GEMENGD NIEUWS.
Advertentie n.
5 Pqbö Thefi voor f 3.25,
TE lipMVRAAGD:
EEN/WIMÈLHUIS
A. N. J."V O S
verkoopen:
IJNiiJtill,»
(lonflen eü Zilveren werken,
Een verzoek.
De heer F. A. Liefnnck, resident
van Bali en Lombok, schrijft aan de
Java Bode: «Beleefd verzoek ik u het
ondervolgende in uw blad te plaatsen
en de heeren redacteuren van andere
dagbladen ook van de in Ncdeiland
verschijnende uit te noodigen het
over te nemen. «De Balische vorsten
van Lombok hadden van ouds de ge
woonte, hetgeen door hen verordend
werd ten aanzien van bestuur, rechts
pleging enz. te doen op schrift stellen
op lontarblad. Deze geschriften bevat
ten vele wetenswaardigheden betref
fende de inlandsche huishouding,
waarom het van belang te achten is
dat de inhoud algemeen toegankelijk
wordt gemaakt. Dit heeft er toe ge
leid de bewerking ter hand te nemen,
doch daarbij is gebleken dat, hoewel
die geschriften steeds in meerdere
exemplaren werden opgemaakt, de
collectie, die reeds bijeen gebracht
werd, toch niet compleet is Waar
schijnlijk is een deel ervan tijdens
den oorlog door brand of andere
oorzaken verloren gegaan, een ander
deel buiten Lombok terechtgekomen.
«Mot het oog op de laatsbedoelde
mogelijkheid richt de ondergeteekende
tot degenen, die zich tijdens dien
oorlog op Lombok bevonden en door
wier zorg beschreven lontarbladen.
buiten die welke zich thans in de
boekei ij van het Bataviaasch Genoot
schap \an K. en W. bevinden, be
waard mochten zijn gebleven, het
beleefd verzoek te willen medewerken
tot bereiking van het boven aangege
ven doel door hem die geschriften per
post (als documenten) toe te zenden,
ten einde van den inhoud kennis te
kunnen nemen en c. q. er afschriften
van te laten maken, zullende ze daarna
onmiddellijk worden geretourneerd."
PLAATSELIJKE BERICHTEN.
Tot lid van de Commissie van
beheer der kerkelijke goederen in deze.
provincie is benoemd dn heer W. II.
Struve, en in plaats van den heer
d'Aumale baron Van Hardenbroek,
van Hardenbroek, graaf Van Lynden
van Sandenburg.
Met het toezicht op de openbare
en de bijzondere scholen van Middel
baar onderwijs in do Provincie Utrecht
is belast dr. W. B J. van Eyk.
Met dat op de Ambachtsscholen,
de Industriescholen voor meisjes en
de Burgerdag- en avondscholen, de
nieuwbenoemde Inspecteur van liet
Middelbaar onderwijs H. J. de Groot,
wiens standplaats zal zijn 's Graven-
hage.
Luitenant J. C. J Kempees, van
bet le regiment veld-artillerie hier,
heeft detacheering aangevraagd bij
het O. I. leger.
Bij Kon. besl. is aan dr. P. Groene-
boom, op zijn verzoek, eervol ontslag
verleend als lid van den geneeskun
digen raad voor Gelderland en Utrecht
in zijn plaats tot iid van dien raad
benoemd dr. C 11. 11 Spronck, hoog
leeraar te Utrecht, thans plaatsver
vangend lid, en lot plaatsvervangend
lid van dien raad diC' Eykman, hoog-
leeraar te Utrecht.
De uintercursus van de burger
avondschool is weder geëindigd, en
de uitslag van liet gehouden over-
gangs- en eindexamen is gisteravond
bekend geworden.
Van klasse I tot klasse II werden
bevorderd: .1. W. Boshuizen. Tj. Brou
wer, F. van Drie, H. van Eist, G.
Hartochsveld, 11 van 't Hof, G. van
Kuijzen en D. de Vrije. Niet bevor
derd werden drie leerlingen.
liet einddiploma werd uitgereikt
aan: G. van Nieuwenhuizen, H. A.
