NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND
bel
No. 94.
Zaterdag 24 November 1894.
Drie-en-twintigste jaargang.
Volksbond tepn drankmisbruik.
BINNENLAND.
F euilleton.
AMERSFOO
QODB&NT.
VOOR
abonnementsprijs:
Eer S maanden 1.Franco per post door het geheele Eijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. .T. SLOTHOUWER, Amersfoort
advertentien:
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentien viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Menigeen zal gisteravond gewenscht
hebben drie lichamen tot zijn be
schikking te hebben, want nu was
hij voor de moeilijkste keus geplaatst
hoe den avond door het brengen,
daar drie aantrekkingspunten hem
aanlokten: in Amicitia vergadering
van het Departement der maatschappij
»Tot Nut van 't Algemeen, in de
Keizerskroon het Tyroler concert, in
de Remonstrantsche kerk de lezing van
Mr. H. Goeman Borgesins. Het zou niet
kwaad zijn als er voor gezorgd werd,
dat dergelijke zaken niet op één
avond samenvallen, omdat dan in
een kleine stad als de onze het een
aan het ander te veel afbreuk doet.
Wij waren niet in de gelegenheid
de lezing te hooren van den voorzit
ter van den volksbond tegen drank
misbruik, maar omdat wij overtuigd
zijn van het groote nut van die be
doelde vereeniging willen wij, aan
de hand van haar jaarverslag, onze
lezers op het nuttige doel van dien
Volksbond wijzen, in de hoop, dat
nog zeervelen zich onverwijld als lid
zullen inschrijven van de afdeeling
Amersfoort.
Bovengenoemde bond is eene ver
eeniging die zich ten doel stelt steeds
grooter terrein aan den drankduivel
te betwisten, de publieke opinie te
bewerken, de drinkgewoonten te be
strijden en vooral de voorwaarden,
de maatschappelijke omstandigheden,
die aan het drankmisbruik telkens
nieuw voedsel verschaffen, zooveel
mogelijk te verbeteren. Dit is zeker
een groot veld van werkzaamheid,
want er zijn honderde oorzaken in
dienst van den vijand dien men
bestrijdt en tegen die oorzaken den
strijd te richten is men bij voorduring
verplicht. De Volksbond voert naar
zijn vermogen dien strijd naar alle
kantendoor volkshuizen en volks
leeszalen op te richten waar Bacchus
wordt buitengeslotendoor het ge
bruik van minerale wateren, lichte
bieren enz. te bevorderen, door op
de noodzakelijkheid te wijzen, dat
overal zuiver en gezond drinkwater
wordt verkrijgbaar gestelddoor
bevordering van handenarbeid en
handwerken teneinde de verveling uit
het huisgezin te verbannendoor
met woord en geschrift mee te wer
ken om het besef van de nadeelen
van het drankmisbruik onder alle
volkskringen te doen doordringen
door te trachten het volksonderwijs
ook voor de bestrijding van het groote
kwaad dienstbaar te makendoor de
spaarzaamheid te bevorderen en te
vens met allerlei middelen het deel
van het volksinkomen, dat aan
Bacchus wordt geofferd, allengs te
verminderendoor voortdurend werk
zaam te zijn in de richting om de
vermeerdering van het aantal plaatsen
van verleiding tegen te houdenen
eindelijk door alle krachten in te
spannen om aan de lagere klassen
een betere huisvesting, een gezonder
en vriendelijker tehuis te bezorgen.
