NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT en GELDERLAND
NA KERSTMIS,
De lersche quaestie.
No. 57.
Zaterdag 16 Juli 1892.
Een-en-twintigste jaargang.
verschijnt woensdag en zaterdag.
F e uilleton.
AMEBSFOORTSCIE COURANT.
VOOR
abonnementspru s!
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
advertentien:
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De moeielijkheden, die de Brit-
sche Regeering, inzonderheid in
de tweede helft dezer eeuw, met
betrekking tot Ierland te door
worstelen heeft, zijn het natuur
lijk gevolg van een eeuwenlang
onrecht, en de vruchten eener
gewelddadige onderwerping, niet
door een staatkunde van toena
dering goedgemaakt.
Aan het begin der Middeleeuwen
was Ierland, door zijn afgezon
derde ligging vrijgebleven van de
elders heerschcnde woelingen, een
brandpunt van beschaving, althans
van geleerdheid. In 430 had een
Schot, Patrick geheeten, onder de
Keltische bevolking het Christen
dom geprediktin de zesde eeuw
zond Ierland zelf Evangeliepredi
kers naar het vasteland. Evenals
elders, beperkte zich de verstan
delijke ontwikkeling tot de gees
telijkheid; de bevolking bleef er
vreemd aan, en wat zij er van
mocht hebben overgenomen, ging
verloren onder de heerschappij
der ruwe Noormannen.
De verdeeling van Ierland in
vier koninkrijken gaf aanleiding
tot herhaalde en bloedige twisten,
die in 1170 den Engelschen Koning
Hendrik II gelegenheid schonken
zich in de geschillen te mengen.
Zijn baronnen veroverden onder
zijn aanvoering het Oostelijk deel
des eilands, dat sedert naar En-
gelsche wetten werd geregeerd,
terwijl de lersche bezittingen ver
volgens al meer en meer beperkt
werden. Het Britsche deel werd
bestuurd door Stadhouderseen
hunner vaardigde in 1495 de naar
hem genoemde Poynings-act uit,
waarin bepaald werd, dat het Iersch
Parlement slechts mocht verga
deren met toestemming van den
Stadhouder en verplicht was de
te behandelen onderwerpen eerst
aan dezen voor (e leggen. Onder
al de worstelingen om uitbreiding
van de macht werd niets gedaan
voor de inboorlingen, die geheel
verwilderden, en wier vaste be
zittingen voor een niet onbelang
rijk deel in handen van Engelschen
geraakten. Hendrik VIII liet zich
door het Iersch Parlement tot
Koning kronensedert dien tijd
hieven de Engelsche monarchen
dien titel voeren. Redenen van
politiek noopten Koningin Elisa
beth tot de invoering van de Her
vormde, Anglicaansche Staatskerk
aan de Katholieke geestelijkheid
ontnam een Parlementsbesluit al
haar bezittingen, en stelde ze ter
beschikking van het begunstigde
kerkgenootschap. Een algemeene
opstand was het gevolg van dien
maatregel; Essex poogde te ver
geefs, ofschoon hij een leger van
29.000 man tot zijn beschikking
had, het gezag te herstellen, het
geen eerst later den Stadhouder,
Lord Mountjoy gelukte. Een nieuwe
reeks van verbeurdverklaringen
ten behoeve der Engelschen was
het loon der overwinnaars. Ook
de stichting van de universiteit
te Dublin in 1592 geschiedde door
Koningin Elisabeth alleen ter be
vordering van den Hervormden
godsdienst, dewijl Katholieken er
niet werden toegelaten; eerst in
later tijden is dat onrecht her
steld. De hoogeschool, die dezer
dagen haar derde eeuwfeestvierde,
is sinds de opheffing harer een
zijdigheid een milde bron van
wetenschappelijke kennis gewor
den.
In de
de ongelukkige
gelegenheid
More, gebruik
oneenigheden,
zeventiende eeuw bleef
bevolking elke
aangrijpen om den
ongelijken kamp tegen haar be-
heerschers te vernieuwen. Bekend
is de opstand van 1641 en vol
gende jaren, toen de Ieren, onder
O'Neill en Roger
makende van de
die de regeering
van Karei I kenmerkten, meer dan
vijftigduizend Protestantsche En
gelschen om het leven brachten.
