BUITMDSCII OVERZICHT. Plaatselijke berichten. Provinciale berichten. Gemengd Nieuws. pen van vertrek van treinen, van aanvang van markten, scholen, bureaux, enz. on veranderd blijven, zou hiervan het gevolg zijn, dat een trein, die thans te 12 uren vertrekt, dan, ofschoon nominaal op het zelfde uur nochtans (naar de zon gere kend) 20 minuten later zal vertrekken. Markten, scholen, bureaux, thans te 9 uur aanvangende, zullen nominaal op hetzelfde, maar feitelijk te 9 uur 20 minuten aan vangen. Het is gebleken, dat de spoorwegmaat schappijen geen feitelijke verlating van haren dienst wenschen en derhalve hare tijdstippen van vertrek en aankomst no minaal 20 minuten zullen vervroegen Werd dit niet gedaan, dan zou haar nacht dienst met 20 minuten worden verlengd. Ter vermijding van stoornissen in het burgerlijke leven, zullen de gemeenteklok- ken in overeenstemming dienen te zijn met de op spoorwegen en bij het post en telegraafverkeer aangenomen tijdsbe paling. Het voornaamste, dat de geschiedenis der laatstverloopen week oplevert, is helaas een gebeurtenis van hoogst droe- vigen aard, en toch in weinige woorden te vertellen: Vrijdag voormiddag heeftin de kolenmijnen van Anderlucs, in de Bel gische provincie Henegouwen, tusschen Bergen en La Louviere, een uiijugas- ontploffing plaats gehad, die volgens de laatste officiëele opgaven aan 154 menschen het leven heeft gekost, terwijl nog 18 personen gewond zijn. Van de werklieden, die tijdens de ontploffing in de mijnen werkten, zijn slechts 62 met den schrik vrijgekomen. Velen arbeidden tot op eer. diepte van 420 en 500 me ters onder den beganen grond. De schok was zoo hevig, dat men aan een aardbeving dachteen kerk, een paar honderd meters van de mijn veiwijderd, werd zwaar beschadigd. Oogenblikkelijk sloeg het inwendige der mijn in brand zoodat het reddingswei k, waartoe van alle kanten de bevolking toestroomde, uiterst bezwarend was. Dagen en nachten echtereen was ieder in de weer, en welke verschrikkelijke tooneelen op dat kleine plekje voorvielen, als de misvormde lijken der slachtoffers boven gebracht werden, de verbeelding kan het zich niet voorstellen. De marérhaussée had een zware taak met het bewaren der orde. Toen alle hoop was opgegeven orn nog levenden te redden, moest de mijn onder water gezet worden om den brand te blusschen; later kwamen nog nieuwe losbarstingen van het boosaardig mijngas den schrik vernieuwen. De werhstakiug der mijnarbei ders in Noord-Engeland en een deel van Wales is Zaterdag begonnen, en ten gevolge daarvan slaan vele industriëele ondernemingen stil. Nog nooit is een so ciale strijd vari zoodanigen omvang ge voerd, die licht nog grooter uitbreiding kan krijgen. Te Antwerpen namelijk zijn groote ladingen Belgische kolen inge scheept, op bestelling van handelaars te Londen; men vreest nu, dat de Lon- densche dokwerkers de lossing zullen be letten, en dan ligt het gevaar voor bot singen voor de hand. Hoe lang de werk staking zal duren, is nog niet uitgemaakt, evenmin als iemand vooraf kan zeggen of zij zal leiden tot het door de stakers beoogde doel, namelijk de loonsvermin dering te voorkomen, door de dalende kolenprijzen noodzakelijk gemaakt. Zoo veel is alleen zeker, dat in Engeland de kolen tijdelijk zeer duur zijn geworden, tot algemeen ongerief. Een merkwaardig staaltje van wat zich de lieden wel in het hoofd holen, wordt geleverd door hetgeen geschiedde bij het dezer dagen optreden van den lieer Booth, den chef van het Heilsleger, voor een groote volksvergadering te Londen. Daar beweerde men, dat de generaal nu geld genoeg had opgezameldhij moest het maar verdeelen onder de aanwezigen, voort, „dat ik het wang, den sluier van een geheim voor u op te lichten, dat u diep bedroeven zal, hoezeer het gerust stelt, wan neer ik u de daad zelve mededeel, ofschoon ik hare beweegredenen, hare