NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND.
NA KERSTMIS,
Oficiëele Publicatie.
BLITENLANDSCH OVERZICHT.
Nü. 64.
Woensdag 10 Augustus 1892.
Een-en-twintigste jaargang.
VOOR
VERSCHIJNT PENSDAG EN ZATERDAG.
Uitgever G J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
BINNENLAND.
F e uilleton.
IMEHSF00HTSC1E CODKINT.
abonnementsprijs:
Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezendeu uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
advertentien:
Van 16 regels 0,40 iedere regel meer B Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal borokend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gelet op art. 18 der wet van den
14. September 1866 (Staatsblad no. 138),
houdende bepalingen betrekkelijk de
Inkwartiering, enz.;
Doen te weten, dat de bij art. 17 dier
wet bedoelde lijst door hen aangelegd,
in afschrift aan de bergplaats bij het
Raadhuis aangeplakt is en gedurende
veertien dagen, te rekenen van heden,
op de Secretarie der gemeente voor een
ieder ter inzage ligt alle werkdagen van
10 tot 1 uur.
Amersfoort, den 8 Augustus 1892.
De Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENN1NCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De minister van marine vertrok
eergister ochtend naar Soestdijk, alwaar
hjj door H. M. de Koningin-regentes in
audiëntie werd ontvangen.
Te Clingendaal worden toebereid
selen gemaakt voor de ontvangst van
HH. MM. de Koningin en de Koningin-
Regentes, die den 13en Augustus a.s. de
wedrennen aldaar zullen bijwonen.
Voor HH. MM. wordt o.a. een tribune
in gereedheid gebracht.
Militaire wielrijders. De minister
van Oorlog is, blijkens de tusschen hem
en het bondbestuur gevoerde korrespon-
dentie in beginsel, niet tegen hei vast
stellen van een uniform voor militaire
wielrijders, mits die voor alle manschap
pen wordt verplichtend gesteld.
Daar de kosten van aanschaffing voor
sommige militaire wielrijders wellicht een
bezwaar zou zijn, deed de minister twee
voorstellen; 1". elk militaire wielrijder
zou verplicht zijn zich voor eigen kosten
een volledig costuum aan te schaffen,
waartegen het bedrag der dagelijksche
schadeloosstelling, die de militaire wiel
rijder in dienst geniet, eenigszins ver
hoogd zou worden, of 2". aan den mili
tairen wielrijder van rijkswege een uni
form-kleeding te verschaffen, mits deze
zich verbond om gedurende vijfjaren in
geval van mobilisatie van het leger bin
nen 24 uren na de oproeping, en zoo
lang het leger geheel of gedeeltelijk ge
mobiliseerd is, als zoodanig beschikbaar
te zijn en deze zich geheel onderwierp
en aan de krijgstucht èn aan de mili
taire wetten èn aan alle bepalingen, die
de minister van oorlog inochl goedvinden
voor hen vast te stellen.
Het bondbestuur heeft naar aanleiding
van bovenstaande aan alle militaire wiel
rijders hier te lande verzocht, hun rnee-
ning hieromtrent to mogen vernemen.
Door het bestuur der Kiesvereeni-
ging Burgerplicht te Hoorn ïs een cir
culaire gezonden aan alle buigerneesters
in de hoofdkiesdistricten Hoorn en Enk
buizen, houdende verzoek met haar bij
de Regeering aan te dringen op een
spoedigen aanvang van het werk tot
demping van de Zuiderzee.
Vrijdagavond zijn te Naarden door
twee personen, zooals laterj bleek, uit
Amsterdam en Duilschers van afkomst,
valsclie guldens uitgegeven. Zaterdag
hielden zij zich te Hilversum op, doch
maakten zich daar haastig uit de voeten,
toen zij vermoedden, dat de politie hen
achtervolgde. Te Laren werden zij ge
vat, vandaar naar Naarden en vervolgens
nog denzelfden avond gevankelijk naar
Amsterdam overgebracht.
Men schrijft uit Arnhem aan de
Amsterdammerdat de op Woensdag jl.
daar gehouden groote conferentie van
spiritisten in Nederland in alle stilte is
voorbijgegaan. Niemand wist zelfs waar
zij plaats vond. Alleen is uitgelekt, dat
de broeders en zusters op spiritistisch
gebied, zonder te melden, wie zij waren,
op gemelden dag aan een kameraad-
schappelijken maaltijd in ons Musis Sacrum
hebben aangezeten en daarbij met hun
twintigen waren.
De «Velddag" of de oVeldslag,"
den 4 door het Leger des Heils te Vogelen
zang op het buiten van den heer jhr.
