CM: 2 TII0.WS TllliE.
GEMENGD NIEUWS.
ner onderhield H. M. zich op de
minzaamste wijze.
Vooral bij het ziekbed van de
Overste van de Inrichting, zuster
Acjuilien, toefde de Koningin-Regentes
geruimen tijd en bij het verlaten
van de sponde gaf zij aan de patiente
een prachtigen bloemruiker.
Behalve de ziekenzalen nam H. M.
ook de operatie kamer enz. in oogen-
schouw. Vóór haar vertrek plaatste
de Koningin-Regentes hare naamtee-
kening in een daarvoor bestemd
register.
Ter gelegenheid van het bezoek
wapperde van het gebouw de driekleur.
De neefjes van H. M. de Ko
ningin, de jeugdige prinsen van Bent-
heim zullen in het laatst dezer week
eenige dagen ten paleize te 's Gra-
venhage komen logeeren.
De heer Bahlmann heeft het
voorloopig verslag over zijn voorstel
van wel tot wijziging dei'wet houdende
oprichting van schutterijen beant
woord, en merkt daarbij in de eerste
plaats op, dat hij niet kan toegeven,
dat de behandeling van zijn ontwerp
ontijdig zou zijn. Integendeel bestaat
er zijns inziens alle aanleiding om in
plaats van tot intrekking, tot uitbrei
ding van zijn voorstel over te gaan,
nu de Minister van Binnenlandsche
Zaken geenszins van plan schijnt te
zijn tot eene, ai zij het slechts parti-
eele, wijziging der Sehutterijwet de
behulpzame hand te bieden.
De voorsteller heeft gevolg gegeven
aan den wenk om nadere wettelijke
maatregelen voor te stellen omtrent
het toezicht op de uitgaven voor de
schutterijen, nu deze volgens zijn
voorstel, voor het vervolg door het
Rijk zullen gedragen worden, üm
voorts de schutterlijke rechtspleging
te verbeteren, stelt de heer Bahlman
voor in de plaats van het bestaande
ait 61 in hoofdzaak over te nemen
ai t. '23 Wetb. van Strafrecht, maar
dan in plaats van «hechtenis" te lezen
«provoost-arrest", met schrapping van
art. 71.
Ter gelegenheid van do a.s.
Paaschdagen zullen de retourbiljetten,
zoowel die in binnenverkeer, als die
met andere Spoorwegen, geldig zijn
van 7 APril lot en met 27 April
d.a. v.
Een kranige kerel. Bij de ver
rassing van het Atjehsehe hoofd toekoe
Mat A ris, in een der ravijnen bij
Glé Kambirig, marcheerden, volgens
het Soer. Hand., onze troepen onder
hevel van majoor Wichers er heen
in de grootste stille en met ongeladen
geweren, ten einde niet door het
schot van een of anderen zenuwachtige
onze komst te verraden op een lOtal
passen van de plek gekomen, werden
wij evenwel ontdekt en hoewel men
elkander niet zien kon wegens de
duisternis en ook omdat de toekoe met
zijn volgelingen binnen het huis ble
ven, hoorden wij tot tweemalen toe
het ketsen van het slaghoedje van een
geweer of donderbus. Aan de aan
maning om er uit te kooien en zich
over te geven, werd geen gevolg ge
geven een Europeesch soldaat bood
daaiom aan, om het huis te gaan in
brand steken, wat hem dan ook vol
komen gelukte.
De vijand kreeg 't natuurlijk te
warm binnen er. vluchtte naar buiten;
onze dappere man hield stand en velde
met zijn bajonet den toekoe neder
en ontnam hem bovendien diens
prachtig zwaard, welks gouden gevest
met diamanten was versierd, na ech
ter eerst te voren daarmee een houw
te hebben gekregen; die fuselier is
voor een onderscheiding voorgedragen.
Bij het koloniaal werfdepót te
Harderwijk zijn in de maand iMaart
j. 1. voor den militairen dienst in
onze over/.eesche bezittingen aange
nomen 102 personen, n. I. 65 Neder
landers, '2'2 Belgen, 13 Duitschers
en '2 Zwitsers en overgenomen van
de verschillende korpsen van het leger
hier te lande 36 onderofficieren en
minderen, t. w. 31 van het wapen
der inf., 3 van de artillerie, 1 van
de cavalerie en 1 van de koloniale
reserve te Zutphen. Het totaal dier
werving bedroeg dus in die maand
138, aan wien aan handgeld en gra
tificatie werd uitbetaald een som van
f '26.690.