Kort na de onthoofding des Konings,
in 1649, ging Cromwell met zijn
leger naar Ierland, en nam bloedige
wraak. Als wild naar ontoegan
kelijke moerassen gejaagd,kwamen
duizenden hij duizenden der in
boorlingen op de ellendigste wijze
om het leven het schier ontvolkte
land werd met kolonisten, meest
soldaten van den protector, bezet.
Het herstel van den troon der
Stuarts, hoezeer dezen den Ka
tholieken goedgunstig gezind wa
ren, bracht weinig verandering in
den toestand des volkstoen even
wel Willem III, onze Stadhouder,
den strijd tegen zijn schoonvader
aanbond, kozen
partij voor dezen, en
met blijdschap een
Fransch leger, bestemd om den
Hollandschen Vorst te verjagen.
De opstand breidde zich over het
geheele eiland uit, en het kostte
Willem III groote moeite, dien te
bedwingen. Aan de Boyne, waar
hij zelfs gewond werd, sloeg hij
het lersche leger, daarna moest
hij nog onderscheiden versterkte
plaatsen tot onderwerping bren
gen. De Koning waarborgde de
godsdienst vrij Leid der Ieren, maar
een Parlementsbesluit sprak de
uit van een
Koning Jacobus
de Ieren
ontvingen
verbeurdverklaring
millioen morgo«n lands, die onder
de Engelschen werden verdeeld.
In die dagen vormden zich in
de lersche steden de Protestantsche
genootschappen, bekend onder den
naam van Orangisten, wier hoofd
doel was de onderdrukking van
het Katholicisme, die stelselmatig
door verschillende wetten werd
voortgezet. Sommige dier wetten
waren uiterst dwaas. Niet alleen
waren Katholieken uitgesloten van
alle ambten, maar een Roomsche
mocht op geen paard rijden, dat
meer dan vijf pond sterling waarde
haddeed hij het toch, dan had
ieder Protestant het recht, zich
het dier tegen betaling dezer som
toe te eigenen.
Het laatste gedeelte der vorige
eeuw zag onderscheiden geheime
genootschappen van verzet ont
staan, vrijwel overeenkomende met.
die, welke in onzen tijd zooveel
beruchtheid hebben verkregen. De
«Witkielen" deden hetzelfde als
de «Maneschijn-mannen" van eeni-
ge jaren geleden: zij verschenen
onverwacht bij gehate personen,
hardvochtige rentmeesters, on
rechtvaardige ambtenaren, baat
zuchtige grondeigenaars, en ver
moordden ze, waarop de aanvallers
even snel vertrokken als zij geko
men waren. De «Rechtzoekers"
verzetten zich hoofdzakelijk tegen
net betalen van tienden aan de
Anglicaansche geestelijkheid.
De steun, die de Ieren verleen
den aan den opstand der Ameri-
kaansche koloniën, noopte de Re
geering tot toegevendheidin 1782
werd de Poynings-act ingetrokken
en herkreeg het Iersch Parlement
zijn zelfstandigheid. Later, toen het
Britsch gouvernement de handen
vol had tegenover de Fransche
Republiek, stichtten de Ieren de
Vereeniging der «United Irishmen",
ten einde volkomen gelijkstelling
met de Engelschen te verkrijgen.
Aanvankelijke concessies mochten
niet baten; op de hulp der Fran-
schen bouwende, hielden de Ieren
al hun eischen vol. Toen het pas
genoemde Verbond zijn organisa
tie over geheel het eiland had
uitgestrekt, besloot eindelijk de
Regeering den opstand te dem
pen en dit plan werd met vreese-
lijke gestrengheid ten uitvoer ge
legd, zoodat in 1797 meer dan
dertigduizend menschen het leven
verloren. Herhaalde pogingen der
Franschen, om Ierland te hulp te
komen, deden vervolgens het plan
ontstaan, de beide Parlementen
te vereenigendoor omkooping
werd in het lersche Parlement
voor dien maatregel een meerder
heid verkregen, en den 26en Mei
1800 had de Unie plaats, op welke
men thans door erkenning van
het beginsel van »Home-rule"
wenscht terug te komen.
