NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTKECHT EN GELDERLAND.
Het HerkeRRingsteeken,
fto. 93.
Woensdag 22 November 1893.
Twee-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
BINNENLAND.
F euilleton.
001TSCIE COURANT.
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER, Amersfoort.
ADVERTENTIE NI
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Yeiliglieid by den arbeid.
De vorige week vestigden wij uwe
aandacht op de vereeniging ©De Stuers,"
die kunstledematen verschaft aan behoef
tige veiminkten, en wij zeiden het te
betieuren, dat die nuttige vereeniging
nog te weinig steun ondervindt, om aan
alle aanvragen te kunnen vuldoen.
Wij hebben bet gezien, een groot aan
tal personen worden door die vereeniging
geholpen; maar een nog grooter aantal
moet van die hulp verstoken blijven.
Maar is dat aantal dan zoo groot? Ge
beuren er dan nog zooveel ongelukken
in de nijverheid? Ja, er gebeuren nog
meer ongelukken, dan wij zoo zouden
vermoeden, en toch, wjj kunnen het wel
eenigszius nagaan want worden ze niet
bijna dagelijks in de couranten vermeld?
En dat nog ondanks de vele voorzorgs
maatregelen waarvan wy op de Veilig
heids-tentoonstelling in Amsterdam een
paar jaar geleden zoovele hebben kun
nen zien. Ja, onvoorzichtigheid is veelal
de oorzaak, en op voorzichtigheid dient
dan ook altijd weer te worden aange
drongen, maar ook voor den voorzichtig
ste blijft de nijverheid gevaar opleveren,
en waar ongelukken dan niet altijd kun
nen worden voorkomen, kunnen we ten
minste zooveel mogelijk de gevolgen ver
zachten. Temeer is dat noodig, daar zij,
die er door getroffen worden, in de
meeste gevallen tot te minder gegoede
standen zullen behooren.
Onlangs maakte de heer Westerouen
van Meeleren in een ingezonden stukje
aan het Handelsblad een berekening van
de ongelukken bij de Nijverheid. Volle
dige stalen van de bij ons in werkplaat
sen en fabrieken voorkomende ongeluk
ken beslaan er niet, omdat de aangifte
van ongelukken, die hebben plaats ge
had, nog zeer onvolledig geschiedt, en
men alleen die weet, welke volgens ar
tikel zooi eel van de ai beidswet worden
aangegeven. Daar er dus geen betrouw
bare gegevens zijn, maakt de heer W.
zijne berekening door de in hei buiten
land verkregen resultaten op Nederland-
sche toestanden toe te passen. Door ver
gelijking met de statistieken van Oosten
rijk, Duitschland, Frankrijk en Italië
vond hij, dat van het millioen werklieden
in Nederland jaarlijks overlijden tenge
volge van ongelukken 750, dat is bijna
één twee-en-twintigste van het geheele
sterfte-cijfer. In zuke de verwondingen
door ongelukken vond hij, dat getroffen
worden: door eene blijvende, vooitdu-
rende invaliditeit, 000; door eene blij
vende, gedeeltelijke invaliditeit, 1800;
door eene tijdelijke invaliditeit, van lan
ger dan 13 weken, 700; dus door ernstige
ongelukken 3100. Voorts door ongelukken,
die een verhindering tot werken van
minder dan 13 weken veroorzaken, 14100.
Dus tezamen 17200. Men komt zoo tot
een totaal van 17,950 ongelukken per
jaar. Reduceert men het cijfer 17200
door eene berekening (bij benadering)
tot een aantal werklieden, dat daardoor
gedurende een vol jaar werkloos is, dan
komt men lot een getal van onge
veer 5000.
Dus tengevolge van ongelukken ster
ven op een jaar 750 wetklieden, en zijn
nog een 5000 andere gedurende het jaar
zonder werk.