Onder de aangenomenen bevinden
zich I adj -onderofiic.-kwartiermeester,
open, en eens moeten ze uitbloeden!»
Half smekend, half bevelend riep
hij: «Zwijg!»
Wordt vervolgd.)
1 serg.-majoor, 2 sergeanten en 1
korporaalonder de overgenomenen
1 serg., Ie korp. en 3 hoornblazers.
Bovendien zijn in de le categorie
begrepen 30 miliciens en in de 2e
19 miliciens (waaronder 2 serg. die
voor '2 jaar bij het Indische leger
gedetacheerd worden.
Van genoemd depot werden in die
maand naar Oost-Indië uitgezonden
2 afdeelingen aanvullingstroepen, ter
sterkte van 6 officieren, A onder-offi
cieren, 4 korporaals en 81 mindere
militairen. Afzonderlijk vertrokken 4
officieren.
Uit Oost-Indië keerden in Maart
bij het Werfdepot terug 47 militairen,
nl. 2 onderofficieren, die 4 jaar en
45 miliciens (waaronder 1 korporaal),
die 2 jaar of korter bij het leger
aldaar gedetacheerd waren geweest.
Zij werden allen naar hunne respec
tieve korpsen teruggezonden,van waar
laatstgenoemden, na opnieuw gekleed
en uitgerust te zijn, in het genot van
groot verlof werden gesteld
De overige uit O.-Indië terugge
keerden werden te Amsterdam of
Rotterdam door de commissarissen
van afmonstering aldaar, uit den
dienst ontslagen en op hunne haard
steden gedirigeerd of wel naar de
koloniale reserve gezonden.
Naar West-Indië vertrokken in
Maart j.l. geen officieren of troepen
van daar keerden naar Nederland
terug 3 militairen, u 1. 2 van Suriname
en 1 van Curasao, die bij het Werf
depot den dienst met paspoort ver
lieten.
Bij Kon. Besluit van 6 dezer,
No. 34, zijn de navolgende wijzigingen
in de kleeding van het leger vastge
steld, die alle verband houden met
de verlichting der bepakking van den
infanterist.
De belasting door de invoering van
de gewijzigde uitrusting van 29 kilo
wordt per man tot '23 kilo terugge
bracht, een maatregel, in hooge mate
bevordelijk aan de marsch- en strijd
vaardigheid der infanterie
Bij dat wapen wordt de kwartier-
of politiemuts gehandhaafd en het
bestaande model afgeschaft voor offi
cieren, onderofficieren en minderen.
Daarentegen wordt voortaan bij de
infanterie gedragen de kepi van don
ker blauw (of groen laken) hoog aan
de voorzijde 10 cM. en aan de achter
zijde 14 cM.
Deze kepi is, behalve bij de grena
diers en jagers, ook bestemd voor
tenue en wordt alsdan voorzien van
een pluim.
De tegenwoordige politiemuts wordt
vervangen door een lichte muts van
ronden vorm.
Verder wordt het mouwvest afge
schaft en de korte jas welke voortaan
ook in dagelijksche en in marschtenue
zal worden gedragen, voorzien van
een roode kraag en lakensche schou
derbedekkingen met het rigiments-
cijfer of -teeken. De kapotjas wordt
verder vervangen door een overjas
van donkerblanw of groen laken,
voorzien van twee rijen overtrokken
knoopen.
De halssnoeren zijn behalve van
officieren bij de infanterie afgeschaft,
die voor hoofd- en verdere officieren
van het leger worden voortaan behalve
bij de rijdende artillerie alleen in
groot-tenue gedragen.
De kepi vervangt ook bij alle
overige officieren van het leger de
tegenwoordige pet, terwijl de schako
behalve voor de infanterie, ook bij de
offic. der militaire administratie, bij
die voor den geneeskundigen dienst,
provincialen of plaatselijken staf en
voor den staf der genie wordt afge
schaft.
PLAATSELIJKE BERICHTEN.
De heer B. C. van Berkel, ont
vanger der registratie en domeinen
alhier is benoemd tot bewaarder van
de hypotheken, het kadaster en de
scheepsbewijzen en ontvanger der
registratie en domeinen te Deventer.
De ruim 66-jarige H. v. G., die
Zaterdag op «Nimmerdor" bezig was
met het snoeien van boomen, had het
ongeluk, door het afbreken van een
tak uit een boom te vallenzwaar
gekneusd werd hij per rijtuig naar
zijn woning vervoerd, waar genees
kundige hulp moest worden ingeroe
pen.
Het adres van adhaesie met de
concessie-aanvraag voor electrische
verlichting door de firma Geveke Co.
ligt nog gedurende enkele dagen ter
teekening in Slot hou wer's Boekhandel.