Of het doel bereikt zal worden,
en, zoo ja, of dan, onder de zeer
veranderde omstandigheden, Ier
land in beter conditie zal geraken
dan de toepassing van een recht
vaardig Regeeringsbeleid in de
laatste jaren heeft doen ontstaan
De toekomst zal op deze vraag
antwoord geven. Ierland's somher
verleden, waarvan we in boven
staande regelen een vluchtige
schets hebben gegeven, verklaart
ten volle de verbittering, die de
zonen van het Groene Eiland be
zielt, en hen met wantrouwen
vervult tegenover de best ge
meende pogingen, om hun wel
vaart te vermeerderen en hun
zedelijk peil te verhoogen.
DOOR
WILKIE COLLINS.
Naar het EngelscheMiss or Mrs9)
8 „Wat is 't?" vroeg hij wrevelig.
„Duplicaten van vrachtbrieven, mijnheer/'
antwoordde de klerk, die de stukken op de
tafel van zijn meester neerlei.
Gevonden! Daar lag de waarborg op zijn
lessenaar, vlak voor zijn oogen 1 Hij ontsloeg
den klerk en onderzocht de papieren.
Zij behelsden eene lijst van goederen, naar
het Londensche huis verscheept, aan boord
van bodems onder zeil van Smyrna en
Odessa, en zij waren geteekend door de
gezaghebbers van de schepen, die daarbij de
ontvangst van de goederen vermelden, en
aannamen ze behoorlijk af te leveren aan
de personen, aan wie Z'j waren geconsigneerd.
Eerste copiën van deze stukken waren al
reeds in 't bezit van 't Londensche huis
de duplicaten volgden, als gewoonlijk, voor 't
geval van zeerampen. Richard Turlington
besloot dadelijk deze dubbelen te doen strek
ken tot zijn waarborg, en de eerste copiën
onder slot te houden, ten einde daarvan
ter gelegener tijd gebruik te maken tot het
in ontvang nemen van de goederen, 't Bedrog
was een loutere formaliteit. Zijn huwelijk zou
hem de gelden verschaften die tot het terug
betalen van de geleende som noodig zouden
zijn, en de baten der zaak zouden in 't ver
volg van tijd kunnen voorzien in 't herstel
van 't huwelijksgeld zijner vrouw, 't Kwam
er bloot op aan ziju crediet te behouden door
middelen, die op wettige wijs ter zijner be
schikking stonden. Binnen de ruime grenzen
van handolseerlijkheid, had Richard Turlington
een geweten. Hij zette zijn hoed op, nam
zijn valscben waarborg mee naar de geld-
leeners, zonder dat hij zich in 't minst in
zijne eigene schatting als rechtschapen man ver
nederd gevoelde.
Gebroeders Bulpit, die al sedert lang ge-
wenscht hadden een naam als den zijnen
op hunne boeken te zien prijken, ontvingen
hem met opeu armen. De stukken ten waar
borg (die het geleende bedrag dekten) werden,
zooals van zelf spreekt, aangenomen. Met
een pennestreek, werd het geld, op drie
maanden dato, geleend. Turlington stapte
weer naar buiten, op straat, en aanschouwde
de City van Conden als het edelste gewrocht
van handels vermogen als een solvent
man. (l)
(1) 't Zal wellicht niet overbodig zijn den on-
De gevallen Engel, die onzichtbaar in Ri
chards schaduw wamdelde sloeg zegevierend
zijne gekortwiekte vleugelen. Van dat oogenblik
af had een kwade geest zich geheel van hem be-
meesterd.
VIERDE TAFEREEL.
MUSWELL 1IILL.