aanleiding niet ken." „Gij spreekt in raadselen I Maar maar riep de baron heftig, „gij doodt mij met dit maar spreek, voleindig spoe dig geef mij het vergif niet bij droppels geef het I" „Uw vader viel door zijne eigene hand," zeide Kachel zacht. Een oogenblik zweeg de baron. Dat is niet waar, dat is gelogenriep hij toen met nadruk en haar vast aanziende. „Gij zijt bedrogen, meisje, en wilt mij be driegen I Gij zijt omgekocht om mij te be driegen. O, ltachel," voer hij weemoedig voort, „wat deed ik u, dat ook gij mij mis leidt, op wier woord ik mijne zaligheid zou hebben verpand. O, als ook uw mond weet te liegen, als ook uw ouschuldig, pasgeboren oog mij bedriegt dan is de laatste troef rorspceld weg dan trouw, geloof, eer, liefdel Gij, gij zijt even erg als allon, valscli, vol arglistigheid Kachel rees trotsch overeind en wilde snel heengaau. Hij vatte hare band en trok haar op de bank terug. „O, zeg het mij nog eenmaal, ik bezweer ket u bij uw» zaligheid, zeg mij dat gij niet dan was voor hen althans de ellende uit. Vergeefs beproefde de heldhaftige leider, die onder het rumoer volkomen kalm bleef, hun de onnoozelheid van die rede neering onder het oog te brengenmen schold hem voor een uitzuiger, en maakte het zoo bont, dat hij het spreekgestoelte moest verlaten onder de betuiging: «Ja van u allen Rothschilds te maken, daar zie ik geen kans toe." In het badplaatsje Castbourne heeft het Heilsleger het dikwijls te kwaad gehad met het gppeupel, dat het belette optochten met muziek te houden, en daarbij gesteund werd door de politie op last van de Overheid, die gaarne de min of meer aristocratische rust, welke daar heerscht, wil behouden zien. Ook heeft het gemeentebestuur te dien einde een plaatselijke verordening vastgesteld waarbij het houden van optochten met muziek op Zondag is verboden. Maar nu doet zich het curieuse leit voor dat het Lagerhuis met een belangrijke meer derheid van 269 tegen 122 stemmen dat besluit buiten werking stelde. Aan alleilei verschijnselen is heizicht- baar, dat het Britscli-I.agcrlinis in een toestand van afgeleefdheid vei keert en weldra de verjongingskuur der ont binding gevolgd door algemeene verkie zingen zal moeten ondergaan. De meeste vergaderingen worden slecht bezocht, en de partij discipline verzwakt, zoodat men de Regeering niet meer tracht te bevei ligen tegen kleine, doch vrij gevoelige nedeilagen, welke zij dikwijls door eigen onvoorzichtigheid uitlokt. Zoo was een goedkeurend votum gevallen op een sub sidie-aanvraag van 20.000 pd. sterling aan de Oost-Afrikaansche Spoorwegmaal schappij voor een aanleg eener lijn naar het Victoria-Nyanza meer. Doch den volgenden dag maakte een liberaal lid de opmerking, dat in strijd met de betamelijkheid, drie leden, die als zitting hebbende in den Raad van Administratie van bedoelde maatschappij, bij de zaak rechtstreeks betrokken wa ren, aan de stemming hadden deelgeno men, zoodat hij voorstelde haar ongeldig te verklaren en opnieuw te stemmen. Had de Regeering zich er buiten gehou den, dan zou alles in orde zijn gekomen, maar de Minister Balfour verzette zich tegen het voorstel, waarvan nu de aan neming een gouvernamenteel échec werd. In Diiitsclilaiid is een zaak ten einde gebracht, die 24 jaar lang onop gelost bleef, namelijk die van het zoo genaamde Welfenfonds, het indertijd door Pruisen verbeurd verklaarde parti culier vermogen van wijlen den Koning van Hannover, van wiens zoon, den Her tog van Cumberland, werd verlangd dat hij formeel zou afzien van pogingen om in het bezit van de koninklijke rechten te komen. Thans bevat de BeichsAnzei- ger een Keizerlijk schrijven aan het Staats-Ministerie, gecontrasigneerd door den Rijkskanselier Von Caprivi, waarin gezegd wordt, dat Z. M. het oogenblik gekomen acht om de inbeslagneming op te heffen; en tegelijkertijd een