nriEu Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. BOEFJES. FEUILLETON. No. 24 Woensdag 25 Maart 1903 Twee-en-dertigste jaargang. VERSCHIJNT WOENSDAG E\ ZATERDAG BINNENLAND. EEN KERSTNACHT. 3) Amersfoort sc Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. i. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. BureauLangestraat 77. Telephooiino. 09. AD VERTENTI&N: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/j Cent. Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte Eenige maanden geleden had de Nieuwe Rotterdamsche Couiant een feuilleton »Roefje" getiteld, een ge schiedenis, dooileefd en beschreven door den begaafden schi ijver Brusse. Breed uit wordt geschilderd een Rotterdamsche jongen van 13,14 jaar met al zijn leuke, guitige natuurlijk heid maar ook als een jeugdig mis- dadigerstype, een jongen, die wispel turig en vagebonderig, snoeplustig en diefachtig van kwaad tot erger komt. tot inbraak toe, zoodat hij ten slotte tot gevangenisstraf veroordeeld wordt. Ten slotte? neen, dat was niet het eind. De vereeniging »Pro Juveniute" te Rotterdam trak zich het lot van den knaap aan reeds vóór de zaak voor de rechtbank behandeld werd. had de vereeniging zicli in verbinding gesteld met den Officier van Justitie, met het gevolg dat de gevangenisstraf niet te lang werd onder voorwaarde dat daarna de knaap eenige jaren zou vertoeven in een opvoedingsgesticht Zoo geschiedde en wanneer do schrijver ons aan het eind van zijn verhaal vertelt van zijn bezoek in Limburg, waar de jongen in een ge sticht overeenkomstig de gezindte zijner R. C. ouders werd verpleegd, dan gevoelen wij een verlichting en ontspanning als we lezen, dat de jongen er nu blijkbaar boven op was, dat bij nu bad de omgeving, waar zijn mis dadige aanleg misschien uit gebrek aan voedsel kon afsterven en zijn betere natuur zich kon ontplooien- Zulk een vereeniging «Pro Juven- tule" ingrijpend voor het te laat is, reddend kinderen vóór liet menschen en dan volslagen misdadigers zijn, die menschelijkerwijze niet meer te redden zijn, bestaat ook voor Amer .foort's boefjes. In de afgeloopen week verscheen het jaarverslag over 1902 van de ver eeniging «Pro Juventute" te Utrecht, die baar werkzaamheid ook over Amersfoort uitstiekt, welke werkzaam heid belaas meer dan noodig is, waar van wij U straks een enkel vooi beeld willen mededeelen. Uit de ledenlijst van dit verslag blijkt, dat de vereeniging in de stad onzer inwoning niet genoeg gekend dus niet genoeg gewaardeerd en gel delijk gesteund wordt. Het zij aan ons. welkende leden dier vereeniging te Amersfoort, vergund den lezers van dit blad daarvan iets mede te deelen in de hoop, dat velen zich opgewekt mogen gevoelen zich bij één onzer op te geven ais lid met een contributie vau minstens f2.of als donateur met een contributie van minstens f 10.of met een gift in eens van minstens f50. De vereeniging trekt zich liet lot aan van kinderen, die met de justitie in aanraking kwamen en als de finantién het gedoogen ook van ver waarloosde kinderen met wie het nog niet zoover kwam. De vereeniging plaatst deze kinderen allereerst onder toezicht van een patroon of patrones om daarna met de Justitie te beraad slagen, welke maatregel moet geti of ten worden om dit kind te bewaren voor verdere misdaad en bet zooveel mogelijk te brengen tot een eervolle positie in de Maatschappij. Zelden komt men na gemeenschap pelijk overleg tot het besluit dat voor het kind een vervolging en straf bet meest gewenscht istoch gewaagt het, genoemd verslag zelfs