Gisteren middag is door den
agent van politie H. de Viies aange
houden, zekeren Ph. de Liever, van
Nijkerk, welke met pekelharing in de
stad liep te venten, zonder een keur-
bewijs.
Vervolgens heeft genoemde agent
deze haring laten keuren door den
keurmeester, die haar heeft afgekeurd,
waarna zij door de stadsreiniging is
vernietigdproces-verbaal volgt.
Maandag werd door de generaal-
majoor Benschop, commandant der
3de divisie infanterie te Bergen op
Zoom, persoonlijk voor het front
van den troep het officierskruis der
Orauje-Nassau-orde uitgereikt aan den
kolonel W. Hingman, commandant
vari het 3de regiment infanterie.
Door de Vrije antirevolutionaire
Kiesvereeniging te Zeist is voor de
a. s. verkiezing van een lid voor de
Tweede Kamer Candidaat gesteld het
aftredend lid Mr. F. D. Graaf Schim-
melpenninck, die zich bereid heeft
verklaard deze Candidatuur te aan
vaarden
De Kiesvereeniging Eendracht
zal op Donderdagavond den 8. April
1897 in het Logement »De Vergulde
Zwaan" vergaderen tot het verkiezen
van een difinitief bestuur en het be
noemen van 3afgevaardigden, teneinde
deel te nemen aan de beraadslagingen
en de stemmingen der Liberale Unie.
Lijst \an brieven geadresseerd
aan onbekenden verzonden van het
Postkantoor te Amersfoort over de
lste helft der maand Maart.
1 A. de Wall Jansen, Amer.- foort.
2 Wed. J. Smeeing, Amsterdam.
3 Wed. A. Langebaenl, id.
4 Mej. A. v/d Wetering, Woudenberg.
Scherpenzeel Als leden van den
raad zijn dit jaar aan de beurt van
aftreding H. van Wolfswinkel en H.
Homoet.
Tot predikant bij de Herv. Gem-
alhier is beroe|ien ds. Beijer te Eemnes
Binnen.
Het aantal kiezers voor de tweede
kamer en prov. staten bedraagd alhier
186 waarvan tevens 125 kiezers voor
den gemeenteraad zijn.
Een Parijsche bedriegster.
De volgende geschiedenis doet. vol
gens de Tempsveel van zich spreken
in Parijs.
Bijna een jaar geleden betrok de
50-jarige gravin de Chaléon apparte
menten van frs 1000 per maand in
de Champs-Elisées. Zij kwam van
Nizza en wilde zich, naar zij zeide,
alvorens zich naar Normandië le be
geven, eenigen tijd in de hoofdstad
ophouden, waar haar kinderen in den
omtrek op school waren. Zij bracht
een secretaris, Briant, mede, die haar
zaken beheerde.
De gravin richtte zich prachtig in.
De leveranciers in de buurt hadden
het druk met haar bestellingen van
fijne wijnen en spijzen. Zij huurde
twee keukenmeiden, een kamenier,
een koetsier en een knecht, welke
laatsten in prachtige livrei gestoken
werden.
Twee maanden geleden liet zij haar
kinderen komen en stelde voor dezen
een gouverneur aan. Daarna leefden
de kinderen het vroolijke leventje
mee. Nog op den dag van den optocht
van den Vetten Os huurde zij een
raam in het Grand-Hotel voor frs. 1000
en strooiden de kinderen voor ruim
frs. 300 aan kleingeld op straat onder
de grabbelende menigte.
Maar Woensdag waren de gravin
en de secretaris Briant eensklaps
verdwenen eri weldra bleek het, dat
beiden gearresteerd waren op aan
gifte van baron Arthur Oppenheim.
Want ook van dezen was de heer
Briant secretaris en nu had de baron
herhaaldelijk leemten in zijn kas ont
dekt, tot een gezamentlijk bedrag
van fr. 350.000. Briant, daarover
aangesproken, had erkend de dief te
zijn, maar beloofd dat hij weldra zou
bijpassen. Nu de som echter al
aardig naar het half miljoen begon
te loopen, verloor de baron zijn ge
duld en zoo werden Briant en de
gravin gepakt.
Nauwelijks was dit gebenrd, of de
onbetaalde leveranciers stroomden
toe. De gravin blijkt geen gravin te
zijn en heeft alweer bewezen, dat het
voor brutale menschen zonder geweten
mogelijk is te Parijs aan den kost
te komen.
Beschaafde Indianen.