R. A. E. Barnaart gehouden, is goed af-
eeloopen. Des morgens werd het openings
schot gelost, de vlag op het midden van
het terrein geheschen en de bijeenkomst
door kolonel Oliphant, bevelhebber, met
eene korte toespraak geopend, telkens
onderbroken door het gebruikelijke
«halleluja" en „amen". Te half elf kwam
generaal Booth in een open rijtuig aan
en sprak weldra de menigte, die hem
met een «halleluja" ontvangen had, toe.
Daarna had de inzwering plaats van de
jonge mannen, die in een gewone Friesche
tjalk, welke van hangmatten voorzien is,
eenige kleinere, aan binnenwateren lig
gende plaatsen zullen bezoeken, om aan
hangers voor het Leger des Heils te win
nen. Die mannen zijn gekleed in een
donkerblauw matrozenpak met eene pet,
waarop het woord Scheepsbrigade. Ver
der werd op verschillende plaatsen ge
sproken en gezongen; op ééne plaats uit-
sluilend door vrouwen. Te half zes kon
den de troepen eerst opgesteld worden
om voor generaal Booth te defileeren.
Daarna werd een voor deze gelegenheid
vervaardigd lied gezongen op de wijze
van het »Wien Neerlandsch Bloed" en
de feestdag besloten met eene groote
muzikale en dankzeggingsbijeenkomst
onder leiding van kolonel Oliphant. On
geveer twee duizend heilsoldaten waren
tegenwoordig.
In de Prins-Hendrik-Stichting, te
Egmond aan Zee, genieten thans ruim
honderd oude zeelieden (waaronder eenige
vrouwen) een onbezorgden levensavond.
Hel aantal aanvragen om plaatsing over
treft nog steeds de beschikbare ruimte.
Dientengevolge is de Directie voornemens
het gebouw andermaal te vergrooten,
zoodanig dat er nog een 80-tal plaatsen
zullen komen. Zij behoeft hiertoe krach-
tigen steun; de nagedachtenis van onzen
Prins Hendrik wordt hiermede tevens
geeerd.
Te Maastricht is de gevangenis zoo
overbevolkt, dat men zich verplicht heeft
gezien, een deel der mannelijke gevangenen
naar de vrouwenafdeeling over te bren
gen. Ook in andere gevangenissen schijnt
het niet beter gesteld te zijnalthans
de officier van justitie te 's-Hage heeft
om plaatsing van gevangenen te Maastricht
aangevraagd.
Van Urk wordt gemeld, dat de typhus
die voor eenige dagon zoo goed als ge
weken was, zich nu weer meer en meer
uitbreidt. Het getal typhus-lijders bedroeg
Vrijdag 20.
Als een blijk, dat dit jaar een goed
aardappeljaar is, deelt men mede, dat bij
Seegers te Valburg, aan een pol van de
late of winteraardappelen een buitenge
woon groote weid aangetroffen, zoodat
men veronderstelde, dat hij hol was. Na
opengesneden te zijn, bevond men hem
echter evengoed als de anderen en hij
had een gewicht van ruim een half kilo.
Tusschen Usltwerd en Uithuizen,
noordkust van Groningen, worden thans
400 bunders buitenland ingepolderd, een
werk van 1230,000, waarbij 800 polder
werkers aan den arbeid zijn.
Reeds zijn benoorden die plaatsen,
benevens boven Warfum, honderden bun
ders vruchtbaar kleiland aan de zee
ontnomen, zoodat men thans 1uur
loopen moet van die plaatsen, om de
Wadden te zien, terwijl voorheen die
dorpen aan zee lagen. Het ingepolderde
land is door drie zware dijken omgeven,
en nu zal buiten den laatsten dijk het
bedoelde werk van 400 bunders tot stand
komen.
De Zutph. Ct. plaatst een schrijven
van een te Brussel wonend «edelman",
drager van een ook in ons land beken
den adellijken naam. In dezen brief, der
Zulph. Ct. ter publicatie verstrekt door
een der lezers, orn de inenschen te waar
schuwen, zegt de schrijver een middel
gevonden te hebben om dagelijks en
regelmatig aan de roulette-tafel f 60 te
verdienen met een kapitaal van f 3000.
De man beweert zelf op kleine schaal te
Monte-Carlo reeds proeven met uitmun
tend resultaat genomen te hebben.
»Ik ben," schrijft hij, «ingenieur van
beroep, dus altijd zeer weinig gewoon
geweest op lossen grond te bouwen."
't Is te hopen, dat de lieden, die van
den uitvinder een brief ontvangen, zorgen
zullen, ook van zichzelve dit te kunnen
getuigen, wanneer zij op 's mans voor
stellen ingaan.
