NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
No. 55.
Zaterdag 11 Juli 1903.
Twee-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Bij nummer Behoort een Bijvoegsel
VAN WEEK TOT WEEK.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Tante FreJeritje op sluipneten.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Rijk
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever O. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Longest raat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meqr 7'/j Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Een voorspelling van het Ser
vische drama. Suggestie en de
voorspellingen van kaartlegsters,
somnambules en meer van die
juffers.
De ons uit den Transvaaloorlog wel
bekende Engelsche journalist W. Stead
heeft medegedeeld, hoe het Servische
drama al op 20 Maart was voorspeld.
Het was bij gelegenheid van een
spiritistische séance. Een zekere dame,
in het bezit van de gave der helder
ziendheid, wenschte men een proeve
te zien geven van hare bekwaamheid
in de zeldzame kunst, maar alle pogin
gen bleven vergeefsch, tot eindelijk
een gast uit Servië haar een enveloppe
overhandigde. Toen werd de. geest
vaardig over het medium en zij be
schreef met duidelijke woorden een
visioen dat zij indengeestaanschouwde.
Zij zag een koning en een dame en
een kind, zij zag moordenaars binnen
treden en zag hem en haar vermoorden
op wreede wijze. Daarna bleek dal
de enveloppe de handteekening van
koning Alexander bevatte. De beschrij
ving welke het medium van den vorst
gegeven had paste juist op den jongen
koning en de Serviër verklaarde, dat
alles juist overeenkwam. De Servische
gezant werd met liet gebeurde in
kennis gesteld, hij waarschuwde zijn
koning, maar vergeefs. Wat 20 Maart
voorspeld of voorzien werd had 11 Juni
op de bekende treurige wijze plaats.
Wat zullen wij hiervan denken?
Stead is een geloofwaardig man en
daarom betwijfel ik liet verhaal niet.
Maar ik beken dat liet mij volkomen
raadselachtig is. Niet ingewijd in de
geheimen van het wonderbaarlijke
spiritisme staat mijn geest stil bij
zulke feiten. Ik zie geenerlei verband
tusschen de voorspelling en het drama,
er waren geen gegevens die het visioen
te voorschijn konden roepen, het is
een duistere zaak.
Iets anders zou het zijn als het
visioen ware bekend gemaakt, dan had
liet kunnen gebeuren dat het sugge-
reerend gewerkt had op sommigen en
aldus tot de misdaad gébracht. Van
dergelijke suggestie werd onlangs een
voorbeeld aangehaald. Gij herinnert u
nog den ongelukkigen automobielen-
wedstrijd in Frankiijk die zooveel
menscherioffers heeft geëischt. Een
der deelnemers was kort te voren bij
een waarzegster geweest, die hein uit
de lijnen van zijn hand voorspelde,
dat ik spoedig bij een wedstrijd zou
omkomen. De voorspelling kwam helaas
uit, hij reed tegen een rots te pletter.
Wat een knappe waarzegster hè?
Neen, volstrekt niet, neen, maar hare
heilloozo voorspelling werd de oorzaak-
van het ongeluk. De suggestie heeft
het gedaan. Gezeten in het moderne
voertuig moest de man wel indachtig
zijn aan de sombero woorden dei-
vrouw, zenuwachtig moest worden
zijn blik en onvast zijn hand, en toen
er een wolkenfloers kwam over zijn
oogen en zijn hersens, verloor hij Jde
macht over het stuur en de wagen
moest wel te pletter loopen.
Dat treurig ongeval herinnert ons
aan den betlloozen invloed van de
waarzegsters, of ze dan heeten planeet
lezeres of kaartlegster of wel met den
meer weidschen titel genoemd worden
van somnambule ofclairvoyante. Want
er bestaat verband tusschen hare voor
spellingen en zeer veel ongevallen van
allerlei aard.
