NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. ill Amerika naar Holland." BINNENLAND. No. 56. Woensdag 14 Juli 1897. Zes-eii-twintigste jaargang. VERSCHUW WOENSDAG EN ZATERDAG Feuilleton. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in tezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever J. SLOTHOUWER, Amersfoort. ADVERTENT1ËN: Yan 16 regels f 0.40; iedere regel meer 5 Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. De Koningin-Regentes is voor nemens in de tweede helft dezer week een Garden-partij te geven op liet koninklijk domein het Loo. Aan het gala-diner, Maandag op het Loo gegeven, namen, behalve het Perzische gezantschap, nog deel baron en baronnesse Van Hardenbroek, luit.-generaal jhr. Verspijck, luit.-ge neraal graaf Dntnonceau, jhr. Van de Poll, baron Du Tour van Bellin- chave, jhr. Van Tets en de minister van Buitenlandsche Zaken. Het gezantschap kwam op het Loo aan 3.17, en vertrok 8.39. -Een der correspondenten van de Telegraaf schrijft uit 's Graven- hage Dank zij de welwillendheid van den ook bij ons Hof geaccrediteerden Per- zischen gezant te Parijs, den vrien delijken grijsaard Nazara Aga, heb ik een onderhoud gehad met den buitengewonen gezant van den Shah, die van bet Loo is teruggekeerd, verrukt over de ontvangst, hém en zijn personeel door Hare Majesteiten bereid. Aboul Hassem Khan Nasser El Molk is in 1889 in het gevolg van wijlen den vorigen Shah in ons land geweest. Een voorgenomen bezoek aan koning Willem III bleet toen wegens de ziekte des Konings achterwege en het is dus nu vo_r het eerst, dat hij de eer heeft gehad, onze Koninginnen te begroe ten. Hij spreekt met ietwat bard accent en langzaam, als zocht bij naai de meest beteekenende uitdrukking, zeer goed Fransch en gaf mij te ken nen. welk een bijzotideren indruk liet Hollandsch landschap op de reis naar bet Loo op hem had gemaakt. In uniform natuurlijk met de astra- kan-muts niet gouden insignes steeds op het hoofd, ontving hij mij in een salon aan het «Hotel des Indes," omgeven door geallaireerde secreta rissen, zoodat \an een interview over Perzische toestanden en Nedei landsche handelsbelangen, het hoofddoel van mijn komst, moeilijk sprake kon zijn, maar toch had ik wil van de reis, omdat ik dezen gezant, deze Ooster ling, van wien apathische en gereser veerde uitdrukkingen niet vreemd zouden zijn geweest, mei ware geest drift hoorde spreken van onze Ko ninginnen. Hij heeft nu maanden achtereen Europa doorr eisd, om aan de hoofden de boodschap te brengen van de troons bestijging van den nieuwen Shall. Hij heeft in Engeland liet diamanten jubilé bijgewoond en toch bleek mij, hoezeer hij allesbehalve blasé onder den alleraaiigenaainsten indruk was gekomen van de ontvangst op het Loo en van de kennismaking met onze Koninginnen. Van de jonge Koningin getuigde hij «aiinable, adorable, urie vraie reine," en op den hoogsten prijs stelde hij de attentie der Regentes, die met bijzondere belangstelling naar den ge zondheidstoestand van den Shah van I'erzië informeerde, waaromtrent ver ontrustende berichten waren open baar gemaakt, die de gezant als over dreven kon tegenspreken. Na de plechtige overhandiging zijnet- brieven, werd hem het grootkruis van den Nederlandschen Leeuw vereerd, welke versierselen hij aan het gast maal droeg, waar de Regentes een dronk uitbracht op den Shah. In den hoogsten eenvoud met joviale voor naamheid, zoowel bij het komen als gaan de hand drukkende van den journalist, sprak de gez int