De romantiek van Cooper en Aimard
is voorbij. De Amertkannsche regee
ring doet haar best om den aureool
van het vreemde weg te rukken van
de hoofden der Roodhuiden. Zij geelt
aan de Indianen niet meer dan het
allernoodzakelijkste grondgebied en
schenkt groote landerijen in de prairiën
weg aan de blanken. Het geld, dat
die landerijen echter opbrengen, wordt
op rente gezet voor de Indianen en
dezen ontvangen daarvan levensmid
delen, kleediiigstukken, zaad, land
bouw- en haiidwerkersgereedschap-
pen. Het doel der Amerikaansche
regeering is eigenlijk de Roodhuiden
op te voeden tot geregelde en zelf
standige burgers der groote Repu
bliek. Nu reeds is haar dat gedeel
telijk gelukt. Reeds zijn er in dienst
der Unie 73 Indiaansche inspecteurs
van politie, 850 politie-agenten, 1'23
rechters, 63 tolken, 11 kant-jorschrij
vers. Verder is bekend, dat er twee
dokters zijn, twee assistentartsen, 39
smeden, '29 timmerlieden, 73 land
bouwers, bovendien verscheidene hout
zagers, slagers, wagenmakers, stal
knechten, kopersmeden. In het geheel
zijn er 1500 Indiaansche ambtenaren
in dienst der regeering.
Er zijn ook scholen voor Indianen
opgericht, waaraan te zanten 432
roodhuiden werkzaam zijn als onder
wijzers en onderwijzeressen, als keu
kenmeiden, waschvrouwen, concier
ges, enz. Zij krijgen een jaarlijksch
inkomen van 700 dollars, dus ongeveer
f1750. Dit salaris is natuurlijk hoog
genoeg oin van te leven, maar eenigs-
zins vreemd lijkt het wel, dat de
concierge en de waschvrouw hetzelfde
salaris ontvangen als do onderwijzeres.
Dit is de Amerikaansche gelijkheid,
tegenover menschen van een ander
ras Overigens beproeft de regeering
der Unie vooral om van de Indianen
landbouwers te maken.
Het minste geluk heeft men gehad
met de pogingen om de Moquis te
beschaven. Dezen leiden in hun
hooggebergten een zeer ellendig leven
en koesteren maar één wensch door
de regeering zooveel mogelijk met
rust te worden gelaten. Maar over
het geheel gaan de Indianen lang
zamerhand beschaafde mannen wor
den of zij sterven uit.
Geen geiuakkelijken taak.
Ziet menigeen op tegen een audiëntie
bij een Vorst, ook voor Vorsten zijn
die audiëntiëu verre van aangenaam
inel name voor den Keizer vari
Duischland. In eene schets van de
wijze woarop deze zijn dag doorbrengt
wordt daarover het volgende verhaald.
Voor de audientiën melden zich
o. a. de hoofdofficieren aan, die be
vorderd zijn geworden, de hoogere
staatsambtenaren zooals presidenten
en vice-presidenten, die pas benoemd
zijn; er verschijnen heden, die de
ordeteekenen van overledene verwan
ten overbrengen, particulieren, ge
zanten van vreemde Staten, Vorsten
en adelijke heeren. Met ieder spreekt
de Keizer, en ieder wijdt hij gedurende
eenige minuten onverdeelde aandacht.
Vaak bewijst hij bij deze audiënties
den heeren, die hem aanbevolen zijn,
bizondere oplettendheden, die voor
hem evenwel met vele bezwaren ver
bonden zijn. Hij verwisselt namelijk
in die paar uren wel zes of zeven
maal van uniform, alleen om zijn be
zoeker genoegen te doen. Brengt
bijvoorbeeld de zoon van een over
leden artillerie-generaal persoonlijk
de ordeteekenen van zijn vader aan
den Keizer, dan zal hij niet nalaten
voor de audiëntie, die slechts enkele
minuten duurt, de artillerie-uniform
aan te trekken, om den overledene
daardoor een bizoridere eer te bewij
zen. Zoo draagt hij afwisselend de
artillerie, de cavalei ie, generaals- of
afmiraalsuniform, al naar gelang van
de persoon of den stand van den voor
hem verschijnende. Ontvangt hij de
gezanten of militaire attachés van
vreemde Staten, dan wordt vaak de
uniform van den betreffende Staal
aangetrokken; in ieder geval worden
de ordeteekenen van dat land aange
daan, en al kent de kamerheer zijn
dienst nóg zoo nauwkeurig, toch zijn
dit bezwaren, die zich zelfs de be
leefdste particulier niet zou opleggen.
Een gewaagde statistiek.
