nieuwe
Nieuws- en Advertentieblad
voor ie Provincie Utrecht.
geïllustreerd weekblad
ruitenland.
FEUILLETON'.
BAKON MONTEZ
No. 98
Woensdag 9 December 1903
Twee-en-dertigste jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
GRATIS
DE DRANKWET.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.Franco per post door het geheele Kijk
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken intezenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLangestraat 77. Telephooimo. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'h Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte
Zij die zich met 1 JA
NUARI 1904 op deze Cou
rant aboniiecrcn ontvangen de in
dit jaar nog verschijnende nummers
gratis.
Van 1 Januari 1904 af ontvangen
alle abonne's (in de stad)
zonder eenigerlei prijsveiiiooging
ons
waarin behalve boeiende romans,
tal van prijsraadsels en rebussen
om fraaie prijzen.
DE UITGEVER.
De Tweede Kanier heeft het overdruk,
nu zij bezig is met de openbare be
handeling van de staatsbegrooting en
daarmede vóór Kerstmis gereed moet
zijn. Te dien einde gaat zij ook op
anders viije Maandagen en Zateidagen
veigaderen; aanvangsuur van de ver
gaderingen is van elf tol tien ver
vroegd en zoo noodig, zal zij er
ook des avonds aan moeten gelooven
Neemt men daarbij in aanmerking,
dat de stukken locli moeten worden
bestudeerd, en dat de leden zich
toch voor liet debat moeten voorbe
reiden, dan begrijpt eenieder, dat
in deze weken inderdaad buitenge
woon véél van bun werkkracht wordt
gevorderd.
Nochtans beeft de Kamer besloten,
tusschen de druppels door, liet re
geeringsontwerp tot herziening dei
Drankwet te onderzoeken in de af-
deeiingen. Dat onderzoek is reeds
afgeloopen, nu deze regelen van de
pers komen. Aldus geschiedt, opdat
liet schriftelijke overleg tusschen re-
geeting en Kamer tijdig kunne zijn
beëindigd om het wetsontwerp kort
na de Kerst-vancalie in openbare
beraadslaging te brengen, en om liet
tot-stand-komen van de nieuwe Drank
wet niet te vertragen.
Die ijver verheugt ons. Want wij
behooren tot hen, die de indiening
van het wetsontwerp met vreugde
hebben begroet, die met den inhoud
ervan zeer zijn ingenomen en die er
zich dus over zullen verblijden, indien
het zoo spoedig mogelijk tot wet ver
heven wordt. Hiermede willen wij niet
gezegd hebben, dat bet ons ten volle
bevredigt Het tegendeel is waar: op
meer dan één punt van belang ge
schiedt niet wat naar ons inzicht
wenschelijk en noodig is. Doch dit
doet geen afbreuk aan ons oordeel,
dat de regeering, voortbouwend op
hetgeen haar voorgangster had voor
bereid, een verdienstelijk stuk werk
heeft geleverd. Wij mogen dan niet
geheel voldaan wezentoch zal er
reden tol dankbaaibeid zijn, indien
deze wetsvoordracht in veilige haven
wot dl gebracht. Gelukt dit, dan kan
met zekerheid worden voorspeld, dat
de ovei beid heel wat sterker zal staan
om voor haar deel het ontzettende
kwaad van het drankmisbruik met
goede kans van slagen te bestiijden
Dit geld mee in de eerste plaats
van de voorgestelde maatregelen om
den clandestiene!! drank verkoop tegen
te gaan.
Men weet, wat onder «elandes
tien" wordt verstaan. Uitgaande van
de overtuiging, dat, gelijk de gelegen
heid den dief maakt, zoo ook het
drankmisbruik wordt bevorderd door
de vele drankgelegenheden, heeft de
wetgever van 1881 het aantal van
deze willen verminderen en, in verband
daarmede, de uitoefening van het
tappersbedrijf gebonden aaneennver
gunning." Wie geen zoodanige ver
gunning bezat of verkreeg, binnen
het daarvoor in verhouding tot liet
zielental der gemeente gestelde max
imum, zou geen stei ken drank mogen
tappen. Maar helaas, de werkelijkheid
heeft den spot gedreven niet den
wil van den welgever, omdat hij er
riiet genoegzaam voor had gezorgd,
zijn wil tot wei kei ijk beid te maken.
In bier- en koffiehuizen zonder tal is
men, zonder «vergunning" te vragen
en te erlangen, sterken drank blijven
verkoopen. Het geschiedde, en geschiedt
nog, clandestien; dat wil zeggen: in
stiijd met de wet, zoogenaamd in het
geheim.
Maar liet zoogenaamde geheim is
een geheim van Jan-en alleman. Een
eder weet het Ook de justitie en
politie zijn er mede bekend. Doch
zij zijn onmachtig gebleken om de
wetsoverlieders tot gehoorzaamheid
te dwingen De fout lag hierin, dat
niet ook de koffie- en bierhuizen on
der zóódanig toezicht werden ge
bracht, dat hun de clandestiene drank
verkoop behoorlijk kon worden belet.
