NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
FEUILLETON.
BARON MONTEZ
No. 94
Woensdag 25 November 1903.
Twee-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
Amersfoortsc
Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden f 1.Franco per post door het geheele Kijk
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
Bureau: Langestraat 77. Telephooniio. 69.
ADVERTENTIËN:'
Van 16 regels f 0.50; iedere regej meer 71/» Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
PLAtTKEI.IJKE ItERlCIITEX.
De Raadszitting.
Vergadering van den Raad der ge
meente Amersfoort, gehouden op Dins
dag 24 November.
Te kwart voor twee verklaarde de
voorzitter Jhr. J. W. A. Barchman
Wuytiers, de vergadering geopend.
Afwezig bleek de heer van Eek,
(met kennisgeving.)
De notulen werden na voorlezing
door den secretaris jhr. rnr. B. W. Th.
Sandberg, ongewijzigd goedgekeurd.
BehaKe de kennisgeving van den
heer van Eek, waren ingekomen:
Van Zijn Ex. de Min. v Binn. Z
bericht der goedkeuiing van de wijzi
ging der aanstelling van den lieer
Nierstrasz, leeraar aan het Gymnasium
alhier, (voor kennisgeving aangeno
men
2. Van Ged. St. beschikkingen over
bezwaarschriften inzake de inkomsten
belasting, (ter secretar ie voordeletien
ter lezing gelegd
3. Van hetzelfde college goedkeuring
van de vaststelling van het kohier dei
straalhelasting, (voor kennisgeving
aangenomen.)
4. id. berichtonlvangst der verorde
ning tot uitvoering der woningwet,
(voor kennisgeving aangenomen.)
5. id. berichtontvangst der gewij
zigde instructie van den gemeente
ontvanger en de regeling zijner borg
stelling.
6. Dankbetuiging der ambtenaren
ter secretarie voor de rpgeling hunner
jaarwedden.
7. Bericht van den Directeur der
Amersfoortsche Tram wegmaatschappij
waarbij wordt verklaard dat de sub
sidie door den Raad voor' 1904 verleend
zal worden aanvaard.
8. Bezwaarschrift van de slagers-
vereeniging naar aanleiding van het
plan tot reorganisatie der vee- en
vleeschkeuring, luidende als volgt:
Aan
den Raad derGemeente Amersfoort.
Geeft met den meesten eerbied te
kennen
liet Bestuur van de slagersveree-
niging te Amersfoort, welke veree-
nigirig bestaat uit 2G zelfstandig
werkende slagerspatroons en vleesch-
veikoopers, dat het kennis heeft
genomen van de voordracht van B
en W. dd. 1 October 1903, no. 4028,
de reorganisatie der Vee- en vleesch
keuring hetrellende
dal het in opdracht van de ver-
eeniging als belanghebbende, zich de
vrijheid veroorlooft, de bezwaren tegen
de voordracht mits dezen aan Uw
College kenbaar te maken.
De slagersvereeniging moet als haar
oordeel te kennen geven, dat iedere
keuring gebrekkig zal blijven zoolang
er niet is een Rijks-keuring van vleesch
en andere levensmiddelen, geldende
voor alle Gemeenten in ons land.
Immers de invoer in deze Gemeente
van huilen (per boot, spoor of postj
in gesloten pakketten, bestemd voor
particulieren, wordt door de plaatse
lijke keuring niet getroffen. Degeen
die werkelijk iets te verbergen heeft, zal
middelen en wegen vinden om hel
vleesch ongekeurd binnen de stad te
krijgen, hetgeen zoolang er geen
coidon van beambten om de stad is
gelegd niet zoo jnoeilijk zal zijn
alleen de slager die niets te verber
gen heeft, zal den vollen last der
nieuwe verordening moeten dragen
Niettegenstaande het resultaat der
verordening in de practijk grooten-
deels illusoir zal blijken te zijn, heeft
de Slagersvereeniging tegen de keu
ring als zoodanig geen principieel
bezwaar, zij moet er echter met alle
kracht tegen opkomen, dat de kosten
der reorganisatie, in den vorm van
keuiloon, op de schouders der slagers
worden gelegd.