verklaring van den Hertog van Cumberland, dat het ver buiten zijn bedoelingen ligt ooit iets te willen ondernemen van vijandelijken aard tegenover het Rijk, of dat den vrede van een der daartoe behoorende Staten zou kunnen verstoren. Een volledige erkenning dus van den bestaanden toe stand. Duitschland verloor door den dood een zijner kleinere vorsten, namelijk Lode wijk IV, Hertog van Hessen, 54 jaar oud. Zijn 24-jarige zoon, Prins Ernst Lodewijk, volgt hem op. De Fransclie Kamer hield zich bezig met een belangrijk stuk werk, na melijk de wet oj> de arbeidsraden, (conseils des prud'hommes). Van de voor naamste beslissingen vermelden wij voor eerst deze, dal wel vrouwelijke werklie den aan de verkiezing mogen deelnemen, maar zelve niet verkiesbaar zijn; voorts, dat de leden een eed moeten afleggen, iets waartegen de socialisten in de Kamer veel bezwaar hadden. liegtI" riep hij heftig. „Ik dwaas, wat Loop ik nog. waarop heb ik te rekenen Liegt gij, dan blijft de schuld op hen en 't is mijn plicht, ze te wreken, en spreekt gij onwaar heid dan heb ik u verloren, voordat ik u wou. En liegt gij niet, wanneer het waar is wat gij zegt, dan ben ik een dolle dwaas, een schurk, een ondankbare jegens mijne moeder, jegens mijnen oom Spreek het nog eenmaal nit, zeg, mijn vader stierf „Hij stierf door zijn eigen hand," zeide Kachel vast, en zij deelde hem alles mede wat Fidelhans haar verteld had Frits bedekte stom zijn gezicht met beide handen. Rachel zag hein aan vol van liet diepste medelijden. „Mijnheer de baron," begon zij met be wogen stem, „sta mij, voor dat wij scheiden, nog één woord toe. Gij waart in eene onza lige dwaling, die het geluk van uw huis bedreigt. Velen zouden in uw geval niet anders gevoeld eu eveuzoo gehandeld hebben. Men heeft niet goed gedaan, voor u, om welke reden het dan ook geschied zij, de wijze Waarop uw vader gestorven was tc verbergen en zoodoende uwe dwaling doen ontstaan en begunstigd. Maar al te lang heeft deze op u gedrukt, dewijl uwe moedor en uwe oom de ware oorzaak uwer wanho pige stemming in 't geheel niet vermoedden eu dus van hunne zijde niets kou geschie den om de zaak op te helderen. O, het ge- Vrijdagavond heeft op de lboulevard Saint-Germain te Parijs een dynamiet- ontploffing plaats gehad voor de woning van den oud-rechter Bresson, waardoor het huis is beschadigd en drie der be woners zwaar gekwetst werden. In de Servische Staatscourant staat het besluit van liet Regentschap, bepalende dat de gewezen Koning Milan heeft opgehouden burger van Servië te zijn. Dat modelletje van een vorst zal nu trach ten Hongaarscli of, zoo dat niet lukt, Zwitschersch onderdaan te worden. Volgens de nieuw-vastgestelde lijs ten bedraagt het aantal kiezers voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal 808, voor de Provinciale Staten van Utrecht 807 en 806 voor den Gemeenteraad. Door burgemeester en wethouders is aan I. A. de Vries vergunning verleend tot oprichtiug van eene inrichting tol bewaring en verwerking van lompen en beenderen in het perceel wijk F, No. 98, aan de Langegracht. Door de politie is proces-verbaal opgemaakt tegen een timmermansbaas wegens overtreding van een der bepa lingen van de arbeidswet. Op de zevende Internationale Ten toonstelling, van pluimgedierte op 11,12 en 13 Maart te Nijmegen gehouden, zijn aan de inzendingen van den heer J. Pe kelharing, te Amersfoort, in de afdee- ling kippen en duiven 12 bekroningen toegekend. De zeereerw. heer G. Gul, oud-kath. pastoor te Hilversum, welke den 24. Febr. jl. dooi het Metropolitaan kapittel van het aartsbisdom van Utrecht, lol aarts bisschop werd gekozen en deze verkie zing vooralsnog in beraad had gehouden, heeft blijkens een Zondag in de oud- kath. kerken voorgelezen schrijven, deze benoeming aanvaard. Onderstaaand programma zal op het 5e Symphonie-concert van den heer van Aken, a.s. Vrijdagavond worden uit gevoerd t Kriegsmarsch der Priester aus «Athalia" Mendelssohn. 