van één geval, bepaald een uitzonderingsgeval, waai in de Officier van Justitie tot vervolging uit zich zelf niet besloten zou hebben, maar door den patroon overtuigd werd, dat het voor deze knapen noodig was, een zeer korte gevangenisstraf te ondergaan bij gebrek aan beter straf, nu de Kinderwetten nog niet in werking zijn en het geval te ernstig was om ongestraft te blijven. Meerdere keeren echter gebeurt liet, dat de Officier van Justitie niet ver volgt op de belofte van de Vereeniging, dat de patroon of patrones voortdu rend toezicht houdt en zich liet kind ge durende eenige jaren blijft aantrekken. Maar natuurlijk in zeer vele ge vallen is bet eenige wat helpen kan verwijdering van bet kind uit zijne omgeving. Dit geschiedt door uitbe steding, door plaatsing in een parti culier gesticht al naar gelang van de godsdienstige gezindie der ouders of in een Rijks-opvoedingsgesticht. Het laatste geschiedt alleen indien de Justitie bet kind niet ongestraft wil laten, indien de ouders niet mede werken of en dat is maar al te veel de reden -- indien »Pro Juven tute" geen geld heeft Een Rijksop voedingsgesticht, waar zoovele kinde ren in dien moeilijken leeftijd van 1218 jaar, en dan, allen misdadig, allen verwaarloosd, bijeengebracht zijn onder toezicht, dat misschien krachtig genoeg gehandhaafd wordt om de orde te bewaren en gedeeltelijk een handwei k te leeren, maar dat meestal niet in staat is wei kelijk op te voeden en niet voorkomen kan dat de jeug dige boosdoeners veel kwaad aan en van elkaar leeren, een Rijks-opvoe dingsgesticht is een pis-aller als er volstrekt geen geld meer is. [lat was onlangs liet geval met een jongen, waarover een onzer liet patronaat aanvaardde, een jongen van 11 jaar, die reeds drie jaar larig uit snoeplust eerst kwanselde, toen bij zijn ouders wat wegnam, later win keliers oplichtte en uil uviriden" ging een vagebond van natuur, die 10 jaar oud een machinist van een goederen trein wist te bepraten hem 's nachts naar Winterswijk mee te nemen en den volgenden dag weer wist terug te komen, een die soms dagen, soms weken uitbleef als hij bang was voor slaag van zijn vader. De vader was al eens naar den meester geweest, - schoolgaan deed de knaap niet veel en had gevraagd of hij niet naar een gesticht kon worden opgezonden hij was tegen zijn kind niet opgewassen; maar meesterzeirie, dat dit wel f70.'sjaars kostte en dat konden de ouders niet betalen. Zoo bleef de jongen rondloopen, nu eens geslagen en dan weer gesmeekt heden bedreigd en morgen ontzien en het werd erger en ergei de winkeliers werden steeds meer opgelicht, tot eindelijk vader weigerde te betalen en de politie er in werd gemoeid. Eenige dagen geleden werd hij verooi deeld tot opzending naar Alkmaar voor 7 jaar. Wa:e het maar geweest, dat we eerder van deze zaak geweten of dat de vereeniging «Pro Juventute" slechts de helft der kosten had kunnen dragen, wij zouden hebben kunnen trachten met particuliere bijdragen den jongen te plaatsen in een particulier gesticht waar veel toezicht en leiding voor weinig kinders is of waar men zoo spoedig mogelijk in goede gezinnen uitbesteedt, maar er was geen geld en weinig tijd en Amersfoorl's hoefjes kostten reeds zoo veel zonder dat onder Aniersfoort's meergegoeden krachtige steun der vereeniging gevonden werd. klaagde nier. in Utiecht. helaas te i echt! Helpt ons dan rneer bevoorrechten, helpt allen, die 't eenigszins kunt doen, onverschillig van welke politieke rich ting of keikgeuootschap Wij zijn in »Pro Juventute" neutraal, d.w.z. wij