NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
UTRECHT EN GELDERLAND
OfMeele Publicatie.
Gemengd Nieuws.
BANJAERT.
No. 71.
Woensdag h September 1H*?5
Vi^r-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG
F euilleton.
AMEBSFOO
cams is
YOOB
abonnementsprijs:
Per 3 uiARTiden f 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. .1. SLOTHOUWER. Amersfoort.
advertentien:
Van 16 regels f 0,40 iedere regel meer B Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort,
Gelet op art. 18 der wel van den 4.
December 1872 (Staatsblad no. 134.).
Brengen ter algenieene kennis dst
gedurende het jaar 1895 alsnog voor een
ieder de gelegegheid tot kostelooze
inenting wordt gegeven op Maandag,
den 16en September en Maandag, den
16en December telkens des namiddags
ten drie ure, in de daartoe bestemde
localiteit gelegen aan de Breedeslraat
wijk F. no. 133.
Amersfoort, 3 September 1895.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
Een edelgesteente.
EeD 214 karaats diamant is in de
Monastery-mijn te Johannesburg gevon
den. Het is een fraaie vleklooze steen
van een oranje en bleekroode tint (in
den handel een theewatersteen genoemd)
en bjjna volmaakt van vorm. Experts
verklaren dat hij zeker in een fraaie 150
karaats steen kan geslepen worden en
dan een enormen prijs waard is. Toch
gaat daar iets zonderlings mee gepaard
De steen werd te Johannesburg vertoond
aan verscheiden kenners, die lang in
diamanten hebben gehandeld. Omtrent
de helft dier experts meenen dat het
geen diamant is zonder eigenlijk te
weten wat het wel is. De andere helft
hondt hem voor een fraaien lancy-steen
die tusschen 15.00Ü pdst. en 40,000 pdst.
behoort te halen. In den vorm lijkt hij
op een gewoon ongeslepen diamant, maar
mist dien zonderlingen schijn en het
vettig gevoel van een gewoon ruwen
diamant. Voor nader onderzoek is de
steen in handen gesteld van een analy
tisch expert.
Knnstuielk.
We hebben kunstboter, waarom zouden
we ook geen kunstmelk krijgen?
Dr. Klimonl heeft er proeven over ge
nomen en dienaangaande wordt door hem
in de Chemische Revue über die Fett-und
Ilarz-Industrie het een en ander mede
gedeeld.
Het is veel moeielijker kunstmelk dan
kunstboter te maken omdat er geen
vloeistof bestaat die er ongeveer als
melk uitziet, goedkooper is dan melk en
die met succes als grondstof voor de
kunstmelk zou kunnen dienen. Toch wilde
dr. Klimont probeeren zulke melk althans
in hel laboratorium samen te stellen.
Allereerst trachtte hij een kunstmatig
inelkserum te bereiden. In 870 kub. c.m,
water werd 50 gram melksuiker opge
lost en die oplossing werd tot ongeveer
50° C verwarmt. Daarna werd 17 gram
caseïne in de vloestof gebracht. De ca-
seïne-deeltjes dreven zichtbaar in de op
lossing: om ze onzichtbaar te maken
werd het volgende gedaan
In 100 deelen water werd 2 5 gram dub
bel-phosplioorzure kalium, 1.5 gram enkel-
phosphoorzure kalium, 0.6 gram phos-
phoorzure kalk en evenzooveel keuken
zout opgelost. Van die oplossing werd
nu zooveel bij de eerste vloeistof gevoegd
tot de drijvende caseine verdwenen was,
dat wil zeggen niet meer voor het bloote
oog zichtbaar was en toen had de
vloeistol een melkachtige, licht blauw
groen schijnende kleur.
Daarop werd 12 gram van het dooier
van een versch ei toegevoegd. Daar de
oplossing moetelijk plaats vond, moest er
goed geschud worden en moest de ge-
heele vloeistol door een emulsor gaan,
zooals die in de margarinefabrieken ge
bruikt wordt. Hiermede was het kunst
matige melkserum gereed.
Nu moest er nog vet bijgevoegd wor
den 38 gram margarine en 4 gram se-
same-olie werden juist tot aan 't smelt
punt verwarmd hooger verhitten is
nadeelig en daarna bjj het serum
gevoegd, terwjjl het geheel meermalen
door de emulsor werd geschud.
Nu was het preparaat klaar. Tot een
volmaakte nabootsing van de melk kon
dr. Klimont op deze manier echter niet
komen. Zjjn product bleef bij kamer
temperatuur 24 uur goed. Wanneer het
product na de laatste schudding dadelijk
flink werd afgekoeld en het vet niet
hooger dan tot liet smeltpunt was verhit,
dan bleef de vloeistof twee of drie dagen
goed maar zij roomde veel sterker dan
natuurlijke melk na zeven of acht dagen
trad het zuurworden pas in.