Niemand die naar een waarzegster
gaat zal beweren dat hij geloof slaat
aan hare woorden, en hij zal met u
lachen om de koffiedik, den komkommer
ol het ei waarmee genoemde juffers
zoo knap werken, maar gij kunt
er zeker van zijn, dat hare uitleggingen
wel indruk op hem rnaken en niet
zullen nalaten van invloed te zijn op
zijn leven, helaas dikwijls van verderf
lijken invloed.
Er zijn voorbeelden dal iemands dood
voorspeld werd binnen een zekeren
tijd en de dood kwam ook, niet omdat
het zijn tijd was, maar omdat hij onder
zelfsuggestie meewerkte aan de ver
vulling van het voorzegde, ziek werd
en wegkwijnde. Laat de een na den
ander, dien gij ontmoet, u zeggen dat
gij er zoo slecht uitziet en belang
stellend naar uw welstand informeeren,
gij zult u gaan inbeelden dat gij lijdende
zijt en inderdaad ziek worden, want
waar is het gezegde: verbeelding is
erger dan de derdedaagsche koorts.
Dat die suggestie bestaat is ontwijfel
baar, zij kan ook ten goede werken.
Dat weet de geneesheer wel, die don
zieke niet spoedig op het ernstige en
hachelijke van zijn toestand zal wijzen,
doch hoop geelt en moed inspreekt.
Nu, evenzeer en ontwijfelbaar werkt
zij ten kwade.
Houd toch de jongelieden terug van
het loopen naar de waarzegsters. Het
geschiedt als voor de grap en men
geeft voor er toch niets van te ge-
looven, maar bijna altijd heeft het
invloed. Als ze voorspellen dat ge
trouwen zult, komaan, ik wensch voor
u dat het uitkomt en goed ook, en
de voorspelling van do kindertjes kan
ook geen kwaad. Maar neem nu een
voudig ditde een moet zicli wachten
voor een zwarte vrouw, de ander voor
een blonden man, de derde weer voor
een andere kleur, en zoo verder. On
bewust wordt een zwarte of blonde
waarmee men in aanraking komt er
minder vriendelijk op aangezien, er
komt mistrouwen, er volgt afkeerig-
heid, vijandelijkheid en zoo meer. En
dan spreek ik nog niet van gevaar
lijker aanwijzingen.
Het aantal van die waarzeggende
juffers is niet gering. Wezen wij de
vorige maal op advertenties van min
der allooi, de annonces van die waar
zegsters behoort men niet te vergeten.
Uit het groote aantal van dergelijke
advertenties moet men wel besluiten,
dat die dames klanten genoeg hebben
al wenschen zij er nog meer. In een
behoorlijk blad behooren zij niet tehuis,
ook niet de berichten dat juffrouw die
en die om zoo en zoo laat te spreken
is, want dat doelt almee op eieren
en komkommers Op de kermissen
verdwijnen gelukkig «Ie tentjes waar
de waarheid gehoord kan worden,
zulke dingen moeten bij pretrnakerij
geweerd worden als zijnde van slechten
invloed.
De geheimen der toekomst zijn niel
te ontsluieren, en och het zou ons
niet gelukkig maken als wij wjsten
wat die toekomst voor ons in haar
schoot verbergt. Laten wij ons ver
genoegen met onze kennis van het
tegenwoordige en daaruit profijt trek
ken, het leven nemen zooals het is en
er van maken wat wij kunnen.
Botha's retlcvoering.
De rede van Botha te Heidelberg is
vrij hevig anti-Engelsch geweest.
llij sprak over het schenden van
beloften door de Engelschen in zake
de amnestie. Voor die amnestie ge
heel verleend was, zouden de boeren
niet bereid zijn met de Britten samen
te werken. De Boeren moeten Boeren
blijven en hun taal handhaven. Hol-
landsche onderwijzers moeten onder
richt geven en de Boeren moeten
over hun eigen school het bestuur
hebben.
