NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND
!N DE L0UVRE.
]\o. 66.
Zaterdag 19 Augustus 1893.
Twee-ee-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
Feuilleton.
1MIRSF0
BE COURANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden 1.— Franco per post door het geheele Kijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
ADVERTENTIE Ni
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer B Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Oroote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Het vuurwerk, in den avond van
den aanstaande verjaardag van H. M. de
K»ningin te 'é;Gravenhage af te steken,
zal, naar men meldt, niet zooals gewoon
lijk in de Maliebaan te 's-Gravenbage,
maar te Scbeveningen vóór het paviljoen
van wijlen prins Frederik te bezichtigen
zjjn.
Een ontwerp van de ontginning
der heidegronden, gelegen te Wapen-
velde, toebehoorende aan de gemeente
Zwolle, (het terrein aangekocht ten be
hoeve der waterleiding) is ingevolge op
dracht van B. en W. opgemaakt door
den directeur der Nederlandsche Heide
maatschappij. Het is aan de leden van
den raad toegezonden, en zal weldra in
behandeling worden gebracht.
17 Juni jl. werd de nummerstempel
tot onbruikbaarmaking van de postzegels
op de brieven afgeschaft en daarvoor in
plaats gesteld de stempeling van de post
en frankeerzegels met tien dagteekening-
stempel.
Deze maatregel bad ten doel hetwelk
te vereenvoudigen, doch voornamelijk om
het tweemaal gebruiken van postzegels
tegen te gaan.
Moge deze verandering doel hebben
getroffen wat het eerste punt betreft,
wat het tweede aangaat wordt dit door
een der lezers van het Hdbl. zeer in
twijfel getrokken.
Hij schrijft:
«Dezer dagen weiden mi) postzegels
getoond, welke elk van twee met een
dagteekeningstempel voorziene zegels wa
ren gemaakt en wel zoo, dat men ze op
het eerste gezicht niet van de ongestem
pelde kon onderscheiden,
»'t Is natuurlijk voor den postbeambte
ondoenlijk steeds goed den stempel in
het middeu van het zegel te brengen.
Wil men evenwel het vervalschen van
postzegels tegengaan, dan bestaat er
slechts èèn middel, nl. door den dagtee
keningstempel zoo groot te maken, dat
hij niet alleen geheel het zegel, doch
zelfs ook een gedeelte van de enveloppe
beslaat. Een stempel zooals bijv. in
Amerika wordt gebezigd."
In de vorige week begaf zich de
kolonel jhr. Meijer, van het 2de regiment
huzaren, benevens de ritmeester-adjudant
Van Kuijk, de 1ste luit.-adj. Van Tien
hoven, de ritm. Römer, de le luits. jhr.
Mock en De Voogt en de 2e luits. Van
Rinkhuijzen en Maris, naar Dusseldorf,
om aan de uitnoodiging van de officieren
van het 2e leg. huzaren daar gevolg te
geven.
Te Dusseldorf aangekomen, werden zij
opgewacht door den commandant van
het reg.. Graf Von Ilzenplitz. Des avonds
had op het casino een diner plaats, hun
aangeboden door de officieren van het
garnizoen der huzaren, een feestmaal,
besloten met een bezoek aan den circus
Buch. Den volgenden morgen om zes uur
vertrok genoemde deputatie tepaaid,om
een oefening bij te wonen, waarbij even
eens de divisie- en brigade-generaals tegen
woordig waren.
Na eenige evolutiën te hebben bijge
woond, werd de oefening besloteD met
een défilé van het regiment, onder com
mando van Graf Von Ilzenplitz, voor den
kolonel jhr. Meijer. Daarna trok het geheele
regiment met de muziek aan het hoofd
door de stad, wat zeer veel nieuwsgierigen
op de been bracht. Des avonds had ter
eere der Hollandsche officieren een groot
diner plaats, door de officieren der huzaren
en uhlanen aangeboden, hetwelk opge
luisterd werd door de muziek van het
11e regiment huzaren. Aan dit diner
werd ook deelgenomen door de divisie-
en brigade-generaals hierbij werden ver
schillende toosten uitgebracht op den
keizer van Duitschland en de beide konin
ginnen der Nederlanden, welke laatste
dronk staande met een »lebe hoch" werd
aangehoord.
Na afloop van het diner ging men
onder de vroolijke tonen der muziek,
begeleid door alle officieren, naar het
station, om de terugreis naar Venlo te
aanvaarden.
Het «tot wederziens" klonk uit alle
monden en de officieren van Venlo gin
gen met den besten indruk van de goede
en kameraadschappelijke ontvangst naar
hun garnizoen terug.
Een wetsontwerp is ingediend tot
onteigening voor den bouw van een
nieuwe brug over den IJsel, bij Wester
voort, in den Staatsspoorweg, gedeelte
Arnhem Zevenaar.