Deze cijfers zijn nu wel by benadering
berekend, maar ze zijn in ieder geval
niet zooveel te groot genomen. Dus het
kwaad, veroorzaakt door ongelukken bij
de nijverheid is inderdaad van geen
kleinen omvang.
Is hel goed die ongelukken in hunne
gevolgen to verzachten en te herstellen,
nog beter is het te trachten ze geheel
te voorkomen.
In 1889 hebben wij een arbeidswet
gekregen, die vrouwelijke en nietvolwas-
sen mannelijke arbeiders in bescherming
neemt tegen gevaren, vooral van over-
matigen arbeider bleef echter nog
meer te doen over. Wel hebben vele pa
troons reeds misstanden weggenomen en
zoig gedragen voor de veiligheid en het
lichamelijk welzijn van hunne onderge
schikten maar er zijn ook nog geooeg
patroons, die niet eer tot het aanbren
gen van verbeteringen overgaan, of de
wetgever moet tusschenbeide komen en
hen er toe noodzaken. De arbeids-enquète
heeft in vele zaken licht verspreid en
een harer resultaten is nu een wetsont
werp, dat bij de Tweede Kamer is inge
diend, ©houdende bepalingen tot beveili
ging van personen, die in fabrieken of
werkplaatsen arbeid verrichten, tegen
ziekte en ongevallen." Dit wetsontwerp,
een vervolg en uitbreiding van de arbeids
wet van 1889, heeft alleen betrekking
op fabrieken en werkplaatsen, waaronder
de wet verstaat al die ruimten, waar
minstens twintig personen werken of
minstens zes personen met het gebruik
vafi werktuigen, die door een of andere
kracht in beweging worden gebracht.
In die fabrieken en werkplaatsen moet
volgens te stellen voorwaarden een vol
doende hoeveelheid lucht zijn en moet
gezorgd worden voor zuiverheid van lucht,
zindelijkheid, voor het voorkomen van
ongelukken bij brand, en voor voldoende
verlichting,
Onder gevaarlijken arbeid verstaat het
wetsontwerp dien arbeid, waarbij werk
tuigen, drijfwerken of gereedschappen
worden gebezigd, die gevaar zouden
kunnen veroorzaken; waarbij schadelijke
dampen, gassen of stof worden ontwik
keld; waarbij gevaar bestaat van vallen
of van kwetsing door vallende voorwer
pen, kokende vloeistoffen, gloeiende of
gesmolten metalen, of door ontploffing
van stoffen; ten laatste den arbeid bij
toestellen, die gevaar van ontploffing op
leveren. Verschillende bepalingen zijn er
nog aan toegevoegd betreffende de uit
voering van de wet, waarbij op billijke
wijze rekening gehouden wordt met de
reeks bestaande fabrieken, welke na
tuurlijk niet alle in staat zijn om op stel
en sprong de voorgeschreven verbeterin
gen in te voeren. Daarom is voorgesteld,
dat de wet in de eerste twee jaar zou
gelden alleen voor die werkplaatsen en
fabrieken, die zes maanden na de afkon
diging begonnen zijn te werken, terwyl
aan de voor dien tijd bestaand# fabrie
ken een langeren termijn zal worden toe
gestaan, en ook voor bepaalde tijden
vrijstellingen konden worden gegeven.
Het toezicht op de naleving van deze
wet zal waarschijnlijk opgedragen wor
den aan dezelfde ambtenaren, die reeds
het toezicht hebben bij de wet op den
arbeid van 1889. Het is der. echter te
wenschen, dat deze wet beter worde
nageleefd dun die van 1889; want de
gevallen zyn niet zeldzaam, dat men
haar weet te ontduiken of op een of
andere wijze aan het wakend oog der
inspecteurs weet te ontsnappen. Het
wetsontwerp, dat reeds veel belooft te
doen voor het belang van den weikman,
strekt zich alleen uit over de werkzaam
heid io fabrieken en werkplaatsen, en
niet uver die daar buiten geschieden;
dus nog vele beroepen vallen niet onder
deze wet. Een ander goed ding, wat
ineer en meer in gebruik komt, is de
verzekering tegen ongelukken, waardoor
de werkman, als hem iets overkomt, ten
minste vooreerst geborgen is en waar
door tyn gezin geholpen is. Daarom zyn
nevens de ziekenfondsen ook de onderlinge
verzekeringen tegen ongelukken aan te
raden, en het zou de plicht zyn van alle
patroons om daartoe mee te werken.