Waar niels te zeggen valt, is Lord
Salisbury verstandig genoeg geweest om
niet te trachten toch iets te vertellen:
de rede, waarmede hij Maandag in naam
der Koningin het nieuwe Lagerhuis
begroette, was indeidnad een model van
soberheid. De preuiier zei eenvoudig,
dat vóór de ontbinding de wetgevende
zaken waren afgeloopen en bet dus niet
noodig is, dat het Parlement op dezen
buitengewonen tijd bijeenblijft. De troon
rede hoopt, dat, wanneer liet Parlement
voor de nieuwe zitting bijeenkomt, dit
voort zal gaan op wetgevenden weg de
welvaart en het heil des lands te bevor
deren. Zuiniger kan liet wel niet.
De strijd om de Regeering wordt nu
bij het adres van antwoord beslist, en
zal dus deze week wel afioopen. Salis
bury heeft den wensch uitgedrukt, dat
de zaken zooveel mogelijk worden be
spoedigd, en aan dit verklaarbaar ver
langen zal worden voldaan, daar Gladstone
zoowel met de beide groepen "Van Ieren
als met de werkliedenpartij tot een ac-
coord moet zijn gekomen. Daarentegen
zullen de Unionisten het den ouden staats
man niet zoo gemakkelijk maken inzon
derheid moet hot hun bedoeling zijn,
Gladstone te dwingen klaren wijn te
schenken aangaande zijn home-rule-plan-
nen. Reeds de keus van den man, aan
wien de samenstelling van het adres is
opgedragen, wijst hierop: deze taak is
ten deel gevallen aan den Unionist Darton,
afgevaardigde voor het Iersche district
Armagh, een van de vijf heeren, die op
bet Gioene Eiland een zetel aaneen na-
tionahstischen candidaat hebben ontwel-
digd.
Bij gebrek aan politiek nieuws houdt
de Engelsclie pers zich druk bezig met
toekomst-bespiegelingen van hoogst twij
felachtige waarde. Een gerucht, als zou
Charles Dilke, Gladstoneaansch afgevaar
digde in weerwil van de breuk met den
aanstaanden piemier, ontslaan door Dilke's
berucht echtscheidings-proces, in overleg
met den baas de Egyptische quaestie
eens aanroeren en de onzijdigverklaring
van Egypte onder waarborg van de
mogendheden voorstellen, wordt door
slechts weinigen geloofd.
De Slarokkaiinsclie quaestie zal
WILKIE COLLINS.
Naar het EngelscheMiss or Mrs?)
IB) Sir Jozeph deed hem met ouderwetsche be
leefdheid tot in den gaug uitgeleide. Toen
bij Daar de bibliotheek terugkeerde om nn
een paar vriendschappelijke woordea te zeggen
alvorens voor goed van het testament af te
stappen, voelde hij zieh op eens bij den arm
grijpen en zonder plichtplegingen door
Turlington's krachtige band naar 't venster
trekken.
Richard 1" riep hij uit, „wat beteekent
dit?"
„Zie hier I" krijschte deze, terwijl hij
door 't venster naar een met gras begroeide
laan van het park wees, die aan weerszijden
met heesters wes beplant en op eenigen
afstand van het huis was gelegen. „Wie is
die man? spoedigI voor dat we hem uit 't
oog verliezen die man, die daar vaa den
eenen heester naar dea anderen heenstapt?"
Sir Jozeph herkende de gestalte niet voor
dat zij verdween. Doch Turlington fluisterde
hem iets in 't oor: „'tlsLauucelotLinzie!"
Geheel ter goeder trouw verklaarde Sir
Jozeph, dat die man onmogelijk Launce kon
geneest zijn. Doch Turlington's razende
niinnennijd liet zich niet zoo spoedig tevreden
stellen. Hij vroeg dringend naar Nathalie
Men zeide heui, dat zij in 't park was gaan
wandelen. Dat wist ik wel!" zeide hij met
een vloek en snelde naar buiten om zich
zelf van de waarheid te overtuigen.
Er verliep eene kleine poos vóórdat hij
weer naar huis terugkeerde. Hij bad Nathalie
gevonden doch alleen. Hij had op zijn
onderzoek geen spoor van Launco ontdekt.
Voor de honderdste maal zag hij zich ver
plicht de toegevendheid van haar vader en
tante in te roepen. n't Zal niet weêr ge
beuren," zeide hij op boetvaardigen toon.