zijne dank baarheid uit voor de allurcluirmaiitste ontvangst, er aan toevoegende dat hij volkomen goed kon besellen dat liet Nederlandsche volk lioogelijk met zijne Koningin is ingenomen. Naar thans door de St. Cl. wordt meegedeeld, beeft mr. P. J. Troelstra, benoemd lid van de Tweede Kamer in de kiesdistricten Winscho ten. Leeuwarden en Tietjerksteradeel, verklaard, de benoeming voor laatst genoemd district aan te nemen. Er moet dus een nieuwe verkiezing plaats hebben in Winschoten en Leeuwarden. De minister van binneniandsclie zaken heeft bepaald, dat de verkiezing in die beide districten zal plaats hebben op 20 Juli, dat de Stemming zoo noodig zal geschieden op 27 Juli, en de herstemming zoo noodig op 3 Augustus. Dr. J. Th. de Visser zal aan nemen voor Rotterdam, en naar het Ned Dagblad meedeelt, zijn bediening zooveel mogelijk blijven waarnemen. Dr. A. Kuyper heeft de benoeming voor Sliedrecht aangenomen. Men meldt uit 's-Gravenhage Zondag is liet strand voor en in de onmiddellijke nabijheid van bet Kurhaus te scheveningefi op den ouden voet hersteld, terwijl van ver schillende omstandigheden is partij getrokken om doeltreffende verbete ringen in te voeren. De winkelga lerij, door den laatste» storm naar alle windstreken verspreid, is door een nieuwe vervangen welke geopend is. De zeildoeken tentjes sluiten zich weder over eene groote lengte aan den strandmuur of bij de galerij aan Honderden zonnestoelen zijn meer naar de richting van het Kurhaus uitgezet, terwijl hiervoor een tweede gedeelte dier stoelen is geplaatst en op den boulevard twee i ijeu rustieke -toelen tegen 5 cents beschikbaar is. Binnen enkele dagen wordt op dit punt liet Kurhaus paviljoen, dat te voren bij de winkelgalerij stond, ge opend. Tusschen deze twee hoofd- afdeelingen van liet strandbudrijl zijn de baden geplaatst, zoodat deze spoe dig en gemakkelijk te bereiken zijn. Het geheel is volkomen passend aart de nieuwe verhoudingen, welke de strandboulevard in liet leven beeft geroepen. Te Utrecht hebben evenals in 1895 en '96 een drietal onderwijzers, wederom een programma opgemaakt, aangaande de te houden vacantie reisjes voor schoolgaande kinderen. Deze reisjes geschieden in de omlig gende streken en worden gedeeltelijk per spoor, boot of tram gemaakt en verder gewandeld zoodat dit voor de kinderen (jongens en meisjes) een flinke ontspanning is in de opwek kende en versterkende buitenlucht en bovendien hen in de gelegenheid stelt met veel schoons en belangwekkends in de vrije natuur kennis te maken. Doch niet alleen zijn deze reisjes prettig en gezond, maar zij zijn ook zeer nuttig, daar vele begrippen vooral op aardrijkskundig gebied er door bijgebrachte» verhelderd worden. Wil men er aan deelnemen dan moet men voor minstens 3 reisjes inteeke- nen en wordt voor ieder reisje af zonderlijk f 1 betaaldverder komen alle onkosten als spoor, boot of tram en ververschingen voor rekening dei- onderwijzers. liet nu gemaakte programma bevat ook weder een tiental van deze uit stapjes, welke wij niet allen /.uilen noemen. Boven en behalve dat, zal er ook een reisje gemaakt worden over Rotterdam naa* de tentoonstel ling te Dordrecht, naar Rotterdam per spoor en vandaar naar Dordrecht per boot. De kosten tot deelname hieraan zijn f2 per kind en alle uitgaven als spoor, bóót, entree's ververschingen enz. voor rekening der leeraren. Zoo doende worden kinderen, die in de zomer vacantie niet liet genot mogen smaken met ouders of familieleden uit te gaan, toch