Burgemeester en Wethouders van
Arnhem, hebben voorgesteld om, met
opheffing van de schipbrug over den IJsel
bij Westervoort, den grooten rijksweg
van Arnhem naar Zevenaar om te leggen
langs de nieuw te maken spoorwegbrug,
door deze ook voor gewoon verkeer in
te richten, en eindelijk om, in het belang
van de scheepvaart, in het Arnhemsche
Broek te maken een vluchthaven aan
den Rijn en deze te doen uitvoeren in
verband met den spoorweg en haar daar
mede in aansluiting te brengen. Over
deze zaak is overleg geopend met den
minister van Oorlog. Eventueel zal de
uitvoering afhankelijk zijn van de gelde
lijke bijdragen van de provincie en de
betrokken gemeenten.
In afwachting van dat onderzoek en
van dat naar de door het Gemeentebe
stuur van Arnhem voorgestelde vlucht
haven, kan met de overbrugging worden
voortgegaan. Mocht aan het verlangen
van Arnhem kunnen voldaan worden,
dan zal het werk ƒ420,000 meer kosten,
behalve hetgeen meer noodig mocht zijn
voor de verdedigingswerken te Wester
voort.
Nader meldt aan het Vad.
De grondverschuiving te Geulle blijkt
van weinig beteekenis te zijn. Het ver
keer wordt er niet door gestremd, maar
gaat geregeld door. De reizgers behoeven
zich dus volstrekt niet ongerust te maken
Ouder het personeel der voormalige
Nederl. Rijnspoorwegmaatschappij, dat
geen afstand deed van de rechten, bedoeld
in art. (j der overeenkomst met den Staat,
doet zich thans, volgens De Post, het
geval voor, dat een hunner, de station
chef te Duiven, weigert een hem door
de directie der Exploitatie-Maatschappij
aangewezen nieuwe standplaats te volgen.
Dooi genoemde directie is dientenge
volge rechtskundig advies gevraagd,
waaruit zal moeten blijken, of bedoelde
ambtenaar al dan niet het recht aan zijn
zijde heeft, en bij het hein indertijd door
de directie der N. R. S. M. aangewezen
slation niet behoeft te verlaten, of wel
dat hem een standplaats moet worden
aangewezen, gelegen uan een der lijnen
van de N. R. S. M.
Men schrijft uit 's-Gravenhage aan
De Telegraaf
«De Israëlieten vertoefden veertig jaren
in de woestijn, voordat zij in het beloofde
laud konden komen. Wij hebben veertig
redenaars in de Kamer moeten aanhooren
te midden van een tropische temperatuur,
en wij zijn nog niet zeker van in het
beloofde land te komen. Boven den ingang
van de vergaderzaal zou men kunnen
schrijven, wat ongeveer Boisaparte bij de
pyramiden tol zijn soldaten zeide: «Hier
zien veertig redenaars op u neder."
Sommigen van hen spraken zelfs twee
maal, en indien het van den voorzitter
der Kamer liadde afgehangen, zouden de
algerneene beraadslagingen nog niet teu
einde zijn. De oppositie heeft blijkbaar
het debat als kokinje willen uitrekken,
in de hoop, dat de verschillende bezwa
ren tot ééne krachtige resultante tegen
de wet zouden zijn samen te brengen.
Maar ziet, wij zijn nog even wijs, en
als die veertig onsterfelijken tegelijker
tijd gesproken hadden, «zou «la gachis"
niet grooter zijn in de rangen der oppo
sitie, dan op dit oogenblik het geval is.
Ik heb veel pai lementszittingen in mijn
leven bijgewoond, maar ik moet eerlijk
bekennen, dat ik in de Nederlandsche
Kamer nog nimmer een zoo grooten
stroom van onoprechtheid, om niet meer
te zeggen, heb zien overvloeien dan in
dit debat. Alle redenaars zijn onverander
lijk voor «een flinke uitbreiding van het
kiesrecht," maar altijd komt er een ge
moedsbezwaar achteraan, waarmede men
dit ontwerp afkeurt. De Grondwet heeft
een breeden rug, en de juristerij is ge
duldig. De taktiek, om het onderzoek
van wetsontwerpen te rekken, zal ten
slotte der oppositie geen heil aanbrengen,
want hoe langer de amendementen on
derzocht worden, hoe verder de verdeelde
meeningen uiteen zullen gaan en ook
hoe meer het blijken zal, dat een flinke
uitbreiding van het kiesrecht volstrekt
niet de hoogste wensch is van de oppo-
neerende Kamerleden.
Alles bijeen genomen komt het wets
ontwerp zeer ongedeerd uit het debat
der algerneene beraadslagingen, en heeft
de Kamer in de oogen van den toeschou
wer niet gewonnen noch in waarde noch
in waardigheid.