Wil de stad eeno kostbare inrich
ting maken, dan is het niet meer dan
billijk, dat de kosten door allen wor
den gedragen en niet door hen wien
de keuring wordt opgedrongen en die
er den meesten last van ondervinden.
Adressant moet er den Raad wel
op wijzen, dat de kosten niet te ver
halen zijn in den vorm van piijsver-
hooging van liet vleesch omdat èn
de concurrentie èn het publiek zich
daar stellig tegen zullen verzetten.
De strijd om het bestaan is voor
de meeste slagers zeer groot; de
lasten en kosten, ruslende op hun
bedrijf, zijn drukkend; worden nu
óok nog do kosten van de keuring
op den slager vei haald, dan is te
verwachten, dat velen hunner ten
onder zullen gaan.
Ook verwondert de Slagersver
eeniging zich ten zeerste dat, waar
toch alle andere takken van dienst
in deze Gemeente uit de algemeene
kas worden betaald, juist bij deze
verordening van dat principe is af
geweken. Tot dezen tijd weiden keur
meesters van vleesch en visch door
de Gemeente bezoldigd en thans, nu
de keuring een kostbaar instituut zal
woiden, wil men de kosten verhalen
op enkelen.
Vervolgens heeft adressant ernstige
bezwaren tegen de wijze van keuring,
in de verordening voorgesteld.
Adressant is overtuigd, dat de leden
der vereeniging, wordt deze voordi acht
wet, in hooge mate belemmerd zullen
worden in de uitoefening van hun
bedrijf. De geheele vleeschhandel
wordt er ernstig door bedreigd.
Adressant veroorlooft zich, als de
meening der vereeniging te kennen
te geven, dat de geheele verordening,
de wijze van keuring betreffende, den
stempel draagt van te zijn ontworpen
door menschen buiten het slagers
bed ij f staande. Adressant's bezwaren
zijn zóó talrijk, dat het dezelve in
een bijlage artikelsgewijze heeft ge
rangschikt en den Raad ter ernstige
overweging aanbeveelt.
Adressant neemt ten slotte de
vrijheid, den Raad eerbiedig te ver
zoeken, indien hij een reorganisatie
der keuring van vee en vleesch nood
zakelijk acht
Ie de kosten uit de algemeene kas
te laten betalen en dus de keuring
kosteloos to doen geschieden
lie de artikelen van het reglement,
de keuiing betreffende, zoodanig te
wijzigen, dat met de bezwaren van
adressant, vervat in nevensgaande
bijlagen, zooveel mogelijk rekening
worde gehouden.
Hetwelk doende enz.
Eene uitvoerige memorie is aan
het adres toegevoegd.
(Naar de afdeelingen gezonden.)
Nog zijn ingekomen bezwaarschriften
omtrent de wijziging der politiever
ordening waarover straks.
De Agenda.
1. Voorstel tot oriderhandsche ver
huring van de bouvvmanswoning op
»Ma Retraite."
In afwachting van de bestemming
aan het door de Gemeente aange
kochte Buitengoed »Ma Retraite" te
geven, achten B. en W. het wen-
scbelijk, voorloopig de teireinen nog
mot te verhuren. Binnen niet te
langen tijd zal hieromtrent eene be
slissing kunnen worden genomen. Zij
meenden echter eene uitzondering te
moeten maken ten aanzien van de
bouwmanswoning Deze is overeen
komstig de veilingsconditiën lot 1
November 1903 gratis in gebruik
geweest bij G. J J. Nieuborg, welke
bereid is de woning tot 1 Mei 1904
te huren voor f25 onder verplich
ting dat hij tevens toezicht houdt
op de buitenplaats.