Gij ziet, het veld van werkzaamheid
is zeer uitgebreid, en dat is niet te
verwonderen, want het drankmisbruik
hangt nauw samen met de zoo gecom
pliceerde maatschappelijke toestan
den, en daarin verbetering te willen
brengen is een reuzenwerk. Ook de
volksvoeding is een onderwerp, dat
de aandacht verdient, want het is
ook al een feit, dat er nauw verband
bestaat tusschen drankmisbruik en
de voeding. Evenzeer als het waar
is, dat menig werkman geen kroeg-
looper zou worden indien hij, in plaats
van zich met een vuile, ongezonde
krot te moeten behelpen, na volbrachte
dagtaak in een ruime, flinke, zinde
lijke woning kon uitrusten, evenzeer
in het waar, dat het voor menig
gezin een redding zou zijn als er een
vrouw was, die de kunst verstond om
voor weinig stuivers nog iets anders
gereed te maken dan waterachtige
aardappelen met pap helaas nog
het hoofdvoedsel der lagere klassen
een vrouw, die geleerd had zonder
groote uitgaven den disch te kruiden
en te varieeren, en toch te zorgen,
dat vader en kinderen voedingsstof
fen krijgen, voldoende om het lichaam
in stand te houden en de levenskracht
te versterken. Veel goeds kan de
Volksbond nog tot stand brengen,
maar dan moet het aantal medestrij
ders grooter geworden. En mogen
ook vele Amersfoorters in degelederen
plaats nemen, want in Amersfoort
is er nog zeer veel te doen, is nog
een groot terrein in de macht van
den vijand.
De volksbond telt ruim 2700 leden
waarvan hier in Amersfoort ruim
honderd. Dit getal mag betrekke
lijk groot schijnen, maar het is
slechts een zeer klein legertje als
men let op den machtigen vijand,
met wien het den strijd heeft aan
gebonden. Men heef' berekend, dat
hier te lande jaarlijks voor 80 mil-
lioen gulden aan sterken drank wordt
opgedronken, d. i. iedere seconde
voor één rijksdaalder. Voor dit be
drag zou men vijf honderd duizend
huisgezinnen van het noodige huis
raad en de noodige kleeding kunnen
voorzien en bovendien nog beter
kunnen voeden. Ja, wij mogen wel
met Laurillard zeggen»Als Neder
lander gevoel ik schaamte, veront
waardiging en droefheid er over,
dat mijn volk jaarlijks een plas jene
ver inzwelgt, waartoe een hoeveel
heid graan misbruikt is, die voor
vele millioenen ponden brood zou
voldoende geweest zijn en dat mijn
volk, zoo gereed om over slechte
tijden en verdienste te klagen, in
één jaar tijd zoo vele millioenen aan
jenever besteedt! dat wil zeggen,
aan de Satanische macht, die den
geest benevelt, het hart ontadelt, de
gezondheid verwoest, het huisgezin
ontbindt, de misdaad teelt."
Het lidmaatschap van den volks
bond legt niemand de verplichting
op, om zelf de alcoholische dranken
te laten staan, verbiedt niet het ma
tig drinken en schenken. De con
tributie is zeer laag gesteld, opdat
juist de werkman er zich bij aan kan
sluiten en opdat de bond in waar
heid een volksbond kan zijn. Vooral
de werkman kan door zijn voorbeeld
goeden invloed uitoefenen op zijns
gelijken, en dezen zullen opgewekt
worden tot navolging als zij zien,
dat zijn matigheid hem welvaart en
geluk bezorgt.
Behalve »de Volksbond" voeren
nog enkele vereenigingen eenzelfden
strijd.
Welk beginsel de voorkeur ver
dient, matig gebruik of geheel ont
houding, willen wij hier onbesproken
laten; al kunnen wij die vereenigin
gen niet onverdeeld onze sympathie
schenken, zij verdienen onze waar
deering en onzen eerbied.
De Ned. Vereeniging tot afschaöing
van sterken drank in de oudste in
ons land. Haar grondslag in zuiver
maatschappelijk, zonder zich in de
eerste plaats met de slachtoffers van
den drank in te laten. Op verschillende
wijzen tracht zij misbruik tegen te
gaanhare leden verplichten zich
tot onthouding van sterke dranken,
waardoor zij radikaler optreedt dan
de Volksbond. Met den volksbond
dringt zij er bij de regeering op aan,
om een betere regeling in de drank
kwestie te krijgen.
Een derde vereeniging is »de Natio
nale Christen-Geheelonthouders-ver
eeniging; hare leden onthouden zich
van alle sterke dranken. In 1893 is
ook zoo'n vereeniging van vrouwen
opgericht en eveneens een onderwij-
zers-propagandaclub voor drank bestrij
ding en geheel-onthouding. Er zijn
ook onder de studenten geheel-ont
houders-vereen., die onlangs zich tot
ééne nationale hebben vereenigd. Dan
vindt men nog onthouders onder
verschillende corporaties, als bv. het
Leger des Heils en de sociaal-democrat
bond, waarin de wenschelijkheid der
onthouding wordt uitgesproken.