in de gelegenheid gesteld een uitstapje te maken. Vrijdagmiddag zijn uit Hamburg per spoor eenige kisten met wilde dieren, bestemd voor Arlis naar Am sterdam verzonden. Daaronder was ook een kist, waarin twee wolven waren. Te Emmerik werden de dieren door den begeleider gevoederd, die er zich van overtuigen kon, dat bun toestand toen niets te wensclieri liet. Te ongeveer 12 uur Zaterdagnacht stoomde de trein door naar Amster dam en kwam Zaterdagochtend 6 uur aan liet gpederenstation Kadijk aan. Toen bleek, zegt In t N. v. d. Dag, dat een van de twee wolven verdwe nen was. Het dier had in de kist, nabij de tralies, een opening weten te maken en zicli daar doorheen naar buiten gewerkt. De wagen was met liet oog op de behoefte aan lucht gedeeltelijk opengelaten en die verleiding schijnt liet beest te sterk te zijn geweest, 't Waagde den sprong en is thans bezig op een gedeelte van dezen klas sieken bodem der vrijheid een soort van vreemdelingen-verkeer te bevor deren, een weinig ongewenschter dan men in het reisseizoen verwachten mag. De mogelijkheid is niet buitenge sloten dat het dier gebruik beeft ge maakt van het stilhouden van den trein aan een der vele tusscliensta- tions, zoodat een onderzoek in de omgeving dier stations voor do hand ligt en ook wel zal ingesteld zijn. Een nader bericht meldt, dat de wolf op het landgoed De Uemelsche Berg bij Uo;terbeek dooreen arbeider is doodgeschoten. De 11 S. M. 1 leeft voor de va- cantie-reizigers een bepaling gemaakt, die zeker veel bijval vinden zal. Door haar worden namelijk abon nementskaarten voor alle drie klassen verkrijgbaar gesteld, waarmee liet rei zen gedurende veertien dagen onbe- peikt is, zoodat men van de treinen zooveel gebruik kan maken als men verkiest. Een kostelijke gelegenheid alzoo tot liet doen van uistapjes voor weinig geld. Bij het Departement van Koloniën is ontvangen het volgende, van 12 dezer gedagteekende, telegram Fidelia usque ad mortem. DOOE BLACK. 13) Daarop ging zij op een stoel zitten en barstte in weenen uit. »Kom, kom, Mary, drink liever eens, zei mijne meesteres, en laat dit u tot leering strekken, de deuren moeten gesloten zijn als Mijnheer uit is. Tegen den avond kwam mijn meester en zijn zoon terug, en toen mijne meesteres vertelde hoe ik haar gered had (dit waren hare eigene woorden) werd ik opnieuw geprezen en geliefkoosd, zelfs Koenraad, mijn jonge meester, joeg mij dien avond de deur niet uit. Hij gaf mij zelfs een groote kluif. «Jon gen, doe dat niet,» zeide zijn vader. Toen wilde Koen mij die kluif weer afnemen, maar ik begon te brommen en beet naar hem. Mijne meesteres stond toen op en nam mij de kluif af. Ik hield die stevig vast tusschen mijne tanden doch met de eene hand opende zij mijn mond en nam zoo de kluif weg met de andere en ik liet het gewillig toe, hoezeer het mij ook speet, want haar kon ik niet bijten, zelfs Mary niet. In het begin, als ik aan mijn schotel stond te eten en Mary liep er dicht langs, bromde ik altijd. Toen hoorde ik haar tot mijne meesteres zeggen, »o, dat is niets, ik ben niet bang van dien hond, dat is alleen gulzigheid, hij is gewend weinig eten te krijgen en nu schijnt hij bang te zijn dat ik het hem af zal nemen. Ik zal het hem wel afleeren.» Dan nam zij een stukj e vleesch in de hand en riep: «Black." Als ik het dan wilde aannemen legde zij het op mijn schotel eten neder. Daardoor wende ik er op 't laatst aan dat zij mijn schotel opnam om er nog wat bij te doen, en op 't laatst was ik er zoo aan