trachten elk kind volgens de gods dienstige richting van zijn oudeis te maken tot ernstige menschen, tol nuttige leden van de Maatschappij. Laat de werkzaamheid van ons en anderen, die ook patroon willen wezen, niet vleugellam geslagen worden door gebrek aan geld. De kosten van een enkel kind, dat gered moet worden, kunnen soms betrekkelijk hoog 75— 160 'sjaars) zijn, zelden wordt geld productiever besteed, zelden wordt een uitgave gedaan, die meer kosten aan de gemeenschap bespaart, zelden zullen wij met onze bijdrage grooler lijden voorkomen. De Amersfoortsche correspon- deerende leden van de Vereeniging „Pro Juventute" te Utrecht, I. HOUY-KAAS. W. M. J. VAN LUTTERVELD. B. W. Th. SANDBERG Van de hand van den lieer D. W. Stork te Hengelo komt in de N. Cl. een uitvoerig artikel over De Spoorwegstaking en »de grieven" voor, waarvan wij het slot hier meedeelon Eindelijk dit, schrijft de heer Stork de directie der H. IJ. S. M. zal on getwijfeld met de veranderde om standigheden rekening houden. Van haar mag verwacht worden, dat zij door het in het leven roepen van doelmatige instellingen, het contract lussctieri haar en haar personeel zal weten te verbeteren, teneinde het uiten van klachten en wenschen te vergemakkelijken en daardoor het ont staan van grieven zooveel mogelijk te voorkomen Groot vei trouwen stellende in het dooi zicht, de energie en humaniteit van den man, die aan liet hoofd der H IJ S. M. staat, ben ik overtuigd, dat hij er in zal slagen de tegen woordige moeilijkheden tot een goede oplossing te brengen, door niet alleen den eerbied voor liet gezag to her stellen, maar ook tevredenheid (voor zoover dit mogelijk is in den tegen- woordigen tijd, nu het evangelie der ontevredenheid aanhoudend rnet zoo veel gloed gepredikt wordt) in het gemoed zijner beambten te doen terug- kecren. Ik heb een waarschuwende stem uit de practijk willen laten hooren tegen het streven van hen, die het spoorwegpersoneel willen vrijpleiten van schuld, en die niet schijnen in te zien, aan welk gevaar men ons land zou blootstellen door een herhaling van het gebeurde op 31 Januari toe te laten. Met alle bescheidenheid meen ik, dat men, om arbeidsquaesties te kunnen beoordeelen, den werkman, in zijn goede en slechte eigenschappen, anders en beter moet kennen dan uit hoeken en vergaderingen of soortgelijke ken nismaking. Om eenigszins te kunnen beseffen, hoe moeilijk het is, vooral Door ANATOLE LE BRAR. Voor de tweede maal had hij het woord ('krankzinnig" op zijn lippen, maar hij durfde het niet uit te spreken; daar lag een voor spelling van ongeluk in. "Zeg die woorden nog eens en maak er niet zooveel omhaal bij." Penn-Dir herhaalde nu in het Eransch die raadselachtige woorden, waarmede het kind hen had begroet. Hij verwachte ons dus maar eerst klok slag twaalfuur?" mompelde Boishardy. "Datis vreemd, heel vreemd; wat zou zijn moeder hem dan wel verteld hebben Dat moet op gelost wordenik houd het er er voor, dat er de een of andere listHij heeft me al ter stond zóó in de war gebracht, dat arme kereltje, dat ik geheel en al vergeten heb hem naar zijn ouders te vragen. Zoo waar, ze hebben er misschien lucht van gekregen, dat we zouden komen en hebben zich nu hier of daar ver borgenWat drommel, ik zal de geheele boel nasnuffelen,daar had ik al dadelijk mee moeten beginnen... Eleur d'Epine, steek de lantaarn aan, beval hij nu zijn tweeden makker. Zij doorzochten nu het gansche huismaakten de kasten open, lichtten de deksels der kisten op; tasten met den loop der geweren