Er wordt dus in ons land al zeer
veel gedaan tot bestrijding van het
groote kwaad in onze maatschappij.
Er is daarom hoop, dat door een
drachtige samenwerking veel goeds
zal worden tot stand gebracht.
Maar samenwerking van zeer velen
is gewenscht, is noodig; daarom
richten wij tot onze lezers en vooral
tot hen, die tot den werkmanstand
behooren, het dringend verzoek: sluit
u aan en wordt allen leden van den
Volksbond tegen drankmisbruik!
llnlde aan ome Lombok-
etrydcrs.
Door verschillende ingezetenen van
Amsterdam werd een telegram aan gene
raal Vetter gezonden van den volgenden
inhoud
Aan generaal Vetter en zijne dapperen,
hulde!
Naar aanleiding van de overwinning
op Lombok heeft het Leidsch Studenten-
korps een telegram van gelukwensch
gezonden aan H.M. de Koningin-regentes,
hetwelk beantwoord is met een dankbe
tuiging.
T.
Eergisteren werden reeds de volgende
telegrammen naar Indië gezonden.
Legerkommandant, Batavia.
Koninklijke Militaire Academie biedt
hartelijk gelukwenschen en bewondering
aan dappere Indische troepen, bijzonder
Lombok.
Gouverneur,
Van Pescb.
Generaal Vetter, Lombok.
Hulde aan U en Uwe dapperen.
Namens Nijmeegsche oud-Indische offii-
cieren.
Caspersz.
Dit laatste telegram is van den oud
majoor iler genie in lndië, den heer
K. F. Caspersz te Nijmegen, die de oud-
Indische officieren aldaar uitnoodigt,
UIT HET FRANSCB.
16) Andere keeren zag men tusschen twee
overhellende boomen of rotsen afgronden
verrijzen van schrikwekkende diepte of
bergmassa's van verbazende hoogte.
De voorzichtige Conomero kwam slechts
met moeite vooruit, en ofschoon het
trreeselijk heet was, klapperden zjjo tan
den als vroor het steendik. By eiken
twijfel, welken weg te volgen, was Mer
cedes verplicht stil te staan cm eenige
inlichtingen te roepen.
Dan boorde zij de fL,j{We stem van
Cocomero hijgend Z6ï?
«Rechts om I"
Of wel. t jr'
«Linke om!"
De vrees Vi deo armen duivel werd
zoo sterk, hjj verklaarde den weg
niet meerweten en geen stap meer
te zul/en^/aoen. Mercedes verbeelde zich
hem te kunnen dwingen zijn weg
rvolgen door hem een flink pak
bij zijne terugkomst te beloven,
deze bedreiging had geene uitwer-
g en wekte den moed van den onge-
te
lukkigen gids niet in het minst op. Mer
cedes was genoodzaakt hem tien piasteis
te beloven als hij haar tot aan de eerste
post der vrijbenden geleidde,
Cocomero hield van piasters. De geld
zucht deed wat de vrees voor zweepsla
gen niet had kunnen doen. De gids stemde
er knorrig in toe haar tot eene plaats
te brengen van waar het haar gemakkelijk
zou vallen alleen de voorposten te bereiken.
Men ging weder op weg. Mercedes was
er verre van, de vrees van haar gids le
deelen, ofschoon zij niet geheel gerust
was over de gevolgen van haar tocht.
Het was de eerste keer niet dat zij in
deze vreeselijke bergen doordrong. Zij
was er reeds veertien jaar vroeger geweest
om aan Andrea de dochter van de graaf
Ercole terug te vragen. Zij had hem
schatten geboden Andrea, die de wanhoop
van zijn vijand afmat naai de grootte
zijner aanbiedingen, had zich niet laten
vermurwen. Toen had Mercedes, evenals
de Parth, die al vluchtende vermoordt,
in het hart van Andrea eene dwaling
laten bestaan, eene dwaling, die de Iron
van vele tranen moest worden. Over de
beide wiegjes heengebogen, had zij de
dochter van Lucrezia Mammone gelief
koosd en alzoo Andrea doen gelooven dal
dit kind, dat men Alma noemde, de
wettige dochter van den graaf van Spoleto
was.