gewend, dat ik mijn eten gewil lig door haar liet afnemen. Ik liet het nu gewillig toe omdat ik haar kende en zij plaagde mij nooit. Doch van Koen kon ik zoo iets niet velen. Ik voelde dat hij niet alleen niet van mij doch ook van geen enkel dier hield. En hoewel ik van mijn mees ter en meesteres alles kan verdragen, want die plagen mij wel eens, en daar heb ik zelve schik in kon ik van Koen niets velen; die sarde mij en sarren maakt een hond nijdig. Doch nu zal ik eerst eens vertellen, waarom mijn meester niet wilde, dat ik kluiven of groote beenen kreeg. Ik hoorde hem dit aan Koen vertellen. Hij zei: Mijn vader had een mooien grooten hond, en wij gaven dien altijd beenen te kluiven, eigenlijk letten wij niet erg op zijn eten. In de keuken gaven zij hem zelfs wel eens een hammebeen, tenminste, daar zag ik hem wel eens aan kluiven in onzen grooten tuin. Het was aardig om te zien hoe hij dat bewaarde, als hij er eerst genoeg van had. Dat begroef hij dan, hij graafde eerst een kuil, legde het ham mebeen er in en krabbelde er dan weer aarde over. Als hij dan nader hand er weer trek in kreeg, groef hij het eenvoudig weer op. Toen nu die hond oud was, lag hij nachten lang achtereen zoo akelig te huilen, dat mijn vader eindelijk de veearts liet komen. Deze onderzocht hem en zei Wel, dat dier mankeert niets, 't is ouderdom. Daarbij werd het dier hoe langer hoe magerder, hoe goed wij hem ook voedden. Eindelijk konden wij het niet meer uithouden. Het gejank was akelig om aan te hooren,1 het beest scheen zoo te lijden, dat het ook voor hem beter was hem uit zijn lijden te helpen. Wij hadden een neef die student was. Hij stu deerde in de medicijnen. Deze liet hem aan iets ruiken, en 't was alsof hij insliep. Zijn lijden was uit. Nu vroeg onze neef, of hij de kop van den hond mocht hebben om te pre- j pareeren. Toen ontdekte hij dat het arme dier in den laatsten tijd, hevige j pijnen moest geleden hebben. Hij had j namelijk mecrose (beenverzwering) in de kaak gehad. Ziet gij, daarom ben ik er tegen dat gij Black groote zware beenen te kluiven geeft, want daaraan had onze hond, geloof ik zijne pijn lijke kwaal te danken.» Zoo eindigde mijn meester ziju verhaal. Ja maar zei Koen 't is zoo'n grooten hond, en ik zie het bij andere menschen hier, al de houden eten van die zware beenen.» »Nu, antwoordde mijn mees ter al doet iedereen het, ik doe het niet. Dunne beentjes of zoogenaamde knarsbeentjes kunt gij hem gerust geven.» Ik vertel het precies zooals ik het mijn meester hoorde vertellen. Ik geloof wel dat hij gelijk heeft, want kan ik eens een groot been meester worden, dat sleep ik dan naar den tuin, maar ik kan het naderhand ook wel aan mij ne tanden voelen dat het niet goed voor mij is. Het werd nu vroolijk op onze farm. Er kwamen paarden en koeien en weer varkens ook die ik 's avonds naar bin nen mocht jagen. Koen kwam nu bij ons wonen, en nog een knecht, een Amerikaan, Jones, geheeteu. Deze mocht ik gaarne lij den, iedereen hield van hem, tot Mary toe, doch dat wil ik gaarne gelooven. Nu behoefde zij zelve nooit meer water te halen, hoe veel emmers zij ook noodig had. Als Jones er was, deed die het. Hij maakte de keukenhaard aan, hij bracht het eten naar de varkens, hij bracht hout, kortom niets was hem te veel. Daarbij kon hij zoo mooi vertellen, van den ouden tijd, van de Indianen. Hij vertelde dat die ook honden hadden, dat zij daar zeer slecht voor waren,

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1897 | | pagina 1