onder de meubelen en in donkere hoeken, maar al hun naspeuren had geen andere uitslag, dan dat zij een rossige kat op joegen, die langs de ladder op den zolder vluchtte. Daarna gingen zij de nevengebouwen onderzoeken. In den koestal vonden zij slechts een geit en de koe, die bij hen komst had geloeid. In den paarden stal een paard met slanke, fijne vormen, een dier van zuiver rashet beest stond te slapen met den kop op zijn ruif. Boishardy sloeg het op het kruis: »Een mooi beest," zei hij op toon van een kenner. Echter van den man, die zij zochten, Yvon Lestrézee, den pachter van Keraldy, vonden zij niet het minste spoor. Veertien dagen voor dit voorval was een der kameraden, achtervolgd door de Blauwen" de hoeve binnengevlucht, zich ter goeder trouw overgevende aan Lestrézee. Werkelijk had deze hem twee dagen lang in zijn huis verborgen, maar ten laatste had de prijs, gesteld op het uitleveren van een rebel, de hebzucht van den boer te veel geprikkeld. In zijn eigen persoon had hij zijn beschermeling aan de mareschaussees overgegeven. Voor dit feit had het geheime comité der ehouaunerie, dat zijn hoofdzetel had te Vannes, hem ter dood veroordeeld. Het vonnis luidde, dat hij moest doodgeschoten worden en van zijn kleederen berooft, geheel naakt aan den voet van het kruis an Keraldy moest geworpen worden en met een mes op zijn borst gegraveerd Judas." Boishardy was met de uitvoering van dit vonnis belast. Terstond had hij zich op weg begeven niettegenstaande de sneeuw en het onstuimige weer, in weerwil van de wachtposten die de «Blauwen" over de gansche streek hadden uitgezet. Als adjudant had hij meegenomen Fleur d'Epine (doornbloesem), die dezen bijnaam on getwijfeld te danken had aan zijn uiterlijk, dat daarmee in lijnrechte tegenspraak was. Wat betreft Penn-Dir, dit zooveel als «kop van steel" beteekent, hij was een strooper van Belz, een onverbeterlijke vechtersbaas, kende alle dialecten uit dien streek er had dientengevolge onder de opstandelingen de dubbele waardig heid van gids en tolk. Het overige kennen we reeds. Groot, lenig, met schouders als van een athleet en het middel van een vrouw; pas ge schoren gelaat, scherpe, doordringende oogen; neus en mond als van een roofvogelkrachtige, zinnelijke lippen; geheel het voorkomen van energie en tevens van groote zinnelijkheid, zoo deed Boishardy zich voor bij het schijnsel van het houtvuur iu den haard, waarbij hij zoo juist met zijn twee makkers weer had plaats genomen. Hij was besloten te wachten, totdat het knaapje uit zich zelf weer wakker werd, om het dan te ondervragen. Zijn geduld werd niet op een langen proef gesteld. Door een nieuwe hoestbui overvallen, was hij wakker gewordenhij ging overeind zitten, sloeg een der gordijnen wat op zijde en kwam met het bovenlijfje een eindje buiten het bed, als wilde hij zich vergewissen, dat de drie mannen niet weggegaan waren gedurende zijn korten slaap. Zijn strookleurige haren vielen langs zijn bloedloos wasachtig gezicht. Bois hardy knielde op de bank »Heb je pijn, kereltje," vroeg hij vol belang stelling. O, neen, veel minder dan anders, gaf hij zacht ten antwoord, maar ik was zoo bang, dat u zoudt weggegaan zijn. En na een poosje, toen hij weer wat op adem was gekomen: Ik heb vergeten u te zeggen,als u wilt eten, daar in die kist ligt een stuk roggebrood en daar op die plank die aan den balk hangt, in de hoogte zult u wat pekel vleesch en ge rookt spek vinden in een tinnen schotel. Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1903 | | pagina 1