Volgens den correspondent maakte
Botha's rode een ongunstigen indruk,
en Van Rensburg, lid van den Wet-
gevenden Baad, zou van meening zijn.
dat de Boeren in het district Heidel
berg haar schandelijk vonden!
Te Kaapstad vreest men, dat de
Engelsche arbeiders zich met geweld
tegen de ontscheping van «Je eerste
bezending Cliineezen zullen verzetten.
Er heerschte aldaar een goest van
verzet en ontevredenheid wegens
het steeds drukkender worden der las
ten. De Bloemfonteinsche Tol-Comen-
tie, zooals men weet door de beslis
sende stem van den President aan
genomen, zal dezen toestand niet be
ter maken.
Uit Groningen wordt gemeld:
Naar wij vernemen zullen H. M.
de Koningin en prins Henderik 28 en
29 Juli de provincie Groningen be
zoeken. Per extra-trein komt het Ko
ninklijk Echtpaar in den voormiddag
van den 18en Juli aan. Dien dag zal een
bezoek gebracht worden aan de Gro
ninger tentoonstelling en het zieken
huis.
Den tweeden dag wordt de ha
ven van Delfzijl bezocht.
De IJooge Gasten logeeren bij
den Commissaris der Koningin.
Precies te een uur kwam giste
ren middag II. M. de Koningin, ge
kleed in lichtblauw toilet, gezeten
in een victoria naast hare Moeder,
die haar te Baarn verwelkomd had,
aan het lustslot Soestdijk aan. Op
het bordes van het paleis werd de
Vorstinne door de gasten barer Moe-
Moeder verwelkomd. De Koningin
kuste hare verwante recht hartelijk.
Parades.
Men schrijft aan de Telegraaf"
Van verschillende zijden is er bij
den Minister van Oorlog op aange
drongen om het houden van parades
voor goed af te schaffen, Dergelijke
militaire vertooningen behooren, naar
wordt beweerd, niet meer in den
tegenwoordigen tijd thuis. Bovendien
worden hier te ,andeeen groot gedeelte
der parades niet gehouden wegens
gebrek aan troepen, Niettemin worden
ook dan de parades bij garizoensor-
der bevolen en daags te voren af
gelast.
De Minister van Oorlog, die het
verkeerde van het volgen van dezen
weg inziet, wil toch nog niets hooren
van het voor goed opbellen.
Men verwacht eerlang nieuwe voor
schriften op dit stuk.
Vertelling van
HANS HOFFMAN.
Maak gebruik van den tijd. Ik zal hem lang
genoeg bezig houden. Wanneer ben je klaar
met laden?"
«Donderdag ben ik gereed om zee te kiezen
en ik heb tegen 's middags den sleepboot be
steld, als de noordenwind tenminste aanhoudt."
«Best, Donderdagmiddag vaar ik uit om te
smokkelen. En jij neemt dan Agatha mee naar
Swinemünde. Daar kan je dan je bruid bij mijn
nicht Tina Bölz brengen, die heeft plaats genoeg
in huis en zal ze goed behandelen. Die heeft
in geval van nood ook haar op de tanden om
zich, bij een mogelijke onderneming van mijn
lieven buurman, dapper te verdedigen. En
binnen drie of vier maanden, als je terug komt,
kan je in alle gemoedsrust de bruiloft vieren.
Je kunt echter langer wachten ook, als je dat
liever doet, of als Agaatje nog niet klaar is
met haar uitzet. Nu, hoe bevalt je mijn plan?
Een beetje natuurlijk, ja, maar voor jelui beider
natuur geknipt. Een hannes zou ik zoo'n voor
stel niet doen. Ben je bereid?"
"Natuurlijk, dat spreekt van zelf, al was het
alleen maar om u een overwinning te ver
schaffen."