Deze leemte nu in de wet van 1881
wil de regeering thans aanvullen. En
er is goede hoop, dat met de voor
dit doel door haar voorgedragen be
palingen werkelijk zal kunnen worden
doorgezet en gehandhaafd wat reeds
destijds werd beoogd, maar wat in
de verstreken meer dan twintig jaren
een doode letter is gebleven.
In haar Memorie van Toelichting
er op wijzend, dat liet gebruik van
sterken drank hier te lande sedert
de invoering van de Drankwet van
9 38 op 8.22 liter per jaar en per
hoofd der bevolking is gedaald, legt
de regeering er klem op, dat deze
daling, op zichzelve reeds niet zeer
belangrijk, ongetwijfeld voor een groot
deel te danken is aan invloeden, die
met de wet niets te maken hebben
Zoo wijst zij op veranderde zeden
in meer-beschaafde maatschappelijke
kringen op bet toegenomen gebruik
van bier; op de sporlbewegingop
het ook in werkliedenkringen ontwik
kelde ijveren tegen het gebruiken van
sterken drank.
Dit alles is volkomen juist; gelijk
eveneens juist is de bewering van de
regeering, dat de wetgever van 1881
te uitsluitend heil gezocht heelt in
liet verminderen van bet aantal drank-
gelegenheden. Doch niet eens zijn
wij liet met haar, waar zij de boven
genoemde daling van liet drankge
bruik toch althans voor een deel toe
schrijft aan de werking van de wet.
Wij meenen, dat zulks niet het ge
val lean zijn. Om de eenvoudige reden,
dat wel op het geduldige papier,
maar niet feitelijk de drankgelegen-
heden verminderd zijn Als liet waar
is, wat door niemand wordt betwist,
dat, op liet platteland evengoed als
in de steden, de clandestiene drank
winkels niet te tellen zijn, wat be-
teekent het dan, of sedert '1881 de
officieele tapperijen in aantal zijn af
genomen
Met andere woordeneerst nadat
wet zal zijn geworden wat thans dooi
de regeering is voorgesteld om den
claridestienen drankhandel den kop in
te drukken, eerst daarna zal in Neder
land feitelijk een aanvang worden
gemaakt met de proefneming, orn
onder andere door beperking van
gelegenheid te komen tot beperking
van misbruik.
Onder andere. Want nogmaalswij
beamen de stelling van de regeering,
dat men niet daarin alléén heil moet
zoeken. Daarom dan ook juichen wij
toe de verschillende verdere maat
regelen, die zij in haar wetsontwerp
heeft opgenomen. Maar onder die alle
is er toch geen, die zóózeer nood doet
als de in (leze regelen besprokene, of
die, zoo deze achterwege bleven, tot
bun volle recht zouden kunnen
komen.
Daarentegen zullen zij alle te zanien
kunnen voeren tot groote verbete
ring. Zij zullen krachtige steun ver-
leenen aan de beweging der matig
heids- en geheelonlhouders-vereeni-
gingen. En al lijdt liet voor ons geen
twijfel, dat eenmaal de wetgever nog
dieper zal moeten ingrijpen om ons
volk te onttrekken aan het bedroevende
kwaad hetwelk méér dan iets anders
zijn welvaart en zijn yeluk onder
mijnt, toch zal op Jen weg naar dat
doel ten minste een zeer groote en
even verblijdende stap voorwaarts zijn
gedaan.
liet gele gevaar.
Het gele gevaar vertoont zich in
een gansch nieuwen en onverwachten
vorm, en ditmaal zijn het do gele
inwoners zeiven van het llemelsche
Rijk, die het gevaar loopen.
De Keizerin-weduwe van China, tot
heden beschouwd als de incarnatie
van sleur, conservatisme, en verper
soonlijkt als het remblok van China,
directe aanleiding tot den Bokser
opstand, tot de herhaalde bewegingen
tegen de «vreemde duivels", de groote
vijandin van al hun modernen aan
hang, de Chineesche Keizerin-weduwe
gaat.... automobielen.
Men zal binnenkort, van grooten
muur tot grooten muur, in plaats
van den heiligen langzamen draag
stoel, den glitsenden luf-tuf zien
snorren. Werkelijk is door den
Pekingschen hofmaarschalk bij een
groote Berlijnsche fabriek een dozijn
stookwagens besteld, waarvan drie
speciaal voor de Keizerin worden
bestemd, bijzonder geriefelijk inge
richt, versierd met den keizerlijken
draak en gekleurd hei-geel, vanwaar
het. gele gevaar
Er is nu een oproep geplaatst voor
bekwame chauffeursMaar wij
zouden eventueele refiectanten ernstig
willen aanraden: Laat u door schit
terende aanbiedingen niet verlokken.
Een chauffeur zelfs na den vier-
daagschen betrouwbaarheidsrit zijn wij
niet tei uggekomen van deze meaning
is een feilbaar rnensch, en een smet-
looze wagen bestaat nog niet.
Laten wij dan mogen meedeelen,
dat reeds van tevoren het strafpro-
gramma is opgesteld, dat de Keizer-
DOOR
ARCHIBALD CLAVERING GUNTER.
