NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
De afgod der Dames,
UTRECHT EN GELDERLAND
DERTIG CENT
No. 26.
Zaterdag 28 Maart 1896.
Vijf-en-twintigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Aan onze lezers.
L CLOTIK 6UNT1EE.
Onze spelling.
BINNENLAND.
F euilleton.
AME1SF0BBTS
COD
VOOR
abonnementsprijs:
Per 3 luAHiiden f 1.Franco per post door het geheele Rijk.
Afzonderlijke Nummers 3 Oent.
Ingezonden stukken en berichten intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. .1. SLOTHOUWER, Amersfoort.
aovertentien:
Van 1 6 regels f 0,40 iedere regel meer 5 Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Als tweede premie stellen wij voor
onze lezers verkrijgbaar:
DOOR
Mocht onze eerste premie een bui
tengewoon succes ten deel vallen,
zoodat wij zelfs niet aan alle aanvragen
konden voldoen, bovengenoemd werk
van den bekenden Amerikaanschen
humorist zal zeker niet minder in den
smaak vallen.
Ten einde voor teleurstelling te
worden gevrijwaard haaste men zich
daarom de in dit nummer voorko
mende bon, vergezeld van
aan ons bureau te doen bezorgen.
(Naar buiten met 10 cents verhoo
ging voor frankeerkosten.
DE CITGETEK.
In het Zondagsblad van het »N.
v. d. D." van 8 Maart stond een
brief van baker Aagje Eerlijk »An
Grietje men dogter." Een heel aar
dige brief met baker-gedachten in
baker-stijl en baker-spelling. Een
paar zinnen schrijf ik af, niet om den
inhoud, alleen om de spelling.
»Maar leet ik je nou eerst erris
vertelle hoe 'k 't hat hep op men reis
nee Amsterdam; ik irofpratig zeiskip
in 't spoor, 'n julvrou van De Helder,
zij most nee der zuster, die was in
een rijke peziesie in 'n melkkavee.
Wel Grietje men dogter, as je nou
ers hoort hat van de averture van
dat mens er moeder, deer wier je
kout van. Die deen den 'n best hu-
welek," enz. Zooals dit staaltje is de
rest.
De baker, die zoo had kunnen
schrijven, moet ge niet uitlachen,
omdat zij niet zooals gij onberispelijk
volgens de spelling van De Vries en
Te Winkel schrijftvan deze heeft
zij wellicht nooit gehoord, als zij er
een leerde dan was het die van Sie-
genbeek. Onbewust brengt zij den
ouden regel in toepassing«Schrijf
zooals gij spreekt," en komt dus zeer
dicht bij de Kollewijnsche spelling,
die van hetzelfde beginsel uitgaat.
Dat hadt ge niet gedacht hè, dat
zoo'n moedertje beter dan gij met
haar tijd is meegegaan en het nieuw
ste nog niet goed genoeg vindtmaar
eigenlijk of tenminste juister gezegd
is de tijd tot haar teruggegaan. Zij
schrijft haar spreektaal.
Zou dit onvoorwaardelijk navolging
verdienen Het praktisch onmogelijke
daarvan laat de «Amst. Crt." op deze
wijze uitkomen
«Wij zouden, indien ieder schreef,
zooals hij spreekt, een chaotische
schrijfwijze krijgen. Terwijl de een
Februari schreef, zou een ander er
Februarie van maken, en zou een
derde zeggenneen, ik spreek het
Eebruwari uit. Nu, luidt het ant
woord der voorstanders van de nieuw
ste spellingwe geven regels, we
schrijven Februarie. We zullen u
zeggen, hoe de woorden geschreven
moeten worden. Tee schrijf je zonder
h, maar theologie met een h eendeëi
schrijf je zondër n. maar heldenaard
met een n; heren en geselen met
één e in de eerste lettergreep, zee
en vree met ee. We zullen u leeren
hoe ge moet spellen eksamen, weilies,
redaksieekstraheeren, ogenblik, fles,
zijn dorst lessen, een brand blussen,
tans, Egipte, kwadrielje, letterlik,
buro, sersjant en nog duizend en
duizend andere woorden.
Maar dan kan ik geen briefschrijven
zonder een woordenboek naast mij...
Zoo'n woordenboek maken we en
geven we uit, een volkswooidenhoek.