2 Ouverture «La Bohémienne" Balfe. 3 (a. Aria aus der Suite in D dur) r (6. Herz am Herz Pizzicato Gavotte Latann. 4 Grande Fantaisie Caprice pour violonsolo avec piano Vieuxtemps. (de heer A. Troostwijk) 5 Ouverture (im Italiënischen style) Fr. Schubert. 6 Romance (Fdur) pour violonsolo avec piano L. van Becthovesi. 7 Souvenir de l'opera «Mignon" d'Amb. Thomas van Aken. 8 «Der Kaiser und die Kaiserin!Waldteufel. Concert-Walzer. Naar wij vernemen heeft de heer van Aken voor het 6e en laatste zijner concerten op 30 Maart a.s. mej. Joh. Kempees geëngageerd, de zangeres die op de onlangs gehouden soiree aan liet hof uitnemende bijval oogstte en o. a. na het zingen van het oude Wilhelmuslied door H.M. de Koningin-regentes met eene broche in diamanten werd vereerd. Maandagavond werd in het «Ver- kooplocaal," aan de Krommestraat, de derde lezing gehouden over het evangelie des koninkrijks. De ons onbekende lezer had tol onderwerp gekozen «Hebreen 4." Het gehoor, aanvankelijk uit ruim 20 personen bestaande, slonk, staande de redevoering, allengs, zoodat te halfnegen reeds de ten halfacht aangevangen samen komst werd gesloten. Ons dunkt, dat het bezoek er niet minder door zou wor pen, wanneer de prediker zijn' naam bekend maakte door dien te plaatsen onder de uitnoodiging tot bijwoning der lezing, wal hij tot dusver achterwege liet. heim wreekte zich zwaar, maar uwe dwaling is het uiet uwe schuld alleen. En daarom is het vergefelijk dat gij dwaaldet, eu zeker, dat uwe moeder en uw oom uw berouw uiet zullen afwijzen, wanneer gij deze dwaling bekeut. O, ik weet, met welk een verlangen uwe moeder op dit oogenblik op den terug keer van haren dierbaren zoon wacht! Zij moest geene moeder zijn als zij het niet deed." „Gij meent gij gelooft het riep de baron. „Ja, de schillen vallen mij van de oogeu blind was ik en nu beu ik ziende, zooals gij waart en zijt. O, mijne moeder, mijn vader ik wil hen bidden en hun zeggen, waarom ik misdreef eu zij zullen mij vergeven Ik wil hun zeggen, dat gij het zijt, die mij gered hebt' Kachel, gij Kachel sprong verschikt op en de baron ver stomde. Een dof gedruisch had zich reeds eenigen tijd doen booren. Daarna klonk het nader, duidelijker. Nu klonk het als de hoef slag van een aantal paarden den weg langs ran den zuidkant nu naderbij nu op liet erf. Eu van het erf klonken nu luide stemmen en alarm vier vijf schoten knalden. Frits ijlde naar het slotplein. Kachel hem na in het slot, naar de kamer, die op het plein uitkwam. Op het erf heerschte eene wilde verwarring, rook steeg op en geweer schoten knalden. Franscbe ruiters met roode dolmans renden op en neêr, daartusschen Blijkens door het bestuur opgemaakt verslag kon door de vereeniging tot be vordering van 's lands weerbaarheid «Eendracht maakt Macht" alhier de in 1890 in uitzicht gestelde plaatselijke schietwedstrijd niet gehouden worden, uithoofde van den min gunstigen toe stand der kas, daar de contributie, ad f3 per lid en per jaar, nauwelijks vol doende bleek tot dekking der gewone uitgaven. Het ledental bleef stationair; terwijl er 4 door beroepsbezigheden ge noodzaakt waren te bedanken, traden 5 nieuwe leden toe, zoodat het aantal ge- weerdragende personen thans 43 telt, van wie de meesten zoowel de zomer- als de winleroefeningen bijwoonden, zoo dat de vorderingen in het hanteeren van het geweer en in het schieten goed te noemen zijn. In den loop van 1891 zijn alhier 415 personen ingëent, waaronder 125 kosteloos, en wei 30 kinderen beneden het jaar oud; 155 kinderen van 1 lot 3 jaar; 184 kinderen van 3 tot 6 jaar; 44 kinderen van 6 tot 12 jaar en 2 per sonen boven 12 jaar. Onder het aantal inentingen zjjn er 11 begrepen die bij herhaling geschiedden. Het aantal kinderen boven de