13
A Dios, tot zes uurDoe j e werk hier,
ik zal het mijne doen in de stad! Denk
om zes uur bij het station. Daar zal Montez
zijn leven beginnen."
Domingo is spoedig omringd door een troep
van zijn oude kennissen en vrienden, die hij
opstookt met behulp van sterke pulque en
slechte aquardiente. Montez verlaat dit kwar
tier en slentert langs de Calle de la Merced
naar het midden der oude stad.
Hier ziet hij verscheidene passagiers van
de Illinois, die snuisterijen van Choco-goud
en Panama-paarlen, sombreros de Guayaquil
en gekleurde stoffen koopen voor hun reis naar
Californië.
De zon is snel ondergegaan; in de winkels
beginnen de lampen te schijnenenkele Spaan-
sche dames, gekleed in een kort wit rokje en
een licht hemd, nauwelijks verborgen door
bevallige mantilla's en nelosos, die over het
donkere haar vallen en haar naakten nek en
armen bedekken, trippelen haastig huiswaarts.
De lichten schitteren in het Café Victor
en het Hötel Francais. Het getingel van bel
len kondigt de komst aan van muilezels, be
reden door eaballeros, die opgesmukt zijn,
zooals slechts een Spaansch ruiter zijn kan.
Nog schijnen de straten ledig; de lagere klas
sen hebben haar verlaten; enkele mulateros,
bootslieden of ladrones worden hier opgemerkt
de meesten zijn in het Cuinago, en zij die
daar nog niet zijn, spoeden zich er heen als
gold het een rendez-vous.
«Dat zal een heerlijke avond worden," denkt
Montez. «Doch om zeker te zijn van alles'
moet ik eerst Zijne Excellente gaan opzoeken."
Hij doorschrijdt haastig de straat San Juan
de Dios en blijft staan voor een laag steenen
gebouw, waarvoor een neger als schildwacht,
met vuil geweer en barrevoets op en neer
wandelt.
«Is kolonel Garrido aanwezig?" vraagt
Montez.
«Ja, Senor."
«Ik moet hem spreken."
Weldra verschijnt Garrido, kommandant der
politie. Hij is voor de helft neger, een kwart
Spanjaard, een kwart schurk en een heele
duivel. Versierd met groote epauletten, een
sjerp en een groot zwaard, draagt bij boven
dien nog lange, donkere knevels, waaraan hij
telkens trekt.
«Ah, Senor Montez, mio!" lacht hij, zoodra
hij den kleinen man ziet, die reeds zijn hand
in den zak heeft gestoken en met dubloenen
rammelt. «Eindelijk gekomen? Ik heb op u
gewacht."
«Ja, ik kom uit naam der wet,', zegt Montez.
«Er wordt een oproer op touw gezet. De
Americanos, de reizigers, zullen vannacht onze
arme fruit-vensters aanvallen."
«Dat hebt gij mij gisteren reeds gezegd."
«Ja, ik ben een profeetIs de politie voorbe
reid?"
«De politie zal haar plicht doen. Zij staat reeds
gereed," en Garrido grinnikt en wijst naar de
patio, waar hij de honderd vagebonden, die
hij de politie van Panama noemt, heeft ge
monsterd en gewapend.
«Dan zullen de Americanos ons niet lang
meer sarren," herneemt Montez. «Ik dacht
wel, dat gij zulk een besluit zoudt nemen.
De Americanos hebben vrouwen en kinderen
bij zichook groote sommen geld, waarvoor
zij rancho's in Californië zullen koopen."
«Maar de mannen die geduchte Yankee
vechtersbazen," stamelt de kolonel der politie
zenuwachtig. «Ik herinner mij hen nog in
'49 en '50. Wat hanteeren zij hun revolvers
«Thans hebben zij er slechts weinig; boven
dien hier laat Fernando's hand een rolletje
dubloenen in de uitgestrekte hand van den
handhaver der wet glijden «bovendien zijn
zij niet op een gevecht voorbereid, deze mui
ters."
«Ah, ha, dan zal men het wel met los
Americanos klaar spelen," lacht Garrido.
«Maar de gouverneur?" vraagt de ander.
«Ja, de gouverneur," monpelt de kolonel.
«Hij weifelt
«Weifelen Diabloschreewt Montez. Daarop
steeg de druppel bloed van Morgan den boe
kanier naar het hoofd van dezen kleinen man;
hij zag er vreeselijk uit.
«Ik ga naar hem toebarst hij los. «Hij
zal niet langer weifelen!"
Hij ging onmiddellijk naar de woning van
Zijne Excellentie en verzocht, den Gouverneur
van de stad Panama te spreken. Er werd hem
geantwoord, dat de gouverneur niet te spreken
was.
Mr. Fra Diavolo knarsetandde, schreef vier
woorden op een strookje papier en zei«Geef
dat aan Zijne Excellentie en zie dan, of hij
nog niet te spreken is."
Een oogenblik later kwam het bericht, dat
de potentaat van Panama op hem wachtte.
De jonge Fernando werd door den func
tionaris brommend ontvangen. «Wat bedoelt
gij met uw bedreiging, Senor Montez vroeg hij.
(Wordt vervolgd.)