Bij de aanbesteding van het bouwen
van eenige huisjes voor het gesticht de
Poth, die onlangs plaats had, was ook
o a. in het bestek opgenomen, dat de
werklieden tegen ongelukken moesten
verzekerd worden. Die maatregel wordt
meer gewoon, maar hy moest regel zyn
bij iedere aanbesteding. Als het kan
moeten ongelukken voorkomen worden,
maar als ze gebeuren moeten ze worden
verholpen.
De afgetreden goüverneur-gen. van
Nederl.-Indië, de heer Pynacker Hordijk,
wordt binnen weinige dagen in het
vaderland terug verwacht.
Alvorens in den Haag aan te komen,
zal hij eerst nog eenige dagen in Brussel
vertoeven.
Het is thans een feit, dat de
hoogere krijgsschool te ,s-Gravenhage zal
gevestigd blijven, daar bij den gemeen
teraad van Breda eene missive van den
minister van oorlog is ingekomen, waarby
van dat voornemen wordt kennis gegeven.
Met den ziekte-toestand van mr.
Keuchenius gaat 't niet vooruit. De pa
tient verzwakt en is zeer lijdende.
Ook de Haagsche predikant Heinecken,
is ernstig lijdende aan keelaandoening.
Door den Minister van Oorlog is
bepaald, dat voortaan de nieuwbenoemde
luitenants, zoodra hunne benoeming in de
Staatscourant is opgenomen, met verlof
kuonen vertrekken tot zy in functie wor
den gesteld en zich dan ook in officiers
uniform kunnen kleeden.
Men meldt uit oud-Beierland aan de N.
R. Cf.
Ten bewijze hoe overbevolkt de krank
zinnigen-gestichten zijn, kan dienen, dat
oen ingezetene dezer gemeente, wiens
toestand zoo ernstig is, dat hy in een
dwangbuis gestoken moest worden, in
zyn huis verpleegd wordt, omdat in geen
enkel geslicht plaatsing te verkrygen is.
Het bestuur van den Nederland-
schen Schaatsenrijdersbond heeft op ver
zoek van de IJsclub ©Zwolle" besloten,
den internationalen wedstryd van beroeps-
rijders om het wereldkampioenschap
dezen winter aldaar te doen plaatshebben.
De commissie te Amsterdam, be
noemd tot het geven van advies omtrent
de vraag of het raogelyk is, maatregelen
te nemen om de werkeloosheid te ver
minderen, heeft onder meer aanbevolen
tot de Burgery eene uitnoodiging te
richten, om bij het doen van bestellingen
en het opdragen van werkzaamheden
zooveel mogelyk mede te werken tot eene
betere verdeeliog der werkzaamheden
over het geheele jaar.
Dit zou kunnen geschieden door bijv.
het smidswerk niet by voorkeur in Sep
tember en October, het behangers- en
stoffeerderswerk niet bij voorkeur in
April en Mei, het timmer-, metsel- en
schilderwerk niet bij voorkeur in de
zomermaanden, het kleermakerswerk niet
by voorkeur in den aanvang van het
zomer- en winterseizoen (van Maart tot
Juni en van September tot November)
te doen verrichten.