Den volgenden dag reed Turlington naar
de voorsteden, in de goede verwachting dat
hij de Graybrooke's reeds thuisgekeerd vin
den zou. Sir Jozeph hield niet van Londen
en wilde niet dichter bij de hoofdstad wonen
dan Muswrell Hill. Wanneer Nathalie eene
verandering behoefde, en reikhalsde naar de
uitspanningen in de stad, zooals bals, schouw
burgen, bloemententoonstellingen, en soort
gelijke, had zij eene kamer, opzettelijk voor
haar in gereedheid, in de woning van Sir
Joseph's getrouwde zuster, mevrouw Sancroft,
die haar verblijf had in dat middelpunt van
den fashionabelen maalstroom, bij de sterve
lingen als Berkeley Square bekend.
Op zijnen weg door de straten, erlangde
Turlington een afdoend bewijs dat de Gray-
geloovigen lezer te herinneren, dat een huis in de
City juist zulk een onderpand als 't hier vermelde
aannam, met dezelfde voorname onverschilligheid
en zonder zich in 't minste nopens schepen of
goederen te onderrichten.
brooke's moesten zijn teruggekeerd. Hij zag
Launce die, met een heer in een cab geze
ten hem voorbijreed. Die heer was Launcc's
broeder, en die beiden waren op weg naar
den commissaris van politie, ten einde de
noodige stappen te doen, om ten aanzien
van Turlington's vroeger leven nasporingen
in 't werk te stellen.
Aau 't hek van de villa gekomen, beant
woorden de inlichtingen die de bezoeker
ontving, maar ten deele aan zijne verwach
tingen. De familie was den vorigen avond
teruggekomen. Sir Jozeph en zijne zuster
waren 't huis, doch Nathalie was reeds naar
de stad gereden om bij hare tante een twaalf
uurtje te gebruiken.
Turlington trad binuen,
„Ilebt gij eeuig geld verloren?" Dat waren
de eerste woorden, die Sir Jozeph sprak
toen bij Richard, na dieus vertrek van 't
jacht, wederzag.
„Geen penning. Ik had een gevoelig ver
lies kunnen lijdon, indien ik er niet zoo
spoedig bij ware gefeest, om de zaken weer
op streek te brengen. Domheid van mijne
lieden, die ik de zaken opgedragen had
anders niet. 't Is alles in wranorde."
Sir Jozeph hief de oogen op met het
innigste gevoel„Gode zij dank 1" sprak hij,
met een haitelijke outboezeming. Hij schelde.
„Zeg Miss Graybrooke, dat mijnheer Tur
lington hier is." Hij wendde zich nu w eder
tot Richard. „Even als ik beeft Lavinia
zich over u zeer bezorgd gemaakt. Waarlijk,
wij hebben een slapeloozen nacht doorge
bracht." Miss Lavinia trad biunen. Sir Jozeph
beijverde zich haar tegemoet te gaau, en
vatte op hartelijke wijs haar beide handen.
„Mijne waarde, 't beste nieuws ter wereld!
Richard heeft geen penning verloren 1" Miss
Lavinia hief de oogen op met het innigste
gevoel, en zei: „Gode zij dank. Richard!"
als de weergalm van baars broeders stem
wat laat, misschien, als weergalm, maar
juist niet een halve noot lager iu de her
haling van 't stemgeluid.
Turlington kwam nu met de vraag te voor
schijn, w elke liet eenige oogmerk van zijn bezoek
te Muswell Hill was.
„Hebt gij Nathalie gesproken?"
„Dezen morgen," hernam Sir Jozeph.
„Er deed zich na 't ontbijt juist eene ge
legenheid voor. Daar trok ik partij van,
Richard gij zult eens hooren hoe."
Hij zette zich thans recht in zijn stoel,
lot het doen van een eindeloos verhaal
hij wilde beginnen doob bleef stekon,
daar hij hij 't eerste «oord als met sprake
loosheid geslagen was. Er had zich een
onverwacht hinderpaal opgedaan zijne
zuster had hem niet afgewacht, en hein
dadelijk het stilzwijgen opgelegd. Daar 't
verhaal ditmaal de zaak van 't huwelijk be
trof, had Miss Lavinia haar belang als vrouw