Pothoven. W. Ruitenberg S. Slachter.
J Willemsen en M. Hoogevest.
Prijzen werden toegekend aan de
volgende leerlingen: S. Slachter, (le
prijs), II. A Pothoven (2e), F. van
Drie (2e), G van Nieuwenhuizen (3e),
en M. Hoogevest (aanmoedigingsprijs),
De zomercursus in hand- en recht
lijnig teekerion ten behoeve der aan
wezige leerlingen vangt aan op 11
April e.k., des avonds om zeven uur.
Drankgebruik in Noorwegen.
In geen ander land van Europa
wordt waarschijnlijk zoo krachtig
geijverd tegen de drankellende als in
Noorwegen. Voor 1840 was hel
distilleeren daar vrij voor iedereen.
Sedert heeft men wettelijke bepalingen
ingevoerd, die langzamerhand ver
scherpt zijn, totdat in 1896, dank zij
de krachtige geheelonthoudersbewe
ging, de wet op liet plaatselijk verbod
in werking kwam, welke aan meer
derjarige mannen en vrouwen het
recht toekent in hun gemeente de
productie en verkoop van sterken
drank te verbieden. In 11 steden is
thans de drankhandel verboden.
Onderstaand lijstje geeft een overzicht
van het drankgebruik per hoofd en
per jaar in Noorwegen, alles herleid
tot drank met 50pet alcohol.
1816-1840 16 L.
1840—1849 10 L.
1850 1854 6,4 L.
1855—1880 5,2 L.
18S1-1885 3 4 L.
1886—1895 3 L.
1896 2,2 L.
In ons land bedroeg het gebruik in
de laatste jaren bijna 9 L.
Geven deze cijfers ook iets te
denken
Een leeuwenjacht in Engeland.
Op de heide van Willesden nabij
London bezit de bekende dierentem
mer Georg Sanger een handel in wilde
dieren. Zondag II. bad de ervaren
dierentemmer een vriend ten eten ge-
noodigd, met wien hij een wandeling
tusschen de kooien maakte, toen plot
seling een hevig lawaai bewees, dat
er iets buitengewoons voorviel. De
tijgers, panters wolven en hyena's
hieven een oorverdooveinl gebrul en
gehuil aan en daarlussclien weerklonk
bet trompetachtig geschreeuw van de
olifanten. Reden tot een en andei
was er voldoende, want Prins, een
praclit-exemplaar van een Afrikaan-
selie leeuw, was uit zijn kooi ontsnapt
pn bad de vlucht genomen. Sanger
riep zijn bedienden bijeen en spoedig
ontdekte men den vluchteling op een
voetbalveld in de nabijheid Gelukkig
was liet dier juist gevoederd en vei
keerde Inj dientengevolge in een heel
fideeie stemming. Het wandelde op
den straatweg vriendelijk voorbij een
zooals te begrijpen is, doodelijk ver
schrikte oude dame en wendde zich
daarna in de richting van een spoor-
vvegbaan, waar zijn vervolgen! hein
zwijgend en in alle stilte omsingelden.
Demeesten hadden zekerheidshalveliun
geweren medegenomen en iri het voor
ste gelid stond Sanger met de be
kwaamste oppassers. De lasso's wer
den uitgeworpen en de in acht strik
ken gevangen koning der woestijn liet
zich rustig door zachte stooten met
ijzeren stangen in zijn kooi terugbren
gen. Aldus verliep deze jacht als een
onschuldige Zoudagsuilspanning.
Hoogc verdienste.
In Frankrijk wordt aan leeraren en
onderwijzers, die zich in hun beroep
bijzondei onderscheiden hebben, een
orde gegeven wegens «verdienste en
bevordering van volksontwikkeling".
Dit jaar werd echtei aan personen
van alle mogelijke standen deze orde
uitgereikt De Avant-garde Pédayogi-
que maakt zich nu over liet nieuwe
systeem in den volgenden dialoog vioo-
lijk. De ambtenaar van liet ministe
rie voor onderwijs ontvangt de bezoe
ken ter verleening van liet violette,
lintje. «Wat zijt gij?" «Ik ben
straatveger" «Straatveger? Maar
dal beeft locli volstrekt geen be
trekking op «Wat? Ik maak
de sl raten schoon voor fietsers en
automobielen en draag dus bij tot
bevordering van despoit." «Goed!