"Nog één ding moet, bij de uitvoering in
de berekening opgenomen worden," merkte
tante Frederikje op. "Het is heel best mogelijk,
dat hij haar tijdens zijn afwezigheid eenvoudig
opsluit en wel op de bovenste verdieping; zoo
heeft hij met zijn vrouw ook eens gedaan. Dat
kan niet anders dan voordeelig voor je zijn.
Dan zal Agatha zich van haar vrijheid beroofd
gevoelen en des te eerder geneigd zijn, zich
te laten bevrijden. En met ladders weetje wel
om te gaan. Natuurlijk van uit den tuin; daar
ziet geen sterveling je."
"Maar wijs en beslist moet je optreden bij
Agatha. Haar geen tijd tot nadenken laten;
eenvoudig bevelen. Ook flink uitschelden kan
geen kwaad; dat zij bang en dom is. Wij,
vrouwen, laten ons graag door een Hinken man
bestraffen en we gehoorzamen gaarne, als we
zien, dat we niet kommandeeren kunnen.
"Kortom, ik ben van meening, dat de duivel
er achter zou moeten zitten, als een verliefd
meisje zich niet door den geliefde in eigen
persoon tot haar geluk liet overtuigen; dan
zou zij een stokvisch moeten zijn. En daar
ken ik haar beter voor.
"En nu geen verdere praatjes en geen ge-
dank! Ik wil den burgemeester ergeren en
meer niet; dat doe ik voor mijn pleizier en
niet voor dat van jou. Als jullie daar dan ook
van profiteeren kunt, mij goed. Ik bewijs graag
weldaden, die mij niets kosten. Vaarwel, veel
succes I"
Zij dronk de rest van haar sherry uit en
verliet met haar korten, krachtigen stap, vlug
de kajuit.
Den volgenden Donderdag lag de "Windhond"
met zijn sleepboot klaar om zee te kiezen. De
kapitein echter stond, tot verwondering van
zijn scheepsvolk, werkeloos tegen de verschan
sing geleund en keek naar de huizen op de
kade. Aan een venster van het burgermeesters
huis verschenen twee spionneerende hoofden,
die Ohristiaan als die van den heer des huizes
en van den douanen-chef herkende. Het derde
hoofd, dat tot dit huis behoorde, en dat hij
het liefst gezien had, liet lich niet zien.
Daar schrok de jonge kapitein even op: uit
tante Frederikjes huisdeur kwam Richard
Rohleder te voorschijn, beladen met roer,
riemen en bijlhij liep naar de boot en bracht
alles in orde. Toen hij klaar was, verscheen
zij zelf en liet zich door den jongen man in
de boot helpen. Zij greep de roerpen, terwijl
hij het zeil hanteerde. Het was geen groote,
maar een stevig gebouwde boot. Men mompelde
van allerlei dubbele bodems en moeilijk te
ontdekken geheime vakjes, die voortdurend
veranderd werden.
De boot zeilde weg. Er stond een flinken
bries in het Noorden, zoodat men laveeren
moest en zoo dus slechts langzaam vooruit
kwamveel te langzaam voor het ongeduld
vau den toekijkende kapitein, die, zonderling
genoeg, nog altijd werkeloos bleef, geheel tegen
zijn beweeglijken aard in.
Nauwelijks was de boot achter de eerste
kromming van de rivier verdwenen, of de deur
van het burgemeestershuis ging open. Christiaans
hart sloeg hoorbaar. De heer des huizes kwam
naar buiten met zeilgereedschap beladen; de
Douanen-chef volgde met het roeren de riemen;
geheel volgens verwachting.
Maar nog iets anders, dat in het geheel niet
verwacht was, kwam te voorschijn; juffrouw
Agatha kwam achter de mannen aan, gekleed
om mee te varen, en waarlijk sprong zij ook
met hen in den douanen-kotter.
Ohristiaan stiet een zeemansvloek uit, die
geen fatsoenlijke pen mag neerschrijven.
(Wordt vervolgd).