Dr. Klimont gelooft dat de smaak van
zijn kunstmelk, als ze in 't groot werd
gepioduceerd, wel mee zou vallen. Maar
zulk een tak van nijverheid acht hij te
genwoordig niet bestaanbaar, vooral om
dat melksuiker en caseïne nog te duur zijn.
£ckt Engelscli.
Sir William Draggs is de gelukkige
eigenaar van een prachtig stoomjacht,
dat bij Brighton op de reede ligt. Hel
is een mooie, zoele dag, die als van zelf
tot een pleizieriochje op zee uitnoodigt.
Sir William neemt dus een huurrijtuig,
laat zich naar het strand rijden, en roept
bij het uitstappen den koetsier toe, op
hem te blijven wachten, totdat hij terug
komt. Maar liet tochje is zoo heerlijk,
het verblijf op het geheel nieuw ge
restaureerde jacht is zdó aangenaam, dal
onze Engelschman, die evenmin tijd als
geld gehoeft te ontzien, plotseling tot het
besluit komt, een reis om de wereld te
gaan doen.
De koetsier aan den oever blijft wachten.
Hij wacht een dag, hij wacht een week,
hij wacht twee weken Wat zijn paard
en wat hij zelf noodig heeft, laat hij uit
de stad komenen als het weder lang
zamci hand regenachtig en winderig begint
te worden, weet hij van de plaatselijke
overheid verlof te krijgen om aan het
zeestrand een tent op te slaan, onder
welk beschuttend dak hij nu geduldig
vooit blijft wachten, totdat na verloop
van ongeveer een jaar de aankomst van
een jacht geseind wordt, en Sir William
weinige uren later aan wal stapt.
De eerste persoon, dien hij daar orit.
inoet, is zijn koeisier, die echter niet het
minste of geringste blijk van verrassing
geeft, maar den edelman bedaard naar
zjjn hotel rijdt. En even kalm en
phlegmati-k vraagt de edelman nu wat
hij schuldig is, waarop de koetsier hem
de zorgvuldig bijgehouden rekening ter
hand stelt, die circa f 750 bedraagt.
Sir William bedenkt zich geen oogenblik,
haalt zijn portefeuille uit zijn zak, vult
een wissel voor het verschuldigde bedrag
en overhandigt dien aan den ge
duldiger) koetsier.
Aardbeviugeu in Kleiu-Azië.
Berichten uit Konstantinopel maken
melding van groote aardbevingen die op
den 19 Augustus plaats vonden in ver
schillende streken in Klein-Azie. In
Smyrna werd men twee zware schokken
gewaar. In Aïdin duurde de eerste schok
3 a 4 seconden; de beweging ging van
het oosten naar het westen en was ver
gezeld van een onderaardsch gedrutsch.
Tien huizen, een reeks kramen en hutten
stortten in, verscheiden menschen wer
den gedood. Een tweede schok duurde
langer, maar was zwakker. De bevolking
verliet de huizen en leeft op het vrije
veld. De naburige plaatsen Kiosk, Yaoli,
Pakaklö, Kisiltschir, enz. hebben alle zeer
geleden; overal in den omtrek heerschte
een groote paniek.
In Smankö opende zich in den grond
een klove, waaruit een waterstroom te
voorschijn kwam.
Hetzelfde verschijnsel deed zich voor
in het stadje Kemer. Geheel vernietigd
werd het door zijn warme b onnen be
kende stadje Bunar. In enkele seconden
was het een gioote puinhoop.
Het stadje Kiosdere werd gedeeltelijk
vei woest.
In Mardaga, anderhalf uur van Aïdin,
spitste zich een berg en wierp steenen
en water over den geheelen omtrek. Bij
Tchiftekaiweh barstte de grond vaneen,
een zwart water spoot op, vloeide eenige
uren lang eu verdween toen weer spoor
loos. In Nassah vielen verscheiden hui
zen in.
Nauwkeurige berichten over de schade,
enz. ook in andere plaatsen van Klein
Azië, kunnen echter nog niet worden
verschaft.
Vrouwelijke dokters lu Rusland.