Hoewel Burg. en Wethouders van
ooordeel zyn, dat de werkloosheid in de
wintermaanden voor een belangryk deel
het gevolg is van de alsdan heerschende
weèrgesteldheid en dat ook afgezien
hiervan het opvolgen van de bedoelde
uitnoodiging door verschillende omstan
digheden vaak zeer moeielyk zal zyn,
vereenigen zy zich toch met het ge
voelen van de genoemde Comraizsie. Zy
richten derhalve het verzoek tot de in
gezetenen in boven omschreven richting
zooveel doenlyk werkzaam te zyn.
De voorgenomen reis van het A
capella-koor onder leiding van den heer
Dan. de Lange naar Weenen en Budapest
zal dezen winter niet plaats hebben, uit
hoofde van afwezigheid van den heer
Messchaert. Intusschen zal het koor, op
uitnoodiging van den heer Lamoureuz,
zich vermoedelijk nog vóór het vertrek
VAN
A. GODIN.
13) Na een bang kalf uur kwam een bode,
die Schaumberg naar een ernstige zieke
te Ambtstein riep nu mocht de jonge
vrouw aantikken, nu moest hij door hare
kamer komen, en kon zij misschien in
zijn trekken lezen, of hij ook vernomen
kon hebben wat zy vreesdel Na eenige
oogenblikken verscheen Otto; hij zag er
vreeselijk verstoord uit en doorliep haas
tig de kamer, zonder naar Elizabeth te
zien. Toen hij zich bij het weggaan in
de deur omkeerde, zag hij haar anstigen
blik op zich gevestigd en knikte haar
toe. Zij snelde op hem toe, vatte zijne
hand en vraagde op smeekenden toon
©Wat deert u?"
•Niets," zeide Otto kort, terwyl hij
zich zacht van haar losmaakte. ©Eene
onaangename bezigheid. Wacht met het
eten niet op mij, ik zal eerst tegen den
avond terug zijn."
Vluchtig streek hij met de hand over
beur haar, eene liefkozing, die hem eigen
was; Elizabeth vatte zijne naar beneden
gaande hand en kuste die. Haar hart
klopte iets rustiger, zijn blik was ernstig
geweest, maar er lag geen toorn in.
Hoe zwaar drukten evenwel de uren *an
dezen dag nog op de eenzame!
Het was reeds donker toen Schaum
berg te huis kwam. Elizabeth, die aan
het venster naar hem uitgezien had,
had hem eerst niet herkend, zoo zwaar
en vermoeid was zijn anders zoo vluggen
tred, zoo diep gebogen zijn hoofd. Op-
oieuw kwam vermoeden van ongeluk in
haar hart. Stil ging zij hem tegemoet,
nam hem den hoed uit de hand en keek
in zyn bleek gelaat, zijn diep ingezonken
oogen. Hij stelde haar gerust en ver
liet de woonkamer niet; zonder gedruisch
stak zij de lamp aan, liet de gordijnen
vallen en rangschikte alles voor zijn gemak.
Hy wisselde slechts eenige woorden met
haar, nam evenwel zijne gewone plaats
in de sofa in. Elizabeth nam haar bor
duurwerk, van tijd tot tijd richtte zij
angstig eene onbeduidende vraag tot hem,
die hem Doodzaakte op te zien of te
antwoorden, doch hem niet aan zijn
gedachten onttrok. Eindelijk zeide hij
met een gebaar, als moest hij iets van
zich afschudden: ©Wilt gij niet lezen,
Elizabeth
Zij nam zwijgend het boek ter hand
en begontusschen iederen zio sloeg
zij evenwel haar oog angstig tot^Otto
op. Hij scheen haar niet te hooren
en keek onafgebroken voor zich neer.
Hare stem weid steeds meer bevende,
steeds onzekerder, totdat ze eindelijk de
verstrikkende beklemming niet langer
droeg, het boek van zich wierp en, naast
hem op de -knieën neerzakkend, met
tranen in de oogen riep: Otto, is u iets
moeielyks overkomen?"