Daar het zeer wenschelijk wordt
geacht om hem met dit toezicht te
belasten en bij eene openbare verhu
ring voor den tijd van een half jaar
geen of althans geen hoogere liuursoin
zal zijn te bedingen, stellen B. en W.
voor hem hel huis onderhands te
verhuren.
De Baad vereenigde zich z. d. of
h. st. met het voorstel.
2. Voorstel in zake uitbetaling van de
hijdrage tot bevordering van de ophef
fing van de tollen op den straatweg
Arnhem—Brug Bavoort.
Bij Raadsbesluit van 18 November
1902 werd een crediet van ten hoogste
f300 verleend om B. en W. in de
gelegenheid te stellen, de verwijdering
van de tollen op den Arnhemschen
weg te bevorderen, onder bepaling dat
dit bedrag, lietzy geheel of gedeeltelijk,
alleen mocht worden uitbetaald, indien
daarmede de opheffing van de beide
tollen op dezen weg, gelegen bij de
Bavoortsche Brug en de Aldegonde-
straat, werd verkregen.
Thans is aan deze voorwaarde vol
daan. De wijze waarop de opheffing
is verkregen en het aandeel der Ge
meente is berekend, blijkt uit den
brief van den Burgemeester van Ede,
d.d. 30 December 1902.
De kosten aan het doen verdwijnen
dier tollen beliepen de som van 190U.
Dit bedrag in verhouding tot de
toegezegde bijdragen omslaande, zal
dus ten slotte iedere gemeente ver
schuldigd zijn
Arnhem 0.863.63 X f500 f 431.81'
Renkum
Ede
Veenendaal
Renswoude
Scherpen zeel
Woudenberg
Leusden
Amersfoort
-100
- 500 -
-100 -
-100 -
- 200 -
86.36
431.82'
86 36
86.36
172.73
172.73
172.73
X - 200
X -200
x - 300 - 259.09
1900.00
B. en W. vragen machtiging thans
uit den post «Onvoorziene uitgaven",
dienst 1903, der gemeente aan liet
Bestuur der Buurt EdeVeldhuizen,
te Ede, uit te betalen de bijdrage
onzer Gemeente tot bevordering van
de opheffing van de tollen op den
straatweg Arnhem tot Brug Bavoort,
groot f 259.09.
Z. h st. werd dienovereenkomstig
besloten
3.Voorstel tot gratisin gebruik geving
van een lokaal van het voormalig
schoolgebouw aan de Koestraat, aan de
Amersfoortsche Muziek vereeniging."
Het Bestuur van de «Amersfoortsche
Muziekvereeniging" heeft zich tot het
College van B. en W. gewend met het
door
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER,
9
«Goed! Doch een veilige, want op snelheid
let ik niet veel. Een, die niet gemakkelijk
kantelt", roept de Californiër hem na.
«Wees verzekerd, dat ik daar even bezorgd
voor ben als gij," roept de kleine gentleman terug,
als hij het pad afloopt en met een bamboerottinkj e
zich het stof van de Wellingtonlaarzen slaat.
Op het witte, blinkende strand zoekt hij
opmerkzaam naar een boot en hij is blijkbaar
verheugd, wanneer hij onder de bemanning
van een der booten een zwarten bootsman ziet,
die Domingo genoemd wordt.
Montez richt zich zeer vreedzaam tot hem,
klopt hem op den schouder en fluistert hem
in het oor "Oude bravo, ben je nog altijd ge
schikt voor banditti-werk als in '52, op den
weg van Cruses?"
Hierop antwoordde Domingo, een man met
een echt zeeroovers gezicht versierd met
twee groote litteekens, een forsche zwarte
gestalte, en een moedig zwart hart in zijn
zwart lichaam«Si, Senor, mouehes dinero,
mouches sangui, mouehes DomiDgo."
Fernando weet nu, dat hij voor het werk
van dezen nacht op de hulp kan rekenen van
een man, die niet terugdeinst voor bloed, voor
gevaar noch voor eenige slechte daad, welke
men van hem zou mogen eischenvan een
man, die geen medelijden kent.