Eindelyk is het nu bepaald, dat er in
St. Petersburg een geneeskundig instituut
zal worden opgericht voor de vorming
van vrouwelijke dokters. Dit besluit heeft
veel moeite gekost en is lang en heftig
bestreden, Door bijdragen van particulieren
zijn nu 576,000 roebels voor dit doel
bijeengebracht. De stad heeft een lokaal
gegeven. Om dit te vergrooten en geheel
in te richten voor het doel, zullen 220,000
roebels gebruikt worden Voor onderhoud
van het instituut zul de stad jaarlijks
15,000 roebels geven. Men hoopt, dat
nog vrijwillige bijdragen zich hierbij zul
len voegen. Volgens de statuten, door
den Keizer goedgekeurd, zal iedere vrouw
die de klasse van een gymnasium heeft
doorloopen, of van eeD inrichting
van onderwijs, daarmee gelijkstaande,
voor zoover er plaats is, in de inrichting
kunnen wordeo opgenomen, na een
afzonderlijk examen in het Latijn.
Reeds voor meer dan twintig jaar
werd er aan het militair hospitaal te
St. Petersburg een afzonderlijke genees
kundige cursus voor vrouwen geopeud.
Niet weinigen, die daar gevormd waren,
namen deel aan den veldtocht van
1877—1878, en zij muntten uit door hun
toewijding en handigheid.
Als beiooning hiervoor schonk Alexan
der II lieu den titel vao vrouwelijke dok
ters, maar hun positie I leef toch moeilijk.
Hoewel zjj in vredestijd even nauwgezet
bleven als in den oorlog, wendde zich
toch de publieke opine tegen hen, en de
cursus werd spoedig opgeheven. Dienten
gevolge gingen vele jonge Russische
vrouwen naar het buitenland, om in de
medicijnen le studeeren.
Alleen in Zwitserland waren in 1895
132 vrouwelijke Russische studenten in
dat vak. In Juli 1893 praktiseerden er
nog 5 a 600 vrouwelijke dokters, allen
op den cursus aan het militaire hospitaal
te St. Petersburg gevormd
De vrouwelijke dokters, die in het
vervolg aan het nieuwe medicinische
instituut zullen gevormd worden, hebben
nu vasten grond onder de voeten.
Behalve dat zij geen directeur-genees
kundige van een hospitaal kunnen worden
voor zieken van beide geslachten, en in
zulke hospitalen geen dienst op de man-
nenafdeeling mogen doen, zullen zij in
alles met hun mannelijke collega's worden
gelijkgesteld. Waarschijnlijk zullen zelfs
de betrekkingen als directrice van hos
pitalen voor vrouwen en kinderen bij
voorkeur aan vrouwelijke dokters gegeven
worden.
OORSPRONKELIJKE NOVELLE
DOOR
18) A. J. KREI1GK.
Mevrouw van Veenwijk omhelsde de
freule hartelijk, beide vriendinnen wis
selden eer, vertrouwelijken handdruk, en
ze liet Marie van Grambosch met hare
overdenkingen alleen.
De strijd was voor deze beslist. Zij
was door Clara overwonnen, en verlangde
thans even vurig weder met den jonker
in gezelschap te komen als zij er de
eerste maal had tegen opgezien, want
het is niet te ontkennen, dat zij, voor
bereid als ze was, dat de jonker op aan
beveling zijner zuster met haar kennis
zoude komen maken als met zijne waar-
schjjnljjk toekomstige gade, met zekere
angstige gejaagdheid, die samenkomst
had tegemoet gezien. Mevrouw van Veen-
wijk had door het vragen van eenige
bekende personen den toestand voor haar
gemakkelijker willen maken, maar wij
zagen het, met geen gelukkig gevolg,
doch daar was niets meer aan te ver
anderen. Bij later inzien verwonderde
Marie zich over haarzelve, ze begreep
het niet, hoe ze gedurende bijna den
geheelen avond zoo slecht gehumeurd en
schelp had kunnen zijn, ze herkende
zichzelf daaraan niet meer. Ze had zich
in hare zwakheid getoond thans schaam
de zij zich voor zichzelve, en in stede van
een volgende ontmoeting met den jonker
af te wachten als iemand, die besloten
heeft te overwinnen en slechts meent,
dat dit van zich zeiven afhangt, verlangde
zij thans naar eene tweede samenkomst
in de hoop, dat zy hem hare scherpheid
en vinnigheid zou kunnen doen vergeten.
IX.