Uw verzoek wordt onder de rubriek
physische opvoeding gerangschikt En
nu gij?" «ll< ben krantenventer?"
«Krantenventer? Maar ik begrijp
niet goed in welke klasse ik u plaatsen
moet." lu de klasse van volksont
wikkeling. Dagelijks deel ik voor een
lialven stuiver den gezonden kranten-
kost onder liet volk uit »U hebt
gelijk En gij?" «Ik ben lantaarn
opsteker. Ik deel Het licht uit...."
«En gij, mejuffrouw?" «Ik ben
kindermeisje. I speak English. Ik
spreek Franscli." «Prachtig! u
komt onder de rubriek huisonde.rvvij-
zeressen in de levende talen. En u,
mevrouw?" «Ik ben portierster?"
- «Om u te dienen, in een staats
school. Sedoi t 25 jaar open ik de deur
voor de inspecteur:.." «Dat is iets
heel bijzonders. Ik zal bij uw verzoek
schrijven: Buitengewone verdienste."
Uit Hengelo (Overysel) schrijft
men aan liet A'. r. d D
„Onze plaats heelt in de laatste jaren
jaren groots veranderingen ondergaan.
Een aantal 'straten hebben in korten tijd
een geheel ander voorkomen gekregen
De oude huisjes, welke weinige jaren
geleden nog in de hoofdstraten stonden,
naast villa's en heerenhuizen, verdwijnen
mper on nicer, en wijl hij het houwen
van nieuwe huizen de bepalingen der
bouwverordeningen worden toegepast,
verdwijnt ook langzamerhand liet onre
gehnatig voorkomen van vele straten,
veroorzaakt door huizen, welke niet in
de rooilijn stonden of vóór of achteruit
sprongen.
Vooral de woningen der fabrieksar
beiders ondergaan groote verbeteringen
en hebben een net voorkomen. Bijna
elk nieuw huis wordt gebouwd met gang
of portaal en heeft een paar flinke ka
mers en afzonderlijke slaapvertrekken.
De levenswijze .der werklieden is ook
lang niet zoo eenvoudig meer als vrne
ger. Voor kleeding en opschik wordt
door hen heel wal geld uitgegeven, vooral
door de jongelieden. Fabrieksmeisjes, die
des Zondags glacé handschoenen dragen,
behooren volstrekt niet meer tot de uit
zonderingen.
„Een aantal confectiewinkels zyn hier
in de laatste twee o! drie jaren geopend
ook is pr in het algemeen een groote
vermeerdering van winkelhui en. alle.
als in de groote steden, m t flinke spie
geiruiten, welke men voor een jaar ol
vijf hier nog niet kende.
„Naar woonhuizen, zoowel tabrieks
woningen als burgerhuizen, blijtt steeds
vraag niettegenstaande er voortdurend
gebouwd wordt Nu door den bouw van
een nieuw hoog station tie vlottende be
volking zal vermeerderen, zal die be
boette zich natuurlijk nog sterker doen
gevoelen, üp het oogenblik ic men bezig
aan den oostkant van het dorp een paar
flinke straten te ontwerpen, waarlangs
men binnenkort met den aanbouw van
nieuwe woningen zal beginnpn.'
In de N. G-ron. Ct. leest men 't vol
gende Al om vyf uur hedenmorgen was
het oude vrouwtje aan het station, en
van dien tijd bleef zij er ronddwalen
bibberend van koude in de sneeuwjacht
Het arme oude moedertje kwam van
heel ver Zes uur lang „had zij vannacht
gelooperi om haar zoon nog eens te zien,
<>m hem nog even te spreken voordat
hij naar de gevangenis ging.