Een gewoon menschenkind zou denken,
dat na 54 redevoeringen het oogenblik
van stemmen niet verre moest zijn. He
laas, h'-t kan nog weken duren, eer men
tot een besluit komt, en met verbazing
moet men thans vernemen, dat wat aan
de heeren het meest belang inboezemt,
de vraag is, of A. en B. dan wel C. en
D. het meest kans hebben om ministers
te worden, als het ontwerp mocht vallen.
Het is altjjd onraadzaam, om de huid
te verdeelen, voordat men den beer ge
schoten heeft, maar in deze warmte?"
Generaal Booth zal Nederland dit
jaar nog eens bezoken, waarschjjnljjk in
het midden van October.
Bij Breukelen is de locomotief ge
derailleerd van een kolentrein naar Am
sterdam. Het hoofdspoor is onbruikbaar.
De passagiers, te 11.50 Greenwichlijd
van Rotterdam vertrokken, zijn overge
stapt in den Duitschen trein. Er is eene
vertraging geweest van een uur en twin
tig minuten. Er hebben geen persoon
lijke ongelukken plaats gehad.
De wijze, waarop te Amsterdam de
door de politie opgevangen honden wor
den gedood, heeft verontwaardiging bjj
de dierenvrienden en o. a. in het tijd
schrift Onze Honden een krachtig protest
uitgelokt. Ds. J. B. F. Hugenholz, pre
dikant te Axel, heeft met de redactie
van het genoemde tijdschrift aan dat
protest meer kracht willen bijzetten door
eene monster-petitie aan den gemeente
raad van Amsterdam, nadat eene petitie
der Sophiavereeniging tot bescherming
van dieren geen resultaat had opgeleverd.
De honden, die op straat zjjn opge
vangen, worden, zooals men in Onze
Honden kan lezen, in kisten geperst en
zoolang onder water gehouden, totdat
zij dood zijn en daarbij geschiedt dat
met stuitende ruwheid.
De geabonneerden van het tijdschrift
hebben een briefkaart ontvangen, die zij
slechts met hun naam behoeven in te
vullen en aan ds. Hugenholz te zenden
om het monster-adres te ondersteunen.
Door het badpersoneel aan het
Scheveningsche strand is gister op liee-
terdaad betrapt een 17 jarige knaap, die
uit eene kleine badkoets een portemon-
naie had gestolen met een inhoud van f4.
Daar den vorigen dag reeds een der
gelijk geval was voorgekomen, was het
personeel op zijn hoede, tengevolge waar
van de jongen werd gesnapt. Hij zette
het op een loopen, maar werd achter
haald en in arrest genomen.
DOOK
L. H.
3) Wat had zij den jeugdigen landsman
veel te vragenZij nam hem de woorden
byna uit den mond en tranen van blijde
ontroering rolden haar over de wangen,
toen zij hoorde dat men haar in Erfurt
nog niet vergeten had; dat haar broeder
vooral veel meer naar haar verlangde
dan hij voor zijne vrouw wel weten wilde,
en dan hun drie kinderen EKbeth, Kurt
en Rosa altijd iets te zeggen hadden van
hunne lieve tante, die ver weg in Parijs
woonde.
Gedurig drong een dof geratel tot het
stil verblijf van Rosalie door. «Het hof
rijdt naar Versailles," sprak zij, en ver
volgde daarna met nieuwen ijver het ge
sprek over den slottuin van Wiehe, ter
wijl zij Kurt narcissenzaad beloofde voor
zijne moeder, die eene groote lief hebster
van bloemen was. Eensklaps sprong zij
op: «Vergeef mij, jonker, daar zit ik,
oude bakkelkous, en praat over Erfurt,
in plaats van u een dienst te doen, door
u al vast een blik te gunnen in onze
heerlijkheid. Kom, bekijk fipver den ko
ning eens, dan mij, oude vrijster; maar
drir.k eerst uw glas leeg
Zij schonk het sierlijke venetiaansche
glas nog eens boordevol met den licht-
rooden Troutignan, waarvan de Bourbons
zooveel hielden, reikte hem hel korfje met
appelen en gebak en zei toen«Kom nu,
dan kunt ge het heele hof zien ik zal
een goed plaatsje voor u opzoeken."
«Mij dunkt, Roosje," sprak de vrijheer
plagend, terwijl hij zijn glas opnam en
de zonnestralen in liet parelend vocht
liet spelen, «dal gij een voornaam per
soon hier in de Louvre zijt. Een hei tog
voerde mij tot u, en gij liadt eens moe
ten hooren met hoeveel lof hij over u
sprak 1"
«De hertog is een ridderlijk man in
den goeden zin des woords, anders zou
dat prijzen mij niet bijzonder aanstaan.