zes en beneden de twaalf jaren in de ge meente op 1 Januari jongstleden aanwe zig, beliep 2114, n. I. 225 jongens en 218 meisjes geboren in 1885; 175 jon gens en 192 meisjes geboren in 1884; 171 jongens en 180 meisjes geboren in 1883, 158 jongens en 166 meisjes ge- boten in 1882; 161 jongens en 161 meisjes geboren in 1881en 153 jongens en 154 meisjes geboren in 1880; tezamen 1043 jongens en 1071 meisjes. Hiervan genoten lager onderwijs op scholen in de gemeente 190 jongens en 174 meisjes geboren in 1885; 165 jongens en 180 meisjes geboren in 1884; 163 jongens en 173 meisjes geboren in 1883; 151 jongens en 160 meisjes geboren in 1882 151 jongens en 150 meisjes geboren in 1881; 136 jongens en 127 meisjes ge boren in 1880; totaal 956 jongens en 964 meisjes; in andere gemeenten be zochten de lagere school 1 meisje ge boren in 1885; 2 meisjes geboren in 1884; 2 jongens geboren in 1883; 1 jongen geboren in 1882; 3 jongens ge boren in 18812 jongens en 1 meisje geboren in 1880, totaal 8 jongens en 4 meisjes, zoodat in het geheel 1932 kin deren lager onderwijs genoten, en er mits die 182 kinderen geen lager onder wijs ontvingen, waarvan 35 jongens en 43 meisjes geboren in 1885: 10 jongens en 10 meisjes geboren in 1884; 6 jon gens en 7 meisjes geboren in 1883; 6 jongens en 6 meisjes geboren in 1882; 7 jongens en 11 meisjes geboren in 1881 15 jongens en 26 meisjes geboren in 1880; totaal 79 jongens en 103 meisjes Van deze bezochten '12 jongens en 23 meisjes eene bewaarschool1 jongen eene inrichting voor middelbaar onderwijs; 14 jongens en 24 meisjes hadden vóór hun 12 jaar de school verlaten; 2 jongens en 1 meisje bezochten de school niet, dooi- dien ze niet waren gevaccineerd; voor 1 jongen achtten de ouders de afstand van de woning tot de school te groot; 9 jongens en 10 meisjes werden door ziekte belet ter school te gaan; 29 jon gens en 42 meisjes bezochten de school niet om andere redenen, terwijl 7 jon gens en 9 meisjes zonder eenige reden van de gelegenheid tot het ontvangen van lager onderwijs geen gebruik maak ten. 56 kinderen, 34 jongens en 22 meis jes, in andere gemeenten wonende, be zochten alhier een school voor lager on derwijs. schreeuwden de dienstmannen van het slot en de baron en Frits ijlden heen eu weêr. Twee paai den zonder ruiters renden het plein af. Op hetzelfde oogenblik zag Kachel F'rits vallen' en den baron door de Fransclien om singeld, gevangen genomen. Kachel stond outzet. Wat zou zij doen in haren angst, waarheen zich wenden Zij wilde naar beneden naar den baron, naar Frits daar vloog eene gedachte als eene bliksemstraal door haar hoofd. Zij keerde snel om, ijlde door de kamers naar den tuin, door den tuin het veld op, liet bosch in. Een naamlooze angst dreef haar rusteloos voorwaarts. Slechts eenmaal keerde zij zich om. Eene donkere, zware rookwolk steeg boven de gebouwen van het slot rechtop in de stille lucht. Nu was zij in het dorp. Vrouwen eu kin deren liepen ontsteld door elkander, omring den haar vrugende, wat dat schieten, die rook beduidde. Om de dorpsherberg was het gedrang het dichtst. Daar stonden de boeren in eenen kring, de schout, vader Lang, de knechten, met oude wapens, roes tige sabels, met zeissen, sikkels en bijlen, maar in twijfel, onzeker, zich bedenkende wat zij zouden doen, Ook zij omringden Rachel met veel alarm en zij vertelde wat zij wist. Zij wees op den rook, die steeds hooger, met rooden gloed ten hemel steeg. De boeren stonden daar en staarden en »3»Bte STAATSLOTERIJ. Eerste klasse. Trekking von 14 en 15 Maart. (1000 loten) Ten kantore van den Collecteur te Amersfooit zijn aan de navolgende num mers te beurt gevallen Prjjzeu van f SO 5610 5615 5811 584U 5841 5843 10757 12382 12385 12414 12430 16856 16860 16862 16920 16933 16937 18413 18415 18464 en 18512. Te zamen 21 prijzen. Baar». Tot onderwijzer aan de school