En dan maken we het u nog veel
gemakkelijker, we schrijven nergens
meer den, overal de, bijv. De vader
sloeg de zoonenz.
Maar ik mag wel schrijven des
oudsten broeders; ik moet schrijven
rug, al spreek ik uit: ruch; ik moet
schrijvenhefc al spreek ik uit liep,
en duizend andere woorden, waarmee
de min ontwikkelde zich vergissen
kan
De uitgave van een woordenboek
in de nieuwe spelling is reeds aan
gekondigd; een woordenboek blijft
op de schrijftafel onontbeerlijk en het
nieuwe zal niet minder dan het oude
moeten geraadpleegd worden, wil
men volgens de nieuwe spelling zonder
fouten schrijven. Want volgt gij de
uitspraak dan zult gij u menigmaal
ook tegen de nieuwe spelling bezon
digen. In plaats van eksamen zoudt
gij examen willen schrijven, of men
moet de letter x steeds vervangen
door het teeken ks; in vacantie en
contributie meent ge duidelijk een t
te hooren, maar ge zoudt moeten
schrijven vakanzie en contribuzie.
Het mag zijn dat die nieuwe spelling
dichter bij de werkelijke uitspraak
komt, weergeven doet ze die uitspraak
niet, dat doet onze baker veel beter.
En hoe zal een geboren Amsterdam
mer moeten schrijven, die geen on
derscheid maakt tusschen c, s en:?
Hij zal geneigd zijn om overal een
z te schr ijven. Madr zult ge zeggen,
men moet volgens de beschaafde
spreektaal schrijven. Maar welke
■beschaafde spreektaal dan, want er
is nreer dan éénof zullen de ver
vaardigers der nieuwe spelling die
aanwijzen, en moeten wij aannemen
dat zij alleen nauwkeurig en zuiver
hooren
De nieuwe spelling schijnt ons
democratisch, ja bijna anarchistisch
in ieder geval werkt zij de anarchie
in de hand, want sommige jongelieden
houden er reeds een eigen spelling
op na, waarbij de spelling Kollewijn
antiek lijkt.
Het ergste is wel de verspelling
of verbastering van bastaardwoorden
en van vreemde woorden. We weten
wel, dat de nieuwe spelling hare
regels heeft, maar hier schijnen of
geen of zeer ve.el regels te gelden.
Ziellier enkele van die woorden:
empierie, aestheties, krieties, kombie-
naatsies, rekonstrueren, konsentree-
ren, katholicisme, nasionalieteit, enz.
Waarom bijv. die h in liet tweede
woord
De groote meerderheid blijft zich
tegen de nieuwe spelling verzetten,
en als wij een voorspelling mogen
wagen zou het deze zijndat de
stukken in die nieuwe spelling ge
schreven later als kakographie op de
scholen dienst zullen doen.
Het maken van een nieuwe spel
ling schijnt ons reeds bedenkelijk
wij gelooven ook niet dat de tegen
woordige spelling immer zal blijven,
maar rneenen dat een nieuwe worden
moet. En dien weg gaan wij immers
reeds op. Schrijvers van naam volgen
bij enkele woorden een eigen spelling,
die gaandeweg burggerrecht verkrijgt,
en zoodoende komen wij geleidelijk
waar we wezen moeten. Langs dien
weg kregen we bizonder, kwestie, en
meer. De regel «schrijf uw spreek
taal" is ganseh niet verwerpelijk, be
hoeft echter niet te leiden tot een
phonejische spelling, die onmogelijk
blijkt. Hij dient toegepast op den
schrijfstijl en zal de reeds lang be
gonnen hervorming in den boeken-
stijl verder doorvoeren In dit op
zicht behoelt ons taalonderwijs steeds
meer verbetering, onze jongelui moe
ten in hun opstellen voor alles na
tuurlijk, eenvoudig leeren zijn, on
gemaakt en zonder zich dwang aan
te doen, moeten zich leeren uiten in
onze beschaafde spreektaal. Hier
vindt dus die regel een ruime toe
passing. Dat met dat al een ver
eenvoudiging in onze spelling wen-
schelijk is, opdat de school minder
kostbare uren aan het leeren dier
spelling behoeft te besteden en meer
tijd voor gezond taalonderwijs over
houdt, dit moeten wij volgaarne er
kennen.
