag ruim 1500. Watersnoodgelden. Zooals de uit de van Friesland komende berichten I blijkt, is de gruwzame ellende, waaraan verschillende plaatsen in deze provincie thans ten prooi zijn, voor een groot deel veroorzaakt door overstroomingen. Vele polderdijken toch braken ten- ge»olge van den hoogen waterstand door. Nu dunkt het ons, zegt het Centrum, J niet ondienstig, in herinnering te brengen, j dat op het Grootboek nog altijd een ..i aanzienlijk kapitaal voor het lenigen van r watersnoodrampen wordt gevonden. In de laatste jaren heeft men dit ka- I pitaal niet behoeven aau te spreken, oin- dat door vei legging van den Maasmond, I Noord-Brabant niet meer als vroeger, liet tooneel van geweldige watervloeden is. Zou dan ook niet uil de beschikbare fondsen konden worden geput ten bate van watersnoodlijdende in een andere provincie Hue rijk ons land is aan vee, blijkt wel uil het feit' dat wij met onze vier milfioen zielen l'/2 millioen koeien be zitten, terwijl Engeland er slechts vier rnillioen bezit, en naar de verhouding wat zielental aangaat 22 millioen stuks rundvee behoorde te hebben. En dit te meer, daar in Engeland en Nederland de uitgestrektheid van het weiland die van het bouwland wordt geacht te even- j aren. In veel ongunstiger verhouding staan de weilanden in Duitschland, Oos tenrijk en Denemarken, n.l. 1 morgen weide tegen 3'/2 morgen bouwland en in Wuiternburg en Beieren van 1 morgen weide tegen 2'/2 morgen bouw land, terwijl Frankrijk op 25.500,000 hectaren bouwland slechts 4,198,000 hectaren weiland bezit. Toch bezit Frankrijk 11,000,000 koeien, dus bijna 3 maal meer dan Engeland, waaruit duidelijk blijkt, dat Engeland lang niet voldoende profiteert van zijne gunstige positie. In Frankrijk moeten deze gunstige resultaten zijn verkregen na 1850, toen onze kanalisatie en die in België speciaal ter bewatering en ver betering van weilanden aldaar eene ernstige zaak van onderzoek is geweest. De rechtbank te Heerenveen heeft den vethandelaar Boltje tot drie maanden gevangenisstraf veroordeeld, omdat hij een halven klinkersteen in rundvet ver borgen had, en dezen voor vet verkocht en betaald kreeg. VI. Vier weken zijn sedert verloopen. Vier weken welk een korle tijd voor hem, die in dagelijkscbcn arbeid medezit aan liet weefgetouw van den tijd, ai helpt bij ook zijn ganschen leven lang slechts éénen zwakken draad spinnen, die tot voltooiing van het weefsel bijdraagt. Vier weken welk een lange tijd voor hem die, vau dag tot dag, van uur tot uur met ledige handen, wacht en moet wachten op de twijfelachtige vervulling van eeneu wensch, die hij niet vermag te verhaasten en die nogtlians zijue toekomst in het \ermeeude geluk zijns levens in zich bevat En van de wenschen, die er op het slot te Hoogbielau vele waren, was er één vervuld! Dokter Briinn had de operatie aan Rachels oogen met omzichtigheid en onvermoeide volharding verricht. Zij was gelukt. Vier weken had de krauke in de donkere kamer gezeten, tus-chen vrees cn hoop geslingerd. Niet eens hare lieve viool luid men haar gelaten, om elke aanleidiug tot prikkeling verwijderd te houden. Sedert eenige dagen was de doek vau hare oogen genomen en hare ziekenkamer langzamerhand lichter ge maakt. Zij zag meubels, schilderijen, men schen in de kamer, allengskens in scheme rende gestalte eu vorm uit de donkerheid te voorschijn treden en haar oog leerde van tijd lot tijd kleuren en vonneu onderscheiden. En lieden heden, op den warmen avond, terwijl de lucht bewolkt was, mocht zij de eerste schrede wagen in den tuin. Do barones was pas genezen van eene langdurige ziekte, die het in 't laatste hoofd stuk geschilderde voorval haar had berokkend en was nog steeds genoodzaakt, hare kamer te houden. Baron Frits had even lang het kasteel verlaten, om eene vrij lauge reis te ondernemen. Maar oorlogsgevaar dwong hem terug te kceren. Hij werd dezer dagen ver wacht. (Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1892 | | pagina 5