„Het was altyd zoo'n goeie, beste
zoon geweest, mijp. jongen, en al kon
hij het met zyn vróuw niet best vinden
hij heeft vier kinders, meneer, en één
op komst - tegen mij was hij altijd
best. totdat hy aan den drank is geraakt
Wat hij gedaan had, dat hy in de ge
vangenis moest?
„Niets, meneer, niets. Hy was eenige
keeren dronken geweest, en nou moest
hy eens in de gevangenis en dan naar
de kolonies."
Wat ze daar bij zich had?
„Een kruik melk on wat brood. Dal
heb ik nog meegenomen van huis De
inelk heb ik eerst gekookt, want myn
jongen is niet al te sterk, en de dokter
heeft gezegd, dat hij geen melk mocht
drinken, of zij ino'St gekookt zijn
Eindelyk, eindelijk komt haar
jongen met zijn geleider, een norsohe
kerel met een ongunstig uiterlijk Hij
neemt de melk en het brood aan
geen woord van dank De locoino
tiet heelt thans vol stoom; de. portieren
worden dichtgesmeten. Gefluit lang
zanm schuilt de trein uit het perron weg.
En het oude moedertje kijkt en tuurt,
totdat de laatste wagen van den trein
verdwenen is
Dan zucht ze even en gaat weer heen,
loopen den langen weg door de koude
sneeuw.
Net stof voor een reaiitisehen roman
en tóch is het een geschiedenisje, dat
hedenmorgen aan het Noorderstation al
hier „te zien was."
Dezer dagen werd te Tilburg een
Duitscher op kosten van het Ann be
stuur begraven Later vond men onder
zjjne papieren eene schuldbekentenis van
00.000 Thaler.
Te Oud-Karspel (N.-H.) verkeert
men sinds eenige dagen in een zeer ge
spannen toestand De woning van het
hoofd der school aldaar moet voordurend
door een sterke politiemacht bewaakt
worden, wyl zy niet veilig schynt te zyn
tegen aanvallen der burgerijalthans van
een gedeelte daarvan. De hoofdoorzaak
wordt gezocht in een hetzij werkelijk of
vermeend, onrecht, hetwelk door genoemd
schoolhoofd aan zijne vrouw wordt ge
daan. Sedert eenige dagen was haar de
echtelijke woning ontzegd, doch by af
wezigheid van haren echtgenoot kwam
zy weder daarbinnen, terwijl de smid
bezig was een slot van een der deuren
te herstellen
Toen nu het schoolhoofd verleden
Maandag met zyn personeel waarvan
twee onderwijzers en de onderwijzeres
bij hem in den kost zijn uit de school
thuis kwam, moest de vrouw weder uit
de woning verwijderd worden.
Daartegen verzette zich echter de
saamgeschoolde menigte. De spanning
werd alicDgs grooter; men eischte, dat
de onderwijzeres zou vertrekken De
inmiddels versterkte politiemacht was niet
in staat de aangroeiende volksmenigte
tot kalmte en heengaan te bewegen
Nog dienzelfden avond vertrok de on
derwijzeres naar Breukelen.
Door de politie moest evenwel nog
steeds de grootste waakzaamheid worden
betoond. Dinsdagmorgen is het hoofd
der school naar Amsterdam vertrokken,
met vier dagen verlof door den burge
meester.
Voordurend blijft echter de grootste
spanning heerschen Zelfs heeft de politie
niet kunnen beletten, dat de tuin voor
een goed dpel vernield en de woning
reeds eenigszins beschadigd werd. Bij
voortduring houdt een sterke politiemacht
toezicht Met vele treinen worden aan
het station Noord Scharwoude politie
agenten aangevoerd, terwijl anderen ge
reed staan om zich naar hunne stand
plaats te begeven.
Woensdagmiddag werd de burgery by
hekkenslag ernstig aangenaamd zich
rustig te houden.
Nv. d. D.)
Heden, overleed in
den oudebdqm van 71
jaar yuizc geliefde Èeht-
genpote, Moeder, behtjwd-
eif* Grootmoeder 'Mej.
CAROLINA SOPHIA
S'AN REEK geb. Appen-
J/Zei.lee. Vroeger wed.
|,P. W. T. Roos.