Dezer dagen bevonden zich in Den
Haag twee fabrikanten van gouden en
zilveren werken uit Duitscliland, die het
»huis de Paauw" van H. K. H. de Prin
ses van Wied, geb. Prinses Marie der
Nederlanden, zijn komen bezichtigen en
van dit zomerpaleis en zijne omgeving
ook een pbotografische afbeelding hebben
doen nemen door den photograaf Stein-
metz te 's-Gravenhage.
Naar het Dagblad meldt, hebben be
doelde fabrikanten in opdracht van H.
M. de Koningin van Rumenië, zuster van
Z. D. H. den Prins van Wied, om van
dit vorstelijk kasteel een minatuur-repro-
ductie in zilver te vervaardigen.
Op den 21en Juli a. s. zal, blijkens
de aankondiging in de Staatscourant van
15 en 16 Maart no. 64, het toelatings
examen tot het reservekader worden ge
houden.
Jongelieden, die geen aanspraak hebben
op vrijstelling van dat examen, en het
op prijs stellen tot het reservekader toe
te treden, moeten zich vóór den 21en
Juni e. k. tot deelname aan het bedoelde
examen hebben aangemeld bij den hoofd
officier voor het reservekader.
De gelegenheid tot het afleggen van
het bovenvermelde examen wordt slechts
éénmaal per jaar opengesteld. Velen
teeds ondervonden in vorige jaren teleur
stelling, wijl zij hadden verzuimd zich
tot deelname aan dat examen tijdig aan
te melden.
Ieder, die in den loop van dit jaar den
leeftijd van 17 jaar bereikt en die niet
ouder is dan 24 jaar, kan aan dat exa
men deelnemen.
Geoefendheid in den wapenhandel is
geen vereischte. In dat vak kan later
een na-examen worden afgelegd.
35)
Tot onuitsprekelijke verbazing van een
ieder, doet Lord Ryvendale zijne intrede
in de kerk op denzelfden morgen. Riette
is een goed, klein meisje, en zegt naar
gewoonte haar gebeden vol eerbied en
toewijdig op, maar dezen morgen zijn
haar gedachten verre afgedwaald, en
ofschoon zij werktuigelijk al de antwoor
den herhaalt, ontwaakt zij met een schrik
bij het gebed van St. Chrysostom, en
gevoelt zich beschaamd en berouwvol
bij het bevinden dat zij zich van geen
woord der gebeden heeft rekenschap
gegeven van de geloofsartikelen af.
Maar met Osyih is het verschillend
er komt geene menschelijke of wèreld-
sche gedachten in haar reine, vrome ziel;
tij bevindt zich met haar God en al wat
haar omgeeft, is in vergelijking, van haar
verwijderd.
Rusteloos en niet op zijn gemak, geen
woord hoorende van den dienst, maar
bezig met zijn gedachten, wordt Lord
Ryvendale getroffen door de vróme hou
ding bleeke, blondlokkige heilige: als de
gebeden omstreeks half geëindigd zijn,
begint zijne opmerkzaamheid aan haar
geboeid te worden alleen slechts haar
gade te slaan geefl een gevoel van kalmte
aan zijn droevig, afgemat gemoed.
Hij heeft een zitplaats van waar hij
evenzeer kan zien als gezien kan wor
den'. De ouderwetsche kerkbank is eene
kleine galerij van donker, uitgesneden
eikenhout, die door omstreeks een twaalf
tal stappen boven den grond is verheven,
en op niets zoozeer gelijkt als eene groote
opera-loge; de bank voor de dienstboden
grenst er aan doch is er door glazen
ramen van afgescheiden. In waarheid,
daar was in vroeger dagen een groot
onderscheid tusschen rijken en armen
en in het binnenste des harten is men
er thans bij tijden half toe geneigd de
verbreking der scheidsmuren te betreuren.
Geknield op haar scharlaken kussen,
het gelaat in haar sierlijk gehandschoende
vingeren verborgen, is Lady Ryvendale
bijna even afgeleid en onoplettend als
Riette. Zij gevoelt zich zegevierend dat
zij er ten laatste in geslaagd is den ver
lorene naar de Keik te brengen, en vraagt
zich af of hij geen zwak zal gevoelen
voor een der bekoorlijke dochters van
den Rector, aan wie zjj van plan is hem
na de kerk voor te stellen. Het is
slechts een jaar geleden dat de predi
kantsplaats aan Mr. Sartorius aangebo
den werd door Sir George Desmond,
Otto's oom, en Alsager heeft zich altijd
vriendelijk verzet tegen haar verlangen
om hem in kennis te brengen met den
Rector en zijne familie.