met den bijbel alhier is benoemd de heer R. Balt, thans te Godesberg, die de be noeming aangenomen heeft. Dat deze heer op vijf plaatsen benoemd was, toont dat er gebrek aan onderwijzers is. Omtrent de vreeselijke sneeuwstormen in Wisconsin, Minnesota, Kansas en Jowa kan nader het volgende worden gemeld. Ten Westen van Chicago is 'ttelegraaf- en 't spoorwegverkeer geheel gestremd; alle zaken staan er als het ware stil. Op sommige plaatsen o. a. te St. Paul (Min nesota) duurde de sneeuwstorm onafge broken 30 uren en daarop trad een on gekende koude in de thermometer daalde tot 10 graden onder nul. Groote schade werd veroorzaakt; de landbouwers moes ten allen arbeid staken; het verlies van menschenlevens is groot, niet enkel door hevriezing, maar ook door spoorwegon gelukken Een trein van den Illinois-spoor- weg werd te Waterloo (Jowa) uit de rails geworpen en Vele reizigers kwamen daarbij om. Sedert Maart 1888 had men in de Vereenigde Staten zulk noodweer niet. Een ontploffing te Anderlues scheen niet voldoende om de macht der elemen ten te kunnen bewijzen. Brand moest de verschrikkingen nog vermeerderen. Het vuur heeft verteerd, wat 't gas nog had gespaard. «Heeft men de nasporingen geëindigd," vroeg een verslaggever aan een gendarme, die met het geweer aan den voet, den toeloop naar de putten moest keeren. De man wees naar den vernielden ven- lilator, waaruil kolommen rook naar bo ven werden geworpen. De mijn stond in brand 1 leder oogenblik hoorde men nieuwe instortingen. Alle onderzoekingen zijn onmogelijk; men moet wachten tot de vlammen haar vernielend werk heb ben gestaakt. En dan steeds die hartverscheurende tooneelen. Een kind, een dreumes bijna, is nauwelijks bovengekomen, of hetspringt als een gek rond, hel zingt, het jubelt, het lacht, als het het zonlicht ziet, dat hij meende nooit terug te zullen zien. Daar naast sombere scènes. «Van mij zijn er nog vier beneden," snikte een oude vrouw. «En van mij zes," sprak een andere; «mijn twee broers, mijn man, mijn vader en mijn schoonvader." «Ik heb er twee gered," viel een derde vrouw in; «maar 't leven zal hen niet veel meer geven; zij zijn krankzinnig, omdat zij hun broeder beneden hebben achtergelaten, die naast hen werkte." Er gaat een kar voorbij; op 'tdaarin liggend stroo ligt een jonge vrouw, met loshan gende haren, krankzinnig. Zij grijnslacht als zij haar bewusteloos kind in de ar men neemt en het aan het publiek toont, schreeuwende«Er blijft nog een beneden over." schreeuwden radeloos door elkander. Toen sprong Kachel op eenen steen. Haar gelaal gloeide, zij wierp de zwarte haren, die ouder het snelle loopen los gegaan waren, over de schouders terug. En door hare heldere stem, hare gloeiende oogen, baar schoou gelaat vloog als 't ware een zonnestraal over de harde, forsche ge zichten. „Vergeeft mij, lieve maunen, dat ik tot u spreek I" riep zij. „Bedenkt, daar iu het slot ligt de oude goede baron, geboeid, misschien ter dood gebracht, zijn zoon is gewond, het slot door een kleinen troep roekelooze Franschen in brand gestoken, gaat in vlammen op. En gij, zijne buren, die hij zoo dikwijls geholpen heeft, staat hier, vele en slerke mannen, gij hebt wapens in uwe handen wilt gij het dulden? Wilt gij wachten, totdat zij bij uw dorp komen en het iu brand steken boveu de hoofden van uwe vrouwen eu kinderen. Zijt gij bang voor die opgesmukte, blanke knapen, die voor de Oostenrijkers en de Engelscben weg liepen, gij, die dappere Hessehen zijt? Lacht mij uit, maar ziet, ofschoon ik maar een zwak meisje ben, wil ik met u strijden tegen de vijanden, geen wonden, geen bloed of dood vreezen, om de gevangenen te ver lossen. Geeft mij een wapen en voorwaarts tegen de laffe rooversMet ons is het recht God helpe ons strijden Voorwaarts I" (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1892 | | pagina 2