©Ja," zeide hy, ©mij is veel overkomen
Zich in een roenschenziel bedrogen te
zien, die men bemint, is hard
©Hoor mij aan, voor gij oordeelt!" riep
de jonge vrouw hartstochtelijk, ©hoor
eerst, wat mij tot die daad geleid heeft,
die mij reeds duizendmaal berouwd heeft."
©U?" zeide Schaumberg met onuit
sprekelijke verbazing. ©Wie dacht aan
ui Van welke daad spreekt gy, wat
hebt gij te berouwen? Is de beker nog
niet vol genoeg?" riep hij op hevigen
toon uit, terwijl hij opsprong, ©wachter
nog meer op mij?"
Elizabeth stond bewegingloos daar,
haar boezem hijgde. ©Ja, Otto," zeide
zij dof, ©ik heb iets te bei ouwen I Niets
wat gij mij tot een verwijt kunt maken,
en toch iets, dat mij in uw oogen lager
zou kunnen plaatsen. Wilt gij het we
ten, zoo zeg ik het u thans, in dit oogen-
blik hebt gy echter vertrouwen ge
noeg om mij te verschoonen, laat my
dan myn geheim behouden, totdat ik
zelf moed genoeg bezit het u te open
baren 1"
Otto zag haar zwijgend aan. ©Ik heb
menigmaal gevoeld," zeide hij na eenige
oogenblikken ernstig, ©dat gij mij iets
verbergt, ik heb het niet durven geloo-
ven nauwelijks negentien jaren en
toch reeds een verleden I Maar wees
bedaard, ik verlang, ik wensch geen ver
trouwen, dat slechts een toeval u om
wrongen heeft zwijg of spreek, al
naarmate gij er zelf behoefte aan hebt."
©Ik zou u alles zeggen." riep zij treu
rig, ©wanneer uwe ziel vrij en rustig
was, evenals anders I Heden, nu u iets
zwaars, onaangenaams drukt, kan ik het
nietl Wanneer gij mij niet berispt,
wanneer gij mij lief hebt, laat mij dan
nu aan niets anders denken, dan uw
zorgen te deelen I Ik ben uwe Elizabeth,
ik heb er recht op, mijn aandeel in uw
kommer te eischen 1 De angst over u
doet mij stikken Otto, wat is u over
komen?"
©Het is meer dan genoeg," hernam hij
terwijl hij uitgeput op zijne zitplaats neer
zonk, ©om nog iels anders te willen hoo
ren; ik zal het u zeggen. Wat gij ver
langt te weten is ernst myn goeden
naam hangt er van af, den naam, dien gy
sedert drie maanden draagt."
Elizabeth legde haar gevouwen handen
op zijn schouders en zag hem angstig
aan; zijn bleek gelaat teekende eene uit
drukking, die haar deed sidderen.
©Ik heb u dikwyls van myne kindsheid
van mijn vader verteld," begon Otto, ©ik
heb u niet verzwegen, dat hy voor de
zynen niet dat was, wat hij zijn moest, dat
eene onzalige neiging lot genot hem van sy ne
bescheiden? huiselijken kring vervreem
de. Evenwel heb ik hein zeer lief gehad,
ea de herinnering aan zijn zwakheden
waren minder sterk in my, dan die aan
zijne beminnenswaardigheid. Zyn aan
denken was my dierbaar I Daarmee is
het, sedert heden uit myn vader
mijn vader was een eerlooze I"
Otto bedekte het gelaat met beide han
den, zyn lichaam beefde van opgewonden
heid. Weldra echter kwam hij weer by
en vervolgde met gedwongen kalmte: Ik
ontving dezen morgen een brief van den
burgemeester in berg. Hij schrijft ray
dat by eene inspectie der boeken van
het belastiDgkantoor aldaar, een kassa
defect is ontdekt eo de nadere onderzoe
kingen hebben er toe geleid, dat ditsich
laat terug rekenen tot op den tijd waar
op mijn vader de kas beheerde. Reeds
de beambte, die na myns vaders dood