De logée van den predikant had des
Zondags de aandacht der gemeente niet
weinig tot zich getrokken, want men was
niet gewoon veel vreemde dames in de
dorpskerk te zien, en Johanna Elisabeth
Wilgenboom verscheen daar zoo elegant
gekleed, dat ze aller bewondering op
wekte. De dominé had, toen hy haar
voor kerktijd zoo prachtig uit de logeer
kamer zag komen, met het hoofd geschud
en tegen zijne vrouw glimlachend de
schouders opgehaald, alsof hij zeggen
wilde: is dat nu uw candidaat voor het
huwelijk van den jonker? Maar hij had
geen enkel woord gezegd, bij ondervin
ding wetende dat zijn raad als die van
een boeken-geleerde, gewoonlijk in zulke
zaken als die van huwelijksmakelarij van
weirng waarde geacht werd.
Ik zal mijne lezers niet vermoeien met
eene beschrijving te geven van juffrouw
Wilgenboom, die wezenlijk een zeer goed
figuur en geen onaangenaam gelaat be
zat, al zoude deze of gene in haar een
weinig te hoogen kleur misprezen heb
ben. Ze was de eenige dochter van een
plattelands burgemeester, die zijne gade
slechts een paar jaren overleefd en zijne
dochter een zeer groot vermogen nage
laten had. Van moeders zijde stamde
ze uit een welgezeten boerenfamilie uit
een der gezegendste streken van het
vaderland, en dat was nog wel aan haar
persoon te zien, want ze was grof-ge-
bouwd haar weinig beschaafde opvoeding,
die zij op eene der beste damesscholen
genoten had en welke in het buitenland
voltooid was. Niemand zoude dan ook
op liet eerste gezicht zoo gunstig over
haar denken, dan nadat men eenige oogeri-
blikken met huar in gesprek geweest
was. Er bestond een scherp contrast
tusschen haar uiterlijk en hare beschaving.
De jonker had huar in de kerk ge
zien ook hij was zoo vrij geweest haar
toilet op te nemen en had het onberis
pelijk gevonden, maar onwill -keurig zich
voorgesteld hoe freule van Grambosch er
wel in zulk eene kleeling zoude uitzien
en juffro w Wilgenboom, wanneer zij
met klompen aan, met eene cornet op
het hoofd en een melkjuk op de breede
schouders des ochtends uit d - weide huis
waarts slapte. Hij moest bekennen, dat
de eene de schoonste koningin en de
andere de flinkste boerenmeid zoude zijn,
die hij zich zou kunnen verbeelden.
Nu was het eene gewoonte van Ban-
jaert, dat hij des Zondags na kerktijd
in den regel bij den predikant koffie
dronk, en daar hij ook op dezen dag
van te voren zijne visite bepaald had,
ging hij na afloop der godsdienstoefening
naar de pastorij.
Bij de eerste woorden, die juffrouw
Wilgenboom in zijne tegenwoordigheid
sprak, werd des jonkers opinie omtrent
haar in zooverre gewijzigd, dat hij niet
meer wist wat hij aan haar had. Als
hij haar aanstaarde, zag hij eene ver-
kleede boei in met rood gelaat en grove
trekken; als hij haar hoorde, hooide hij
eene zeer beschaafde dame. De dominé
had eene school vol kleine kinderen.
Tusschen zijn oudsten zoon, die twintig
jaar oud en student was, en zijne kleinste
dochter, die even het derde levensjaar
was ingetreden, waren nog zes andeten,
nog allen thuis. In de drie, vier dagen,
welke juffrouw Wilgenboom in de pastorij
had doorgebracht, had zij reeds alle har
ten gewonnen, want des predikants kin
deren waren welopgevoed, even argeloos
als hun vader en even vriendelijk en
spraakzaam als hunne moeder, en juffrouw
Wilgenboom bemoeide zich veel met hen.
Het ontging den jonker dan ook niet,
hoe allen als ze sprak, tnet liefdevolle
bewondering naar den aangenamen toon
van hare stem luisterden, en hoe de pre
dikant met innig welbehagen, als ze een
onderwerp aanroerde, dat buiten het
dagelijksch leven lag, en hem interesseeren
konde, deel nam aar. zijne conversatie.
En waarlijk, juffrouw Wilgenboom trof
het niet ongelukkig dezen ochtend, want
ook de heer Kiezel beek maakte bij den
dominé eene visite efi begon met dezen
weldra eenige aangenaamheden te zeggen
over de gehouden preek, wuarbij de jon
ker het zijne voegde en juffrouw Wil
genboom, zonder zich met eene directe
bêoordeeling in te laten, toonde zoozeer
de sierlijkheid van den vorm te hebben
opgemerkt, dat de goede Hanszen weldra
overtuigd was, dat hij zeker zijn mees
terstuk van stijl en taal dien ochtend
geleverd bad. Intusschen oogstte juffrouw
Wilgenboom, nadat ze den dominé ge
prezen had, zelf niet weinig lof in.