Uit aller naam:
v, D. A. van Beek.
AmeKfóölV^yïTaart 99.
in pnftchtvQdle Japansche bus,
qualitciji Gulde/rsti^Cy Niet volkomen
naar 'ivcnsch terug. Fr0, remb. of postw.
Ook zc&i* geschikt v. ipedèrk. Theehandel
en gros.-* Yun t Anker" Delft.
op goeden stand met ppgave van
gevelb£eedte en huurprijs.
Brieven franco letters K. K. D.
Algemeen Advertentie-Bureau
Nijgh va"n-Beeaf*r.,"Rotterdam.
DE NOTARIS
te Amersfoort, zal op Donderdag
C April des vóormiddags
9 uur, in de Roomscli 'Catholieke
pastorie te Soest in h,et openbaar
om contant geld
Den coaipleeten goéd onderhouden
nagelaten door den WelEer-
waarden Heef H. VAN PEER,
lie sla a n dei' oor na in el ij k in:
ronde, vierkante, en nittrektafels
met-bladen', speeltafeltjes, waseh-
tafels nfet garnituur, canapé,
stoelen met zittingen, fauteuils,
armstoelen, bonkeur du jour,
buffet, linnenkasten, brandkast,
pepdules met candelabres en met
coiipes, bureau, spiegels, kaekels
mejfc toebehooren, fornuis, bedden
mei toebehooren, ledikanten,
marrassen, kruisbeelden, bidbank
jes,". wij watervaatje, schrijfnéces-
saire, nachtkastjes, klokken,baro
meter, thermometer, ganglampen,
hanglampen, kroon, beelden,
schilderij en, haardstellen, kleeden,
karpetten, loopers, zeilen, koperen
roeden, tafelschel, gordijnen, de
bibliotheek, èene partij wijn,
mangel, compleet eetservies, fruit
schalen, compotes, messen, vorken,
lepels, divei'se glazen, messen
leggers, koffiekannen suikerpot
ten, theebussen, theestoof, linnen-
en tafelgoed, voorts
alsgouden horloge, 24 paar
zilveren lepels en vorken, tafel
schel, soeplepels, taartsehepper,
suikerschépper, zuurvorkj es, 36
diverse lepeltjes, pièce de milieu
met zilveren voet, rookstel met
zilver, aschbakj e met zilver, glas
met zilveren voet, enz. Verder
waterstoof, spuit, braadpan;'tob
ben, trapjes, kopjes, schoteltjes,
en keukengereedscluyir en glas,
blik- tin- 'en-guidowerk en ein
delijk brandhout, turf, kippenhok
en hetgeen verder te voorschijn
zal worden gebracht.
Daags te voren te bezichtigen
van 1012 en van 24 ure.
«Centraalstation!" riep ik tot den koetsier,
en daarop legde hij de zweep over zijn paard
en wij reden weg. «Een souverein zoo je me
er voor zeven uur brengt."
Wij vlogen weldra de straten langs. Ik kende
Liverpool niet goed, en kon bij gevolg niet
precies vertellen, welken weg de man volgde.
Toen ik in de hansom stapte, was het twaalf
minuten vóór zevenendeze minuten verliepen
spoedig, en nog was er geen station te zien.
«Zijt gij er zeker van, dat gij den rechten
weg volgt?" riep ik door het luikje in de kap.
«Gij zult er binnen een minuut zijn, Sir,"
antwoordde hij. «Gij moet aan het Limet-Street
station wezen, niet waar?"
«Neen. Centraalstation," antwoordde ik. «Ik
zeide je: Centraalstation; rijd terstond als de
duivel derwaarts. Ik moet dien trein halen,
want het is de laatste van avond."
«In orde Sir, dat kan," riep hij, opnieuw
de zweep over zijn paard leggende.
Nogmaals haalde ik mijn horloge voor den
dag, de wijzers stonden drie minuten vóór
zeven.
Na verloop van tien minuten reden wij het
station binnen. Ik wierp den koetsier een
halven souverein toe, en snelde naar het
plaatsbureau.