Een goede Engelschman, een over
tuigd aanhanger van onthouding of
althans van matigheid in sterken
drank, is bezig aan het opmaken van
een statistiek, ten doel hebbend te
bewijzen, dat de matigheid het aantal
sterfgevallen vermindert. Een uit
Engelsch-Indië ontvangen mededeeling
luidt, dat van de goheel-onlhouders
onder de militairen in Indië 50 pCt.
was overleden en de overigen in het
hospitaal lagen
Deze zonderlinge uitkomst noopte
den geleerde tot een nieuwe navor-
scliing, en daarbij bleek hem. dat er
in het Engelsch-Indische leger juist
twee onthouders waren, van welke
de één gestorven, en de ander ziek
was. Toch was de statistiek juist.
Uit de geheimen der toover-
kunstenaars.
Er zijn geen geheimen meer.
Vroeger kon een bekwame goochelaar
als hij maar wat geest en wat
goede invallen had zich omgeven
met den stralenkrans van het onbe
grijpelijke. Maar nu wordt zelfs het
meest verbazende kunststuk onder
zocht, en nauwelijks heeft iemand
wat moois uitgevonden, of dadelijk
wordt meegedeeld »hoe het wordt
gedaan
Nu heeft men ook ontdekt hoe de
«dans op glasscherven" mogelijk is.
De naïeve toeschouwer houdt dat
werkje voor heel gevaarlijk en rilt
bij het denken aan de wonden, die
de danser kan oploopen. Het lijkt
ook geen kleinigheid met de bloote
voeten rond te springen op de spitse
glasscherven. Thans wordt het geheim
dezer truc ook onthuldDe
»glasscherven-dans" gebeurt op de
volgende wijze. Een groote breede
plank, waarop de danser zijn kunst
zal uitvoeren, wordt binnengebracht,
reods met glasscherven bestrooid.
Daarna verschijnt de danser zelf, die
nog eenige fleschen meebrengt, die
hij breekt en met kwistige hand
rondstrooit over de plank. Daarna
trekt hij zijn schoenen uit en begint
vroolijk rond te springen. Als hij
gedaan heeft, laat hij zijn voetzolen
zien om te bewijzen, dat die geheel
ongeschonden zijn.
De zaak is m werkelijkheid heel
eenvoudig: de glasscherven, die op
de plank worden binnengebracht, zijn
alle afgevijld en gladgemaakt, zoodat
een ongeluk niet kan gebeuren, te
minder wijl de danser zijn voetzolen
bestrijkt met een vloeistof, die de
huid beschermt tegen verwondingen.
De scherven der door hem gebroken
flesschen strooit de man heel voor
zichtig aan de uiterste punten van
ile plank, terwijl hij in 't midden gaat
dansen op de ongp.vaarlijke, afgevijlde
glasscherven.
Aan de Groot-machten van Europa.
Bedreiging werd daad. Gepantserde
kolossen,
Blokkeeren Kreta's kust, in naam der
Mensch'lijkheid.
't Heldhaftig Griekenland, gestuit in
't edel pogen,
Kent nu het lot, dat haar in naaste
toekomst beidt.
De Halve Maan, sinds eeuwen gruw
zaam woedend,
In 't schoon gewest door Minos daan
vermaard,
Ontvangt, begrijp' wie 't kan, den
steun der Christenvolken,
Wier broed'ren zijn ten prooi aan
Abdul Bamid's bend.
Zijn dat, o politiek, uw duist're kron
kelwegen
Te hoog voor het begrip van 't edel
vroom gemoed,
Vreest gij het oordeel niet, de straf
eens voor uw daden.
Grootmachten vari Euroop, zoo klein
door overmoed.
Is dat de leer van Hem, die liefde
als 't allerhoogste.
Van al zijn volgers eischt? Is dat uw
zedeleer?
Waarom uw hulp geboon aan moord'-
naars en ontzieden
Hebt gij geen rechtsgevoel zelfs
geen geweten meer'?
Holt voort op 't pad des bloeds. Werp
bommen en granaten,
Te midden van dat volk, dat U om
vrijheid vroeg,
Dat U de striemen toont, gevolg van
geeselslagen,
Maak 't land tot woestenij. En dan,
is 't dan genoeg?
Of moet ook Hellas kust, mee boeten
voor 't weerstreven
Van uwen hoogen wil? Zult g' ook
daar rechters zijn?
Vreest gij het oordeel niet der Muze
der Historie?
't Zal wis uw vonnis, en der Grieken
vrijspraak zijn.
Hoorn. H. K. Dz.
Hoornsche Ct.)