Lady Ryvendale houdt niet van den
dienst van hare eigen kerk zij beschouwt
den vicaris als kleingeestig, en weinig
liberaal, zoodat zij op eiken fraaien zon
dag heenrijdt naar de kerk van Mr. Sar
torius waar Sir George zijne kerkbank
ter harer beschikking heeft gesteld
Otto, die een afkeer heeft van afgezon
derde grootheid, zit steeds op de plaats
van den Rector.
Lady Ryvendale's paarden staan te
trappelen en te stampen aan de deur
dei kerk, maar Mylady is nog niet ge
reed om te vertrekken. Zij toeft totdat
Osyth en Riette naar buiten treden, en
begint met haar zwager aan hen voor
te stellen. Daarop vraagt zij verlof om
den pastorie-tuin rond te wandelen, en
geraakt in een levendig gesprek met
Mr. Sartorius; Otto en Riette zijn samen
vertrokken, en Lord Ryvendale blijft
over met Osyth.
Men zoude kunnen wanen dat zulk
een goed en rein meisje, dat wist welk
een zondaar deze man was, een afschuw
voor hem gevoelde, maar zulks is ver
van het geval te zijn. Zij beschouwt
hem met een oprecht medelijden, dat,
ware hij er van bewust, een glimlach
op zijn lippen zoude brengen.
In het oog der welopgevoede meisjes
van heden ten dage, zoude Lord Ryven
dale's misdrijf van het meest gewone
gehalte schijnen, en slechts indien moge
lijk, hunne belangstelling in hern ver-
hoogen; wat Osyth betreft, hij komt haar
voor als iemand die getroffen is door
eene zedelijke plaag, die men beklagen
moet en voor wien men moet bidden
alsof hij lijdende was aan eenige licha
melijke kwaal. Zonde is in haar oog
de vreeselijkste zaak ter wereld,
althans de onberouwde zonde, de
zonde waardoor zielen verloren gtian is
in haar oogen ontzettender dan eenige
smart of leed welke het meoschelijk
lichaam aan kan tasten. En terwijl zij
eenvoudig tot hem spreekt over bloemen
en alledaagsche zaken, zegt zij bij zicli-
zelve: «Achindien het God behagen
mocht de ziel van dezen armen zondaar
te redden
Een arm zondaar!" Dat is al wat de
fcetooverende, rijke, getitelde, door vrou
wen gevierde Lord Ryver.dale haar toe
schijnt. En in zijn gelaat en stem en
handen liet iets dal haar tieft, eu haar
des te meer doet denken hoe droevig
het is dat iemand begaafd met de hoe
danigheden welke hij schijnt ie bezitten,
toch een verworpeling moet zjjn.
Thans worden zij ingehaald door Otto
en Riette. Het is vreemd om te zeggen,
maar Riette die negen van de tien man-
zeer piquante vinden, maakt weinig indruk
op Lord Ryvendale het is Osyth die
hem een heerlijk gevoel van tevreden
heid en tust inboezemt. Riette's leven
digheid en de vroolijkheid van Otto zijn
hem bijna benauwend het is hein alsof
hij geheel den zomer namiddag zou wil
len dooi brengen in den lagen stoel onder
gindschen ceder, en luisteren naar Osylh's
zachte, kalme stern. Het kwam er niet
op aan wat zij zeide: zij mocht liern
zelfs een preek oplezen, al was dat iets
waarvan hij een afschuw had, maai de
klank alleen harer stem was voor zijn
hait, wat een koele, groene bank voor
een afgemat wandelaar kon wezen.
Hij is lusteloos, ontevreden, hij
heeft een groolen misslag gemaakt, en
is er zich levendig van bewust. Zijn
leven is verwoest; hij is verbannen uit
die bizondere sfeer van een nuttig be
staan, w> hem thans als de meest wen-
schelijki- orkomthij zoude op Ryven
dale wille., wonen, zijn eigendommen