Dit was bovendien zoo met Ercole
afgesproken, die zijne dochter hartstoch
telijk beminde. Ercole had gezegd
«Als hij ze mij niet wil terug geven,
dat zij dan ten minste gelukkig zjj en
de beste plaats in het huis mijns vijands
inneme."
Deze berekening moest volkomen sla
gen. De dwaling kwam tot stand.
De jaren verliepen zonder dat iets
deze dwaling uit den weg ruimdeRegina
werd opgevoed als de nicht van Andrea
terwijl Alma, wier plaats zij innam, voor
de dochter van zijn vijand doorging en
het slechts aan haar engelachtig karakter
te danken had, dat Andrea te barer op
zichte zulk eene onzijdigheid in acht nam.
Op den duur had de bekoorlijke en
bevallige goedheid van het schoone jonge
meisje een grooter en grooter wordenden
indruk op Andrea gemaakt, die weldra
even veel van haar hield als van de
schitterende Regina, die hij -de dochter
zijner zuster waande.
Mercedes kende, zooals wij gezegd
hebben, de bergen reeds, maar Cocomero
kende ze ook en wist dal zij vol gevaren
voor de boeren waren. Verscheidene
mannen van zijn dorp, die zich in de
AppenijDen gewaagd haddeo, waren ver
dwenen en hadden hun vrouwen nooit
iets meer van hen gehoord. Omdat zij
niet terug waren gekomen, beschouwde
men ze voor dood, zonder te kunnen
uitmaken wie ze gedood hadden, de
struikroovers of de wolven.
Cocomero gevoelde niet de minste
roeping voor dit ellendig lot.
Hij reed zoo ver mogelijk achter Merce
des en wierp van tijd tol tijd treurige blik
ken naar de stille vlakte, door geen beesten
en landbouwers bevolkt. Maar de vlakte
verdween weldra geheel. Men was te
midden van diepe kloven. Overal vertoonde
de akelige eenzaamheid hare wilde pracht.
Men zag niets meer dan opeen gestapelde
rotsblokken, donkere en diepe afgronden,
hooge pijnboomen, steenen, omgeworpen
boomstammen, beeker. en struikgewas.
Roofvogels vlogen nu en dan van de eene
rots naar de andere en lieten in de stilte
der woestijn, hun rauwe kreten hooren,
gelijkende op het huilen van den wolf
en het mauwen der wilde kat.
De muilezel en de ezel schenen ook
slechts tegen hun zin vooruit te gaan
de ezel vooral deed een treurig gebalk
hooren, door de echo der bergen op spot-
tenden toon herhaald, en die de wolven
in de zwarte pijnboombosschen de ooren
moesten doen spitsen.
Men bereikte eindelijk den top eeDer
kleine verhevenheid, waar Cocomero
eenvoudig ophield, en verklaarde geen
stap verder te zullen doen, zelfs al gaf
Mercedes hem goud genoeg om het ge
heele graafschap te koopen. Daarop
raadde hij Mercedes hare ziel aan God
te bevelen en maar al recht uit te gaan
waarop hij haar goede reis wenschte en
den ezel keerde, zijo grauwtje vreeselijk
met de hielen aanzettende.
Het dier nam den galop, maar
hij had nog geen tien stappen gedaan,
of zes geweerloopen, die als zilver
in de zon schitterden, daalden hori
zontaal van eene rots neder, die den
weg bestreek en richtten zich alle met
wonderlijk juistheid op de borst van den
boei
De ezel stond dadelijk stil, en de
ongelukkige Cocomero bleef met open
mond en uitgestrekte armen, even
onbeweeglijk op zijn ezel als de vrouw
van Loth, toeD zij in eene zoutzuil ver
anderde.
Werkelijk riep hij de hulp in vao zijn
heiligen patroon Francesco.
Eindelijk kreeg hjj de spraak terug en
riep hij uit met saamgevouwen handen,
terwijl hij zelfs trachtte op zijn ezel te
knielen.
«Genademijne heeren struikroo
vers 1"
De mannen stonden op. Zjj waren