Laat ik éeti ding zeggen, jonker, alleen
diegenen deugen hier, op wie iedereen
schimpt en zoo heel braaf zijn die ook
nog niet eens."
Kurt keek haar met zijn eerlijke blauwe
oogen zöo vol verbazing aan, dat zij
hardop begon te lachen. «Ja, ja," knikte
zij, jzoo'n eenvoudige duitscher leert hier
heel wat, waarvan hij thuis nooit ge
droomd had I Parijs is gevaarlijk, dat zult
gij spoedig genoeg merken."
«En waarom blijft gij dan jaren ach
tereen in die gevaarlijke omgeving?"
vroeg Wiehe.
»Ja," gaf zij ernstig ten antwoord, «ik
zou nu wel kunnen zeggen dat alleen de
trouw aan mijne lieve meesteres mij hier
hield, maar dat zou niet de zuivere «aar
heid zijn. Ik kan niet meer heengaan;
Parijs houdt met zijne toovermacht ge
vangen; dat zult gij zelf ook weldra on
dervinden. En dan want ik wil mij
niet slechter voordoen dan.ik ben ver
geet niet dat ik nu al byna vijftien jaren
lang het spoor zoek van iemand, die het
laatst hier in Parijs gezien is; en ik blijf
mij vasthouden aan de hoop dat ik het
eindelijk ook hier zal terug vinden."
Kurt wist maar al te goed wat zij be
doelde en verliet zwijgend met haar de
karner, toen zij zich onverwachts om
keerde en riep: «Wacht, ik moet u eerst
nog iets laten zien."
Zij schoof een groen gordijn ter zijde
en nu vertoonde zich het pas voltooide
portret eener jonge dame. Het stond nog
op den schildersezel en de verf was nog
niet geheel droog. Op een vergulden inet
geel damast bekleeden stoei zat, bevallig
achterover geleund, een jonge dame, ge
kleed in een blauw zijden japon, die den
prachtigen blanken hals en de fraaie
ronde arinen vrij lint. Om den hals droeg
zij een blauw fluweelen lint met een
diamanten slot; om er het hoog verstan
dig voorhoofd kek m een paar helder-
bruirie oogen den beschouwer vriendelijk
a<n; een lok van het golvende bruine
haar hing over haar schouder. Hoewel
er fierheid sprak uit haar edele trekken,
maakte het geheel toch een onbeschrijfe
lijk lieflijken indruk; een blad muziek
lag op haar schoot en een mopsje aan
haar voeten, waarvan er een, in sierlijk
atlas geschoeid, onder het rijk geplooide
kleed uit kwam kijken.
Met eene uitdrukking van innige liefde
en vereering hingen Roosjes blikken aan
het lief gelaat; Kurt sloeg er een enkelen
blik op, en keerde zich daarna eenigszins
teleurgesteld om. M irie-Rose zag het,
een schaduw vloog over haar vriendelijk
gezicht.
«Bevalt het u niet?" vroeg zij half
verwijtend, half angstig.
«Ja wel!" hernam hij; »'t is een lief
kopje, maar
«Maar," herhaalde Roosje half toornig,
«een lief kopje? Het is het mooiste, he-
koorlijkste en beste scl epsel op de wijde
wereld I Hebt gij ooit zulke handen en
armen gezien?"
Kurt bekeek het portret nog eens nauw
keurig. «Inderdaad," zei hij, «die zijn
onberispelijk, mijn lieve Roosje; maar ik
heb van daag reeds schoonheden gezien,
waarmee dit allerliefste dametje zich niet
in de verste verte meten kanik heb
madame de Montespan en de Jonquille
ontmoet."
Met een tuk schoof Roosje het gordijn
voor het portret, en haar gelaat had
eensklaps eene sombere, droevige uit
drukking gekregen. «Dan hoefik u eigen
lijk niets meer te laten zien," sprak zjj
scherp, «of stelt ge misschien nog belang
in den koning?"
«Kom, kom, Roosje, wordt nu niet
boos!" vleide de jonge maD «is het eene
staatsmisdaad dat ik niet in verrukking
ben over de blauwe dame? Zeg mij hoe
zij heet, breng mij bij haar en ik zal
mijn best doen om op haar te verheven
als het zijn moet."
«Dat hoeft volstrekt niet," gaf zij nog
altijd onverzoend ten antwoord; «en gij
hebt met haar naam ook niets te maken."
«Nu, ik zal er mij in trachten te schik
ken," lachte Kurt, «maar laat mij nu ten
minste den koning zien, dan beloof ik u
dat ik zoo min mogelijk aan de Jonquille
zal denken; de blauwe dame zal ik zon
der uwe hulp wel weten uit te vinden!"
«Zoek maar gerust," gaf Roosje nu ook
weer vriendelijk ten antwoord; «maar
volg mjj nu, anders is de koning weg