Terwijl dit aan het strand plaats vond, had
den Ripley en zijn vrouw onder het maken
der toebereidselen voor hun vertrek een ge
sprek, waarvan de eerlijke ooren van den
Californiër verbaasd ophoorden.
Zijn vrouw fluisterde hem toe: «Nu MoDtez
weg is, zal ik u iets vertellen. Ik ben blij, dat
wij heengaan."
«Natuurlijk! Morgen zullen wij een dag
dichter bij onze dochter zijn."
«Dat is het niet alleen," fluistert de dame
zenuwachtig, «doch ik ben bang, hier langer
te blijven."
«Waarom?"
«Anita haat mij."
«Onmogelijk! Niemand zou u in uw koorts
zorgvuldiger hebben kunnen verzorgen, dan
dit Indiaansche meisje met haar groote oogen."
«Juist die groote oogen jagen mij angst aan.
Er ligt thans iets zonderlings in. En behalve
dat heeft zij mij gezegd, terwijl gij met uw
beiden een bad naamt, dat het heter was, wanneer
wij zoo spoedig mogelijk gingen vertrekken.
Zij zei mij
«Wat?" vraagt de Amerikaan ongeduldig.
«Alleen dat wanneer de koorts terug
kwam ik er niet weer zoo goed zou af
komen. De koele winden van Toboga zijn goed
voor den eersten aanval maar later zullen
zij evenals elk ander medicijn hun kracht
verliezen."
Zij zegt dit aarzelend, stotterend een gloeiend
rood verft haar gelaat, want Alice Ripley zegt
haar echtgenoot de eerste onwaarheid.
Anita heeft tot haar gezegd«Pas op Montez!
Montez bemint uen bij deze woorden had
een plotseling vermoeden zich van Alice meester
gemaakt; want Alice had zoo nu en dan een
enkelen onvoorzichtigen blik opgemerkt, dien
dit internationaal heer niet kon terughouden.
Doch steeds had zij op het laatste oogenblik, wan
neer een waarschuwing haar op de lippen lag,
geaarzeld haar echtgenoot te vertellen wat
zij had gehoord en vermoed omdat de gedachte
alleen haar deed blozen van schaamte.
Door de schuchterheid zijner schoone vrouw
wordt Ripley beroofd van zijn eenig reddings
middel zijn eenige kans om den man te
verdenken, dien hij zijn vriend waant, doch
die hetzelfd oogenblik peinst op zijn onder
gang.
«Kom, laat ons Anita haar parel geven
dat zal haar misschien met ons heengaan
verzoenen," lacht de Californiër.
Zoodra dit gesprek ten einde was, verlieten
zij de kleine hamboe-woning en wandelden
langs het smalle rotsachtige pad naar het
strand, om zich naar Panama in te schepen.
Drie reusachtige inboorlingen dragen den
met ijzer beslagen koffer, en de last is hun
zwaar genoeg; een andere draagt zonder veel
moeite een tweeden koffer, waarin de garde
robe van George Ripley en diens vrouw zich
bevinden.
Montez werpt een tevreden blik om zich heen,
want er ligt slechts een stoomboot van de
Engelsche «Steam Navigation Company" in de
haven, een of twee schoeners, benevens de
Columbus, die zoo pas teruggekeerd is van
haar reis naar de Islas de las Perles, en geen
enkel oorlogsschip is in de buurt. Geen «blue
jackets" konden landen, om een plan te ver
hinderen, dat hij den 15den April 1856 reeds
onder de inlandsche bevolking van de stad
Panama in elkander had gezet.
Toboga sluimert in de middagzon, terwijl
zij zich op het zandige strand bevinden. Een
loome hofmeester van de Engelsche stoomboot
koopt visch en fruit van een grooten Indi-
aansclien bongo, die van een Daburig eiland
is gekomen.
(Wordt vervolgd.)