«Naar Brent, Sir? De laatste trein is juist
vertrokken," zeide de bureaulist, die mij door
het kleine loket met een onverschilligen blik
aanzag.
Ik wierp mijn valies verdrietig neêr en uitte
een zwaren vloek. Maar zonder dien idioot
van een koetsier zou ik juist den trein gehaald
hebben. Plotseling schoot mij een vreeselijke
gedachte door het hoofd. Was de koetsier
ook soms door Wickham omgekocht geworden?
Ik had den man zoo nauwkeurig mogelijk
ingelicht. Ik had hem gelast, mij naar het
Centraalstation te rijden. «Centraalstation"
had niet de minste overeenkomst met «Lime-
Streetstation." Hoe was het mogelijk, dat hij
zich zoo deerlijk vergiste?
Hoe meer ik de zaak overwoog, hoe zekerder
het mij werd, dat er een gevaarlijk komplot
werd gesmeed, en dat Wickham er in betrok
ken was. Mijne hersens raakten van ontroering
in de war. Wat was de zaak? Waarom was
er een gedaante in Murdock's bed gelegd
Waarom was ik meê naar boven genomen, om
ze te zien? Zonder eenigen twijfel wenschten
Mrs Murdock en Wickham beiden, dat ik die
voortreffelijke nabootsing van een ziek mensch
j zou aanschouwen. Een nabootsing zoo goed,
dat zelfs de wakkerste déteetief in Schotland
Yard misleid zou hebben. Ik was er zelf de
dupe van, totdat ik het voorhoofd aanraakte.
Dat alles was niet daargesteld zonder reden.
Welke was die reden? Kon het mogelijk zijn,
dat Murdock ergens elders moest zijn, en dat
men het goed achtte, dat ik hem zag, ten
einde daardoor een alibi te bewijzen, voor het
geval dat hij van een afschuwelijke misdaad
werd verdacht. Mijn God! wat kon dit alles
te beduiden hebben. Yan het eerste oogenblik
af had ik Wickham gewantrouwd. Wat deed
hij in Murdock's woning? Met welk doel had
hij den koetsier van de cah omgekocht, ten
einde daardoor te maken, dat ik te laat kwam
voor den trein?
Hoe meer ik er over nadacht, hoe meer ik
de overtuiging kreeg, dat Cressley in ernstig
gevaar verkeerde, en ik besloot nu, het mocht
kosten wat het wilde, dien avond nog naar
hem toe te gaan.
Ik verliet het station, nam een cah, en reed
terug naar mijn hotel. Ik vroeg den chef te
spreken. Een lang, donker man verscheen door
een deur op den achtergond van de receptie
kamer en vroeg, wat ik van hem verlangde?
Ik verzocht, hem een oogenblik alleen te mogen
spreken, waarop hij mij voorging naar zijn
huiskamer.
«Ik verkeer in een buitengewoon geval,»
begon ik. «Omstandigheden van particulieren
aard maken het volstrekt noodzakelijk, dat ik,
zonder eenig verwijl naar Brent vertrek, dat
op een zestig mijlen afstands van het spoor is ge
legen. De laatste trein is weg, en ik moest derhalve
de reis per rijtuig maken. Kunt gij mij helpen,
door mij een goed huurkoetsier op te geven,
van wien ik een rijtuig en paarden kan huren.
De man keek mij met opgetrokken wenk
brauwen aan. Hij dacht blijkbaar dat ik krank
zinnig was.
«Ik meen, wat ik zeg,» voegde ik er bij, en
ben bereid m'n woorden met een flinke som
te bekrachtigen. Kunt gij me helpen?»
«Ik houd me overtuigd, dat gij daartoe een
rijtuig en paarden zult krijgen? hernam hij;
«maar het is een zeer lange reis, en door een
heuvelachtige streek. Twee paarden kunnen
zonder rusten dien weg niet afleggen. Gij zult
van tijd tot tijd van paarden moeten wisselen.
Ik zal naar de stal van het hotel zenden, dat
de eigenaar hier kome, dan kunt gij met hem
over de zaak spreken.» Wordt vervolgd.)