„Gij zult zien dat ik een geheel ander
mensch word, zoodra gij allen bij mij op
mijn landgoed zult zijn. Let wel" vervolgde
hij met een vluchtigen blik, die zijn inge
worteld wautrouwen tegen Nathalie eu tegen
iedereeuin bare omgeving verried, „let wel! 't
blijft bepaald, dat gij allen aanstaanden
Maandag bij mij in Sooieretsbire komt! Sir
Jozeph antwoordde droogjes, dat het bepaald
bleef. Turliugton keerde zich om en wilde
de kamer uitgaan doch keerde plotseling
terug. „Onthoudt wel," vervolgde hij, zieh
tot Miss Lavinia wendende, „dat op den
zevenden der volgende maand het huwelijk
is vastgesteld. Geen dag laterMiss Lavinia
antwoordde op bare beurt zeer droogjes
„Natuurlijk, Richard; geen dag later";
waarop hij mompelde„zeer goed" en de
kamer verliet.
Een half uur later kwam Nathalie binuen.
Zij zag er eenigzins verlegen uit.
„Is hij weg?" vroeg ze (luisterend aan haar
tante.
Op dit punt gerustgesteld, liep zij recht
door uaar de bibliotheek een kamer, die
zij zelden bezocht op dit of op een ander
uur van deu dag. Miss Lavinia trad haar
dadelijk op zijde, en vatte haar driftig bij de
hand.
„Is 't mogelijk, Nathalie?" vroeg zij. „Is
Lauucelot Lin zie werkelijk hier geweest, zonder
dat uw vader of ik 't wisten?"
„Wat steekt daar voor kwaad in?" ant
woordde Nathalie met plotseling opkomende
drift. „Mag ik mijn neef uooitmeer zien, omdat
mijnheer Turlington toevallig jaloersch op
hem is?"
Eonsklaps wendde zij 't hoofd af. Een
hooge blos verspreidde zich over baar gelaat
en bals.
Miss Laviuia, die nog steeds voortging
met haar ernstig het verkeerde van haar ge
drag onder 't oog te boudeD, werd in 't
midden gestoord door een nieuwen ommekeer
;n 't ongestadige humeur van bare nicht.
Nathalie barstte in tranen uit. Met dit
verschijnsel van oprecht berouw tevreden,
liet de oude dame zieh bewegeu, bet gebeurde
ditmaal nog eens door de vingers te zien en
voor dezen enkelen koer slechts het geheim
van haar nicht te bewaren. Zij zouden immers
allen naar Someretshire gaan, dacht zij,
vóór dat eenige verdere overtreding vau
dien aard zou kunnen plaats hebben, ltichard
had gelukkig niets ontdekt; eu alles wél be
schouwd, kon de zaak veilig blijven rusten.
Miss Lavinia had do omstandigheden
misschien uiet zoo luchtig ingezien, iudien
zij had geweten, dat een vau de bedienden
van Muswell Hill door Richard TuTliugloa
was omgekocht eu dat deze gezien had, dat
Launce het park door de achterdeur verla
ten had.
NEGENDE TAFEREEL.
DE ONTVANGZAAL.
„Amalia 1"
„Spreek een woord,"
„Vraag hem om te gaan zitten.
Zoo fluisterden de drie stiefdochters van
Lady Winwood tot elkander, terwijl zij zich
uiterst verlegen in haar ontvangzaal bevondeu
eu zij hulpeloos een persoon aanstaardeu, die
voor haar op den drempel der deur stond.
Het was den 23e December, tusschen twee
drie uur in den namiddag, bij gelegenheid,
dat de drie dochters waren teruggekeerd van
de vergadering der stichtelijke Zaugvcreeu tring,
eu de persoon dieu zij aangaapten, was llicliard
Turlington.
Verbaasd over zijn ontvangst was hij met
deu hoed in do hand aan de deur gaan
staau. „Ik ben van ochtend van Semeretshire
gekomen" zeide hij. «Hebt gij 't ook ge
hoord Ik moest noodzakelijk op mijn kautoor
zijn eu zag mij daarvoor verplicht mijn
gasten op mijn landgoed alleen te laten.
Morgen keer ik naar hen terug. Wanneer
ik sprcok van mijne gasten, dan bedoel ik
dauvmeê de Graybrooke's. Weet ge niet, dat
zij bij mij logeeren? Sir Jozeph, en Miss
Laviuia, en Nathalie Bij 't uitspreken
van Nathalie's naam sprongen de zusters op.
Zij keerden zich om en keken elkander
ontsteld aan. Turlington begon zijn geduld
te verliezen. «Wilt gij wel zoo vriendelijk
wezen, dames, mij te zeggen wat dit alles
heeft te beduiden? zeide hij een weinig
scherp. Miss Laviuia heeft mij verzocht
hier een bezoek te brengen, toen zij hoorde,
dat ik naar de stad ging. Zij beiaste mij met
de boodschap, om een patroon voor een
kleedje mcê te brengen, dat u mij geven
zoudt. Eenige uren geleden moet gij toch
reeds een telegram hebben ontvangen, waarin
dit alles duidelijk stoud uitgelegd. Hebt gij
dut bericht niet ontvangen